Uitvoeringsprogramma handhaving Stadsdeel West

Geldend van 18-09-2016 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 19-03-2016

Intitulé

Uitvoeringsprogramma handhaving Stadsdeel West

Voorwoord 

Het Uitvoeringsprogramma Stadsdeel West (2011 en 2012), is een nadere invulling van de kaders en prioriteiten uit het handhavingsbeleid. In het Handhavingsbeleid zijn prioriteiten opgenomen, die zijn voortgekomen uit de risicoanalyse en bespreking met leden van het Dagelijks Bestuur. In dit uitvoeringsprogramma werken we deze prioriteiten uit.

Het uitvoeringsprogramma draagt bij aan programmatisch handhaven: het bewust uitvoeren van handhavingsbeleid. Het is onderdeel van een cyclisch proces van handhaving: plan - do - check - act. Jaarlijks worden er plannen gemaakt voor de uitvoering van de handhaving. Na afloop van elk jaar maken we hiervan een verslag. Op basis van behaalde resultaten, actuele ontwikkelingen, wetswijzigingen of veranderde inzichten worden voor het jaar erop nieuwe, aangepaste plannen gemaakt.

Leeswijzer

De Inleiding (1) geeft de afbakening van het uitvoeringsprogramma aan: periode, over welke afdelingen gaat het, etc. In een korte situatieschets van West (2), gaan we in op de verschillen tussen buurten en de consequenties daarvan voor de handhaving. Vervolgens geven we een uitgebreide schets van de uitvoering in 2011 en 2012 (3). Per onderwerp gaan we - voor zover mogelijk - in op beoogd resultaat, aanpak en (te behalen) kengetallen. Ook geven we de verbindingen aan met bestuurlijke ambities, die zijn vastgelegd in uitvoeringsprogramma's. Voor consequentie en consistente handhaving is een aantal randvoorwaarden (4) nodig. Daarna komt buurtgericht werken (5) aan bod. Elke buurt in West, kent zijn eigen aandachtspunten en handhaving speelt hierin een belangrijke rol. Tenslotte geven we de risico's (6) weer, die mogelijk een belemmering vormen bij het realiseren van dit uitvoeringsprogramma.

Inhoud

Voorwoord  2

Samenvatting  3

1.         Inleiding  3

2.         Situatieschets Stadsdeel West 3

3.         Uitvoering in 2011 en 2012  3

3.1.      Handhaving Bouw, Gebruik en Milieu 2011 en 2012  3

Bouw  3

Gebruik  3

Milieu  3

3.2.      Handhaving Openbare Ruimte 2011  3

3.3.      Handhavingsverzoeken  3

3.4.      Communicatie  3

4.         Randvoorwaarden  3

5.         Buurtgericht werken  3

6.         Risico's  3

Samenvatting

In dit Uitvoeringsprogramma handhaving Stadsdeel West 2011 en 2012 worden de kaders van het handhavingsbeleid en de daarin gestelde prioriteiten concreet gemaakt. Wie handhaaft wat, hoe doen ze dat en is dit meetbaar?

Dit uitvoeringsprogramma beschrijft zowel het jaar 2011 als - voorlopig - het jaar 2012 voor het onderdeel Gebruik, Bouw & Milieu. Bij vaststelling is het jaar 2011 al halverwege en vooralsnog gaan we ervan uit dat de beoogde resultaten voor 2011 ook voor 2012 gelden. De uiteindelijk gerealiseerde resultaten, nieuwe inzichten en de actualiteit kunnen ervoor zorgen dat de verwachtingen voor 2012 moeten worden bijgesteld. Als de begroting 2012 leidt tot ingrijpende consequenties voor de uitvoering van de handhaving ten opzichte van het voorliggende uitvoeringsprogramma, dan zal het dagelijks bestuur een aangepast definitief uitvoeringsprogramma voor 2012 vast stellen.  Het onderdeel Openbare Ruimte wordt alleen vastgesteld voor 2011. Dit onderdeel voor 2012 wordt sowieso pas vastgesteld, na vaststelling en implementatie van een plan van aanpak gericht op het verbeteren van de kwantiteit en kwaliteit van de capaciteit van de afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid.

Stadsdeel West kent grote verschillen tussen buurten, zowel in sociaal-economisch opzicht als op het gebied van woningvoorraad (zoals huur/koop). Dat heeft consequenties voor de handhaving: komen er veel woningklachten binnen, wordt er veel afval naast de container gezet. Per buurt is dit verschillend en handhavers treden op waar ze nodig zijn. Dit baseren ze op klachten die binnenkomen en eigen constateringen.

Het uitvoeringsprogramma handhaving beschrijft zo concreet mogelijk de aanpak van de handhaving. De uitvoering wordt in de volgende twee onderdelen uiteengezet:

Deel 1: handhaving Bouw, Gebruik en Milieu 2011 en 2012;

Deel 2: handhaving Openbare Ruimte 2011.

Deze verdeling is gebaseerd op de twee afdelingen die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering: de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu en de afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid. Samen met de afdeling Programmering Vergunningen & Handhaving - die een ondersteunende en adviserende rol heeft bij de uitvoering - zijn deze afdelingen gesitueerd in de directie Handhaving & Toezicht.

In totaal passeren 59 onderwerpen de revue, 41 bij bouw, gebruik en milieu en 18 bij openbare ruimte. Per onderwerp gaan we - voor zover mogelijk - in op beoogd resultaat, aanpak en (te behalen) kengetallen. De werkplannen van de betrokken afdelingen vormen op hun beurt weer een nadere uitwerking van het uitvoeringsprogramma. In de werkplannen staat bijvoorbeeld welke handhavers/teams in welke periode en met welke frequentie in welke buurten of straten surveilleren (openbare ruimte) of in welke buurten of straten veel achterstallig woningonderhoud is (bouw). Deze werkplannen komen tot stand op basis van ervaringsgegevens van de afdelingen zelf en van input geleverd door de buurtcoördinatoren van de afdeling Wijken.

Handhaving in de fysieke omgeving wordt uitgevoerd door de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu. Veel capaciteit van de afdeling gaat zitten in een aantal belangrijke (en structurele) prioriteiten. Dit zijn toezicht en handhaving op onderhoud van woningen, sloop en asbest, de uitvoering van omgevingsvergunningen van bouwwerken van ingrijpende aard (met constructieve onderdelen), brandveiligheid en horeca. Het onderwerp kinderopvangcentrum is nieuw in dit rijtje, maar de handhaving hierop is in Stadsdeel West al enige tijd geïntensiveerd.

De afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid handhaaft in de openbare ruimte. De belangrijkste prioriteiten voor deze afdeling zijn: bemensing van de buurtveiligheidsteams, afhandeling van meldingen en klachten en specifieke onderwerpen zoals hondenpoep/loslopende honden, verkeerd aangeboden particulier afval, zwerfvuil, fietswrakken en 'wees'(brom)fietsen en objecten in de openbare ruimte.

Handhaving draagt bij aan het realiseren van ambities en doelstellingen van het bestuur. Een aantal prioriteiten is nauw met deze doelstellingen verbonden en terug te vinden in de diverse programma's van het stadsdeel, zoals onderhoud woningen, toezicht en handhaving op bouwprojecten (Wonen in West), handhaving op afval (Buiten in West), aanpak fietswrakken (Bereikbaar West) en de inzet van Handhavers Openbare Ruimte in buurtveiligheidsteams (Veilig West). Het buurtveiligheidsteam is bovendien één van de instrumenten voor buurtgericht werken, een belangrijk sturingsprincipe van Stadsdeel West.

Een belangrijk risico is de bezuinigingsoperatie, waar het stadsdeel voor staat. Dit kan nadelige consequenties hebben voor handhaving en voor het realiseren van dit uitvoeringsprogramma. Op dit moment is nog niet inzichtelijk hoeveel er in 2012 moet worden bezuinigd en wat dit concreet betekent voor de afdelingen binnen de directie Handhaving & Toezicht. Dit uitvoeringsprogramma loopt daar niet op vooruit. Voor zowel 2011 als 2012 baseren wij ons op dezelfde uitgangssituatie, dus ook dezelfde financiële situatie.

Uitvoeringsprogramma handhaving Stadsdeel West 2011 en 2012

1. Inleiding

In het Handhavingsbeleid Stadsdeel West 2011-2014 zijn de kaders van de handhaving beschreven; de nota gaat in op de wijze waarop toezicht en handhaving in het stadsdeel plaatsvindt en binnen welke context. In dit Uitvoeringsprogramma handhaving Stadsdeel West worden de kaders van het handhavingsbeleid en de daarin gestelde prioriteiten concreet gemaakt 1. Wat betekenen de prioriteiten in de praktijk? Het dagelijks bestuur stelt jaarlijks een uitvoeringsprogramma vast. Het handhavingsbeleid en het uitvoeringsprogramma worden bekend gemaakt aan de stadsdeelraad.

Dit uitvoeringsprogramma beschrijft zowel het jaar 2011 als - voorlopig - het jaar 2012 voor het onderdeel Gebruik, Bouw & Milieu. Bij vaststelling is het jaar 2011 al halverwege en vooralsnog gaan we ervan uit dat de beoogde resultaten voor 2011 ook voor 2012 gelden. De uiteindelijk gerealiseerde resultaten, nieuwe inzichten en de actualiteit kunnen ervoor zorgen dat de verwachtingen voor 2012 moeten worden bijgesteld. Als bij vaststelling van de begroting 2012 de consequenties van de bezuinigingen voor de handhaving bekend zijn, wordt bepaald of een nieuw uitvoeringsprogramma voor 2012 nodig is of dat kan worden volstaan met wijzigingen op het huidige uitvoeringsprogramma. Het onderdeel Openbare Ruimte in het uitvoeringsprogramma wordt alleen vastgesteld voor 2011. Dit onderdeel wordt voor 2012 sowieso pas vastgesteld, na vaststelling en implementatie van een plan van aanpak gericht op het verbeteren van de kwantiteit en kwaliteit van de capaciteit van de afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid. Dit verbetertraject is overigens al in gang gezet.

De grote bezuinigingsoperatie waar het stadsdeel deze bestuursperiode voor staat zal ook zijn weerslag hebben op de afdelingen die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de handhaving: Gebruik, Bouw & Milieu en Openbare Ruimte & Veiligheid. Op dit moment is nog niet inzichtelijk hoeveel er in 2012 moet worden bezuinigd en wat dit concreet betekent voor de afdelingen. Dit uitvoeringsprogramma loopt daar niet op vooruit. Voor beide jaren baseren wij ons op dezelfde uitgangssituatie, dus ook dezelfde financiële situatie.

Het uitvoeringsprogramma handhaving beschrijft concreet de aanpak van de handhaving. De uitvoering wordt in de volgende twee onderdelen uiteengezet:

1 Handhaving Bouw, Gebruik en Milieu 2011 en 2012;

2 handhaving Openbare Ruimte 2011.

Het uitvoeringsprogramma gaat uit van de onderwerpen zoals ze zijn benoemd in de risicoanalyse. Deze onderwerpen worden concreet gemaakt met behulp van beoogd resultaat, aanpak en kengetallen. Het uitvoeringsprogramma gaat niet in op inzet van uren of middelen. Hiervoor verwijzen we naar de werkplannen en de begroting. Wel merken we hierbij op dat bij de uitwerking in dit programma is uitgegaan van de capaciteitsverdeling op basis van de formele bezetting per afdeling in 2011. We houden daarbij de huidige fte-verhoudingen bij de betrokken afdelingen aan. Afhankelijk van de resultaten kan overwogen worden om deze verhoudingen los te laten en te schuiven met capaciteit tussen de afdelingen. Het is daarbij ook van belang om de risico's van de onderwerpen waarop gehandhaafd wordt tegen elkaar af te zetten. Dat wil zeggen dat niet alleen per thema wordt gekeken naar welke onderwerpen prioriteit hebben (zoals nu is gedaan), maar dat ook tussen de verschillende thema's een prioritering wordt gemaakt (integrale afweging).

