Regeling vervallen per 01-01-2012

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN RECHTEN VOOR HET GEBRUIK VAN DE ALGEMENE BEGRAAFPLAATSEN DER GEMEENTE HUIZEN, ALSMEDE VOOR HET DOEN SCHOUWEN VAN STOFFELIJKE OVERSCHOTTEN 2011

Geldend van 22-11-2010 t/m 31-12-2011

Intitulé

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN RECHTEN VOOR HET GEBRUIK VAN DE ALGEMENE BEGRAAFPLAATSEN DER GEMEENTE HUIZEN, ALSMEDE VOOR HET DOEN SCHOUWEN VAN STOFFELIJKE OVERSCHOTTEN 2011

Nr. 3.1

DE RAAD VAN DE GEMEENTE HUIZEN;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 26 oktober 2010;

gelet op artikel 229 van de Gemeentewet, eerste lid, onderdelen a en b alsmede de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Huizen 2010 ;

b e s l u i t :

vast te stellen de

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN RECHTEN VOOR HET GEBRUIK VAN DE ALGEMENE BEGRAAFPLAATSEN DER GEMEENTE HUIZEN, ALSMEDE VOOR HET DOEN SCHOUWEN VAN STOFFELIJKE OVERSCHOTTEN 2011

Aard der belasting en belastingplicht

Artikel 1

  • 1. Ter zake van het gebruik van grafruimten, het begraven van stoffelijke overschotten en voor het bijzetten van asbussen op de algemene begraafplaatsen, waaronder mede begrepen het delven van graven, gebruik van de aula enz., alsmede voor het doen schouwen van stoffelijke overschotten, worden de rechten geheven, in de volgende artikelen omschreven.

  • 2. De rechten worden geheven van de aanvrager van de in deze verordening omschreven bevoegdheden en diensten, dan wel van hem, die van deze bevoegdheden en/of diensten gebruik maakt.

Huur-/kooprechten

Artikel 2

1.Voor het uitsluitend recht tot het begraven van stoffelijke overschotten c.q.

1. het bijzetten van asbussen in een particulier graf voor een periode van 20 jaar

1. wordt geheven:

a.

voor een oppervlakte benodigd voor een enkel graf

1.378,00

b.

voor een oppervlakte benodigd voor een dubbel graf

2.756,00

c.

voor een kindergraf

689,00

d.

voor een urnengraf

459,00

2.Voor iedere 10-jarige verlenging van het in het eerste lid vermelde recht

2. wordt geheven:

a.

voor een enkel graf

689,00

b.

voor een dubbel graf

1.378,00

c.

voor een kindergraf

344,50

d.

voor een urnengraf

229,50

3.Voor een verlenging als bedoeld in artikel 15

van de beheersverordening begraafplaatsen wordt per jaar geheven:

a.

voor een enkel graf

68,90

b.

voor een dubbel graf

137,80

c.

voor een kindergraf

34,45

d.

voor een urnengraf

22,95

4. Voor het recht tot het begraven van één stoffelijk overschot in een algemeen graf wordt geheven:

a.

indien het een kindergraf betreft

139,80

b.

in alle overige gevallen

455,10

In- en overschrijvingsrechten

Artikel 3

Voor het inschrijven of overboeken van graven wordt voor iedere inschrijving of overboeking het in de Wet op de lijkbezorging genoemde maximum recht

geheven van

14,20

Begraafrechten

Artikel 4

1.Voor het begraven van een stoffelijk overschot wordt geheven:

a.

voor een persoon van 12 jaar en daarboven

1.378,95

b.

voor een kind van 1 jaar en daarboven doch beneden 12 jaar

1.103,15

c.

voor een kind beneden 1 jaar of doodgeboren

827,35

d.

voor het bijzetten van een asbus in een urnengraf wordt geheven

256,90

  • 2.

    Voor het bijzetten van een asbus in een graf wordt geheven € 256,90

  • 3.

    Voor het begraven van stoffelijke overschotten c.q. het bijzetten van de as van een doodgeboren of binnen drie maanden na de geboorte overleden tweeling, drieling enz. mits dit in dezelfde kist geschiedt c.q. de as in één asbus wordt geborgen, wordt slechts eenmaal recht geheven.

