Regeling vervallen per 21-09-2017

Verordening beperking drankverstrekking Wageningen

Geldend van 20-08-2003 t/m 20-09-2017

Intitulé

Verordening beperking drankverstrekking Wageningen

Considerans

De raad van de gemeente Wageningen;

Gelezen het voorstel van de burgemeester van 3 juni 2003;

Besluit

Vast te stellen de “Verordening beperking drankverstrekking Wageningen”

Aldus besloten in de openbare vergadering 30 juni 2003

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • a.

    de wet: de Drank- en horecawet;

  • b.

    inrichting: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, van de wet;

  • c.

    horecabedrijf: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, van de wet;

  • d.

    de vergunning: de vergunning als bedoeld in artikel 3 van de wet;

  • e.

    alcoholvrije drank: drank die geen alcohol bevat alsmede drank die bij een temperatuur van twintig graden Celsius voor hoogstens een half volumeprocent uit alcohol bestaat;

  • f.

    sterke drank: de drank zoals omschreven in artikel 1, eerste lid, van de wet;

  • g.

    alcoholhoudende drank: de drank zoals omschreven in artikel 1, eerste lid, van de wet;

  • h.

    zwakalcoholhoudende drank: alcoholhoudende drank, met uitzondering van sterke drank;

  • i.

    café: een inrichting, niet zijnde een discotheek of bardancing, die alleen of in hoofdzaak in gebruik is voor het verstrekken van alcoholhoudende en alcoholvrije dranken voor consumptie ter plaatse, met als mogelijke nevenactiviteit het verstrekken van geringe etenswaren, al dan niet ter plaatse bereid;

  • j.

    snackbar/cafetaria: een inrichting die alleen of in hoofdzaak in gebruik is voor het verstrekken van al dan niet voor consumptie ter plaatse bereide geringe etenswaren met als nevenactiviteit het verstrekken van alcoholhoudende en alcoholvrije dranken.

Artikel 2 Verkoopverbod tijdens bijzondere gelegenheden

Het is verboden om in een door de burgemeester aangewezen tijdsruimte in de hele gemeente of in de, in de aanwijzing genoemde, delen van de gemeente bedrijfsmatig of anders dan om niet, alle, dan wel de nader omschreven alcoholhoudende drank als bedoeld in artikel 1 van de Drank- en Horecawet te verstrekken voor gebruik elders dan ter plaatse.

Artikel 3 Algeheel drankverbod

Het is verboden om in een door de burgemeester aangewezen tijdsruimte in de hele gemeente of in de, in de aanwijzing genoemde, delen van de gemeente bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank als bedoeld in artikel 1 van de Drank- en Horecawet, te verstrekken.

Artikel 4 Aanwijzing

  • 1. Een aanwijzing als bedoeld in de artikelen 2 en 3 kan worden gegeven in het belang van de handhaving van de openbare orde, de veiligheid, de zedelijkheid of de volksgezondheid. Een aanwijzing als bedoeld in artikel 3 wordt eerst gegeven indien één of meer van deze vier belangen dringend tot het geven van een dergelijke aanwijzing vorderen.

  • 2. De burgemeester hoort voorafgaand aan een aanwijzing als bedoeld in de artikelen 2 en 3 de Unitchef van de Unit Zuid van het district-West Veluwe/Vallei, Regiopolitie Gelderland-Midden.

Artikel 5 Strafbepaling

Overtreding van de in artikelen 2 en 3 gestelde verboden wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of een geldboete van de tweede categorie.

Artikel 6 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening beperking drankverstrekking Wageningen.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van bekendmaking.

Toelichting

Algemeen

Op 1 november 2000 is een wijziging van de Drank- en Horecawet in werking getreden. Met enkele nieuwe normen en een aanscherping van sommige bestaande regels beoogt deze wetswijziging een bijdrage te leveren aan de preventie van individuele en maatschappelijke risico’s van alcoholgebruik. De wijzigingen zijn zowel gericht op matiging van het alcoholgebruik in het algemeen als op het voorkomen van misbruik in specifieke risicosituaties en door bepaalde kwetsbare groepen, zoals bijvoorbeeld jongeren (Memorie van Toelichting, kamerstuknummer 25969, nummer 3, pagina 8).