Stadsdeel West baseert zich op stedelijke afspraken over programmatisch handhaven. Programmatisch handhaven is een planmatige aanpak en voorkomt dat we een groot deel van de tijd bezig zijn met ad hoc-acties op basis van incidenten. Het handhavingsbeleid, de risicoanalyse, het stellen van prioriteiten en het uitvoeringsprogramma dragen allemaal bij aan programmatisch handhaven: het bewust uitvoeren van handhavingsbeleid. Het bestuur maakt keuzes, want niet alle handhavingstaken kunnen tegelijkertijd en met dezelfde intensiteit uitgeoefend worden.

De stedelijke afspraken om handhaving te professionaliseren betekent voor 2011 en 2012 dat handhavers (verplichte) opleidingen volgen. Dit geldt zowel voor de Handhavers Openbare Ruimte als voor de Handhavers Bouw/Gebruik/Milieu.

In de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo, 2010) en het Besluit omgevingsrecht zijn wettelijke eisen voor het handhavingsbeleid en het uitvoeringsprogramma opgenomen. Gemeenten (en stadsdelen) moeten jaarlijks hun voornemens bekend maken over de wijze waarop het komende jaar de handhaving wordt uitgevoerd. Ook is een jaarlijks verslag nodig waarin de gemeenteraad (of stadsdeelraad) wordt geïnformeerd over de manier waarop in het voorgaande jaar de handhaving is uitgevoerd. Een dergelijk verslag over het jaar 2011 zal begin 2012 ter kennisname naar de stadsdeelraad gaan. Het aangepaste uitvoeringsprogramma 2012 voor het onderdeel Openbare Ruimte en de eventuele wijzigingen voor het onderdeel Gebruik, Bouw & Milieu worden dan ook bekend gemaakt.

2. Situatieschets Stadsdeel West

In Stadsdeel West wonen ruim 130.000 mensen. Het inwonertal is in de afgelopen tien jaar redelijk constant. Er zijn buurten waar het inwonertal de afgelopen tien jaar is gestegen (Houthavens, Helmersbuurt) maar ook buurten waar het inwonertal is gedaald (Spaarndammerbuurt, Frederik Hendrikbuurt, Landlustbuurt, Chassébuurt). Stadsdeel West telt in 2010 77.067 huishoudens en 72.704 woningen.

Buurten

De buurten in West verschillen van elkaar. Zo zijn er buurten waar de woningprijzen hoog zijn, er weinig werkloosheid is en weinig mensen zijn aangewezen op de bijstand. Kenmerkend is de zeer hoge sociaal-economische status. Hier wonen weinig kinderen met een achterstandspositie en de buurten worden hoog gewaardeerd. Andere buurten daarentegen hebben juist te kampen met grote sociale problematiek. De afgelopen jaren is er hard gewerkt aan het verbeteren van de leefbaarheid en de veiligheid in deze buurten, maar de situatie is nog ondergemiddeld. Ook de werkloosheid en bijstandsafhankelijkheid zijn hier in hoger dan gemiddeld.

De grootste verschillen zijn te zien tussen de Kolenkitbuurt en de Vondelparkbuurt. De bewoners van de Vondelparkbuurt zijn hoog opgeleid, hebben een zeer hoog inkomen en er is nauwelijks werkloosheid. Er zijn veel koopwoningen en de woningprijzen zijn hoog. Bewoners van de Vondelparkbuurt geven, samen met de Helmersbuurt, de hoogste waardering van West voor hun buurt: 8,1. In de Kolenkitbuurt ligt de waardering juist het laagst, maar is in 2009 wel voor het eerst voldoende: 6,0. De werkloosheid is hier het hoogst van West (15,5% t.o.v. 8,4%) en weinig mensen zijn hoog opgeleid. Er is een grote sociale huurvoorraad en de huizenprijzen zijn naar verhouding laag.

Deze verschillen hebben gevolgen voor de inzet van de handhaving. Uit buurten met veel huurwoningen komen veel meer woningklachten binnen dan uit buurten waar overwegend koopwoningen zijn (eigenaar/bewoner). Handhavers Bouw nemen vaker woningen op in buurten met veel woningklachten en schrijven de betreffende eigenaren aan als ze hun panden niet goed onderhouden. Daarnaast onderscheidt de wijk Bos en Lommer zich van de andere drie wijken, omdat dit een stedelijk vernieuwingsgebied is. Hier worden veel grootschalige sloop-nieuwbouw projecten gerealiseerd. In Westerpark, Oud-West en De Baarsjes worden meer vergunningen voor (kleinschalige) renovaties en aanpassingen aangevraagd. Dit vereist een andere aanpak en deskundigheid van de Handhaver Bouw.

Gekoppeld aan de leefbaarheid is bijvoorbeeld de afvalproblematiek. Ook hier zijn onderlinge verschillen te zien: de ene buurt ziet er schoon en netjes uit en in de andere buurt staat het afval vaak naast de container en hoopt het zwerfvuil zich op. Deze buurten zullen veelal lager gewaardeerd worden dan de eerstgenoemde buurten. De Handhavers Openbare Ruimte treden vaker handhavend op in de buurten waar veel afval op straat ligt.

(bron: Factsheets Wijken / Dienst Onderzoek & Statistiek, april 2011, cijfers hebben betrekking op 2010).

3. Uitvoering in 2011 en 2012

In het Handhavingsbeleid zijn prioriteiten opgenomen, die zijn voortgekomen uit de risicoanalyse en bespreking met leden van het Dagelijks Bestuur. In dit uitvoeringsprogramma werken we deze prioriteiten uit. Per onderwerp gaan we in op aanpak, beoogd resultaat en (te behalen) kengetallen.

Het uitvoeringsprogramma handhaving beschrijft zo concreet mogelijk de handhavingacties van 2011 en 2012. De uitvoering wordt in de volgende twee onderdelen uiteengezet:

Deel 1: handhaving Bouw, Gebruik en Milieu 2011 en 2012;

Deel 2: handhaving Openbare Ruimte 2011.

3.1 Handhaving Bouw, Gebruik en Milieu 2011 en 2012

De afdeling Gebruik, Bouw & Milieu is verantwoordelijk voor de handhaving in de fysieke omgeving. Bij de uitvoering van de wettelijke taken gaat veel capaciteit van de afdeling zitten in een aantal belangrijke (en structurele) prioriteiten. Dit zijn grofweg toezicht en handhaving op onderhoud van woningen, sloop en asbest, de uitvoering van omgevingsvergunningen van bouwwerken van ingrijpende aard (met constructieve onderdelen), brandveiligheid en horeca. Ook in handhavingprogramma's van andere stadsdelen en gemeenten zie je deze onderwerpen vaak als prioriteit terugkomen, omdat ze grote invloed hebben op criteria als veiligheid, gezondheid en leefbaarheid. Het onderwerp kinderopvang is nieuw in dit rijtje, maar de handhaving hierop is in Stadsdeel West al enige tijd geïntensiveerd.

Bij handhaving is het van belang om zorgvuldig en rechtmatig te handelen. Zo krijgen overtreders - indien mogelijk - redelijke termijnen opgelegd om een overtreding ongedaan te maken, waarbij ook rekening wordt gehouden met de sociale en financiële omstandigheden. Na meerdere opnames, constateringen en één of meerdere hersteltermijnen wordt overgegaan op het toepassen van bestuursdwang, waarbij het stadsdeel zelf de overtreding ongedaan maakt. Alleen bij gevaar en zwaardere overtredingen past het stadsdeel meteen bestuursdwang toe om de overtreding te stoppen en is er dus ook geen sprake van hersteltermijnen. Bij het formuleren van resultaten wordt per onderwerp uitgegaan van een gemiddelde doorlooptijd van anderhalf tot drie jaar per handhavingstraject.

Een aantal prioriteiten sluiten aan bij diverse programma's van het stadsdeel, die een uitwerking zijn van de bestuurlijke ambities in het coalitieakkoord 'West maakt het verschil'. Zo kan handhaving een belangrijke bijdrage leveren aan de doelstelling 'de kwaliteit van de woningvoorraad is beter en meer duurzaam' in het programma Wonen in West, door eigenaren aan te schrijven hun panden te onderhouden, door toe te zien op sloop en bouwwerkzaamheden, etc.

Bouw

Bij het thema Bouw zijn de onderwerpen onderverdeeld in vier clusters: cluster 1: veiligheid & gezondheid; cluster 2: kwaliteit nieuwbouw & bestaande bouw, duurzaamheid; cluster 3: welstand & monumenten en cluster 4: restcategorie. Aan de onderwerpen in cluster 1 wordt het meest prioriteit gegeven, terwijl aan de onderwerpen in cluster 3 en 4 minder belang wordt gehecht.

Cluster 1: veiligheid & gezondheid

Onderwerpen die (direct) consequenties kunnen hebben voor de veiligheid en gezondheid van bewoners/gebruikers hebben prioriteit boven de onderwerpen in de hierna volgende clusters.

Onderhoud van woningenheeft de hoogste prioriteit. De staat van panden is wisselend in West. Door grootschalige renovatieprojecten zijn veel panden op hoog niveau gerenoveerd. Ook zijn er de nodige sloop-nieuwbouw projecten geweest, maar nog niet overal is de stedelijke vernieuwing afgerond. In buurten als de Kolenkit zijn nog veel panden in slechte staat.

Eigenaren hebben een onderhoudsplicht voor hun woningen. Geen of gebrekkig onderhoud van woningen kan leiden tot woningklachten. Vooral over de oudere woningen in Stadsdeel West zijn klachten, met name bij woningen van particuliere verhuurders. De klachten van bewoners en huurteam worden geregistreerd en de Handhavers Bouw houden een controle en spreken de eigenaren hierop aan. Als nodig worden de eigenaren aangeschreven op hun verplichting de woning zodanig te onderhouden dat deze voldoet aan de minimale eisen voor bestaande bouw van het Bouwbesluit. Naast het reageren op woningklachten kunnen handhavers eigenaren ook actief aanschrijven.

Naast het afhandelen van woningklachten schrijft het stadsdeel eigenaren ook actief aan om hun panden te onderhouden. Dit gebeurt als een handhaver constateert dat een pand in slechte staat is of in het kader van complexgewijze woningverbetering in een specifieke straat of buurt. Dit onderwerp draagt rechtstreeks bij aan het behalen van de ambitie verbetering woningkwaliteit in het programma Wonen in West. Op dit moment loopt de complexgewijze aanpak uit voormalig Stadsdeel Westerpark nog door in enkele buurten. Stadsdeel West is nu bezig om te kijken in welke buurten de complexgewijze aanpak -eventueel in andere vorm - ontwikkeld kan worden. Dit wordt uitgewerkt in een actieprogramma.

.

Prioriteit 1

Onderhoud van woningen

Beoogd resultaat eind 2012

Tachtig (80) procent van de in 2011 gecontroleerde en aangeschreven woningen zijn goed onderhouden, minimaal op het niveau van het Bouwbesluit dan wel op het niveau zoals voorgeschreven in de complexgewijze aanpak. Van de woningen die in 2012 zijn gecontroleerd en aangeschreven kan dit resultaat eind 2013 worden bereikt. Aan het eind van 2014 is vijf en negentig (95) procent van de gecontroleerde en aangeschreven woningen minimaal op het niveau van het Bouwbesluit of op het niveau zoals voorgeschreven in de complexgewijze aanpak.

Aanpak

Alle woningklachten worden geregistreerd en ter plaatse binnen 2 weken opgenomen. Ook neemt de handhaver contact op met de eigenaar met als doel de klachten te verhelpen en zo mogelijk een tijdrovend aanschrijvingstraject te voorkomen. Bij constateringen van ernstige gebreken / achterstallig onderhoud zet een handhaver (casemanager) een aanschrijvingstraject in (passief aanschrijven).

