Regeling vervallen per 01-01-2024

Uitvoeringsbesluit exploitatievergunningstelsel gemeente Grave

Geldend van 14-11-2018 t/m 31-12-2023

Intitulé

Uitvoeringsbesluit exploitatievergunningstelsel gemeente Grave

De burgemeester van de gemeente Grave

gelet op het bepaalde in artikel 2:28 lid 2, lid 3 en lid 14 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Grave

overwegende dat

- het voor het openbaar bestuur noodzakelijk is zich te weren tegen ongewilde facilitering van illegale praktijken en het in deze wenselijk is om ondernemers van openbare inrichtingen preventief te toetsen op de integriteit om het binnendringen van de onderwereld in de gewone samenleving tegen te gaan (tegengaan van ondermijning);

- het wenselijk is om preventief te toetsen of de exploitatie van een openbare inrichting zich al dan niet verdraagt met het woon- en leefklimaat en de openbare orde ter plaatse;

- ten aanzien van ondernemers van openbare inrichtingen, die een vergunning hebben ingevolge de Drank- en horecawet reeds een BIBOB-toetsing plaatsvindt;

- het in het kader van administratieve lastenverlichting voor burgers en bedrijven belangrijk is om hen niet onnodig te belasten met vergunningaanvragen;

- het wenselijk is een uitvoeringsplan te hebben ten behoeve van het overgangsrecht van het exploitatievergunningstelsel voor openbare inrichtingen, dat wordt vastgesteld met dit besluit;

I Besluit om, gelet op artikel 2:28 lid 2 voornoemd, als soorten inrichtingen waarvoor de verplichting van artikel 2:28 eerste lid van de Algemene plaatselijke verordening niet geldt, aan te wijzen:

  • A.

    openbare inrichtingen die zich bevinden in:

    • 1.

      een winkel als bedoeld in artikel 1 van de Winkeltijdenwet voor zover de activiteiten van de openbare inrichting een nevenactiviteit vormen van de winkelactiviteit

    • 2.

      een zorginstelling

    • 3.

      een museum of

    • 4.

      een bedrijfskantine of bedrijfsrestaurant

    • 5.

      een kantine die wordt beheerd door een paracommerciële rechtspersoon;

  • B.

    openbare inrichtingen die beschikken over een vergunning conform artikel 3 van de Drank- en horecawet tenzij:

    • 1.

      zich in de zes maanden voorafgaande aan de inwerkingtreding van dit besluit in of bij de inrichting openbare ordeverstoringen zoals geweld, overlast op straat of drugsgebruik en – handel, hebben voorgedaan

    • 2.

      na het inwerkingtreden van dit besluit in of bij de inrichting openbare ordeverstoringen zoals geweld, overlast op straat of drugsgebruik en – handel, hebben voorgedaan.

De onder B1 en B2 bedoelde openbare inrichtingen dienen alsnog een exploitatievergunning aan te vragen binnen een termijn van drie weken na het incident. Als dit niet gebeurt, kan de burgemeester de exploitatie verbieden.

II Besluit dat, gelet op artikel 2:28 lid 3 en 14 voornoemd, voor bestaande openbare inrichtingen die niet beschikken over een vergunning conform artikel 3 van de Drank- en horecawet een overgangsperiode geldt van drie jaar na de datum van dit besluit waarbij het verbod van artikel 2:28 lid 1 van de Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Grave niet geldt, met inachtneming van het volgende:

  • A.

    Deze exploitatievergunning dient te worden aangevraagd binnen een termijn van maximaal zes weken na aanschrijving door of namens de burgemeester.

  • B.

    Bedrijven die drie jaar na de datum van dit besluit niet beschikken over een exploitatievergunning dienen de exploitatie te staken totdat zij beschikken over een vergunning.

Dit besluit wordt aangehaald als Uitvoeringsbesluit exploitatievergunningstelsel gemeente Grave.

Grave, 25 oktober 2018

De burgemeester voornoemd,

A.M.H. Roolvink MSc.

Ondertekening