Regeling vervallen per 20-12-2023

Afvalstoffenverordening Bunschoten 2017

Geldend van 01-01-2017 t/m 19-12-2023

Intitulé

Afvalstoffenverordening Bunschoten 2017

De raad van de gemeente Bunschoten;

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 13 september 2016, nr. 1039433;

gelet op artikel 10.23, eerste lid10.24, tweede lid, 10.25 en 10.26 van de Wet Milieubeheer en artikel 147 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende

Afvalstoffenverordening BUNSCHOTEN 2017

§ 1 Algemene Bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan, dan wel mede verstaan onder

  • a.

    het college : het college van Burgemeester en Wethouders;

  • b.

    wet : Wet Milieubeheer;

  • c.

    inzamelen : de activiteiten gericht op het ophalen of innemen van huishoudelijke grond- en afvalstoffen die binnen de gemeente ter inzameling worden aangeboden en het feitelijk ophalen en innemen daarvan;

  • d.

    ter inzameling aanbieden : de wijze van overdragen van afvalstoffen aan een inzamelende persoon of instantie, inclusief het achterlaten van afvalstoffen in daartoe door of vanwege de inzamelende persoon of instantie geplaatste inzamelmiddelen of -voorzieningen of op een daartoe aangewezen plaats, waarbij de daadwerkelijke overdracht plaatsvindt op het moment dat de afvalstoffen in het inzamelmiddel of de inzamelvoorziening zijn gebracht;

  • e.

    inzamelmiddel : een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp- of bewaarmiddel, bijvoorbeeld een huisvuilzak, minicontainer, afvalemmer, kca-box, ten behoeve van één huishouden;

  • f.

    inzamelvoorziening : een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd(e) bewaarmiddel of -plaats, bijvoorbeeld een verzamelcontainer, wijkcontainer of aanbiedstation, ten behoeve van meerdere huishoudens;

  • g.

    milieupas : een identificatiemiddel met een uniek, digitaal pasnummer voor de individuele registratie en afrekening van het afvalaanbod;

  • h.

    inzameldienst : de krachtens artikel 2, eerste lid, aangewezen inzameldienst, belast met de inzameling van huishoudelijke grond- en afvalstoffen;

  • i.

    andere inzamelaars : de krachtens artikel 2, tweede lid, aangewezen personen en instanties, belast met het afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke grond- en afvalstoffen;

  • j.

    gebruiker van een perceel : degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.21, 10.22 en 10.26 van de Wet Milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke grond- en afvalstoffen geldt;

  • k.

    gestapelde bouw : een woongebouw dat uit meer dan één bouwlaag bestaat en bestemd is voor bewoning door meer dan één huishouden, bijvoorbeeld een appartementencomplex, boven- en benedenwoningen en maisonnettes;

  • l.

    zwerfafval : huishoudelijke grond- en afvalstoffen van zeer beperkte omvang en gewicht, zoals proppen, papier, sigarettenpeuken, kauwgom, plastic bekertjes, flesjes en blikjes, verpakkingsmateriaal, etenswaren, niet zijnde klein chemisch afval, ontstaan in de openbare ruimte.

  • m.

    wegen : alle voor het openbaar verkeer openstaande doorgaande en verharde wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten;

  • n.

    motorrijtuigen : alle voertuigen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder c van de Wegenverkeerswet 1994.

§ 2 Inzameling van huishoudelijke grond- en afvalstoffen

Artikel 2 Aanwijzing inzameldienst en andere inzamelaars

  • 1. Als inzameldienst, belast met de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen, wordt aangewezen NV ROVA Gemeenten. Zij is exclusief gerechtigde tot en belast met de uitvoering van de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen.

  • 2. Naast de in het eerste lid genoemde inzameldienst kan het college andere inzamelaars aanwijzen die belast zijn met het afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen.

  • 3. Het college kan aan het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen voorschriften en beperkingen verbinden in het belang van de bescherming van het milieu.

