Regeling vervallen per 01-04-2012

Verordening Rekenkamercommissie Deurne, Asten, Someren 2008

Geldend van 01-01-2008 t/m 31-03-2012

Intitulé

Verordening Rekenkamercommissie Deurne, Asten, Someren 2008

De raad van de gemeente A s t e n;

gehoord het advies van het Presidium d.d. 17 september 2007;

gelezen het verslag van de commissie Algemene Zaken & Control d.d. 1 november 2007;

gelet op artikel 81oa hoofdstuk IVb van de Gemeentewet;

b e s l u i t:

vast te stellen de

Verordening Rekenkamercommissie Deurne, Asten, Someren 2008

Paragraaf 1 Begripsbepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1. Rekenkamercommissie: de commissie die is ingesteld bij besluit van de gemeenteraad en die ten doel heeft om door middel van beleidsevaluaties en doelmatigheidsonderzoeken een bijdrage te leveren aan de doeltreffendheid van het beoogde beleid, alsmede de doelmatige voorbereiding en uitvoering daarvan;

  • 2. Doelmatigheid of efficiency: het streven om met een zo beperkt mogelijke inzet van de beschikbare middelen het gewenste resultaat te bereiken;

  • 3. Doeltreffendheid of effectiviteit: de mate waarin een organisatie erin slaagt met de geleverde prestaties de gestelde doelen of de gewenste maatschappelijke effecten te bereiken.

  • 4. Lid: een lid van de Rekenkamercommissie dat op basis van artikel 2.2, eerste lid door de raad van buiten de kring van zijn leden is benoemd;

  • 5. Raad: de raad van de gemeente Asten;

  • 6. Voorzitter: voorzitter van de rekenkamercommissie;

  • 7. Secretaris-onderzoeker: de secretaris van de rekenkamercommissie die tevens, namens de rekenkamercommissie, onderzoek kan doen.

Paragraaf 2 Taak, samenstelling en lidmaatschap van de rekenkamercommissie

Artikel 2.1 Taak van de rekenkamercommissie

  • 1. Er is een gemeentelijke rekenkamercommissie;

  • 2. De rekenkamercommissie voert onderzoek uit naar de (maatschappelijke) effecten van het gemeentelijk beleid en naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gemeentelijke beleid, van het gemeentelijke beheer en van de gemeentelijke organisatie, naar de rechtmatigheid van het gemeentelijk beheer, alsmede naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van instellingen waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd.

Artikel 2.2 Samenstelling van de rekenkamercommissie

  • 1. De Rekenkamercommissie bestaat uit vier externe leden die door de raad op voordracht van het presidium worden benoemd voor een periode van 3 jaar.

  • 2. De raad benoemt op voordracht van het presidium uit de leden van de Rekenkamercommissie de voorzitter.

  • 3. De benoeming van de leden en de voorzitter is zodanig dat de samenstelling van de rekenkamercommissies van de gemeenten Asten, Deurne en Someren dezelfde is of wordt. Hiertoe wordt vooraf door of namens de gemeenteraden van Asten, Deurne en Someren onderling overleg gevoerd.

  • 4. De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de vergaderingen van de Rekenkamercommissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitvoering van de onderzoeksopzet en de werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming.

  • 5. De leden kunnen door de raad, op voordracht van het presidium worden herbenoemd. Lid 3 van dit artikel is van overeenkomstige toepassing.

  • 6. Een tussentijds benoemd lid wordt bij herbenoeming geacht in de plaats te zijn getreden van het lid in wiens plaats hij is benoemd.

  • 7. De leden leggen, alvorens zij hun functie kunnen uitoefenen, in een vergadering van de raad in de handen van de voorzitter van de raad de eed (verklaring en belofte) af: “Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid van de Rekenkamercommissie benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gunst heb gegeven of beloofd Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of belofte heb aangenomen of zal aannemen.Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de Rekenkamercommissie naar eer en geweten zal vervullen.Zo waarlijk helpe mij God Almachtig! (Dat verklaar en beloof ik!)”

Artikel 2.3 Besluitvorming in de rekenkamercommissie

  • 1. In vergaderingen van de rekenkamercommissie wordt besloten bij unanimiteit.

  • 2. Besluiten kunnen niet worden genomen tenzij een meerderheid van de leden van de rekenkamercommissie ter vergadering aanwezig is.

Artikel 2.4 Einde van het lidmaatschap

  • 1. De raad ontslaat de leden van de rekenkamercommissie of stelt hen op non-actief.

  • 2. Het lidmaatschap van een lid eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      bij aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de Rekenkamercommissie;

    • c.

      wanneer het bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • d.

      indien het bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

  • 3. De leden van de Rekenkamercommissie kunnen door de raad worden ontslagen wanneer zij door ziekte, gebreken of ongeschiktheid niet in staat zijn hun functie naar behoren te vervullen. Hiertoe wordt vooraf door of namens de gemeenteraden van Asten, Deurne en Someren onderling overleg gevoerd

Artikel 2.5 Verboden betrekking en verboden handelingen

  • 1. Een lid van de Rekenkamercommissie kan in ieder geval niet tevens een betrekking vervullen als bedoeld in artikel 13, eerste lid onder a. tot en met h. van de Gemeentewet. De uitzonderingen als bedoeld in het tweede lid van dat artikel zijn van toepassing.