Daarnaast gaat de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu over tot actief aanschrijven: daar waar de handhavers constateren dat panden/woningen slecht of matig zijn, wordt aangeschreven. In voormalig Stadsdeel De Baarsjes werkte men aan de hand van een aanschrijvingsprogramma (2002-2010). Nog niet alle panden van het programma zijn opgeknapt. In voormalig Stadsdeel Westerpark werd complexgewijze aanpak gerealiseerd. In enkele buurten loopt die aanpak nog door. Wanneer eigenaren geen deel willen nemen aan de complexgewijze aanpak, worden zij door de aanschrijving gedwongen toch hun pand(en) op te knappen.

Aantal woningklachten per jaar (toezicht)

160

Aantal aanschrijvingen op basis van woningklachten per jaar (passief aanschrijven)

38

Aantal panden per jaar (actief aanschrijven)

53

De tweede prioriteit is illegale asbestverwijdering. Asbestverwijdering zonder vergunning of melding vooraf is niet toegestaan. Het niet verantwoord verwijderen van asbest kan zeer grote nadelige gevolgen hebben voor de volksgezondheid, hoewel dit een uitgesteld effect is. De kans dat asbest onnauwkeurig wordt verwijderd is ook groot; het heeft daarom hoge prioriteit illegale asbestverwijdering tegen te gaan. Illegale asbestverwijdering gaat gepaard met (illegale) sloop. Ook slopen zonder de daarvoor benodigde vergunning mag niet.

.

Prioriteit 2 en 5

Illegale asbestverwijdering en Illegale sloop (samengevoegd)

Beoogd resultaat eind 2012

Alle geconstateerde of gemelde illegale sloop of asbestverwijderingen zijn stilgelegd en/of alsnog met vergunning of melding vooraf gerealiseerd.

Aanpak

Handhavers van de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu zijn tijdens hun dagelijkse inspecties extra alert op illegale sloop en illegale asbestverwijdering. Zij leggen het werk stil zodra ze illegale werkzaamheden constateren.

Aantal constateringen / stilleggingen per jaar (toezicht & handhaving)

60

De derde prioriteit vormen de grotere bouwprojecten: omgevingsvergunningen van bouwwerken van ingrijpende aard > 100.000,- euro. Als deze niet goed worden uitgevoerd dan kan dat ernstige consequenties hebben op de veiligheid. De eerste verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de bouwer. Toezicht en handhaving zijn aanvullend en kunnen bijdragen aan een zorgvuldig en veilig verloop van het bouwproces.

Het onderscheid van de drie categorieën bouwvergunningen is gebaseerd op het toets- en toezichtprotocol ‘Bouwtoezicht op Maat' 2. Onder deze categorie vallen alle grotere bouwprojecten met een woonfunctie of een industriefunctie, bijeenkomstfunctie, kantoorfunctie, etc. In het toezichtprotocol staat op welk niveau kenmerkende onderdelen van de bouw (zoals fundering, begane grond, dak) worden gecontroleerd. De diepgang van het toezicht kan per onderdeel in het bouwproces verschillen van een controle op hoofdlijnen tot een controle van alle onderdelen op detailniveau.

.

Prioriteit 3

Omgevingsvergunningen van bouwwerken van ingrijpende aard > 100.000,- euro

Beoogd resultaat eind 2012

Alle (100%) controles op de uitvoering van alle omgevingsvergunningen van bouwwerken van ingrijpende aard met een bouwsom van boven de 100.000,- euro zijn traceerbaar en uniform vastgelegd.

Aanpak

Handhavers Bouw controleren de uitvoering van alle omgevingsvergunningen van bouwwerken van ingrijpende aard met een bouwsom van boven de 100.000,- euro volgens het toezichtprotocol Bouwtoezicht op Maat.

Aantal reguliere/grote omgevingsvergunningen per jaar (toezicht):

50

Aantal overtredingen per jaar (handhaving)

5

Aantal grote nieuwbouwprojecten per jaar (toezicht)

13

Aantal overtredingen per jaar (handhaving)

2

De controle op asbestverwijdering (vergunning) is de vierde prioriteit. Deze is verbonden aan prioriteit 7, het toezicht op de sloopvergunning. Bij het slopen van en in woningen en andere gebouwen wordt regelmatig asbest aangetroffen. Asbest is vooral verwerkt in gebouwen die gebouwd zijn voor 1994. Het toezicht op asbestverwijdering is vooral een administratieve controle: vergunningaanvragers moeten een asbestinventarisatierapport en een asbestverwijderingsrapport overleggen. Tijdens de werkzaamheden berust het toezicht bij de Deskundig Toezichthouder Asbestverwijdering. De Handhavers Bouw controleren de naleving van de sloopvergunning. De controle op slopen gebeurt vooral uit veiligheidsoverwegingen. In sloopveiligheidsplannen geven vergunningaanvragers aan hoe zij de sloop willen aanpakken. Voor de start van sloopvergunningen geldt een meldingsplicht.

.

Prioriteit 4 en 7

Asbestverwijdering (vergunning) en Sloopvergunning (samengevoegd)

Beoogd resultaat eind 2012

De voorschriften in de vergunningen voor het veilig verwijderen van asbest worden opgevolgd.

Aanpak

Handhavers Bouw controleren - bij mogelijke aanwezigheid van asbest - altijd op de aanwezigheid van een asbestinventarisatierapport en een asbestverwijderingsrapport. Hierbij volgen zij het stedelijk Asbestprotocol (gebaseerd op de Landelijke Uitvoeringsmethodiek Asbestverwijderingsbesluit). Ook houden ze toezicht op de uitvoering van alle sloopvergunningen volgens de Handreiking Slopen van de Vereniging BWT Nederland.

Aantal vergunningen sloop/asbest per jaar (toezicht)

200

Aantal meldingen parapluvergunning (administratief) per jaar

100

Aantal overtredingen uitvoering vergunning per jaar (handhaving)

20

De zesde prioriteit vormen gas en elektra installaties. Dit zijn toestellen die zijn aangesloten op gas of elektriciteit, zoals geisers, cv-ketels en boilers. Om er zeker van te zijn dat deze veilig zijn, moeten ze regelmatig worden gecontroleerd. Ook goede ventilatie is belangrijk, vooral om koolmonoxidevergiftiging te voorkomen. Eigenaren of huurders van woningen moeten zorgen dat hun installatie veilig is. Een groot aandeel van de woningklachten heeft betrekking op gas en elektra installaties.

.

Prioriteit 6

Gas en elektra installaties

Beoogd resultaat eind 2012

Van de gecontroleerde gas en elektra installaties in de woningen van Stadsdeel West is honderd (100) procent veilig.

Aanpak

De handhavers reageren uiterlijk binnen 24 uur op woningklachten die betrekking hebben op ernstige gebreken aan gas en elektra installaties. Waar nodig schakelen ze een bedrijf in dat de installatie repareert. Dit om gevaar, zoals koolmonoxidevergiftiging, explosiegevaar of brandgevaar te voorkomen.

Aantal klachten over gas en elektra installaties per jaar (toezicht)

40

Aantal aanhoudende overtredingen per jaar (handhaving)

4

Veilig en professioneel werken op de bouwplaatsis prioriteit 8. De Arbeidsinspectie is de eerstelijns toezichthouder op dit onderwerp. Wel hebben de Handhavers Bouw een signaleringsfunctie. Bij (duidelijk zichtbare) overtredingen op de bouwplaats kunnen zij het werk stilleggen (bouwstop) en de Arbeidsinspectie inschakelen.

.

Prioriteit 8

Veilig en professioneel werken op de bouwplaats

Beoogd resultaat eind 2012

De Arbeidsinspectie wordt altijd binnen 24 uur ingelicht als een handhaver een overtreding heeft geconstateerd en het werk heeft moeten stilleggen.

Aanpak

De Handhavers Bouw zijn alert op overtredingen op de bouwplaats, lichten de Arbeidsinspectie in en leggen waar nodig het werk stil.

Aantal constateringen / meldingen per jaar (toezicht en handhaving)

14

Omgevingsvergunningen van bouwwerken van ingrijpende aard < 100.000,- eurovormen prioriteit 9. Verbouw en nieuwbouw met veiligheidsconsequenties, zoals interne doorbraken, dakopbouw, dakterras, aan- en uitbouw met doorbraak, bouwwerken met paalfundering, etc.

.

Prioriteit 9

Omgevingsvergunningen van bouwwerken van ingrijpende aard < 100.000,- euro

Beoogd resultaat eind 2012

De controles op de uitvoering van alle (100%) omgevingsvergunningen van bouwwerken van ingrijpende aard met een bouwsom van onder de 100.000,- euro zijn traceerbaar en uniform vastgelegd.

Aanpak

Handhavers Bouw controleren de uitvoering van alle (100%) omgevingsvergunningen van bouwwerken van ingrijpende aard met een bouwsom van onder de 100.000,- euro volgens het toezichtprotocol Bouwtoezicht op Maat.

Aantal omgevingsvergunningen per jaar (toezicht)

325

Aantal overtredingen per jaar (handhaving)

32

Cluster 2: kwaliteit nieuwbouw & bestaande bouw, duurzaamheid;

Het tweede cluster betreft de kwaliteit nieuwbouw en bestaande bouw en duurzaamheid. De risico's voor de veiligheid en de gezondheid van bewoners zijn bij deze onderwerpen iets minder groot dan bij de onderwerpen in cluster 1.

Onder cluster 2 valt illegale bouw in, op of aan gebouwen en in tuinen (prioriteit 10). Het gaat om bouwen zonder vergunning. Illegale bouw kan onveilige en ongewenste situaties veroorzaken. De overtredingen worden aangepakt op basis van eigen constateringen en na meldingen door derden.

.

Prioriteit 10

Illegale bouw in, op of aan gebouwen en in tuinen

Beoogd resultaat eind 2012

Bouwwerken die zonder omgevingsvergunning zijn gebouwd (geconstateerd door en/of gemeld bij het stadsdeel) worden verwijderd of indien mogelijk alsnog met een vergunning gelegaliseerd (zodat bouwdossiers up-to-date blijven).

Aanpak

Handhavers Bouw zijn alert op illegale bouwactiviteiten. Bij constateringen en/of meldingen van bouwwerken die zonder omgevingsvergunning zijn gebouwd wordt een aanschrijvingstraject ingezet, tenzij uit een legalisatieonderzoek blijkt dat het bouwwerk gelegaliseerd kan worden.

Aantal handhavingacties per jaar (handhaving)

75

Het splitsen en opknappen van woningen, prioriteit 11 uit de risicoanalyse, heeft ook bestuurlijke prioriteit. Voor het splitsen en opknappen van woningen gelden de afspraken die zijn vastgelegd in het Amsterdamse Splitsingsbeleid voor particulieren huurwoningen uit 2007 en het Convenant splitsing en verkoop van sociale huurwoningen 2002-2016. Wanneer een woongebouw van voor 1940 wordt gesplitst in meerdere onafhankelijke eenheden is een splitsingsvergunning vereist. Voor het verkrijgen van een splitsingsvergunning moeten de woningen voldoen aan een aantal bouwkundige eisen, zoals tien jaar onderhoudsvrij. Op dit moment worden nieuwe afspraken met corporaties vastgelegd. Deze nieuwe afspraken treden nog in 2011 in werking. Over voortzetting en of aanpassing van particulier splitsingsbeleid bestaat nog geen zekerheid.

.

Prioriteit 11

Splitsen en opknappen van woningen

Beoogd resultaat eind 2012

Alle panden waarvoor een splitsingsvergunning is aangevraagd worden na afronding van de onderhoudswerkzaamheden door de handhavers gecontroleerd, opdat de vergunning kan worden afgegeven.3

Aanpak

De controle op te splitsen woningen verloopt volgens de stedelijke bouwkundige kwaliteitseisen bij particulieren en volgens de nieuwe convenantafspraken bij woningbouwcorporaties.