  • 4. Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene Wet Bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Artikel 3 Afzonderlijke inzameling

  • 1. Door de inzameldienst of andere inzamelaars worden de volgende categorieën huishoudelijke afvalstoffen afzonderlijk ingezameld:

    • a.

      groente-, fruit- en tuinafval (GFT);

    • b.

      plastic verpakkingen, metalen en drankenkartons (PMD);

    • c.

      oud papier en karton;

    • d.

      huishoudelijk restafval;

    • e.

      verpakkingsglas en vlak glas;

    • f.

      textiel;

    • g.

      klein gevaarlijk afval (KGA, voorheen klein chemisch afval – KCA);

    • h.

      elektrische en elektronische apparatuur, waaronder verlichtingsapparatuur;

    • i.

      grof huishoudelijk afval;

    • j.

      grof tuinafval;

    • k.

      hout;

    • l.

      verduurzaamd hout;

    • m.

      puin, gips, bouw- en sloopafval;

    • n.

      asbest en asbesthoudend afval;

    • o.

      metaal;

    • p.

      banden van voertuigen;

    • q.

      luier- en incontinentiemateriaal en

    • r.

      overige door het college aangewezen afvalstoffen.

  • 2. Het college kan bepalen welke andere categorie huishoudelijke afvalstoffen, naast de in het eerste lid bedoelde categorieën, afzonderlijk worden ingezameld.

  • 3. Het college kan een omschrijving vaststellen van de categorieën huishoudelijke afvalstoffen als bedoeld in het eerste lid.

  • 4. In afwijking van het eerste lid wordt groente-, fruit- en tuinafval niet afzonderlijk ingezameld bij gebruikers van percelen, die deel uitmaken van een gestapelde bouw en ten behoeve waarvan geen inzamelmiddelen zijn verstrekt, tenzij in samenspraak met gebruikers een inzamelvoorziening op maat kan worden getroffen.

  • 5. De percelen op de bungalowparken Wijdland en Eemmeer die niet permanent mogen worden bewoond en worden gebruikt voor recreatieve doeleinden, worden van het bepaalde in het eerste lid uitgezonderd. Het college kan voor de beheerderswoning, die permanent wordt bewoond nader bepalen dat deze uitzondering onder voorwaarden niet geldt.

Artikel 4 Inzamelmiddelen en -voorzieningen

  • 1. De inzameling vindt plaats via:

    • a.

      een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel;

    • a.

      een inzamelvoorziening voor de gebruikers van een aantal percelen;

    • b.

      een inzamelvoorziening op wijkniveau;

    • c.

      een door het college aangewezen aanbiedstation in Bunschoten.

  • 2. Het college kan aanwijzen via welk al dan niet door de inzameldienst verstrekt inzamelmiddel of via welke inzamelvoorziening de inzameling van een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen ten behoeve van de gebruiker van een perceel plaatsvindt.

Artikel 5 Frequentie van inzamelen

  • 1.

    • a.

      Huishoudelijk restafval wordt nabij elk perceel ingezameld via inzamelvoorzieningen, die dagelijks toegankelijk zijn met gebruikmaking van een milieupas; en

    • b.

      Daar waar geen inzamelvoorziening ter beschikking staat, wordt het huishoudelijk restafval tenminste eenmaal vier weken nabij elk perceel ingezameld.

  • 2. Groente-, fruit- en tuinafval wordt eenmaal per twee weken afzonderlijk nabij elk perceel ingezameld. Het college kan de frequentie bij afname of toename van aanbod aanpassen.

  • 3. In afwijking van het tweede lid wordt gft-afval niet afzonderlijk ingezameld bij percelen die deel uitmaken van een gestapelde bouw en ten behoeve waarvan geen inzamelmiddel voor gft-afval is verstrekt, tenzij in samenspraak met gebruikers een inzamelvoorziening op maat kan worden getroffen.