  • 4.

    Voor het begraven van stoffelijke overschotten c.q. het bijzetten van de as van kinderen die beneden de leeftijd van drie maanden zijn overleden en die in één kist met hun moeder worden begraven c.q. waarvan de as met die van de moeder wordt geborgen in één asbus, wordt geen recht geheven.

  • 5.

    De toeslag voor het begraven van een stoffelijk overschot c.q. bijzetten van een asbus op buitengewone uren, te weten: voor 09.30 en na 15.30 uur gedurende werkdagen, het begraven en bijzetten op zaterdag en bijzondere dagen wordt, tenzij dit door de burgemeester in het belang der openbare orde of gezondheid mocht zijn gelast, verhoogd tot 50% boven het reguliere tarief.

Op- en herbegraven

Artikel 5

1.Voor het opgraven van een stoffelijk overschot, tenzij dit plaatsheeft op

1. rechterlijk gezag, wordt geheven:

a.

voor het stoffelijk overschot van een persoon 12 jaar en daarboven

856,35

b.

voor het stoffelijk overschot van een persoon beneden 12 jaar

685,35

c.

voor het opgraven tot 1 jaar of doodgeboren

513,80

d.

voor het opgraven van een asbus uit een particulier graf

342,45

e.

voor het opgraven van een asbus uit een urnengraf

342,45

  • 2.

    Voor het herbegraven van een opgegraven stoffelijk overschot wordt, tenzij de opgraving op rechterlijk gezag heeft plaatsgehad, het recht volgens artikel 4 dezer verordening geheven.

  • 3.

    Voor het ruimen van een particulier graf ( excl. begraven),

    wordt geheven € 1.284,70

  • 4.

    Voor het ruimen van een particulier urnengraf wordt geheven € 1.284,70

  • 5.

    Voor het schudden van een particulier graf (incl. begraven),

    wordt geheven € 1.541,05

  • 6.

    De toeslag voor het schudden van een stoffelijk overschot op buitengewone uren, te weten: voor 09.30 en na 15.30 uur gedurende werkdagen, het schudden op zaterdag en bijzondere dagen wordt, tenzij dit door de burgemeester in het belang der openbare orde of gezondheid mocht zijn gelast, verhoogd tot 50% boven het reguliere tarief.

Gedenktekens

Artikel 6

Voor het verkrijgen van een ontheffing van het verbod tot het plaatsen van

een gedenkteken wordt een recht geheven van € 58,20

Onderhoudsrechten

Artikel 7

1.Voor het van gemeentewege schoonhouden van een graf(steen), het onderhoud en het aanzien van de begraafplaats in het algemeen alsmede de zorg voor beplantingen, een en ander zoals dit is vermeld in artikel 20 van de verordening op het beheer en het gebruik van de algemene begraafplaatsen der gemeente Huizen, wordt per jaar geheven:

a.

1.

voor een particulier graf:

145,00

2.

voor een eigen kindergraf

48,00

3.

voor een urnennis

48,00

4.

voor een urnengraf

48,00

b.

voor een algemeen graf

48,00

2.Wanneer gedenktekens en/of beplantingen een grotere oppervlakte dan één graf beslaan, dan wordt voor elke grafruimte extra waarover het gedenkteken en/of de beplanting zich uitstrekt, de helft van de in het vorige lid 1, sub a. 1. genoemde recht geheven.

Aanvang en beëindiging onderhoudsrechten

Artikel 8

  • 1. Bij plaatsing van een gedenkteken en/of het aanbrengen van een beplanting wordt voor de eerste maal het recht geheven in het jaar, volgende op dat, waarin het gedenkteken is geplaatst en/of beplanting is aangebracht.

  • 2. Bij beëindiging van de ontheffing van het verbod tot het aanbrengen en hebben van gedenktekenen op een bepaald graf wordt over het jaar, waarin deze ontheffing wordt beëindigd, het gehele recht geheven.