Aantal afgehandelde aanvragen voor splitsingen 4 (toezicht, oplevering en vergunningverstrekking)

30

Ook prioriteit 12, samenvoegen c.q. onttrekken van een woning zonder vergunning is een bestuurlijke prioriteit. Voor het onttrekken van een woning aan de woningvoorraad is een vergunning nodig. Bij woningonttrekking kan het gaan om het omzetten van een woning in een bedrijfsruimte; het omzetten van zelfstandige in onzelfstandige woonruimte (zoals kamerverhuur) en het samenvoegen van woningen.

.

Prioriteit 12

Samenvoegen c.q. woning onttrekken zonder vergunning

Beoogd resultaat eind 2012

Het tegengaan van het samenvoegen of onttrekken van woningen aan de woningvoorraad zonder vergunning.

Aanpak

Handhavers van de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu zijn alert op het onttrekken van woningen aan de woningvoorraad. Bij constateringen en/of meldingen, o.a. van de Dienst Wonen, Zorg en Samenleven, wordt een aanschrijvingstraject ingezet, tenzij uit een legalisatieonderzoek blijkt dat het bouwwerk alsnog gelegaliseerd kan worden.

Aantal appartementsrechten per jaar (toezicht)

40

Aantal overtredingen per jaar

4

Toegankelijkheid bij nieuwbouw / renovatie voor doelgroepen, prioriteit 13, heeft ook bestuurlijke prioriteit. Eén van de doelstellingen in het programma Wonen in West, een uitwerking van het coalitieakkoord, is dan ook 'meer woningen voor doelgroepen'. Hierbij wordt gestreefd naar een toename van het aantal rolstoelwoningen en geclusterde zelfstandig zorgwoningen, waaronder Wibo-woningen (wonen in een beschermde omgeving). Dit onderwerp is met name bij de toetsing relevant en vormt onderdeel van het toezicht op de uitvoering van de omgevingsvergunning onderdeel bouw. Om die reden voeren we hier geen aparte kengetallen op.

Isolatie en energiezuinigheid, prioriteit 14, heeft ook bestuurlijke prioriteit. Energiebesparende maatregelen zijn: isolatieglas, spouwmuurisolatie en hoog rendementsketels. Dit onderwerp is met name bij de toetsing relevant en vormt een onderdeel van het toezicht op de uitvoering van de omgevingsvergunning onderdeel bouw. Ook hier voeren we geen aparte kengetallen op. De verwachte resultaten en kengetallen voor de omgevingsvergunningen onderdeel bouw zijn al opgenomen in dit uitvoeringsprogramma.

Bij de categorie omgevingsvergunningen van bouwwerken van niet-ingrijpende aard < 100.000,-  euro, prioriteit 15, gaat het om verbouw en nieuwbouw zonder veiligheidsconsequenties, zoals dakkapel, reclameobject, rolluik, aan- en uitbouw zonder doorbraak, etc.

.

Prioriteit 15

Omgevingsvergunningen van bouwwerken van niet-ingrijpende aard < 100.000,- euro

Beoogd resultaat eind 2012

Volgens het toezichtprotocol Bouwtoezicht op Maat hoeven niet alle omgevingsvergunningen van bouwwerken van niet-ingrijpende aard met een bouwsom van onder de 100.000,- euro te worden gecontroleerd. De controles die wel zijn uitgevoerd zijn traceerbaar en uniform vastgelegd.

Aanpak

Handhavers Bouw controleren de uitvoering van omgevingsvergunningen van bouwwerken van niet-ingrijpende aard met een bouwsom van onder de 100.000,- euro volgens het toezichtprotocol Bouwtoezicht op Maat. Dit houdt in dat op sommige vergunningen geen controle is.

Aantal omgevingsvergunningen per jaar (toezicht)

150

Aantal overtredingen per jaar (handhaving)

15

Cluster 3: welstand & monumenten

De onderwerpen in cluster 3, welstand en monumenten, hebben minder prioriteit dan de onderwerpen in de eerste twee clusters. Aan deze onderwerpen zijn nauwelijks tot geen veiligheidsconsequenties verbonden. De onderwerpen hebben grotendeels betrekking op de beeldkwaliteit van een straat of gebouw. De afdeling Gebruik, Bouw & Milieu geeft voorrang aan onderwerpen die onder cluster 1 en 2 vallen. Dit betekent dat de aanpak van onderwerpen in cluster 3 minder urgent is.

De onderwerpen in cluster 3 zijn wel wettelijke taken of taken die voortvloeien uit overige regelgeving. Bij eigen constateringen en klachten worden de Handhavers Bouw geacht handhavend op te treden, ook al hebben de betreffende overtredingen minder prioriteit. Het betekent wel dat Handhavers Bouw minder alert zijn op deze onderwerpen en ze vooral zullen reageren op klachten en meldingen van derden (passieve handhaving).

Alleen voor monumenten en welstand geldt dat preventieve maatregelen en direct toezicht op de uitvoering van omgevings- en monumentenvergunningen van groot belang is. Hiermee voorkom je onherstelbare schade en langdurige handhavingstrajecten in de toekomst. Wel moet hierbij opgemerkt worden dat handhaving op welstand lastig is zolang de welstandsnota nog niet is geharmoniseerd en er nog vier verschillende welstandscriteria naast elkaar bestaan in Stadsdeel West.

Voor de onderwerpen aanzicht (winkel)gevels, gevelreclame en schotelantennes geven we geen beoogd resultaat weer. Dit komt omdat het hier vooral gaat om het reageren op klachten (passieve handhaving). Wel kunnen we met kengetallen ‘plannen' hoeveel klachten en daaraan gekoppelde handhavingacties we jaarlijks verwachten.

Aanzicht (winkel)gevels en gevelreclame hebben - vergeleken met andere onderwerpen - niet zo'n hoge prioriteit voor de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu. Maar deze twee onderwerpen zijn wel onderdeel van de doelstelling 'meer variëteit in winkelaanbod en horeca', onder andere uitgevoerd door goed ondernemerschap te promoten, in het programma Creatief en Ondernemend West. In eerste instantie maakt de winkelstraatmanager afspraken met ondernemers over de kwaliteit en de uitstraling van de winkels, zoals de uitstallingen op straat en reclame-uitingen. Deze afspraken worden vastgelegd in beeldkwaliteitsplannen. Lukt het niet om ondernemers te houden aan de gemaakte afspraken, dan kan handhavend worden opgetreden. Aangezien handhaving in het kader van deze doelstelling pas later in beeld komt en aanzicht (winkel)gevels en gevelreclame een relatief lage prioriteit hebben in de risicoanalyse, wordt vooralsnog alleen gehandhaafd naar aanleiding van klachten, handhavingsverzoeken en in opdracht van winkelstraatmanagers c.q. bestuur.

.

Prioriteit 16

Aanzicht (winkel)gevels

Aanpak

Reageren op klachten en handhavingsverzoeken.

Aantal overtredingen per jaar

10

.

Prioriteit 17

Gevelreclame (incl. steigerdoekreclame)

Aanpak

Reageren op klachten en handhavingsverzoeken.

Aantal overtredingen per jaar

8

.

Prioriteit 18

Schotelantennes

Aanpak

Reageren op klachten en handhavingsverzoeken.

Aantal overtredingen per jaar

40

.

Prioriteit 19

Welstand

Beoogd resultaat

De grootste excessen op het gebied van welstand (ingrijpende wijziging gevel en kleurstelling pand) zijn ongedaan gemaakt.

Aanpak

Excessen op het gebied van welstand actief aanpakken. Daarnaast reageren op klachten en handhavingsverzoeken.

Aantal overtredingen per jaar

50

.

Prioriteit 20

Monumenten

Beoogd resultaat

De gecontroleerde werkzaamheden in, op of aan monumenten zijn verlopen volgens de voorwaarden in de monumentenvergunningen.

Aanpak

Handhavers Bouw controleren op de uitvoering van de monumentenvergunningen.

Aantal monumentenvergunningen per jaar

30

Aantal overtredingen per jaar

3

Prioriteit 21, vergunningsvrij bouwen, is niet in het overzicht opgenomen, omdat het lastig is in te schatten hoe vaak de regels omtrent vergunningsvrij bouwen worden overtreden. Er wordt immers geen vergunning aangevraagd en de betreffende bouwactiviteit vindt veelal plaats binnen of aan de achterkant van een woning, buiten het zicht van de Handhaver Bouw. Met de invoering van de Wet algemene bepaling omgevingsrecht (Wabo) per 1 oktober 2010 zijn de regels voor vergunningsvrij bouwen verruimd. Ook onder de Wabo betekent vergunningsvrij niet regelvrij. De eisen van het Bouwbesluit blijven van toepassing. Verwachting is dat er meer toezicht achteraf nodig is op vergunningsvrije bouwwerken en dat ook het aantal overtredingen zal toenemen, ten opzichte van vóór invoering van de Wabo. De effecten van de verruiming van de regels voor het vergunningsvrij bouwen worden op dit moment in kaart gebracht.

.

Prioriteit 21

Vergunningsvrij bouwen

Geen kengetallen

Cluster 4: Restcategorie.

Onder cluster 4 valt één onderwerp, scootsafes, prioriteit 22. Dit zijn bouwwerken in de openbare ruimte, bestemd voor het parkeren van scootmobielen. Dit onderwerp is van ondergeschikt belang en de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu treedt alleen handhavend op als de veiligheid in het geding is (bijvoorbeeld een verkeersonveilige situatie).

Gebruik

De eerste prioriteit bij het thema gebruik is brandveiligheid (gebruiksvergunningsplichtige, meldingsplichtige en niet-meldingsplichtige gebouwen). Dit onderwerp heeft ook bestuurlijke prioriteit. Het heeft dan ook een zeer groot effect op de fysieke veiligheid: bij een brand kunnen doden vallen. Uit de risicoanalyse is gebleken dat de kans dat de voorschriften voor het gebruik van een bouwwerk worden overtreden ook groot is: de brandweer treft bij een controle bijna altijd wel een paar punten aan die niet voldoen. De ervaring leert dat de brandveiligheidseisen snel verwaarloosd worden als er geen controle plaatsvindt.

De brandweer voert de controles namens het stadsdeel uit. Leidraad hiervoor zijn de stedelijke afspraken in het kader van het Preventie Activiteiten Plan (PREVAP). Hierin zijn alle voorkomende functies van gebouwen ingedeeld in risicoklassen. Per risicoklasse is bepaald hoe de verschillende gebouwfuncties moeten worden gecontroleerd: met welke diepgang, op welke punten en met welke frequentie. Het huidige stedelijke PREVAP-afspraken worden in 2011 herzien.

.

Prioriteit 1

Brandveiligheid

Beoogd resultaat eind 2012

De gecontroleerde bouwwerken zijn positief beoordeeld door de brandweer.

Aanpak

De brandweer voert de controles namens het stadsdeel uit en volgt daarbij de stedelijke afspraken in het kader van het Preventie Activiteiten Plan (PREVAP).

Aantal nieuwe vergunningen per jaar (toezicht)

24

Aantal nieuwe meldingen per jaar (toezicht)

40

Aantal bestaande vergunningen en niet-vergunningsplichtige bouwwerken per jaar (toezicht)

45

Aantal overtredingen per jaar (handhaving)

45

Prioriteit 2 is bedrijfsafval. Elke ondernemer is zelf verantwoordelijk voor het afvoeren van bedrijfsafval. Veel ondernemers sluiten hiervoor contracten af met een particuliere inzamelaar. De controle op bedrijfsafval wordt uitgevoerd door de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu, (tijdens integrale horeca- en/of milieucontroles), door de afdeling Beheer Openbare Ruimte (controleren op bedrijfsafvalcontracten in verband met aanvragen voor vrijstelling van het reinigingsrecht) en door de afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid (aantreffen van illegaal bedrijfsafval in de openbare ruimte).

.