  • 4. Het college kan de frequentie van de inzameling vaststellen van de overige categorieën huishoudelijke afvalstoffen die afzonderlijk in aangewezen delen van de gemeente nabij elk perceel worden ingezameld.

Artikel 6 Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens aanwijzing

  • 1. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen.

  • 2. Het verbod in het eerste lid geldt niet voor de inzameldienst of andere inzamelaars.

  • 3. Het verbod in het eerste lid geldt niet voor personen of instanties, die in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling een inzamelplicht hebben voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.

§ 3 TER INZAMELING AANBIEDEN VAN HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN

Artikel 7 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan anderen

Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan een ander dan de krachtens artikel 2 aangewezen inzameldienst, andere inzamelaars of aan de personen en instanties die in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling een inzamelplicht hebben voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 8 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen door anderen dan de gebruikers van percelen

Het is anderen dan gebruikers van percelen verboden om huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan de inzameldienst of de andere inzamelaars.

Artikel 9 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden

  • 1. Het is verboden om de categorieën huishoudelijke afvalstoffen zoals bepaald in artikel 3 eerste lid, anders dan afzonderlijk ter inzameling aan te bieden.

  • 2. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor de bij nadere regels aan te wijzen categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.

  • 3. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor de inzameling van gft-afval bij gebruikers van de percelen genoemd in artikel 3 lid 4 van deze verordening, tenzij in samenspraak met gebruikers een inzamelvoorziening op maat kan worden getroffen.

  • 4. Het in het tweede lid gestelde verbod geldt niet voor het aanbieden van categorieën huishoudelijke afvalstoffen aan personen of instanties die in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of bij ministeriële regeling een inzamelplicht hebben voor die categorieën van afvalstoffen.

Artikel 10 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel

  • 1. Het is de gebruiker van een perceel, voor wie krachtens artikel 4 tweede lid, een inzamelmiddel is aangewezen, verboden de betreffende afvalstoffen anders aan te bieden dan via het betreffende inzamelmiddel.

  • 2. Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel aan te bieden, dan de categorie waarvoor dit inzamelmiddel krachtens artikel 4 tweede lid, is bestemd.

  • 3. Het college kan regels stellen omtrent de voorwaarden waaronder het inzamelmiddel is verstrekt, het gebruik en het reinigen daarvan.

  • 4. Indien het inzamelmiddel niet door de inzameldienst is verstrekt, kan het college eisen stellen aan het te gebruiken inzamelmiddel.

  • 5. Het college kan regels stellen omtrent de plaatsen en wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel ter inzameling moeten worden aangeboden.

  • 6. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere plaatsen en wijze ter inzameling aan te bieden dan krachtens dit artikel is bepaald.

  • 7. Het verbod in het zesde lid geldt niet voor het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via het aanbiedstation overeenkomstig artikel 13.

  • 8. Het is verboden voor anderen dan de gebruiker van een perceel ten behoeve van wie krachtens artikel 4 tweede lid, een inzamelmiddel is verstrekt of aangewezen, hun afvalstoffen ter inzameling aan te bieden via dit inzamelmiddel.

Artikel 11 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen

  • 1. Indien voor de gebruiker van een perceel door middel van een aan hem beschikbaar gestelde milieupas voor een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen krachtens artikel 4 tweede lid, mede ten behoeve van zijn perceel een inzamelvoorziening is aangewezen, is het voor de gebruiker verboden de betreffende afvalstoffen anders aan te bieden dan via de betreffende inzamelvoorziening.

  • 2. Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening voor een aantal percelen aan te bieden, dan de categorie waarvoor deze inzamelvoorziening krachtens artikel 4 tweede lid is bestemd.

  • 3. Het college kan regels stellen ten aanzien van de wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen moet worden aangeboden.

  • 4. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze aan te bieden via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen dan krachtens dit artikel is bepaald.

