Subsidieregeling peuteropvang Bloemendaal 2018

Geldend van 01-01-2018 t/m heden

Intitulé

Subsidieregeling peuteropvang Bloemendaal 2018

Registratienummer:2017020489

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bloemendaal;

overwegende dat het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan de sociale, creatieve en educatieve ontplooiing en motorische ontwikkeling van het jonge kind, onder meer door spel en omgang met leeftijdsgenootjes;

dat het gewenst is dat peuters waarvan de ouders niet in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag wel toegang kunnen krijgen tot de peuteropvang;

dat deze ouders in aanmerking komen voor een gemeentelijke bijdrage in de kosten van de peuteropvang;

dat deze subsidieregeling wordt uitgevoerd door de instelling voor peuteropvang waar de peuter is geplaatst;

dat de gemeente de subsidie toekent aan de instelling voor peuteropvang waar de peuter is geplaatst.

Gelet op het bepaalde in artikel 1:3 vierde lid van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Bloemendaal;

besluit

vast te stellen de volgende regeling:

Subsidieregeling peuteropvang Bloemendaal 2018 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Algemene subsidieverordening: de Algemene subsidieverordening gemeente Bloemendaal 2017 en ingeval van herziening van deze verordening de Algemene subsidieverordening zoals deze nadien en laatstelijk door de raad van de gemeente Bloemendaal is vastgesteld;

  • b.

    peuteropvang: een product van een in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK) geregistreerde kinderopvanginstelling van een beperkt aantal uren binnen de kinderopvang, waarbinnen gewerkt wordt met een peuterprogramma ter ondersteuning en begeleiding van peuters in hun ontwikkeling in een groep van maximaal 16 peuters;

  • c.

    Peuterplaats: een rekeneenheid die overeenkomt met een peuterbezoek van maximaal 7 uur per week verdeeld over twee dagdelen in de peuteropvang als regulier aanbod, gedurende maximaal 40 weken per jaar;

  • d.

    Peuterprogramma: een aanbod bedoeld van peuters van 2 tot 4 jaar;

  • e.

    Peuters: in de gemeente Bloemendaal woonachtige kinderen in de leeftijdscategorie 2 tot 4 jaar;

  • f.

    Kinderopvanginstelling: een voorziening van kinderopvang zoals bedoeld in de Wet Kinderopvang (Wko), niet zijnde gastouderopvang, welke is ingeschreven in het LRK, welke gevestigd is in de gemeente Bloemendaal en die een peuteraanbod heeft met een peuterprogramma;

  • g.

    Kinderopvangtoeslag: Een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang voor ouders van wie het kind naar erkende kinderopvang gaat. De hoogte van de kinderopvangtoeslag hangt af van:

    • het aantal kinderen dat naar de opvang gaat

    • het soort opvang

    • het aantal opvanguren

    • het uurtarief

    • het (gezamenlijke) inkomen

  • h.

    VNG adviestabel: VNG adviestabel ouderbijdrage peuterwerk welke jaarlijks door de VNG beschikbaar wordt gesteld.

Artikel 2 Doelgroep

De peuteropvang is toegankelijk voor alle peuters van ouder(s)/verzorger(s) die geen aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag. Deze kinderen kunnen gebruik maken van maximaal 2 dagdelen.

Artikel 3 Eisen waaraan moet worden voldaan

De peuteropvang die hiervoor in aanmerking wil komen moet voldoen aan de volgende eisen:

  • 1.

    Het peuterprogramma omvat een aanbod van maximaal 7 uur per week verdeeld over 2 dagdelen.

  • 2.

    Eenzelfde peuter neemt per dag niet meer dan één dagdeel van maximaal 3,5 aaneengesloten uren deel aan het peuterprogramma.

Artikel 4 Verplichtingen voor het verkrijgen van subsidie

  • 1. De kinderopvanginstelling brengt maandelijks aan de ouders/verzorgers een op grond van de VNG adviestabel inkomensafhankelijke bijdrage in rekening. Een overzicht van deze bijdragen is als bijlage 1 bij deze subsidieregeling gevoegd.

