Regeling vervallen per 01-01-2021

Treasurystatuut 2017

Geldend van 01-01-2017 t/m 31-12-2020

Intitulé

Treasurystatuut 2017

Hoofdstuk 1 Doelstelling van treasury

Artikel 1 Doelstelling van treasury

De treasuryfunctie van de gemeente dient tot:

  • a.

    Het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities.

  • b.

    Het beschermen van gemeentelijke vermogens- en (rente-)resultaten tegen ongewenste financiële risico's zoals renterisico's, kredietrisico's, koersrisico's en liquiditeitsrisico's.

  • c.

    Het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities.

  • d.

    Het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet Fido respectievelijk de limieten en richtlijnen van dit treasurystatuut alsook de Wet Hof.

Hoofdstuk 2 Risicobeheer

Artikel 2 Uitgangspunten risicobeheer

Met betrekking tot risicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten:

  • 1.

    De gemeente mag leningen of garanties uit hoofde van de “publieke taak” uitsluitend verstrekken aan door de gemeenteraad goedgekeurde derde partijen, waarbij vooraf advies van de afdeling Bedrijfsvoering, team Financiën, wordt ingewonnen over de financiële positie en de kredietwaardigheid van de betreffende partij. Hierbij gelden de richtlijnen zoals bepaald in de Nota "Garantstellingen gemeente Delfzijl".

  • 2.

    De gemeente kan middelen uitzetten uit hoofde van de treasuryfunctie indien deze uitzettingen een prudent karakter hebben en niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatig risico. Het prudente karakter van deze uitzettingen wordt gewaarborgd middels de richtlijnen en limieten van dit treasurystatuut.

  • 3.

    Het gebruik van derivaten is niet toegestaan.

Artikel 3 Renterisicobeheer

  • 1. De kasgeldlimiet en renterisiconorm worden in principe niet overschreden met inachtneming van de Wet Fido.

  • 2. Nieuwe leningen/uitzettingen worden afgestemd op de bestaande financiële positie en de liquiditeitenplanning.

Artikel 4 Koersrisicobeheer

  • 1. De gemeente beperkt de koersrisico’s op uitzettingen uit hoofde van treasury, door overtollige liquide middelen boven het drempelbedrag Schatkistbankieren uitsluitend uit te zetten bij de Nederlandse staat of in de vorm van leningen bij andere openbare lichamen. Daarbij kan gemeente Delfzijl geen leningen verstrekken aan openbare lichamen ten aanzien waarvan zij met het financieel toezicht is belast.

  • 2. De gemeente beperkt de koersrisico's op uitzettingen uit hoofde van treasury door daarbij uitsluitend producten te hanteren waarbij de hoofdsom aan het einde van de looptijd is gegarandeerd.

Artikel 5 Kredietrisicobeheer

  • 1. Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van treasury gelden de volgende uitgangspunten:

    Uitzettingen vinden uitsluitend plaats bij:

    • Instellingen, voor wiens waardepapier een solvabiliteitsratio van 0% geldt;

    • Financiële instellingen (kredietinstellingen, beleggingsinstellingen, effecteninstellingen, verzekeraars en pensioenfondsen) die onder Nederlands of anderszins EER-toezicht 1 vallen, zoals De Nederlandsche Bank en de Verzekeringskamer en voldoen aan de minimale kredietwaardigheidseis A-rating van één van de volgende erkende rating-bureaus: Moody’s, Standard & Poors of Fitch IBCA;

    • Financiële instellingen die onder Nederlands of anderszins EER-toezicht te vallen en die een kredietwaardigheid hebben die vergelijkbaar is met minimaal een A-rating.

  • 2. Bij het verstrekken van leningen uit hoofde van de publieke taak worden indien mogelijk zekerheden of garanties geëist. Een en ander afgestemd op de Nota garantstellingen gemeente Delfzijl.

    Onder de Europese Economische Ruimte (EER) vallen naast de lidstaten van de Europese Unie ook Noorwegen, IJsland en Liechtenstein.

Artikel 6 Intern liquiditeitsrisicobeheer

De gemeente zal haar interne liquiditeitsrisico’s beperken door haar treasuryactiviteiten te baseren op een korte termijn liquiditeitenplanning (het komende jaar op maandbasis) evenals een lange termijn liquiditeitenplanning (de komende vijf jaar op jaarbasis).