  • 5. Het verbod in het vierde lid geldt niet voor het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een aanbiedstation op gemeentelijk of bovengemeentelijk niveau overeenkomstig artikel 13.

  • 6. Het is verboden voor anderen dan de gebruikers van percelen voor wie krachtens artikel 4 tweede lid, een inzamelvoorziening is aangewezen, huishoudelijke afvalstoffen aan te bieden via deze inzamelvoorziening.

Artikel 12 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via inzamelvoorzieningen op wijkniveau

  • 1. Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening op wijkniveau aan te bieden dan de categorie waarvoor de inzamelvoorziening als bedoeld in artikel 4 tweede lid, is bestemd.

  • 2. Het college kan regels stellen omtrent de wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening op wijkniveau ter inzameling moeten worden aangeboden.

  • 3. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze via een inzamelvoorziening op wijkniveau ter inzameling aan te bieden dan krachtens dit artikel is bepaald.

  • 4. Het verbod in artikel 10, zesde lid, en artikel 11, vierde lid, geldt niet voor het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via inzamelvoorzieningen op wijkniveau overeenkomstig dit artikel.

Artikel 13 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een aanbiedstation op lokaal of regionaal niveau

  • 1. Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een aanbiedstation op lokaal of regionaal niveau aan te bieden dan de categorieën waarvoor het aanbiedstation als bedoeld in artikel 4, tweede lid, is bestemd.

  • 2. Het college kan regels stellen omtrent de wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling moeten worden aangeboden bij het aanbiedstation op lokaal of regionaal niveau.

  • 3. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze via een aanbiedstation op lokaal of regionaal niveau ter inzameling aan te bieden dan krachtens dit artikel is bepaald.

Artikel 14 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen zonder inzamelmiddel

  • 1. Het college kan categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanwijzen die zonder inzamelmiddel als bedoeld in artikel 4, tweede lid van deze verordening ter inzameling kunnen worden aangeboden.

  • 2. Het college kan regels stellen over de wijze waarop deze categorieën huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling moeten worden aangeboden.

  • 3. Het college kan regels stellen over het maximale gewicht, de afmetingen en het volume waarop deze categorieën huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling moeten worden aangeboden.

  • 4. Het is verboden deze categorieën huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze ter inzameling aan te bieden dan krachtens dit artikel is bepaald.

  • 5. Het is aan anderen dan de gebruiker van een perceel die de in het eerste lid bedoelde categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanbiedt, verboden hun afvalstoffen toe te voegen aan en ter inzameling aan te bieden met die van de zojuist bedoelde gebruiker.

Artikel 15 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden

  • 1. Het college stelt door middel van de digitaal beschikbaar gestelde of jaarlijks verstrekte afvalkalender de dagen en tijden vast waarop categorieën huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling kunnen worden aangeboden.

  • 2. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere dagen en tijden ter inzameling aan te bieden dan krachtens het eerste lid is bepaald.

Artikel 16 Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

In afwijking van hetgeen in deze paragraaf is bepaald kan het college regels stellen omtrent het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst of andere inzamelaars.

§ 4 INZAMELING VAN BEDRIJFSAFVALSTOFFEN

Artikel 17 Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst

Het college kan categorieën bedrijfsafvalstoffen aanwijzen die door de inzameldienst worden ingezameld.

Artikel 18 Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst

  • 1. Het college kan regels stellen voor het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst.

  • 2. Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden in strijd met deze regels.

§ 5 ZWERFAFVAL

Artikel 19 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging

  • 1. Het is verboden zonder ontheffing van burgemeester en wethouders, buiten een inrichting, hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu te veroorzaken, door een afvalstof, een stof of een voorwerp op of in de bodem te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins daar te plaatsen.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing op:

    • a.

      Het aanbieden, overdragen of achterlaten van huishoudelijke afvalstoffen of bedrijfsafvalstoffen in overeenstemming met deze verordening;

    • b.