Afkoop onderhoudsrechten

Artikel 9

De in artikel 7 bedoelde rechten kunnen na voorafgaande kennisgeving aan burgemeester en wethouders op de volgende wijze worden afgekocht:

1. a. bij de uitgifte indien het een eigen graf betreft, uitgegeven voor een termijn van 20 jaar, door betaling van het 20-voud daarvan;

  • b.

    bij de uitgifte indien het een algemeen graf betreft, uitgegeven voor een termijn van 15 jaar, door betaling van het 15-voud daarvan;

  • c.

    indien het een verlenging betreft, met 10 jaar zoals aangegeven in de beheersverordening in artikel 15 door betaling van het 10-voud daarvan.

  • d.

    bij de uitgifte indien het een urnennis betreft, uitgegeven voor 5 jaar als bedoeld in art.15, van de beheersverordening, door betaling van het 5-voud daarvan.

  • e.

    tussentijdse afkoop, door betaling van de nog resterende jaren van onderhoud.

    • 2.

      Indien conform artikel 15, van de beheersverordening begraafplaatsen, een verlenging plaatsvindt van de uitgifte van een eigen graf, dient voor dezelfde verlengingstermijn het uitsluitend recht tot begraven in eens te worden voldaan, alsmede het verschuldigde onderhoudsrecht door afkoop dan wel verlenging van de jaarlijks te betalen aanslag.

      De hoogte van de verschuldigde rechten is voor het uitsluitend recht tot het begraven gerelateerd aan de genoemde bedragen in artikel 2 lid 3 en voor de onderhoudsrechten aan de genoemde bedragen in artikel 7 lid 1 van deze verordening. Met dien verstande dat de berekening van de hoogte van de verschuldigde rechten wordt gerelateerd aan het aantal jaren dat met de verlenging is gemoeid.

Schouwen van lijken

Artikel 10

  • 1.

    Voor het doen schouwen van een stoffelijk overschot door een gemeentelijke lijkschouwer op andere dan na te noemen dagen en tijden wordt geheven een recht van € 34,65

  • 2.

    Voor het doen schouwen van een stoffelijk overschot door een gemeentelijke lijkschouwer op werkdagen tussen 20.00 en 8.00 uur, tussen vrijdag 18.00 uur en maandag 8.00 uur, tussen 20.00 uur op de dag, voorafgaande aan een erkende christelijke feestdag of een andere erkende feest- of herdenkingsdag en 8.00 uur van de dag volgende op een feest- of herdenkingsdag wordt geheven een recht van € 66,75

Rechten columbarium

Artikel 11

  • 1. Voor het uitsluitend recht tot het plaatsen van maximaal twee urnen in een urnennis gedurende tien jaren € 1.133,10

  • 2. Voor elke vijfjarige verlenging van dit recht € 449,65

  • 3. Voor het bijzetten van een urn in een reeds uitgegeven nis € 116,40

  • 4. Voor het verstrooien van as uit één asbus, op een hiervoor bestemde plaats € 113,00

Wijze van heffing en betaling der rechten

Artikel 12

  • 1. De rechten bedoeld in artikel 7 worden geheven bij wege van aanslag.

    De aanslagen zijn invorderbaar in één termijn, vervallende op de laatste dag van de tweede maand, volgende op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.

  • 2. De rechten, met uitzondering van die bedoeld in artikel 9, worden geheven door middel van een gedagtekende nota, waarin het verschuldigde bedrag wordt vermeld.

  • 3. Het college van burgemeester en wethouders stelt het model van de in het tweede lid bedoelde nota vast.

  • 4. De rechten bedoeld in het tweede lid, moeten binnen twee maanden na dagtekening van de nota worden voldaan.

Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Artikel 13

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Kwijtschelding van belasting

Artikel 14

De in artikel 26 van de Invorderingswet 1990 bedoelde kwijtschelding wordt voor deze belasting niet verleend.

Inwerkingtreding en citeertitel

Artikel 15

  • 1.

    De Grafrechtenverordening 2010 vastgesteld bij raadsbesluit van 29 oktober 2009, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing. Zij blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de derde dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de rechten in die periode plaatsvindt.

  • 4.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.

  • 5.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de "Grafrechtenverordening 2011".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 4 november 2010.
De griffier, De voorzitter,
J.Veenstra mr. A.Ph. Hertog