Artikel 23 van de Drank- en horecawet geeft binnen dit kader aan de gemeenteraad de bevoegdheid om een verordening vast te stellen, waarin het (bedrijfsmatig of anders dan om niet) verstrekken van alcoholhoudende drank wordt verboden. Het betreft derhalve een medebewindbevoegdheid.

De in deze verordening genoemde belangen, veiligheid, openbare orde, zedelijkheid en volksgezondheid, vallen onder de strekking van de Drank- en Horecawet.

Artikelsgewijs

Artikel 2 - Verkoopverbod tijdens bijzondere gelegenheden

Op grond van de Drank- en horecawet mogen slijters zowel sterke als zwakke alcohol verkopen voor gebruik elders dan ter plaatse. Supermarkten, andere levensmiddelenwinkels, slijterijen, cafetaria’s en afhaalcentra mogen op grond van artikel 18, tweede lid, van de Drank- en horecawet uitsluitend (zwak-)alcoholhoudende dranken verkopen voor gebruik elders dan ter plaatse.

Op grond van de bevoegdheid in artikel 2 wordt het voor de burgemeester bijvoorbeeld mogelijk om op dagen dat men massaal grote volksfeesten (zoals het Bevrijdingsfestival op 5 mei) viert - waarbij doorgaans veel alcohol wordt genuttigd met de daaruit voortvloeiende risico’s voor alcoholmisbruik door met name jongeren, voor de veiligheid van het massaal aanwezige publiek en voor de handhaving van de openbare orde - de verkoop van flessen en blikjes zwakalcoholhoudende drank vanuit cafetaria’s en supermarkten tijdelijk te verbieden.

Een beperking is niet altijd nodig voor de hele gemeente. Soms is het ook voldoende dat de beperking zich richt tot bepaalde categorieën dranken of verpakkingsvormen (blikjes bier, flesjes breezers) die een bijzondere aantrekkingskracht hebben op de groepen waarvan overlast of alcoholmisbruik verwacht wordt. In de aanwijzing kan derhalve een beperking worden aangebracht.

Artikel 3 - Algeheel drankverbod

In dit artikel wordt aan de burgemeester de bevoegdheid gegeven de verstrekking van alcoholhoudende drank tijdelijk geheel stil te leggen. Een dergelijk verbod treft derhalve zowel cafés als winkels, cafetaria’s en slijterijen. Dit is een verregaande bevoegdheid welke een algehele drooglegging mogelijk maakt. Een beperking ten aanzien van het werkingsgebied van het verbod is ook hier mogelijk.

Artikel 4 - Aanwijzing

Lid 1: In de algemene toelichting zijn de vier motieven - handhaving van de openbare orde, veiligheid, zedelijkheid en volksgezondheid – die ten grondslag kunnen worden gelegd aan een tijdelijk verbod tot alcoholverstrekking reeds genoemd. Een algeheel tijdelijk verbod tot alcoholverstrekking, uitgevaardigd op grond van artikel 3 van de verordening, is ingrijpender dan een krachtens artikel 2 uitgevaardigd verbod. Daarom wordt hieraan de eis gesteld, dat één of meer van de vier motieven dringend vorderen dat een dergelijk algeheel verbod wordt gegeven.

Lid 2: Om te kunnen beoordelen of zich inderdaad een situatie voordoet waarin behoefte bestaat aan een verbod ex artikel 2 of 3 van de verordening, is het voor de burgemeester noodzakelijk (eventueel mondeling) advies te vragen bij de Unitchef van politie.

De overige artikelen behoeven geen toelichting.

Vastgesteld bij raadsbesluit van 30 juni 2003, nr. 03.0025564, afdeling Babs.