      Het composteren van huishoudelijk groente-, fruit- en tuinafval op het perceel waar dit is ontstaan;

    • c.

      Het laden, lossen of vervoeren van afvalstoffen, met inbegrip van daarbij niet te vermijden plaatsing van afvalstoffen, stoffen of voorwerpen op de weg, bedoeld in artikel 1 van de Wegenverkeerswet 1994;

    • d.

      Handelingen die zijn verboden bij of krachtens de Wet bodembescherming, de Waterwet of het Besluit bodemkwaliteit.

  • 3. Indien de overtreder van dit artikel onbekend is, wordt de persoon tot wie de aangetroffen afvalstof, stof of voorwerp kan worden herleid, geacht te hebben gehandeld in strijd met dit artikel.

Artikel 20 Achterlaten van zwerfafval

  • 1. Het is verboden zwerfafval in de openbare ruimte achter te laten zonder gebruik te maken van de van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen ten behoeve van de opvang van afval.

  • 2. Het is verboden om andere afvalstoffen dan zwerfafval achter te laten in daartoe van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen, tenzij het afval betreft waarvoor speciale bakken, manden of soortgelijke voorwerpen zijn geplaatst.

Artikel 21 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen

  • 1. Het is verboden afvalstoffen of inzamelmiddelen die ter inzameling gereed staan te doorzoeken, te verspreiden of te verplaatsen.

  • 2. Het is verboden tegen afvalstoffen of inzamelmiddelen, die ter inzameling gereed staan, te stoten, te schoppen, deze omver te werpen, in brand te steken of deze anderszins te behandelen waardoor zwerfafval kan ontstaan.

  • 3. Het verbod als bedoeld in het eerste lid geldt niet voor ambtenaren als bedoeld in artikel 31 en voor medewerkers van de inzameldienst, die belast zijn met het onderzoek van aangeboden afvalstoffen of inzamelmiddelen.

Artikel 22 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren

Degene die een inrichting drijft waar eet- of drinkwaren worden verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd, is verplicht:

  • a.

    een afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp in of nabij de inrichting op een duidelijk zichtbare plaats aanwezig te hebben, waarin het publiek afval kan achterlaten;

  • b.

    zorg te dragen dat deze afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp van een zodanige constructie is dat het afval daarin deugdelijk geborgen blijft en dat die afvalbak, -mand of voorwerp steeds tijdig wordt geledigd;

  • c.

    zorg te dragen dat dagelijks, uiterlijk een uur na sluiting van de inrichting, of ook terstond op eerste aanzegging van een ambtenaar, belast met de toezicht op de naleving van dit artikel, in de nabijheid van de inrichting achtergebleven afval, voor zover kennelijk uit of van die inrichting afkomstig, wordt opgeruimd.

Artikel 23 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal

Degene die in de openbare ruimte reclamebiljetten of ander promotiemateriaal of zoiets dergelijks onder het publiek verspreidt, is verplicht deze of de verpakking daarvan terstond op te ruimen of te laten opruimen, indien deze in de omgeving van de plaats van uitreiking op de weg of een andere voor het publiek toegankelijke plaats door het publiek worden weggeworpen.

Artikel 24 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden

  • 1. Het is verboden afvalstoffen, stoffen of voorwerpen zodanig te laden, te lossen of te vervoeren of andere werkzaamheden te verrichten dat de weg wordt verontreinigd of het milieu nadelig kan worden beïnvloed.

  • 2. Indien bij het laden of lossen of vervoeren van afvalstoffen, stoffen of voorwerpen deze weg wordt verontreinigd of het milieu nadelig wordt beïnvloed, is degene die genoemde werkzaamheden verricht alsmede diens opdrachtgever verplicht deze weg te reinigen of te laten reinigen:

    • a.

      direct na het ontstaan van de verontreiniging, indien de verontreiniging gevaar voor de veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;

    • b.

      direct na beëindiging van de werkzaamheden, indien de verontreiniging geen gevaar voor de veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;

    • c.

      indien de werkzaamheden langer dan een dag duren, elke dag direct na beëindiging van de werkzaamheden.