Prioriteit 2

Bedrijfsafval

Beoogd resultaat eind 2012

Alle gecontroleerde ondernemers zorgen voor geoorloofde wijze van inzameling van hun bedrijfsafval, wat uiteindelijk resulteert in minder dumpen van bedrijfsafval in de openbare ruimte.

Aanpak

Handhavers Openbare Ruimte letten tijdens de surveillance op illegaal aangeboden bedrijfsafval en zij ondernemen binnen 48 uur actie als er een klacht over afval binnenkomt bij het Meldpunt Openbare Ruimte.

De afdeling Beheer Openbare Ruimte controleert het al dan niet betalen van de reinigingsheffing en of het betreffende bedrijf een afvalcontract heeft.

Bij integrale controles blijven de Handhavers Horeca en de Handhavers Milieu alert op bedrijfsafval.

Aantal handhavingacties per jaar

40

Horeca is de derde prioriteit bij het thema gebruik. Horecabedrijven verhogen de leefbaarheid in het stadsdeel, maar kunnen ook voor veel overlast zorgen. Daarom is consequente handhaving van belang. Het toezicht en de handhaving op de horeca verloopt integraal, dat wil zeggen dat in één controlebezoek de fysieke status en de bedrijfsvoering van de horecaonderneming worden getoetst aan de afgegeven exploitatievergunning en aan de gebruiks-, bouw- en milieuwet- en regelgeving. Deze integrale aanpak wordt onderschreven in het programma Milieu en Water bij de doelstelling 'gezonde leefomgeving en verbetering van het buitenklimaat': het beperken van de milieubelasting door een horecabedrijf. Eén van de doelstellingen van een ander programma, Creatief en Ondernemend West, is de toename van de horeca, waarbij kwaliteit (en niet kwantiteit) voorop staat. Handhaving van horecagelegenheden draagt bij aan het verhogen van de kwaliteit.

Een nieuwe categorie horecaondernemers vormen de shisha lounges. Deze bedrijven, waar klanten onder andere waterpijpen kunnen roken, hebben de afgelopen periode veel tijd gevergd van de Handhavers Horeca en Milieu, omdat voor deze nieuwe branche geen specifieke regelgeving bestaat en ook de processen niet gedocumenteerd zijn. Bij verschillende shisha lounges zijn meerdere overtredingen geconstateerd. De meest urgente overtreding was onvoldoende ventilatie, waardoor er een gevaar ontstond van koolmonoxidevergiftiging bij de direct omwonenden.

.

Prioriteit 3

Horeca

Beoogd resultaat eind 2012

Negentig (90) procent van de gecontroleerde inrichtingen (naar aanleiding van eigen controle of klacht) voldoet aan eisen in wet- en regelgeving en geven geen overlast (meer) voor de buurt.

Aanpak

Jaarlijks voeren Handhavers Horeca en Handhavers Milieu gezamenlijk controles uit, volgens de stedelijke pilot integrale horecacontrole. Daarnaast treden zij op bij klachten en meldingen. Bij overtredingen volgt Stadsdeel West het stedelijke stappenplan handhaving horeca.

Aantal (integrale) controles bij horecabedrijven per jaar (toezicht)

100

Aantal overtredingen per jaar (handhaving)

450

Handhaving op bestemmingsplan (illegaal gebruik van panden en tuinen)is de vierde prioriteit bij het thema gebruik. Illegaal gebruik betekent hier het in afwijking van het bestemmingsplan en ongewenst gebruiken van gronden en gebouwen. Toezicht op gebruik volgens het bestemmingsplan is belangrijk voor het stadsschoon en de kwaliteit van de leefomgeving. Consequente handhaving op bestemmingsplan is heel tijdrovend. Veel tuinen zijn bijvoorbeeld zonder vergunning vol gebouwd, zonder dat het stadsdeel dat wist. Zodra er veiligheidsrisico's zijn of bij overlastgevende situaties treedt Stadsdeel West wel actief handhavend op.

.

Prioriteit 4

Handhaving op bestemmingsplan (illegaal gebruik van panden en tuinen)

Beoogd resultaat eind 2012

Tachtig (80) procent van de gecontroleerde gronden en gebouwen voldoen aan het bestemmingsplan.

Aanpak

De afdeling Gebruik, Bouw & Milieu reageert op meldingen die betrekking hebben op illegaal gebruik van panden en treedt alleen actief handhavend op als de veiligheid in het geding is of bij overlastgevende situaties.

Aantal constateringen / handhavingacties per jaar (handhaving)

8

Terrassenzijn als vijfde prioriteit uit de risicoanalyse voortgekomen. Dit onderwerp heeft echter minder bestuurlijke prioriteit ten opzichte van andere onderwerpen bij het thema gebruik, zoals kinderopvang. Bovendien is het terrassenbeleid nog niet geharmoniseerd, waardoor ondernemers (en handhavers) kampen met verschillen in regelgeving binnen het stadsdeel, zelfs in dezelfde straat. Dit maakt het lastig om consistent en consequent te handhaven.

.

Prioriteit 5

Terrassen

Beoogd resultaat eind 2012

De terrassen in het stadsdeel brengen geen veiligheidsrisico's met zich mee.

Aanpak

Handhavers van zowel afdeling Gebruik, Bouw & Milieu als van de afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid controleren op terrassen. Ze letten met name op de veiligheids- en overlastgevende situaties.

Aantal overtredingen per jaar (handhaving)

8

De zesde prioriteit, kinderopvangcentra, heeft ook bestuurlijke prioriteit. Onder "kinderopvang" vallen kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, gastouderbureaus en voorzieningen voor gastouderopvang (de gastouders). Volgens de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen (hierna Wet kinderopvang) zijn ondernemers in de kinderopvang verplicht ‘verantwoorde kinderopvang' aan te bieden. Dit is kinderopvang die bijdraagt aan een goede ontwikkeling van een kind in een veilige en gezonde omgeving. Aandachtspunten zijn onder andere: veiligheid, gezondheid, aantal gekwalificeerde beroepskrachten in relatie tot het aantal kinderen per leeftijdscategorie, etc. De GGD is toezichthouder voor de Wet Kinderopvang. Het stadsdeel is verantwoordelijk voor de handhaving die daaruit voortkomt.6

Uit onderzoek blijkt dat de gemeente Amsterdam, als geheel, achterloopt in de handhaving van de kinderopvang. Om een inhaalslag te bewerkstelligen is in november 2010 het stedelijk project Verbetering handhaving kinderopvang begonnen. In de loop van 2011 is dit project één van de zes actielijnen geworden waarmee de aanbevelingen uit het rapport Gunning worden uitgevoerd. De Commissie Gunning heeft uitgebreid onderzoek gedaan naar de kwaliteit van kindercentra en het toezicht en de handhaving hierop door de gemeente, nadat in december 2010 een grootschalige zedenzaak aan het licht kwam.

.

Prioriteit 6

Kinderopvangcentra

Beoogd resultaat eind 2012

Toezicht en handhaving op kinderopvangcentra is geïntensiveerd en samenwerking met GGD en onderlinge overdracht is verbeterd. Honderd (100) procent van de verzoeken tot handhaving van de GGD wordt uitgevoerd door het stadsdeel.

Aanpak

Intensief toezicht en handhaving op de kinderopvangcentra. Toezicht en handhaving verlopen volgens de - in 2011 vast te stellen - procesafspraken zoals gemaakt in het kader van het stedelijk project Verbetering handhaving kinderopvang. Als tijdens de handhavingsprocedure geen zicht is op opheffen van de overtredingen gaat het stadsdeel samen met de GGD over tot sluiting.

Aantal overtredingen per jaar (verzoeken tot handhaving GGD)

60

Prostitutiebedrijvenvormen prioriteit 7. De politie is verantwoordelijk voor het toezicht en de handhaving op prostitutiebedrijven. Bestuurlijke handhaving bij overtredingen en klachten ligt bij het stadsdeel. De afdeling Vergunningen Drank, Horeca & APV geeft exploitatievergunningen voor prostitutiebedrijven af en kan deze - op basis van politierapporten - ook weigeren of intrekken. Het stadsdeel is daarnaast verantwoordelijk om overtredingen door prostitutiebedrijven door te melden aan de burgemeester.

.

Prioriteit 7

Prostitutiebedrijven

Beoogd resultaat eind 2012

Goede samenwerking met de politie, met als doel snel handhavend optreden bij het constateren van illegale prostitutie of niet voldoen aan de vergunningvoorwaarden.

Aanpak

Op basis van politierapporten trekt de afdeling Vergunningen Drank, Horeca & APV exploitatievergunningen voor prostitutiebedrijven in. Indien nodig zet de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu een bestuurlijk handhavingstraject in.

Aantal overtredingen per jaar (handhaving)

1

Prioriteit 8 is gezond wonen (licht, lucht, vocht, geluid). Dit onderwerp is niet gerelateerd aan specifieke wet- en regelgeving, maar heeft vooral betrekking op het gebruik van een woning. Zo kan het dichtstoppen van ventilatiekanalen schimmel veroorzaken wat weer kan leiden tot gezondheidsklachten. Een deel van de woningklachten die de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu binnenkrijgt hebben te maken met het (verkeerd) gebruiken van een woning. We nemen geen kengetallen voor dit onderwerp op, omdat het hierbij vooral om voorlichting richting bewoners gaat. Als er sprake is van achterstallig onderhoud: zie aanpak van woningklachten (bij onderhoud van woningen).

.

Prioriteit 8

Gezond wonen (licht, lucht, vocht, geluid)

Geen kengetallen

Onderdeel woningklachten en voorlichting richting bewoners

Vervuilde woningen (hygiënische woonproblemen)vormen prioriteit 9. Toezicht vindt plaats op basis van eigen constateringen of meldingen. De GGD zorgt in opdracht van het stadsdeel voor het opruimen van de woning en wegnemen van gevaarlijke situaties, wanneer de bewoner daartoe niet in staat of bereid is.

.

Prioriteit 9

Vervuilde woningen

Beoogd resultaat eind 2012

Goede samenwerking met de GGD, volgens stedelijke procedure, met als doel gevaarlijke en/of overlastgevende situaties zo snel mogelijk weg te nemen.

Aanpak

Handhavers van het stadsdelen geven signalen van vervuilde woningen zo snel mogelijk door aan de GGD.

Aantal overtredingen per jaar

12

De tiende prioriteit is woonboten (bestemmingsplan gerelateerd). Woonboten die de walkant (illegaal) gebruiken voor de aanleg van een tuin, het bouwen van een schuur of schutting, etc. Hiervoor zijn geen aparte kengetallen opgenomen, omdat dit onderwerp hoort bij handhaving op bestemmingsplan, illegaal gebruik van panden en tuinen (prioriteit 4).

De laatste prioriteit bij het thema gebruik is openingstijden winkels. Hiervoor geldt de Winkelsluitingstijdenwet, waarop naast de politie ook handhavers van het stadsdeel kunnen handhaven. Dit onderwerp heeft geen bestuurlijke prioriteit. Bovendien is handhaving weinig zinvol nu de regels voor Amsterdam zijn verruimd. Heel Amsterdam is tot toeristisch gebied verklaard en alle winkels mogen zeven dagen in de week open tot 22.00 uur 's avonds. Voor dit onderwerp zijn dan ook geen kengetallen opgenomen.

Milieu

Bij het thema milieu scoort milieu-eisen bij inrichtingen het hoogst in de risicoanalyse. De Wet milieubeheer is de belangrijkste milieuwet. Daarin staat hoe overheden zoals gemeenten en provincies het milieu moeten beschermen. Het Activiteitenbesluit bevat algemene regels waaraan bedrijven (de zogenoemde milieuinrichtingen) zich moeten houden. Alleen de grotere bedrijven, zoals chemische fabrieken, moeten wel nog een vergunning voor milieu aanvragen. De kleinere bedrijven kunnen volstaan met een melding. De Wet milieubeheer is onderdeel van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Met het samengaan van de stadsdelen per 1 mei 2010 is een aantal milieutaken overgeheveld van Dienst Milieu en Bouwtoezicht naar de stadsdelen. De stadsdelen zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van alle milieutaken die gelden voor inrichtingen uit de lichtere milieucategorieën (zoals detailhandel en tandartsen, met uitzondering van garages), alle horecabedrijven, basisscholen en kinderdagverblijven. Voor de overige inrichtingen maakt Stadsdeel West afspraken met de Dienst Milieu en Bouwtoezicht.