    Deze ouderbijdrage is bedoeld voor eenverdieners. Tweeverdieners betalen voor het bijwonen van de peuterprogramma’s een uurtarief en krijgen vervolgens compensatie via het Rijk in de vorm van kinderopvangtoeslag.

  • 2. De ouder(s)/verzorger(s) die in aanmerking willen komen voor de bijdrage peuteropvang zijn verplicht de kinderopvanginstelling alle gegevens, die redelijkerwijs van invloed kunnen zijn op de hoogte van de gemeentelijke bijdrage zo spoedig mogelijk te verstrekken.

Artikel 5 Berekening van de subsidie

  • 1. Het subsidiebedrag per uur wordt door het college vastgesteld en bestaat uit een normbedrag per uur voor een peuter waarvan de ouder(s)/verzorger(s) eenverdiener is.

  • 2. Uitgangspunt is de VNG adviestabel ouderbijdrage peuterwerk. Voor 2018 bedraagt het normbedrag € 7,45 per uur minus de inkomensafhankelijke ouderbijdrage voor kinderen die deelnemen aan het reguliere aanbod peuteropvang.

  • 3. Per peuter komt maximaal 1 peuterplaats voor subsidie in aanmerking.

Artikel 6 Aanvraag tot subsidieverlening en vaststelling subsidie

  • 1. De instelling dient jaarlijks, uiterlijk 1 juni van het jaar vooruitlopend op het jaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd een aanvraag voor subsidie in.

  • 2. In de subsidieaanvraag wordt een onderbouwing opgenomen van de berekeningswijze van de hoogte van de aangevraagde subsidie.

  • 3. De instelling dient jaarlijks, uiterlijk voor 1 juni volgend op het kalenderjaar waarvoor subsidie is verleend, een aanvraag tot vaststelling in.

  • 4. Vaststelling van de jaarlijkse subsidie vindt plaats op basis van het werkelijk aantal peuters (van ouder(s)/verzorger(s) zonder recht op kinderopvangtoeslag), per inkomenscategorie, dat in het subsidiejaar gebruik heeft gemaakt van peuteropvang.

  • 5. De aanvraag tot vaststelling bevat:

    • a)

      een inhoudelijk jaarverslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht;

    • b)

      een overzicht van de gesubsidieerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening)

Artikel 7 Weigeringsgronden

De subsidieverlening kan naast de in artikel: 25, 4:34 en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 9 van de Algemene subsidieverordening genoemde gevallen, geheel of gedeeltelijk worden geweigerd, indien de instelling niet voldoet aan de wettelijke voorschriften die gelden voor kinderopvanginstellingen, de Algemene subsidieverordening en de subsidieregeling peuteropvang.

Artikel 8 Slotbepalingen

  • 1. Deze regeling kan worden aangehaald als: Subsidieregeling peuteropvang 2018.

  • 2. Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2018.

  • 3. De Beleidsregels Subsidiëring peuterspeelzalen Bloemendaal 2012, vastgesteld op 29 mei 2012, worden ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 5 december 2017

burgemeester en wethouders van Bloemendaal,

, burgemeester

, secretaris

Bijlage 1

Maandbedrag 2018

Gezamenlijk toetsingsinkomen

1 ochtend per week

2 ochtenden per week

Ma/di/do/vrij

Woensdag

Ma/di/do/vrij

1 dag + woe

Lager dan € 18.849

€ 5,25

€ 5,63

€ 10,50

€ 10,88

€ 18.850 - € 28.981

€ 5,83

€ 6,25

€ 11,66

€ 12,08

€ 28.982 - € 39.880

€ 11,08

€ 11,88

€ 22,16

€ 22,96

€ 39.881 - € 54.242

€ 17,27

€ 18,50

€ 34,54

€ 35,77

€ 54.243 - € 77.970

€ 29,98

€ 32,13

€ 59,96

€ 62,11

Maandbedrag 3de ochtend op Ma/di/do/vrij: € 86,92 (= ongesubsidieerd)

Maandbedrag 3de ochtend op Woensdag: € 93,13 (= ongesubsidieerd)