Artikel 7 Valutarisicobeheer

  • 1. Valutarisico’s worden in de gemeente uitgesloten door uitsluitend leningen te verstrekken, aan te gaan of te garanderen in euro’s;

  • 2. Daar waar verplichtingen worden aangegaan in een andere valuta dan de euro, zullen de daarmee gepaard gaande valutarisico’s direct worden afgedekt.

Hoofdstuk 3 Gemeentefinanciering

Artikel 8 Korte en lange financiering

Bij het aantrekken van korte en lange financieringen gelden de volgende uitgangspunten en procedures:

  • 1.

    Voor het aantrekken van gelden op de geld- en kapitaalmarkt worden aan tegenpartijen in principe geen beperkingen gesteld, anders dan dat zij een goede reputatie behoren te hebben op de financiële markten en in het algemeen maatschappelijk verkeer;

  • 2.

    Financieringen worden enkel aangetrokken ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak;

  • 3.

    Financiering met externe financieringsmiddelen wordt zoveel mogelijk beperkt door primair de beschikbare interne financieringsmiddelen te gebruiken teneinde de renterisico’s te beperken en het renteresultaat te optimaliseren;

  • 4.

    Voor korte en lange financieringen geldt dat door de beleidsmedewerker van de afdeling Bedrijfsvoering, team Financiën, belast met treasury – binnen het verleende mandaat – een voorstel voor het afdelingshoofd Bedrijfsvoering wordt voorbereid. Na goedkeuring van dit voorstel is de medewerker Beleid & Control belast met treasury gemachtigd om volgens de procedure als beschreven in artikel 12 en wat hieronder wordt vastgesteld inzake richtlijnen en limieten voor financieringen in het algemeen de geldlening met de gunstigste condities af te sluiten;

  • 5.

    Toegestane instrumenten bij het aantrekken van financieringen zijn: daggeldleningen, kasgeldleningen, kredietlimieten op rekening courant, onderhandse leningen.

  • 6.

    Bij de uitvoering van de financieringstransacties gelden voorts de volgende richtlijnen en limieten:

    • a.

      Geld wordt uitsluitend aangetrokken op basis van een recente liquiditeitsprognose en een actuele rentevisie;

    • b.

      De gemeente nodigt minimaal twee instellingen uit om een offerte uit te brengen alvorens een financiering wordt aangetrokken.

Artikel 9 Kortlopende en langlopende uitzettingen

  • 1. Voor kortlopende en langlopende uitzettingen geldt dat door de medewerker Beleid & Control belast met treasury – binnen het verleende mandaat – een voorstel voor het afdelingshoofd Bedrijfsvoering wordt voorbereid. Na goedkeuring van dit voorstel is de medewerker Beleid & Control belast met treasury gemachtigd om volgens de procedure als beschreven in artikel 8 en hetgeen hieronder wordt vastgesteld inzake richtlijnen en limieten voor het uitzetten van middelen in het algemeen de belegging met de gunstigste condities af te sluiten;

  • 2. Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van de treasuryfunctie gelden voorts de volgende richtlijnen en limieten:

    • a.

      Uitzettingen worden uitsluitend gedaan onder de in artikel 3, 4 en 5 genoemde voorwaarden;

    • b.

      De gemeente nodigt minimaal twee instellingen uit om een offerte uit te brengen alvorens een financiering wordt aangetrokken.

Artikel 10 Relatiebeheer

De gemeente beoogt het realiseren van gunstige c.q. marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Hiervoor gelden de volgende uitgangspunten:

  • 1.

    Bankrelaties en hun bancaire condities worden ten minste eens in de twee jaar beoordeeld;

  • 2.

    Bankrelaties dienen wat betreft hun kredietwaardigheid minimaal te voldoen aan de eisen die zijn gesteld in artikel 5;

  • 3.

    Tussenpersonen dienen geregistreerd te staan bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en daarvan een vergunning als makelaar te hebben ontvangen.

Hoofdstuk 4 Kasbeheer

Artikel 11 Geldstromenbeheer

  • 1. Teneinde de kosten van het geldstromenbeheer te minimaliseren wordt:

    • a.

      Het liquiditeitsgebruik beperkt door de geldstromen op gemeenteniveau op elkaar en de liquiditeitenplanning af te stemmen. Hierbij wordt erop toegezien dat de liquiditeitspositie voldoende is om te garanderen dat de verplichtingen tijdig kunnen worden nagekomen;

    • b.

      Het betalingsverkeer zoveel mogelijk elektronisch uitgevoerd door één bank;

  • 2. De liquiditeitspositie wordt zoveel mogelijk geconcentreerd binnen één rentecompensatiecircuit bij de bank met de gunstigste condities teneinde het saldo en liquiditeitenbeheer gestalte te geven.

Hoofdstuk 5 Administratieve organisatie en interne controle

Artikel 12 Organisatie van de uitvoering

  • 1. De medewerker Beleid & Control belast met treasury kan binnen de kaders van het door de Gemeenteraad in de programmabegroting vastgestelde mandaat transacties afsluiten. De medewerker Beleid & Control belast met treasury sluit transacties af in overleg met het afdelingshoofd Bedrijfsvoering. Hiermee wordt het vier-ogen-principe gegarandeerd. Beide functionarissen toetsen het tarief en de voorwaarden van elke af te sluiten transactie aan de beschikbare marktgegevens en concurrerende tarieven. Alle relevante gegevens en kopieën van documenten worden bewaard in een treasury ordner.

  • 2. De financiële administratie van het team Financiën is verantwoordelijk voor de administratieve vastlegging en afhandeling van de transacties.

  • 3. De kassier draagt zorg voor het initiëren van betalingen voortvloeiende uit treasurytransacties. De elektronische tekenbevoegdheid voor deze betalingen ligt bij de Kassier (1e handtekening) en medewerker Beleid en Control van het team Financiën (2e handtekening), de "Comptabele".

  • 4. Bij afwezigheid van medewerkers treedt een vervangingsregeling in werking om voortgang van de dagelijkse werkzaamheden te garanderen. In deze regeling wordt het principe van bovenstaande functiescheiding gehandhaafd.

  • 5. Tegenpartijen wordt opdracht gegeven de bevestigingen van iedere transactie te versturen naar de financiële administratie zonder tussenkomst van de personen die bevoegd zijn tot het sluiten van de transacties;

    VERVANGINGSREGELING TREASURY

    Taak

    Functionaris

    Vervanger

    Treasury uitvoering I

    Medewerker Beleid & Control belast met treasury

    Medewerker Beleid & Control

    Treasury uitvoering II

    Afdelingshoofd Bedrijfsvoering

    Teamleider Financiën

    Administratie

    Financiële Administratie

    Financiële Administratie

    Betaling 1e handtekening

    Kassier

    overige Kassiers

    Betaling 2e handtekening

    Comptabele

    overige Comptabelen

Artikel 13 Interne controle

  • 1. Informatie omtrent de beleidsplannen wordt vastgelegd in de paragraaf financiering in de programmabegroting; op basis hiervan wordt het mandaat voor het komende begrotingsjaar opgesteld. Controle op de uitvoering van het beleid vindt voorts plaats in de paragraaf financiering in het jaarverslag.

  • 2. Medewerker Beleid & Control belast met treasury zal van het vastgestelde beleid en alle plannen, nota’s en besluiten zorgvuldig dossiers aanleggen. De Medewerker Beleid & Control belast met treasury zal van alle kopieën van originele documenten en eventuele andere documenten met betrekking tot de uitgevoerde transacties zorgvuldig dossiers aanleggen. Originele contracten en de daarbij horende afwegingsstukken zullen worden bewaard in het centrale archief.

  • 3. De medewerker van het team Financiën belast met financieel beheer en de interne controle hierop voert controle uit op de uitgevoerde treasurytransacties, zoals in artikel 14 wordt genoemd, en rapporteert hierover periodiek aan het afdelingshoofd Bedrijfsvoering.

  • 4. Gezien de beperkte omvang van de financiële functie in de organisatie is het niet mogelijk om de functiescheiding tussen het afsluiten van transacties, de administratieve vastlegging en het betalingsproces continu te realiseren. Bovendien wordt de organisatorische functiescheiding tussen het afsluiten van transacties en de administratieve vastlegging niet door het automatiseringssysteem afgedwongen.

Artikel 14 Verantwoordelijkheden

De taken en verantwoordelijkheden met betrekking tot de treasuryfunctie van de gemeente staan in onderstaande tabel gedefinieerd.

Functie

Verantwoordelijkheden

Gemeenteraad

• Het vaststellen van treasurydoelstellingen, het treasurybeleid, beleidskaders en limieten;

• Het vaststellen van de paragraaf financiering in de programmabegroting en de jaarrekening;

• Het houden van toezicht op het treasurybeleid en de uitvoering hiervan;

• Het evalueren en als gevolg daarvan (eventueel) bijstellen van het treasurybeleid;

• Het uitvoeren van de niet aan het college van B&W overgedragen treasuryactiviteiten.

College van B&W

• Het uitvoeren van het treasurybeleid (formele verantwoordelijkheid);

• Het achteraf bekrachtigen van de afgesloten transacties;

• Het rapporteren aan de Gemeenteraad over de uitvoering van het treasurybeleid.

Controller

• Het opzetten van administratieve richtlijnen op het gebied van treasury;

• Het bewaken van de kwaliteit van de treasuryprocessen;

• Het controleren van de volledigheid en betrouwbaarheid van de informatievoorziening van de treasuryfunctie en hierover rapporteren aan het college van B&W.

Afdelingshoofd Bedrijfsvoering

• Het uitvoeren van de aan haar/hem gemandateerde treasuryactiviteiten conform het treasurystatuut en de treasuryparagraaf;

• Het zorgdragen voor juiste verantwoording van de uitvoering van de door hem/haar gemandateerde treasuryactiviteiten;

• Het rapporteren aan het college van B&W over de uitvoering van het treasurybeheer;

• Het afleggen van verantwoording aan het college van B&W.

Afdelingshoofden / budgethouders

• Het zorgdragen voor het tijdig aanleveren van betrouwbare operationele informatie over toekomstige geldstromen aan de afdeling Bedrijfsvoering, team Financiën;

• Het fiatteren van betalingen en ontvangsten, ten laste c.q. ten gunste van hun budgetten.

Medewerker Beleid & Control belast met treasury

• Het uitvoeren van de activiteiten met betrekking tot de volgende deelfuncties: het risicobeheer, gemeentefinanciering (financiering, uitzetting en relatiebeheer) en kasbeheer. Deze activiteiten moeten conform dit treasurystatuut en de paragraaf financiering worden uitgevoerd en de transacties dienen geautoriseerd te zijn door het afdelingshoofd Bedrijfsvoering;

• Het opstellen van de rentevisie;

• Het aantrekken en uitzetten van gelden in het kader van het saldo- en liquiditeitenbeheer;

• Het beheren van de geldstromen;

• Het onderhouden van contacten met banken, geldmakelaars en overige financiële instellingen;

• Het afsluiten van financiële contracten voortvloeiend uit bovenstaande deelfuncties in overleg met het afdelingshoofd Bedrijfsvoering;

• Het schriftelijk vastleggen van de treasurytransacties en het doorgeven hiervan aan de kassier en de medewerker belast met interne controle;

• Het voorbereiden van beleidsvoorstellen op treasurygebied;

• Het adviseren van de afdelingen/sectoren over de financiële gevolgen van hun activiteiten en projecten;

• Het aanleveren van tijdige, volledige en betrouwbare gegevens aan de gemeentelijke administratie;

• Het afleggen van verantwoording aan het afdelingshoofd Bedrijfsvoering over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten.

Kassier

• Het overboeken van saldi tussen bankrekeningen;

• Het afhandelen van het contante en girale betalingsverkeer;

• Het aanleveren van tijdige, volledige en juiste gegevens aan de gemeentelijke administratie;

• Het rapporteren aan het afdelingshoofd Bedrijfsvoering belast met controle over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten.

Financiële administratie

• Het juist en volledig administreren van de bezittingen, schulden, rechten, verplichtingen, inkomsten, uitgaven, ontvangsten en betalingen in de verplichtingen- en financiële administratie;

Medewerker financieel beheer belast met interne controle

• Het ontvangen van de orderbevestiging van derden en het controleren of deze overeenkomt met de transactie-informatie zoals verstrekt door de medewerker belast met treasury;

• Het voeren van de interne controle op de uitgevoerde treasury transacties en hierover bij afwijkingen van de naleving van het statuut rapporteren aan het afdelingshoofd Bedrijfsvoering.

Externe accountant

• Het in het kader van haar reguliere controletaak adviseren en controleren over de feitelijke naleving van het treasurystatuut.

Artikel 15 Bevoegdheden

In onderstaande tabel staan bevoegdheden met betrekking tot treasuryactiviteiten weergegeven alsmede de daarbij benodigde fiattering.

Activiteit

Bevoegd functionaris

(eerste handtekening)

Autorisatie door

(tweede handtekening)

Saldo-, liquiditeiten- en geldstromenbeheer

1. Afromen gemeentelijke liquide middelen naar de bij de Staat aangehouden rekening in verband met schatkistbankieren

N.v.t.

( zie NB 1)

N.v.t.

(zie NB 1)

2. Het overboeken van een tegoed aangehouden bij de Staat in verband met schatkistbankieren naar de gemeentelijke bankrekening.

Kassier

Comptabele

3. Het uitzetten van middelen via callgeld, deposito en spaarrekening

Medewerker Beleid & Control belast met treasury

Afdelingshoofd

Bedrijfsvoering

4. Het aantrekken van middelen via callgeld of kasgeld

Medewerker Beleid & Control belast met treasury

Afdelingshoofd

Bedrijfsvoering

5. Betalingsopdrachten voorbereiden en versturen

Kassier

Comptabele

Bankrelatiebeheer

6. Bankrekeningen openen / sluiten / wijzigen

Medewerker Beleid & Control belast met treasury

Afdelingshoofd

Bedrijfsvoering

7. Bankcondities en tarieven afspreken

Medewerker Beleid & Control belast met treasury

Afdelingshoofd

Bedrijfsvoering

Financiering en uitzetting

8. Het vaststellen van kredietfaciliteiten

Medewerker Beleid & Control belast met treasury

Afdelingshoofd

Bedrijfsvoering

9. Het aantrekken van middelen via onderhandse leningen en Medium Term Notes (MTN) zoals vastgelegd in de treasuryparagraaf

Medewerker Beleid & Control belast met treasury

Afdelingshoofd

Bedrijfsvoering

10. Het uitzetten van middelen via (staats)obligaties, MTN’s, CP’s, CD’s, onderhandse geldleningen zoals vastgelegd in de treasuryparagraaf

Medewerker Beleid & Control belast met treasury

Afdelingshoofd

Bedrijfsvoering

11. Het verstrekken van leningen aan derden uit hoofde van de publieke taak

Afdelingshoofd

Bedrijfsvoering

College van B&W

(met inachtneming nota "Garantstellingen"

12. Het garanderen van middelen uit hoofd van de publieke taak

Afdelingshoofd

Bedrijfsvoering

College van B&W

(met inachtneming nota "Garantstellingen"

NB1: Afroming in verband met schatkistbankieren gebeurt automatisch op basis van een afgesloten overeenkomst met de huisbankier en vanuit de verplichting Wet schatkistbankieren.

Artikel 16 Informatievoorziening

Met betrekking tot de treasuryactiviteiten dient ten minste de in de onderstaand tabel opgenomen informatie te worden verstrekt door de betreffende functionarissen.

Informatie

Frequentie

Informatie-

verstrekker

Informatie-ontvanger

1. Gegevens met betrekking tot toekomstige uitgaven en ontvangsten voor de liquiditeitsplanning

Incidenteel

Budgethouder

Medewerker Beleid & Control belast met

treasury

2. Beleidsplannen treasury in paragraaf financiering van de programmabegroting

Jaarlijks

Medewerker Beleid & Control belast met treasury

Gemeenteraad

3. Evaluatie treasuryactiviteiten in paragraaf financiering van de jaarrekening

Jaarlijks

Medewerker Beleid & Control belast met treasury

Gemeenteraad

4. Informatie aan derden (toezichthouder en CBS) zoals genoemd in art. 8 Wet fido

Periodiek

Team Financiën

Derden

5. Informatie over aangetrokken leningen

binnen 30 dagen na besluit

Medewerker Beleid & Control belast met treasury

College van B&W

Hoofdstuk 6 Inwerkingtreding en citeertitel

Artikel 17 Inwerkingtreding

  • 1. Het Treasurystatuut van 1 januari 2006 wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid genoemde datum van ingang van dit statuut, moet dien verstande dat hij van toepassing blijft op de feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. De datum van ingang van dit Treasurystatuut is 1 januari 2017.

  • 3. Dit statuut kan worden aangehaald als "Treasurystatuut 2017".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 november 2016.
De raad voornoemd,
griffier. voorzitter.
(O. Rijkens) (G. Beukema)

Bijlage 1 Begrippenkader

Financiering

Het aantrekken van benodigde financiële middelen voor de dekking van de vermogen

behoefte.

 

Geldstromenbeheer

Al die activiteiten die nodig zijn om liquiditeiten te transfereren zowel binnen de

organisatie zelf als tussen de organisatie en derden (betalingsverkeer).

 

Intern liquiditeitsrisico

De risico’s van mogelijke wijzigingen in de liquiditeitsplanning en meerjaren investerings

planning waardoor financiële resultaten kunnen afwijken van de verwachtingen.

 

Kasgeldlimiet

Een bedrag op basis van de Wet fido ter grootte van een percentage van het totaal van de

jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar;

 

Koersrisico

Het risico dat de financiële activa van de organisatie in waarde verminderen door

negatieve koersontwikkelingen.

 

Kredietrisico

De risico’s op een waardedaling van een vordering ten gevolge van het niet (tijdig) na

kunnen komen van de verplichtingen door de tegenpartij als gevolg van insolventie of

deficit.

Liquiditeitenbeheer

 

Het aantrekken en uitzetten van middelen voor een periode tot één jaar.

 

Liquiditeitenplanning

Een gestructureerd overzicht van de toekomstige inkomsten en uitgaven ingedeeld naar

aard en tijdseenheid.

 

Publieke taak

De overheid kan/mag iets tot haar publieke taak rekenen wanneer het particuliere

bedrijfsleven niet of tegen bijzonder hoge kosten in een voorziening voorziet, waardoor

deze niet of voor velen niet bereikbaar is.

 

Rating

De inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en

aflossingsbetalingen op schuldpapier.

 

Renterisico

Het gevaar van ongewenste veranderingen van de (financiële) resultaten van de gemeen

te door rentewijzigingen.

 

Renterisiconorm

Een bij de aanvang van enig jaar op basis van de Wet fido gefixeerd percentage van het

totaal van het totaal van de begroting van de gemeente dat bij de realisatie niet mag

worden overschreden.

 

Rentetypische looptijd

Het tijdsinterval gedurende de looptijd van een geldlening, waarin op basis van de

voorwaarden van de geldlening sprake is van een door de verstrekker van de geldlening

niet beïnvloedbare, constante rentevergoeding.

 

Rentevisie

Toekomstverwachting over de rente-ontwikkeling.

 

Ruddo

Regeling Uitzettingen en Derivaten Decentrale Overheden.

Saldobeheer

Het beheer van de dagelijkse saldi op de rekeningen.

Schatkistbankieren

Het verplicht aanhouden van overtollige middelen in de schatkist bij het ministerie van

Financiën.

Solvabiliteitsratio van 0%

Status die door een bancaire toezichthouder in een lidstaat van de Europese

Economische Ruimte (lidstaten van de Europese Unie uitgebreid met Noorwegen, IJsland

en Liechtenstein) aan het schuldpapier van een instelling kan worden toegekend.

Treasuryfunctie

De treasuryfunctie omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen

van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden,

de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. De

treasuryfunctie bestaat uit vier deelfuncties: risicobeheer, gemeentefinanciering,

kasbeheer en debiteuren- en crediteurenbeheer.

Uitzetting

Het tijdelijk toevertrouwen van liquiditeiten aan derden tegen vooraf overeengekomen

condities en bedingen. Kortlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode tot

één jaar en langlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode van één jaar of

langer.

Zero-balancing

Het afromen van het saldo van een bankrekening ten gunste van de rekening-courant bij

de schatkist dan wel aanvullen van een saldo van een bankrekening ten laste van de

rekening-courant bij de schatkist.

Derivaten

Financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende

waarde. De onderliggende waarden kunnen financiële producten, zoals leningen of

obligaties zijn. Derivaten worden onder andere gebruikt om renterisico’s te sturen en

financieringskosten te minimaliseren.


Noot
1

Onder de Europese Economische Ruimte (EER) vallen naast de lidstaten van de Europese Unie ook Noorwegen, IJsland en Liechtenstein.