  • 2. Het is de leden van de Rekenkamercommissie verboden de handelingen te verrichten als bedoeld in artikel 15 van de Gemeentewet. De raad kan, gehoord de Rekenkamercommissie, een lid van de Rekenkamercommissie dat heeft gehandeld in strijd met dit verbod van zijn functie ontslaan.

  • 3. Leden overleggen aan de raad halfjaarlijks een lijst met daarin opgenomen de nevenfuncties die zij op dat moment vervullen.

Artikel 2.6 Vergoeding voor de werkzaamheden van de leden van de rekenkamercommissie

  • 1. De leden van de Rekenkamercommissie ontvangen een maandelijkse vergoeding voor hun werkzaamheden voor de rekenkamercommissies van de gemeente Deurne Asten en Someren tezamen.

  • 2. De vergoeding bedraagt 65 % van de vergoeding voor raadsleden in een gemeente die behoort tot de categorie gemeenten met een inwoneraantal gelijk aan het totale inwoneraantal van de gemeenten Deurne, Asten en Someren overeenkomstig het vigerende Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

  • 3. De vergoedingen als bedoeld in het eerste lid komen voor 33 % ten laste van het budget van de Rekenkamercommissie als bedoeld in artikel 5.

Paragraaf 3 De bevoegdheden en werkwijze van de rekenkamercommissie

Artikel 3.1 Reglement van orde

  • 1. De rekenkamercommissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na de vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad.

  • 2. De secretaris-onderzoeker is aanwezig bij de vergaderingen van de rekenkamercommissie.

Artikel 3.2 Onderwerpen voor een beslissing tot uitvoeren van onderzoek

  • 1. Suggesties tot het verrichten van een onderzoek kunnen worden gedaan door:

    • a.

      de rekenkamercommissie;

    • b.

      de gemeenteraad;

    • c.

      inwoners van gemeente Asten

    • d.

      commissies als bedoeld in artikel 82, 83 en/of 84 van de Gemeentewet;

  • 2. De rekenkamercommissie kiest zelfstandig de onderwerpen voor haar onderzoek,formuleert de probleemstelling en de onderzoeksvragen en stelt de onderzoeksopzet vast. Deze onderzoeksopzet wordt door de rekenkamercommissie rechtstreeks ter kennisneming aan de gemeenteraad gezonden

  • 3. De raad kan bij motie de rekenkamercommissie een verzoek doen tot het instellenvan een onderzoek. Dit verzoek moet voldoen aan de criteria zoals opgesteld in artikel 3.3. De rekenkamercommissie kan deze verzoeken alleen beargumenteerd afwijzen.

Artikel 3.3 Bij de selectie van onderzoeksonderwerpen zijn de volgende criteria van belang:

  • Het onderzoek dient:

  • a. Maatschappelijk relevant te zijn

  • b. Bruikbare resultaten op te leveren (aanbevelingen)

  • c. Toekomstgericht te zijn

  • d. Betrekking te hebben op de doelmatigheid, doeltreffendheid of rechtmatigheid van het beleid;

  • e. Een substantieel financieel belang voor de gemeente te bevatten

  • f. Beleid te betreffen dat de gemeente kan beïnvloeden

  • g. Positief onderscheidend te zijn ten opzichte van andere onderzoeken (doordat het onderwerp niet eerder is onderzocht, er andere elementen onderzocht zijn of andere onderzoeken minder diepgaand / slechter zijn uitgevoerd)

  • h. Bij te dragen aan enige evenwichtige spreiding over de gemeentelijke beleidsterreinen in de opvolgende onderzoeken;

  • i. Communiceerbaar te zijn naar de bevolking.

Artikel 3.4 Bevoegdheden van de rekenkamercommissie

  • 1. De rekenkamercommissie is bevoegd van alle leden van het gemeentebestuur en van alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de uitvoering van de onderzoeken.

  • 2. De rekenkamercommissie kan de bevoegdheid tot het inwinnen van inlichtingen mandateren aan de ambtelijk secretaris en de overige medewerkers die haar bij de uitvoering van haar taak terzijde staan.

  • 3. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de rekenkamercommissie gestelde termijn te verstrekken.

  • 4. Op een verzoek tot ambtelijke ondersteuning is de Verordening op de ambtelijke bijstand van overeenkomstige toepassing.

Artikel 3.5 Uitvoering van het onderzoek en rapportage

  • 1. De rekenkamercommissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2. De rekenkamercommissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3. De rekenkamercommissie vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van inhoudelijke en procedurele aspecten van het onderzoek.

  • 4. De rekenkamercommissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van Bestuur kan de rekenkamercommissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken. De leden van de rekenkamercommissie en degenen die ten behoeve van de rekenkamercommissie werkzaam zijn, zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen in hun hoedanigheid van lid, respectievelijk medewerker ter kennis is gekomen.

  • 5. De rekenkamercommissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 6. De rekenkamercommissie stelt betrokkenen ambtenaren in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die ten minste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het feitenonderzoek aan de rekenkamercommissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamercommissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 7. Na het ambtelijk hoor- en wederhoor ten aanzien van de feiten (zie lid 6) formuleert de rekenkamercommissie haar conclusies en aanbevelingen en voegt die aan het rapport toe. Vervolgens stelt zij het college van burgemeester en wethouders in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste 2 weken bedraagt, hun zienswijze op het rapport (inclusief conclusies en aanbevelingen) kenbaar te maken.

  • 8. Na afronding van het bestuurlijk hoor- en wederhoor (zie lid 7) kan de rekenkamercommissie daarop zonodig nog door middel van een nawoord reageren; dat nawoord wordt – evenals de bestuurlijke reactie – aan het rapport toegevoegd.

  • 9. Tenslotte wordt het rapport met de toegevoegde bijlagen zo spoedig mogelijk aan de raad aangeboden.

Paragraaf 4 De ondersteuning van de rekenkamercommissie

Artikel 4.1 Medewerker / onderzoeker rekenkamer

  • 1. De rekenkamercommissie wijst ten behoeve van haar ondersteuning een secretaris-onderzoeker aan.

  • 2. De secretaris-onderzoeker vervult de functie van ambtelijk secretaris van de Rekenkamercommissie.

  • 3. Hij staat de Rekenkamercommissie bij de uitvoering van haar taak terzijde.

  • 4. Hij legt met betrekking tot de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht rechtstreeks verantwoording af aan de Rekenkamercommissie.

  • 5. Hij draagt zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging en de vorming van dossiers.

Artikel 4.2 Onderzoeksmedewerkers

  • 1. De rekenkamercommissie is bevoegd ten laste van het budget als bedoeld in artikel 5, naast de aangewezen secretaris-onderzoeker, tijdelijke onderzoeksmedewerkers aan te stellen.

  • 2. De secretaris-onderzoeker en onderzoeksmedewerkers kunnen, indien de rekenkamercommissie hen daartoe de bevoegdheid als bedoeld in artikel 3.5., tweede lid toekent, alle informatie verzamelen die de rekenkamercommissie in het belang van het onderzoek nodig acht; zij hebben een geheimhoudingsplicht met betrekking tot die informatie en zijn alleen verantwoording verschuldigd aan de rekenkamercommissie.

  • 3. De rekenkamercommissie is tevens bevoegd ten laste van het budget als bedoeld in artikel 5 externe deskundigen in te schakelen. Het hiervoor in lid 2 gestelde is op de externe deskundigen dienovereenkomstig van toepassing.

Paragraaf 5 De kosten van de rekenkamercommissie

Artikel 5 Budget

  • 1. De rekenkamercommissie is bevoegd, binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget, uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2. De rekenkamercommissie is bevoegd om haar budget samen te voegen bij die van de rekenkamercommissies van de gemeenten Deurne en Someren

  • 3. Ten laste van het budget als genoemd in lid 1 van dit artikel worden de kosten gebracht van:

    • a.

      de vergoedingen die krachtens artikel 2.6 zijn toegekend aan de leden van de rekenkamercommissie;

    • b.

      de secretaris-onderzoeker;

    • c.

      onderzoeksmedewerk(st)ers;

    externe deskundigen die mogelijk door de rekenkamercommissie zijn ingeschakeld;

    • d.

      de mogelijke overige uitgaven die de rekenkamercommissie nodig oordeelt voor de uitvoering van haar taak.

Paragraaf 6 Slot- en overgangsbepalingen

Artikel 6 Citeertitel, overgangsbepaling en inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening rekenkamercommissie Deurne, Asten, Someren 2008”.

  • 2. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2008.

  • 3. De onder de werking van de Verordening rekenkamercommissie Asten 2006 benoemde en nog zittende leden van de rekenkamercommissie blijven in functie totdat herbenoeming van deze leden overeenkomstig deze verordening aan de orde is. Het vierde, nieuw te benoemen, lid van de rekenkamercommissie wordt – zonodig in afwijking van het bepaalde in art. 2.2. lid 1 – voor de eerste keer benoemd tot de datum waarop de lopende zittingsduur van de thans zittende leden afloopt.

  • 4. Op het moment van inwerkingtreding vervalt de “Verordening rekenkamercommissie Asten 2006”.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Asten op 20 november 2007.
De raad voornoemd,
De griffier,
ir. C.W.J.B. Verborg
De voorzitter,
ir. J. Beenakker