Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR112945
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR112945/1
Regeling vervallen per 01-01-2021
Beleidsregel kosten kinderopvang op grond van sociale of medische indicatie
Geldend van 01-10-2011 t/m 31-12-2020
Intitulé
Beleidsregel kosten kinderopvang op grond van sociale of medische indicatieGemeenteblad van Almelo
Geldende tekst
regelingnummer: 2412
Nr. 12
Collegebesluit van 13 september 2011, houdende vaststelling van de beleidsregel kosten kinderopvang op grond van een sociale of medische indicatie.
Beleidsregel kosten kinderopvang op grond van een sociale of medische indicatie
Artikel 1. Doel en grondslag beleidsregel
Deze beleidsregel heeft als doel te voorzien in een tegemoetkoming in de kosten van kinder-opvang op grond van een sociale en/of medische indicatie. Deze beleidsregel vindt zijn grondslag in artikel 3 en artikel 18 van de Verordening wet kinderopvang.
Artikel 2. Begripsbepalingen
-
1. In deze beleidsregel wordt verstaan onder:
- a.
het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Almelo;
- b.
de wet: de Wet kinderopvang;
- c.
de verordening: de verordening Wet kinderopvang;
- d.
adviesorgaan: de instelling die op verzoek van het college advies uitbrengt over de noodzaak van kinderopvang.
- a.
-
2. Voor zover niet anders is bepaald hebben begrippen in deze beleidsregel dezelfde betekenis als in de wet of de verordening.
Artikel 3. Verordening
De verordening is van overeenkomstige toepassing, tenzij anders is bepaald in deze beleidsregel.
Artikel 4. Doelgroep
Deze beleidsregel is van toepassing op ouders /verzorgers en/of kinderen welke volgens de gemeentelijke basisadministratie woonachtig zijn in de gemeente Almelo en:
- a.
die tot een categorie van personen behoren met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking welke kinderopvang noodzakelijk maakt of;
- b.
ten aanzien van wie is vastgesteld dat kinderopvang in het belang van een gezonde ontwikkeling van het op te vangen kind noodzakelijk is.
De noodzaak tot kinderopvang dient te blijken op grond van het advies van een huisarts of andere instelling. Het college kan ten behoeve van de vaststelling van de noodzakelijkheid advies vragen bij een adviesorgaan.
Artikel 5. Voorliggende voorziening
Het college weigert een tegemoetkoming als er sprake is van een voorliggende voorziening. Tot een voorliggende voorziening wordt in ieder geval gerekend een voorziening op grond van:
- a.
de Wet kinderopvang;
- b.
de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten;
- c.
de Wet Maatschappelijke ondersteuning.
Artikel 6. Aanvraag
-
1. Een aanvraag voor een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang op grond van een sociale en/of medische indicatie dient, door de ouder(s)/ verzorger(s) te worden ingediend bij het college.
-
2. De aanvraag dient naast de gegevens zoals aangeven in artikel 4 van de verordening, in ieder geval bewijsstukken te bevatten waaruit het netto maandelijkse inkomen van de ouder(s)/ verzorger(s) blijkt.
Artikel 7. Aanspraak op tegemoetkoming
Ouders/verzorgers hebben aanspraak op een tegemoetkoming in de te betalen kosten van kinderopvang op grond van een sociale en/of medische indicatie als bij het college:
- -
in een advies de noodzaak van de kinderopvang, inclusief het noodzakelijke aantal uren per dag en week en de verwachte noodzakelijke duur wordt aangetoond en;
- -
dit advies vergezeld gaat met een beschrijving van de aanpak van het onderliggende probleem en;
- -
de kinderopvang wordt verzorgd door een geregistreerd kindercentrum of gastouderbureau.
Artikel 8. Hoogte en duur van de tegemoetkoming
- 1.
De tegemoetkoming heeft betrekking op maximaal 25 uur per week.
- 2.
De tegemoetkoming is gebaseerd op de feitelijke kosten, maar bedraagt per uur niet
meer dan het maximale uurtarief dat de Belastingdienst jaarlijks vaststelt.
- 3.
De tegemoetkoming wordt toegekend voor de duur van maximaal 6 maanden en kan daarna, na een nieuwe indicatie, nog één maal worden verlengd met maximaal 3 maanden.
- 4.
Ouder(s)/ verzorger(s) met een inkomen dat meer bedraagt dan de van voor hen toepasselijke bijstandsnorm betalen in beginsel een eigen bijdrage ter hoogte van de draagkracht.
Artikel 9. Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausule
-
1. In gevallen waarin deze beleidsregel niet voorziet, beslist het college.
-
2. Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van deze beleidsregel als toepassing daarvan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Artikel 10. Slotbepalingen
-
1. Deze beleidsregel treedt in werking per 1 oktober 2011 en is van toepassing op aanvragen welke op of na 1 oktober 2011 worden ingediend.
-
2. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als “Beleidsregel kosten kinderopvang op grond van een sociale of medische indicatie”.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl