Verordening Commissie Regionaal Overleg Luchthaven Teuge

Geldend van 07-02-2012 t/m 31-12-2019 met terugwerkende kracht vanaf 31-05-2011

Intitulé

Verordening Commissie Regionaal Overleg Luchthaven Teuge

PROVINCIALE STATEN VAN GELDERLAND

Gezien het voorstel PS2011-920 van Gedeputeerde Staten van Gelderland; Gelet op de artikel 8.59 van de Wet luchtvaart;

BESLUITEN

vast te stellen de navolgende gewijzigde Verordening Commissie Regionaal Overleg Luchthaven Teuge:

Artikel 1 Taak van de commissie 

Tot de in artikel 8.59, eerste lid, van de Wet luchtvaart bedoelde taak van de commissie behoort in ieder geval het uitwisselen van informatie tussen haar leden over het feitelijke en voorziene gebruik van de luchthaven.

Artikel 2 Samenstelling van de commissie

De commissie bestaat naast de onafhankelijke voorzitter uit de volgende leden:

  • a

    twee vertegenwoordigers van omwonenden van de luchthaven;

  • b

    één vertegenwoordiger van de plaatselijk actieve milieuorganisaties;

  • c

    één vertegenwoordiger van de luchthavendirectie;

  • d

    één vertegenwoordiger van rechtspersoonlijkheid bezittende beroepsmatige gebruikersorganisaties;

  • e

    één vertegenwoordiger van rechtspersoonlijkheid bezittende recreatieve gebruikersorganisaties;

  • f

    één vertegenwoordiger van de gemeente Voorst;

  • g

    één vertegenwoordiger van de gemeente Apeldoorn.

Artikel 3 Voorzitter

  • 1 De benoeming van de voorzitter geldt voor de duur van vier jaar. Herbenoeming is mogelijk voor maximaal één periode.

  • 2 Op de vergoeding voor werkzaamheden van de voorzitter is artikel 31 van de Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden Gelderland van overeenkomstige toepassing.

  • 3 Ten aanzien van de reis- en verblijfkosten van de voorzitter is artikel 32 van de

    Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden Gelderland van

    overeenkomstige toepassing.

Artikel 4 Benoeming en ontslag van de leden

  • 1 Een lid wordt benoemd voor een periode van vier jaar. In het benoemingsbesluit worden begin- en einddatum van de zittingsperiode opgenomen.

  • 2 Het lidmaatschap eindigt van rechtswege met ingang van de dag dat de grond voor het lidmaatschap komt te vervallen. Het lid en het voordragende orgaan of de voordragende organisaties informeren onverwijld de voorzitter over het vervallen van de grond voor het lidmaatschap.

  • 3 Het lidmaatschap eindigt voorts door de opzegging door het lid.

Artikel 5 Secretaris

Gedeputeerde Staten benoemen de secretaris in overleg met de voorzitter. De secretaris is geen lid van de commissie.

Artikel 6 Vergaderingen

  • 1 De commissie vergadert twee maal per jaar en voorts zo vaak de voorzitter dat nodig oordeelt of indien ten minste drie leden van de commissie de voorzitter daarom schriftelijk en met opgaaf van redenen hebben verzocht.

  • 2 De vergaderingen van de commissie zijn openbaar.

  • 3 Een vergadering of een gedeelte daarvan is niet openbaar, als de in artikel 10 van de Wetopenbaarheid van bestuur bedoelde belangen op de in dat artikel aangegeven wijze naar het oordeel van de voorzitter kunnen worden geschaad.

  • 4 Een vergadering of een gedeelte daarvan is evenmin openbaar, indien tenminste de helft vande aanwezige leden van oordeel is dat openbare behandeling van een bepaald onderwerp nietwenselijk is. Een gemotiveerd voorstel hiertoe kan zowel afkomstig zijn van de voorzitter alsvan een lid van de commissie.

Artikel 7 Jaarverslag 

De commissie stelt jaarlijks voor 1 april een verslag vast over het voorgaande kalenderjaar. In het verslag geeft de commissie ten minste aan wat de samenstelling van de commissie was en in hoeverre eventuele bijzondere voorvallen of omstandigheden van belang zijn geweest. De commissie zendt het jaarverslag naar Gedeputeerde Staten.

Artikel 8 Klachten

  • 1 Klachten over de commissie, haar voorzitter, secretaris of leden kunnen worden ingediend bij Gedeputeerde Staten.

  • 2 Deze klachten worden door de commissie voor bezwaar- en klachtbehandeling behandeld volgens de in de Verordening bezwaar- en klachtbehandeling Gelderland 2009 voorgeschreven procedure.

Artikel 9 Slotbepaling

  • 1 Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening Commissie Regionaal Overleg Luchthaven Teuge.

  • 2 De verordening treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Ondertekening

Provinciale Staten van Gelderland

Toelichting

Algemeen 

Door een wijziging van de Wet luchtvaart zijn bevoegdheden voor burgerluchthavens naar het provinciaal bestuur gedecentraliseerd. De provincie is het bevoegd gezag met betrekking tot het landzijdig gebruik van de luchthaven Teuge geworden bij de inwerkingtreding van de door de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu vastgestelde regeling houdende de omzetting van het aanwijzingsbesluit voor de luchthaven Teuge, de zogenaamde omzettingsregeling RBML.

Voor burgerluchthavens van regionale betekenis moeten Provinciale Staten een luchthavenbesluit, dat doorwerking heeft naar het bestemmingsplan, vaststellen en een commissie regionaal overleg luchthaven (hierna: CRO) instellen. Deze CRO vervangt de destijds door de Minister van Verkeer en Waterstaat ingestelde commissie milieuhygiëne luchtvaartterrein Teuge, de zogenaamde artikel 28-commissie.

Deze verordening regelt de instelling en samenstelling van de CRO Teuge. De CRO heeft ingevolge de Wet luchtvaart de taak om door overleg van diverse betrokkenen een gebruik van de luchthaven te bevorderen dat zo veel mogelijk recht doet aan de belangen van die betrokkenen. Het gaat daarbij om alle belangen, dus ook om de betekenis van de luchthaven voor economie, werkgelegenheid en recreatie, en niet alleen om de milieubelangen. De CRO heeft geen formele bevoegdheden.

Gedeputeerde Staten hebben de verordening op 1 februari 2011 in ontwerp vastgesteld en vrijgegeven voor inspraak. De inspraakperiode heeft geduurd van 11 februari tot en met 24 maart 2011. Zienswijzen hebben ingediend het Platform Vlieghinder Teuge en de Gelderse Milieufederatie. Daarnaast heeft de Provinciale Raad voor Omgevingsbeleid desgevraagd advies uitgebracht over de ontwerpverordening. De zienswijzen en het advies gaven geen aanleiding de verordening ten op zichte van het ontwerp aan te passen. Zij hadden met name betrekking op de vertegenwoordiging van organen en organisaties in de CRO. Echter de wet schrijft voor welke organen en organisaties in de CRO moeten of kunnen zijn vertegenwoordigd. Deze organen en organisaties dragen elk aan de door Provinciale Staten benoemde onafhankelijk voorzitter een vertegenwoordiger voor om deze als lid van de CRO te benoemen.

Op 23 mei 2011 besloten Provinciale Staten ter uitvoering van de Wet luchtvaart een Commissie Regionaal Overleg Luchthaven Teuge in te stellen, die in ieder geval als taak heeft het uitwisselen van informatie tussen haar leden over het feitelijke en voorziene gebruik van de luchthaven Teuge. Tevens benoemden Provinciale Staten toen een onafhankelijk voorzitter van de commissie en stelden zij een verordening vast inzake de taak, samenstelling en werkwijze van de commissie. In het tweede lid van artikel 3 van die verordening is de vergoeding geregeld die de voorzitter ontvangt voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie. Daaronder valt niet een vergoeding van de reis- en verblijfskosten die de voorzitter in verband met zijn werkzaamheden maakt. Om deze omissie op te heffen is in deze wijzigingsverordening een derde lid aan voormeld artikel 3 toegevoegd, waarin ten aanzien van de reis- en verblijfskosten van de voorzitter artikel 32 van de Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden Gelderland van overeenkomstige toepassing is verklaard.

In deze wijzigingverordening is bepaald dat zij met terugwerkende kracht in werking treedt per 31 mei 2011, de dag waarop de oorspronkelijke verordening in werking trad. Dit maakt het mogelijk de reis- en verblijfskosten te vergoeden die de voorzitter inmiddels heeft gemaakt.

Artikelsgewijs

Artikel 1 De CRO neemt geen bevoegdheden over van één van de leden van de commissie. Ieder lid blijft verantwoordelijk voor zijn eigen taken en bevoegdheden. Het gaat er om dat de betrokkenen hun taken en bevoegdheden ten aanzien van de luchthaven zo veel mogelijk op elkaar afstemmen. Met name de exploitant en de gebruikers van de luchthaven en de gemeenten zullen immers bepaalde verantwoordelijkheden krijgen op grond van het door Provinciale Staten vast te stellen Luchthavenbesluit. Het in ontvangst nemen, registreren en behandelen van klachten over het gebruik van de luchthaven behoort niet tot de taak van de CRO. Deze werkzaamheden worden uitgevoerd door de luchthavenexploitant, met medewerking van het Gelderse Provincieloket.

Artikel 2 In artikel 8.58 van de Wet luchtvaart is voorgeschreven welke organisaties in de commissie vertegenwoordigd moeten zijn. Tevens is in dit artikel aangegeven welke organisaties daarin ook vertegenwoordigd kunnen worden. Bij de samenstelling van de commissie is met inachtneming van de betreffende wettelijke eisen gestreefd naar een evenwichtige vertegenwoordiging van alle belangen. De samenstelling van de commissie is zo compact mogelijk gehouden.

Artikel 3 De artikel 28-commissie had een provinciaal bestuurder als voorzitter. Ingevolge artikel 8.58 van de Wet luchtvaart heeft de CRO een onafhankelijk voorzitter, die ingevolge artikel 8.59 van de Wet luchtvaart door Provinciale Staten wordt benoemd, geschorst en ontslagen. De voorzitter wordt bij afzonderlijk besluit benoemd en is geen vertegenwoordiger van één van de instanties die in de CRO vertegenwoordigd zijn.

Artikel 4 Ingevolge artikel 8.59, vierde lid, van de Wet luchtvaart worden de leden benoemd, geschorst en ontslagen door de voorzitter op voordracht van het orgaan of de organisatie die het lid vertegenwoordigt. Het lijkt in de rede te liggen dat de voorzitter een advertentie plaatst om belanghebbende organisaties van omwonenden van de luchthaven op te roepen een gezamenlijke voordracht te doen voor de benoeming van twee vertegenwoordigers van omwonenden en om de plaatselijk actieve milieuorganisaties eveneens uit te nodigen om zo’n voordracht te doen voor de benoeming van een lid dat hen vertegenwoordigt. Degenen die zitting in een commissie hebben als vertegenwoordiger van een belanghebbende instelling, organisatie of groepering ontvangen op grond van provinciale regelgeving geen vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen. De leden ontvangen derhalve geen vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de CRO.