§ 6 OVERIGE ONDERWERPEN DIE DE VERORDENING AANGAAN

Artikel 25 Verbod opslag van afvalstoffen

  • 1. Het is verboden afvalstoffen op een voor het publiek waarneembare plaats in de open lucht en buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer op te slaan of opgeslagen te hebben.

  • 2. Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod. Aan een ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden.

  • 3. Het college kan plaatsen aanwijzen waar het verbod als bedoeld in het eerste lid niet geldt.

  • 4. Het verbod is niet van toepassing op het overdragen of ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst, andere inzamelaars of aan de personen of instanties die in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling een inzamelplicht hebben voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 26 Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden

Het is verboden zich te ontdoen van een autowrak, anders dan door afgifte aan inrichtingen, genoemd in artikel 6 van het Besluit Beheer Autowrakken.

Artikel 27 Verbod ongewenst drukwerk te bezorgen

Het is verboden ongeadresseerd reclamedrukwerk te bezorgen of te laten bezorgen bij een woning, bedrijf of woonschip, indien de bewoner of gebruiker ervan duidelijk heeft kenbaar gemaakt geen prijs te stellen op het ontvangen van ongeadresseerd reclamedrukwerk.

Artikel 28 Verbod voor niet-inwoner om huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden

Het is aan personen, die geen woon- of verblijfplaats in de gemeente Bunschoten hebben, verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden of achter te laten.

§ 7 SLOTBEPALINGEN

Artikel 29 Strafbepaling

Een gedraging in strijd met de volgende artikelen is een strafbaar feit in de zin van artikel 1a, onder 3º, Wet op de economische delicten:

ARTIKEL

ONDERWERP

Artikel 6

Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen

Artikel 7

Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan anderen

Artikel 8

Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen door anderen dan gebruikers van percelen

Artikel 9

Afzonderlijk ter inzameling aanbieden

Artikel 10

Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel

Artikel 11

Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen

Artikel 12

Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via inzamelvoorziening op wijkniveau

Artikel 13

Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een brengdepot op gemeentelijk of bovengemeentelijk niveau

Artikel 14

Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen zonder inzamelmiddel

Artikel 15

Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden

Artikel 18

Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst

Artikel 19

Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging

Artikel 20

Achterlaten van straatafval

Artikel 21

Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen

Artikel 22

Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren

Artikel 23

Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal

Artikel 24

Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden

Artikel 25

Verbod op een voor het publiek zichtbare plaats aanwezig hebben van afvalstoffen

Artikel 26

Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden

Artikel 27

Verbod ongewenst drukwerk te bezorgen

Artikel 28  

Verbod voor niet-inwoner om huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden

Artikel 30 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de krachtens artikel 5.10 derde lid, van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren.

Artikel 31 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt na bekendmaking in werking op 1 januari 2017.

  • 2. Gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze verordening komt de Afvalstoffenverordening 2010 Gemeente Bunschoten, vastgesteld bij raadsbesluit van 16 september 2010 (incl. 1e wijziging, 22 december 2011) te vervallen.

Artikel 32 Overgangsbepaling

De intrekking van de verordening bedoeld in artikel 31, tweede lid heeft geen gevolgen voor de geldigheid van op basis van die verordening verleende vergunningen, ontheffingen hoe dan ook genaamd dan wel op grond daarvan gestelde nadere regels en aanwijzingsbesluiten, indien en voor zover de rechtsgrond waarop de besluiten zijn gebaseerd ook vervat is in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken.

Artikel 33 Citeerbepaling

Deze verordening wordt aangehaald als: Afvalstoffenverordening Bunschoten 2017

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Bunschoten opo 15 december 2016

M. van de Groep
de griffier,
E. Hoogstraten
de voorzitter,