De Handhavers Milieu werken nauw samen met de Horecahandhaver(s). De afdeling streeft ernaar dat alle horeca ondernemingen veilig (inrichting, milieu) en ook schoon (bedrijfsvoering bonafide, hygiënisch) zijn.

Na milieu-eisen bij inrichtingen volgen (2) energiebesparing, (3) transport, (4) gebruik bouwmaterialen, (5) geluidsoverlast, (6) luchtkwaliteit, (7) lozen van afvalwater en (8) stankoverlast.

Energiebesparing, transport, gebruik bouwmaterialen, lozen van afvalwateren luchtkwaliteit zijn onderwerpen die overwegend in stedelijk verband worden opgepakt en uitgevoerd door Dienst Milieu en Bouwtoezicht (DMB). De aanpak van deze onderwerpen staat in de Dienstverleningsovereenkomst van het stadsdeel met DMB. Voor energiebesparing geldt dat de inrichtingen die vanuit het stadsdeel worden gecontroleerd niet boven de besparingsverplichtingsgrens komen. Alleen bij scholen valt op dit gebied nog winst te behalen. Dit kan bijvoorbeeld door in het kader van een project scholen te benaderen om energiebesparingsmaatregelen te nemen in combinatie met voorlichting. De zeggenschap over de accommodaties van de basisscholen ligt veelal bij het stadsdeel, zodat dit ook via beleid kan worden vormgegeven. DMB is verantwoordelijk voor de zwaardere milieubedrijven en voert stadsbreed energiebesparingsprojecten uit, meestal gericht op één specifieke branche (bijvoorbeeld supermarkten). Ook neemt DMB duurzaamheid standaard mee bij de integrale controles van bedrijven uit de zwaardere milieucategorieën. Dit sluit aan bij de doelstelling 'meer ondernemers ondernemen duurzaam' in het programma Creatief en Ondernemend West.

Over geluidsoverlast komen veel klachten binnen bij het stadsdeel. Het gaat meestal om geluidsoverlast van horecabedrijven, zowel binnen als buiten (bijvoorbeeld vanaf een terras). Bij klachten wordt altijd actie ondernomen. Vaak kan de handhaver volstaan met het brengen van een bezoek aan de ondernemer en het sturen van een informatiebrief over de klacht (achteraf). In sommige gevallen moet er handhavend worden opgetreden en krijgt de ondernemer een aanschrijving en/of wordt de geluidsapparatuur verzegeld.

Stankoverlast komt minder vaak voor. Hier betreft het vaak een bakker of slager. Aangezien handhavers van het stadsdeel vooral op deze drie onderwerpen handhavend optreden, geven we de kengetallen hiervan weer. De resultaten van de overige onderwerpen lichten we niet toe; hiervoor verwijzen we naar de Dienstverleningsovereenkomst van het stadsdeel met DMB.

.

Prioriteit 1

Milieu-eisen bij inrichtingen (bedrijven, scholen)

Beoogd resultaat eind 2012

Gecontroleerde inrichtingen voldoen aan wettelijke milieu-eisen.

Aanpak

De Handhaver Milieu voert integrale milieucontroles uit. Daarnaast treedt hij op bij klachten en meldingen. Na klachten volgt zoveel mogelijk een integrale controle. Bij overtredingen wordt een handhavingstraject ingezet.

Aantal integrale controles (toezicht) door stadsdeel

30

Aantal overtredingen (handhaving) aangepakt door stadsdeel

10

Aantal integrale controles (toezicht) door DMB

40

.

Prioriteit 2

Energiebesparing

Aantal controles warmte-koude opslag (energielevering optimaliseren)

30 (Dienstverleningsovereenkomst DMB)

Controle gecertificeerde bedrijven (milieuzorgsysteem)

30 (Dienstverleningsovereenkomst DMB)

.

Prioriteit 3

Transport

Geen kengetallen voor West

Betreft stadsbrede aanpak

.

Prioriteit 4

Gebruik bouwmaterialen

Geen kengetallen voor West

Betreft stadsbrede aanpak

.

Prioriteit 5

Geluidsoverlast

Beoogd resultaat eind 2012

Geluidsoverlast wordt altijd aangepakt, zowel bij eigen constateringen als bij meldingen en klachten die binnenkomen.

Aanpak

Handhavers van de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu nemen alle klachten over geluidsoverlast binnen 4 werkdagen in behandeling en doen geluidsmetingen. Om geluidsoverlast tegen te gaan worden Maatwerkvoorschriften opgelegd en indien nodig geluidsinstallaties verzegeld. Na een klacht volgt zoveel mogelijk een integrale controle.

Aantal acties op basis van meldingen en klachten (toezicht)

275

Aantal overtredingen (handhaving)

27

.

Prioriteit 6

Luchtkwaliteit

Geen kengetallen voor West

Betreft stadsbrede aanpak

.

Prioriteit 7

Lozen van afvalwater

Aanpak

Ligt overwegend bij DMB. De Handhaver Milieu van het stadsdeel heeft wel aandacht voor dit onderwerp tijdens de integrale milieucontroles, met name bij horeca (aanwezigheid vetafscheider) en bij tandartsen (afscheiden van amulgaan).

Aantal controles bij lozingen

10 (Dienstverleningsovereenkomst DMB)

.

Prioriteit 8

Stankoverlast

Beoogd resultaat eind 2012

Bij meldingen en klachten over stankoverlast wordt altijd actie ondernomen.

Aanpak

Alle klachten over stankoverlast worden binnen 4 werkdagen in behandeling genomen. Volgens de GGD-norm wordt met meerdere neuzen een constatering gedaan. Indien nodig worden maatregelen van de ondernemer geëist om de stankoverlast tegen te gaan. Aangezien stankoverlast soms lastig te constateren is en subjectief is, kan het ook voorkomen dat er geen vervolgactie komt.

Aantal acties op basis van meldingen en klachten (toezicht)

25

Aantal (aanhoudende) overtredingen (handhaving)

2

3.2. Handhaving Openbare Ruimte 2011

De afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid is verantwoordelijk voor de handhaving in de openbare ruimte. Het onderdeel Openbare Ruimte in dit uitvoeringsprogramma heeft alleen betrekking op het jaar 2011. Voor 2012 wordt het programma bijgesteld, na vaststelling en implementatie van een plan van aanpak gericht op het verbeteren van de kwantiteit en kwaliteit van de capaciteit van de afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid.

Reden hiervoor is dat de afdeling sinds de vorming van Stadsdeel West te kampen heeft met een aantal organisatorische problemen, waardoor het lastiger is om, gebaseerd op adequate en actuele informatie, gestuurd en programmatisch te handhaven.

Zo heeft de afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid een groot aantal vacatures. In het begin waren dat er ruim tien en nog steeds zijn het er vijf, op een totaal van 36 fte. Deze vacatures zijn moeilijk te vervullen. De capaciteit, zoals geraamd in de begroting, blijkt dus in de praktijk niet beschikbaar te zijn. Daarnaast is er een verlies van productieve uren doordat een groot aantal van de huidige medewerkers een (verplichte) opleiding volgen. Dit heeft gevolgen voor de inzet en planning.

De handhavingsverzoeken die de afdeling met regelmaat binnenkrijgt maken het niet eenvoudig om planmatig (en dus programmatisch) te werken. Daarnaast moet de afdeling natuurlijk snel kunnen inspelen op incidenten.

We beseffen ons dat de hier opgevoerde resultaten en kengetallen onder de maat zijn. Om de geschetste problemen op te lossen en de effectiviteit van de afdeling te verhogen is een verbetertraject in gang gezet, dat nader wordt uitgewerkt in een plan van aanpak. We verwachten dat met de implementatie van dit plan van aanpak, gericht op het verbeteren van de kwantiteit en kwaliteit van de capaciteit van de afdeling, de output van het onderdeel Openbare Ruimte zal verhogen.

De afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid richt zich op onderstaande prioriteiten, hierop worden de Handhavers Openbare Ruimte ‘ingeroosterd'. De handhavers zullen ook op andere onderwerpen handhaven, maar deze worden niet allemaal vooraf in de planning opgenomen. Daar waar nodig pakken zij overtredingen aan. Dit is gebaseerd op signalen tijdens surveillances in de openbare ruimte en op klachten die binnenkomen, onder andere bij het Meldpunt Openbare Ruimte.

De prioriteiten van de afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid zijn:

  • Bemensing van de buurtveiligheidsteams (6 fte). Hierbij organiseren politie en stadsdeel samen het toezicht en de handhaving. De buurtveiligheidsteams worden ingezet in buurten in West waar mensen zich het meest onveilig voelen. Veiligheid is één van de speerpunten in het coalitieakkoord, dat is vastgelegd in het programma ‘Veilig West'. Bovendien is het buurtveiligheidsteam één van de instrumenten voor het buurtgericht werken, een belangrijk sturingsprincipe van Stadsdeel West.

  • Afhandeling van meldingen en klachten, die binnen komen via het Meldpunt Openbare Ruimte, telefoon, e-mail, brieven en mondelinge verzoeken. Het is de wens van de afdeling dit zoveel mogelijk te kanaliseren via het Meldpunt Openbare Ruimte. Hierdoor staan deze meldingen geregistreerd en kan hierop gestuurd worden. Jaarlijks worden ruim 2000 meldingen vanuit het meldpunt afgerond.

    De meeste meldingen gaan over de volgende onderwerpen:

    - afval ( overig / verkeerd aangeboden grof, huis en bouw en sloopafval)

    - openbare ruimte en overlast (wrakken / aanhangers / bouw en sloopafval / hinderlijk geplaatste containers en objecten / honden poep / verkeerd aangeboden afval)

    - overig (alles wat met handhaving te maken heeft)

  • Daarnaast wordt er bij surveillances vooral gehandhaafd op de volgende onderwerpen:

    - Hondenpoep/loslopende honden (prioriteit 1 in de risicoanalyse)

    - Verkeerd aangeboden particulier afval (prioriteit 2 in de risicoanalyse)

    - Zwerfvuil (prioriteit 3 in de risicoanalyse)

    - Evenementen (prioriteit 4 in risicoanalyse)

    - Verwijderen van fietswrakken en ‘wees'(brom)fietsen (prioriteit 5 in de risicoanalyse en ook bestuurlijke prioriteit)

    - Marktzaken (prioriteit 6 in de risicoanalyse)

    - Objecten in de openbare ruimte (prioriteit 7 in de risicoanalyse)

    - Deze onderwerpen zijn hieronder uitgewerkt. Bij de kengetallen wordt steeds het aantal handhavingacties gegeven. Onder handhavingactie wordt verstaan: waarschuwen, proces verbaal opmaken, bestuursrechtelijke strafbeschikking, etc.

Stedelijke acties

Naast de reguliere handhavingacties gestuurd vanuit het stadsdeel, nemen de Handhavers Openbare Ruimte ook deel aan stedelijke acties. Hierbij wordt in samenwerking met andere stadsdelen, gemeentelijke diensten en vaak ook de politie op een specifiek onderwerp gehandhaafd.

Voor de periode 2011 / 2012 staan op het programma:

- Handhavingestafette, waarbij wordt aangesloten bij de landelijke actiedagen in september.

- Fietsen op de stoep.

- Verkeerd aangeboden afval bij de vuilcontainers.

- Werken in de Openbare Ruimte (WIOR).

Toelichting en uitwerking per prioriteit

Hondenpoep / loslopende hondenis als eerste prioriteit uit de risicoanalyse voortgekomen bij het thema openbare ruimte. De APV stelt dat de eigenaar en houder van een hond ervoor moet zorgen dat de hond zich op of aan de straat niet van uitwerpselen ontdoet, tenzij dit op een aangewezen plaats is of tenzij de uitwerpselen onmiddellijk worden verwijderd. Honden mogen op straat niet loslopen, maar moeten altijd aan de lijn. Uitzondering op deze regel zijn de zogenaamde losloopgebieden.

Het aantal handhavingacties zoals hieronder vermeld komt voort uit de reguliere surveillance door het jaar heen. Daarnaast gaat de afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid speciale hondenacties organiseren. De resultaten van deze acties zijn in onderstaand kengetal opgenomen.

.

Prioriteit 1

Hondenpoep / loslopende honden

Beoogd resultaat eind 2012

Terugdringen van overlast door honden, zowel de verontreiniging door honden als loslopende honden.

Aanpak

Handhavers Openbare Ruimte controleren op overlast door honden tijdens reguliere surveillances. Ze letten erop of hondeneigenaren een deugdelijk opruimmiddel bij zich hebben en of honden loslopen waar dat niet mag. Overtreders krijgen een sanctie opgelegd.

Aantal handhavingacties           

200

Verkeerd aangeboden particulier afvalis prioriteit 2. Het gaat om huishoudelijk en grof afval. In de Afvalstoffenverordening staan de regels hoe om te gaan met verschillende vormen van afval (wijze, plaats en tijden). Om dit probleem aan te pakken is naast handhaving ook goede voorlichting nodig.

Dit blijkt ook uit de programma's Milieu en Water en Buiten in West. Communicatie en handhaving zijn onderdeel van dezelfde keten. Een van uitwerking van de doelstelling 'schone leefomgeving' in het programma Milieu en Water is dat handhaving van verkeerd aangeboden afval rondom containers in 2012 een speerpunt wordt. Naast handhaving wordt dan meer ingezet op communicatie, onder andere door het project 'Adopteer uw bak' uit voormalig Stadsdeel Oud-West uit te breiden. Een dergelijk project kan bijdragen aan gedragsverandering bij bewoners en gebruikers van het stadsdeel. Het programma Buiten in West verwoordt het voor de doelstelling 'de openbare ruimte wordt schoner' als volgt: "met het creëren van bewustzijn over inrichting en gebruik van de openbare ruimte, zet het stadsdeel in op gedragsverandering, die moet leiden tot minder zwerfvuil en verkeerd aangeboden huisvuil".

.

Prioriteit 2

Verkeerd aangeboden particulier afval 7

Beoogd resultaat eind 2012

Verminderen van verkeerd aangeboden afval in de openbare ruimte, met als doel een bijdrage te leveren aan een zichtbaar schoner stadsdeel.

Aanpak

Handhavers Openbare Ruimte controleren dagelijks op verkeerd aangeboden afval. Ook reageren ze binnen 48 uur op klachten en meldingen die vanuit het Meldpunt Openbare Ruimte binnenkomen. Bij het aantreffen van verkeerd aangeboden afval proberen ze de overtreder te achterhalen, die vervolgens een sanctie opgelegd krijgt.

Aantal controles bij aanbiedingsplaatsen (toezicht)  

900

Prioriteit 3 is zwerfvuil. Zwerfvuil is al het afval dat rondslingert op straat, in de berm, of in parken. Het is afval dat door mensen bewust of onbewust is weggegooid of achtergelaten op plaatsen die daar niet voor bestemd zijn.

.

Prioriteit 3

Zwerfvuil

Beoogd resultaat eind 2012

Verminderen van zwerfvuil in de openbare ruimte, met als doel een bijdrage te leveren aan een zichtbaar schoner stadsdeel.

Aanpak

Handhavers Openbare Ruimte zijn tijdens hun reguliere surveillances alert op zwerfvuil. Ze treden direct handhavend op als ze op heterdaad iemand betrappen die afval op de grond gooit. Ook reageren ze binnen 48 uur op klachten en meldingen die vanuit het Meldpunt Openbare Ruimte binnenkomen.

Aantal handhavingacties           

50

De vierde prioriteit is evenementen. Verschillende partijen zijn betrokken bij de handhaving op evenementen: politie, Dienst Milieu en Bouwtoezicht, het stadsdeel, etc. De Handhavers Openbare Ruimte controleren tijdens grote (MOJO-festival in Westerpark) en middelgrote evenementen (braderie in de Kinkerstraat).

.

Prioriteit 4

Evenementen

Beoogd resultaat eind 2012

Goede samenwerking met ketenpartners, met als doel gezamenlijk een bijdrage te leveren aan een ordelijk verloop van evenementen.

Aanpak

De afdeling Beheer Openbare Ruimte geeft advies en controleert of het evenement conform de vergunning wordt geplaatst. De Handhavers Openbare Ruimte controleren op de naleving van de afgegeven evenementenvergunning. De handhavers Gebruik, Bouw & Milieu controleren op constructieve veiligheid en brandveiligheid van bijvoorbeeld podia of kermisattracties. Daarnaast wordt onder andere in de vergunning geregeld dat er toezicht aanwezig moet zijn vanuit de organisatie van het evenement. Ook hierop controleren de Handhavers Openbare Ruimte. De handhavingscapaciteit wordt bij een groot en middelgroot evenement van te voren aangevraagd (begin van het jaar door middel van een inventarisatie handhavingsbehoefte).

Aantal evenementen

15

Wrakken en ‘wees'(brom)fietsenis de vijfde prioriteit bij het thema openbare ruimte. Deze prioriteit draagt bij aan een schoon, heel en veilig straatbeeld en sluit aan bij twee bestuurlijke programma's: Bereikbaar West (doelstelling 'meer fietsgebruik') en Buiten in West (doelstelling 'de openbare ruime nodigt meer uit tot verblijven, ontmoeten, bewegen en leren'). Meer fietsgebruik moet onder andere worden gestimuleerd door bewoners en gebruikers de mogelijkheid te bieden hun fiets veilig te stallen. Fietsparkeermogelijkheden moeten worden verbeterd en nieuwe fietsvakken gecreëerd, onder andere in winkelgebieden. De vervuiling van de bestaande fietsparkeercapaciteit op straat wordt tegengegaan door meer fietswrakken en achtergelaten fietsen te verwijderen.

In het programma Bereikbaar West is de volgende resultaatindicator opgenomen voor 2011: 'aantal verwijderde fietswrakken is met 4000 toegenomen'. Dit aantal is in de uitwerking van deze prioriteit hieronder verwerkt. Daarnaast, dus los van de hieronder genoemde 10.500 handhavingacties, gaat het stadsdeel weesfietsen aanpakken. We beginnen met een proeflabeling op twee locaties.

.

Prioriteit 5

Verwijderen van fietswrakken en ‘wees'(brom)fietsen

Beoogd resultaat eind 2012

Opschonen van fietsrekken, met als doel voldoende fietsparkeergelegenheid voor bewoners en gebruikers van het stadsdeel.

Aanpak

De Handhavers Openbare Ruimte houden één opschoonronde per straat, per jaar, verwijderen fietsen bij werkzaamheden en reageren binnen 48 uur op meldingen uit het Meldingen Openbare Ruimte. Een wrak wordt beschouwd als afval en ‘wees' (brom)fietsen worden eerst gestickerd en later weggehaald.

Aantal handhavingacties (gestickerde en verwijderde wrakken en verlaten fietsen 8)

10.500

Prioriteit 6 is marktzaken. In Stadsdeel West zijn twee markten: de Ten Katemarkt en de markt op het Bos en Lommerplein. De regels voor het verloop van de markt staan onder andere in de Verordening op de straathandel, het Marktreglement en het Kramenzettersbeleid. Hierin is ook het gebruik van het marktterrein geregeld, zoals het fietsen op de markt, parkeren en het verkeerd aanbieden van marktafval.

.

Prioriteit 6

Marktzaken

Beoogd resultaat eind 1012

Ordelijk verloop van de twee markten in het stadsdeel.

Aanpak

Marktmeesters controleren op voor een ordelijk verloop van de markt. Ze kunnen handhavend optreden als marktkooplieden of bezoekers zich niet aan de regels houden.

Aantal handhavingacties           

450

De zevende prioriteit bij het thema openbare ruimte is objecten in de openbare ruimte. Dit zijn vaak objecten die te maken hebben met tijdelijke (ver)bouw- of sloopwerkzaamheden zoals een bouwkeet, hekwerken, een hijskraan, een container, steigers of een bouwkeet. Hierbij wordt onder andere gekeken naar de doorloopruimte (objecten op het trottoir), maar ook of bijvoorbeeld een steiger is voorzien van een anti-inbraakvoorziening (dit om het aantal inbraken in het stadsdeel terug te dringen in samenwerking met de politie).

.

Prioriteit 7

Objecten in de openbare ruimte

Beoogd resultaat eind 2012

Objecten in de openbare ruimte leiden niet tot onveilige situaties. Er blijft voldoende doorloopruimte voor voetgangers.

Aanpak

De Handhavers Openbare Ruimte controleren op objectvergunningen in het kader van Werken in de Openbare Ruimte (WIOR). Overtreders krijgen een sanctie opgelegd. Bij meldingen via het Meldpunt Openbare Ruimte reageren de handhavers binnen 48 uur.

Aantal handhavingacties           

90

De overige onderwerpen hebben minder prioriteit. Dit zijn: graffiti en wildplak, Wet Mulder-overtredingen (rijden op de stoep, fout parkeren), alcohol- en drugsverbod op aangewezen plaatsen, woonboten (ligplaatsvergunningen en bootwrakken), Boomverordening (kapvergunningen en illegale kap), uitstallingen bij winkels, hinderlijk geplaatste (brom)fietsen, aanhangers/autowrakken, reclame op straat, gehandicaptenparkeervergunningen, illegale gevelreiniging. Hierop wordt incidenteel gehandhaafd. Handhavers Openbare Ruimte zullen actie ondernemen als hier vanuit de organisatie zoals buurtgericht werken of Beheer Openbare Ruimte om wordt gevraagd. Dit wordt dan in het werkplan opgenomen. Ook wordt handhavend opgetreden bij bijvoorbeeld onveilige situaties, bij klachten. Voor deze onderwerpen geven we geen beoogd resultaat weer. Dit komt omdat het hier vooral gaat om het reageren op klachten (passieve handhaving). Voor enkele onderwerpen kunnen we met kengetallen aangeven hoeveel klachten en daaraan gekoppelde handhavingacties we jaarlijks verwachten.

Dit geldt overigens niet voor de buurtveiligheidsteams. Voor de Handhavers Openbare Ruimte in deze teams hebben juist de Wet Mulder-overtredingen en hangjongeren (alcohol- en drugsverbod op aangewezen plaatsen) hoge prioriteit.

De handhaving op woonboten is gemandateerd aan Waternet. Op dit moment houdt Waternet een inventarisatie naar de vergunde woonboten en eventuele overtredingen: het papieren dossier wordt vergeleken met de praktijk. Nadat de inventarisatie is afgerond komt er een plan van aanpak handhaving op het water, inclusief te behalen resultaten en kengetallen (verwachting vierde kwartaal 2011).

.

Prioriteit 8

Graffiti en wildplak

Aanpak

Alleen als Handhaver Openbare Ruimte de overtreder op heterdaad betrapt en bij klachten.

Geen kengetallen         

.

Prioriteit 9

Wet Mulder-overtredingen (rijden op de stoep, fout parkeren)

Aanpak

Alleen als Handhaver Openbare Ruimte de overtreder op heterdaad betrapt,  bij evenementen (volgens planning) en bij klachten. Hier wordt wel actief op gehandhaafd in het Buurt Veiligheid Team.

Aantal handhavingacties           

400

.

Prioriteit 10

Alcohol- en drugsverbod op aangewezen plaatsen

Aanpak

Alleen als Handhaver Openbare Ruimte de overtreder op heterdaad betrapt en bij klachten. Hier wordt wel actief op gehandhaafd in het Buurt Veiligheid Team.

Geen kengetallen

.

Prioriteit 11

Woonboten (ligplaatsvergunningen en bootwrakken)

Aanpak

Waternet handhaaft namens Stadsdeel West op woonboten, vergunningsplichtige objecten, bootwrakken, geluidsoverlast op het water en pleziervaartuigen. Waternet patrouilleert vanaf het water en vanaf de wal. Zie voor de aanpak van het toezicht en de handhaving en de gehanteerde termijnen de overeenkomst van Stadsdeel West en Waternet.

Geen kengetallen

Afhankelijk van uitkomsten inventarisatie

.

Prioriteit 12

Boomverordening (kapvergunningen en illegale kap)

Aanpak

Alleen als Handhaver Openbare Ruimte de overtreder op heterdaad betrapt in de openbare ruimte en bij klachten.

Aantal handhavingacties           

6

.

Prioriteit 13

Uitstallingen bij winkels

Aanpak

Alleen als Handhaver Openbare Ruimte de overtreder op heterdaad betrapt en bij klachten. Of op verzoek vanuit de inventarisatie van de afdeling Wijken. Dan wordt dit projectmatig opgenomen in de werkzaamheden.

Aantal handhavingacties           

30

.

Prioriteit 14

Hinderlijk geplaatste (brom)fietsen

Aanpak

Alleen als Handhaver Openbare Ruimte de overtreder op heterdaad betrapt en bij klachten.

Geen kengetallen         

.

Prioriteit 15

Aanhangers / autowrakken

Aanpak

Alleen als Handhaver Openbare Ruimte de overtreder op heterdaad betrapt en bij klachten.

Geen kengetallen         

.

Prioriteit 16

Reclame op straat

Aanpak

Alleen als Handhaver Openbare Ruimte de overtreder op heterdaad betrapt en bij klachten.

Geen kengetallen

.

Prioriteit 17

Gehandicaptenparkeervergunningen

Aanpak

Alleen als Handhaver Openbare Ruimte de overtreder op heterdaad betrapt en bij klachten.

Geen kengetallen

.

Prioriteit 18

Illegale gevelreiniging

Aanpak

Alleen als Handhaver Openbare Ruimte de overtreder op heterdaad betrapt en bij klachten.

Geen kengetallen         

3.3. Handhavingsverzoeken

Het stadsdeel krijgt regelmatig handhavingsverzoeken binnen. Deze kunnen overal over gaan, ook over onderwerpen die niet zo'n hoge prioriteit hebben in dit uitvoeringsprogramma. Het afhandelen van handhavingsverzoeken kan tijdrovend zijn en, als het handhavingsverzoek wordt ingewilligd, capaciteit opslokken die oorspronkelijk was geraamd voor het uitvoeren van de prioriteiten. Hoe gaan we hiermee om?

Bij een handhavingsverzoek gericht aan het stadsdeel, zal een (concrete) belangenafweging moeten plaatsvinden. Op basis hiervan wordt besloten om al dan niet tot handhaving over te gaan. Een handhavingsverzoek is een aanvraag in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Onder een aanvraag wordt verstaan: een verzoek van een belanghebbende een besluit te nemen. Een afwijzing van een aanvraag is een besluit, waartegen bezwaar mogelijk is. Wordt de aanvraag toegewezen, dan is er sprake van een besluit in de zin van de Awb wanneer de overtreder wordt aangeschreven tot ongedaanmaking onder aanzegging bestuursdwang of oplegging dwangsom.

Hieruit volgt dat per handhavingsverzoek altijd een afweging van belangen moet plaatsvinden. Een verwijzing naar beleid over het betreffende onderwerp is niet voldoende; er moet ruimte zijn voor (beoordeling van) het individuele geval. Deze belangenafweging moet resulteren in een besluit, hetzij een afwijzing gericht aan de aanvrager, hetzij een aanschrijving gericht aan de overtreder.

3.4. Communicatie

In één van de uitgangspunten van het handhavingsbeleid staat dat gerichte communicatie met burgers en bedrijven een belangrijke factor is. Dit heeft met name betrekking op preventieve handhaving. Er zal dan ook een apart Communicatieplan worden opgesteld, dat ingaat op de manier waarop Stadsdeel West de communicatie over regelgeving en handhaving, zowel extern als intern, aanpakt.

4. Randvoorwaarden

Toegankelijkheid en werkbaarheid applicaties als SquitXO.

De digitale systemen waarop de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu de gegevens bijhoudt van controles en handhavingstrajecten functioneren nog niet optimaal. De applicatie SquitXO (onderdeel van het Stedelijk Vergunningen Pakket, SVP) wordt op dit moment alleen gebruikt voor het toezicht op omgevingsvergunningen en de afhandeling van gebruiksmeldingen. In SquitXO zijn geen handhavingmodules opgenomen. Dit heeft tot gevolg dat alle overige vergunningen en handhavingprocedures in de afzonderlijke databases (SVIS) van de vier voormalige stadsdelen worden geregistreerd. Voor het uniform en eenduidig werken is dit een groot knelpunt. Bovendien is het verkrijgen van de noodzakelijke managementinformatie nu een tijdrovende klus voor zowel de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu als voor de ondersteunende afdeling Programmering Vergunningen & Handhaving. Om efficiënt te kunnen werken is het belangrijk om te beschikken over een werkbare applicatie waarin alle vergunningen en handhavingprocedures zijn opgenomen.

Ook bij de afdeling Openbare Ruimte & Milieu valt efficiencywinst te boeken met het gebruik van ICT-mogelijkheden. Op dit moment zijn handhavers een te groot deel van hun tijd bezig met het administratief verwerken van hun handhavingactiviteiten. Dat gaat ten koste van hun tijd op straat. Daarom wordt gewerkt aan het invoeren van een brede vorm van ‘e-handhaving', waarbij handhavers ook op straat toegang hebben tot de benodigde gegevens.

Professionalisering

Alle handhavers moeten voldoen aan het competentieprofiel van de gemeente Amsterdam. Op dit moment volgen veel handhavers een (verplichte) opleiding om hun kennis en vaardigheden op het gewenste niveau te houden.

5. Buurtgericht werken

In het handhavingsbeleid staat dat buurtgericht werken betekent dat de opgaven die uit de buurten van West komen leidend zijn voor de richting die de organisatie opgaat. De afdeling Wijken haalt op wat er leeft bij bewoners op sociaal, economisch en fysiek gebied: de zogenaamde agenda van de buurt. Elke buurt, in totaal zijn er 22 buurten in West, kent zijn eigen aandachtspunten. Handhaving speelt hierin een belangrijke rol.

De onderwerpen waar bewoners veel over klagen komen overeen met de genoemde prioriteiten van het stadsdeel. De klachten gaan met name over ergernissen in de openbare ruimte, zoals hondenpoep, (brom)fietsparkeerproblematiek en verkeerd aanbieden van huisvuil/grof vuil en het niet toegankelijk zijn van de openbare ruimte door het verkeerd plaatsen van objecten, uitstallingen en terrassen. Niet voor niets zien we een aantal van deze onderwerpen ook weer terugkomen in de bestuurlijke ambities en programma's.

Binnen het stadsdeel zijn er wel verschillen tussen de buurten. De afdeling Wijken brengt in kaart welke problemen en overlastgevende situaties in welke buurten of straten het meeste voorkomen. De afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid zet de beschikbare capaciteit daar in waar het nodig is. Dit vereist nauw overleg tussen beide afdelingen, zodat de afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid goed weet wat de wensen uit de buurt zijn en de afdeling Wijken op de hoogte is van wat de handhavers op straat aantreffen.

Daarnaast maakt informatiegestuurd toezicht het mogelijk om Handhavers Openbare Ruimte gericht in specifieke buurten in te zetten. De afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid wil toe naar een brede vorm van 'e-handhaving', waarbij zoveel mogelijk registratiesystemen zijn gekoppeld die handhavers op straat kunnen raadplegen.

De afdeling Wijken overlegt ook met de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu. Bij de komst van nieuwe ondernemers in het stadsdeel informeren winkelstraatmanagers en handhavers elkaar over wat er mogelijk is voor wat betreft reclame en interne verbouwingen waar brandveiligheid een rol speelt. Ook laten buurtcoördinatoren het aan de Handhavers Bouw weten als ze van bewoners of politie een melding krijgen over overlast in panden of panden in slechte staat.

6. Risico's

Bezuinigingen

Zoals in de inleiding is aangegeven zal de grote bezuinigingsoperatie waar het stadsdeel deze bestuursperiode voor staat ook zijn weerslag hebben op de afdelingen die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de handhaving: Gebruik, Bouw & Milieu en Openbare Ruimte & Veiligheid. In de Programmabegroting 2011 is een meerjarige bezuinigingstaakstelling opgenomen voor de keten regelgeving, vergunningverlening, toezicht en handhaving. In totaal gaat het om een bezuiniging van 1,4 miljoen euro in 2014.

Hoewel we er vooralsnog van uit gaan dat de beoogde resultaten voor 2011 ook voor 2012 gelden, kan de realisatie van dit uitvoeringsprogramma toch onder druk komen te staan. Op dit moment is nog niet inzichtelijk hoeveel er in 2012 moet worden bezuinigd en wat dit concreet betekent voor de afdelingen. Daarom baseren we ons voor beide jaren op dezelfde uitgangssituatie. Echter, pas bij de vaststelling van de begroting voor 2012 weten we zeker of de financiële dekking voor alle geplande handhavingsactiviteiten voldoende is.

Capaciteitstekort afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid

De afdeling Openbare Ruimte & Veiligheid heeft te kampen met een structureel capaciteitstekort, vanwege moeilijk te vervullen vacatures. Als deze situatie blijft voortduren kan dat consequenties hebben voor de uitvoering van dit programma.

Achterblijven investeringen ICT

Zoals vermeld bij de randvoorwaarden beschikt de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu nog niet over een werkbare applicatie, waarin alle gegevens - van afgegeven vergunningen tot en met handhavingprocedures - zijn opgenomen. Als de investeringen op het gebied van ICT achterblijven (uitbreiding SquitXO met handhavingmodules), dan kan de afdeling Gebruik, Bouw & Milieu niet optimaal en efficiënt functioneren.

_______________________________________________________________________________

1 Zie voor een overzicht van de prioriteiten bijlage 3.

2 Het toets- en toezichtprotocol ‘Bouwtoezicht op Maat' is op 17 mei 2011 vastgesteld door het dagelijks bestuur van Stadsdeel West.

3 In het - nog vast te stellen - nieuwe convenant met de corporaties is deze werkwijze anders. De corporatie verklaart dat een pand voldoet aan de eisen en op grond daarvan wordt een vergunning afgeven. Toezicht vindt achteraf en steekproefsgewijs plaats.

4 Bij de aanvraag ten behoeve van splitsen gaat het meestal om meerdere panden.

5 Dit kengetal geeft het totaal aantal te verwachten overtredingen aan waarop actie wordt ondernomen. Het kan gaan om meerdere overtredingen bij één horecabedrijf.

6 Ondertussen speelt de discussie tussen stad en stadsdelen over verdeling van bevoegdheden van registratie, toezicht en handhaving van de kinderopvang en de uitvoering van deze taken. Wat de uitkomsten van deze discussie zijn en welke gevolgen deze hebben voor ons stadsdeel is bij het vaststellen van dit uitvoeringsprogramma nog niet bekend.

7 Zie voor de aanpak van bedrijfsafval prioriteit 2 bij het thema gebruik.

8 Volgens de - nog vast te stellen - Nota Fietsparkeerbeleid West is een verlaten fiets een fiets met minimaal twee defecten en een positieve economische waarde. Weesfietsen zijn nog goede fietsen die niet meer gebruikt worden, dus je kunt als buitenstaander niet zien wat wel of geen weesfiets is.  

9 De overeenkomst Stadsdeel West en Waternet is getekend op 18 mei 2011.