Regeling vervallen per 01-01-2023

De verordening voor de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de gemeente Kampen

Geldend van 28-11-2003 t/m 31-12-2022

Intitulé

Controleverordening gemeente Kampen

De raad van de gemeente Kampen besluit;

gelet op artikel 213 Gemeentewet en het Besluit accountantscontrole gemeenten;

vast te stellen:

De verordening voor de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Kampen.

Artikel 1. Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    accountant

    een door de raad benoemde registeraccountant belast met de controle van de in artikel 197 Gemeentewet bedoelde jaarrekening.

  • b.

    accountantscontrole

    de controle van de jaarrekening als bedoeld in artikel 213 lid 2 van de Gemeentewet uitgevoerd door de door de raad benoemde accountant.

  • c.

    rechtmatigheid in het kader van de accountantscontrole

    of de (administratieve) handelingen en/of beheersdaden zijn verricht binnen het kader van de bevoegdheden van de handelende functionaris en overeenkomstig de daarvoor gegeven (wettelijke en ander) voorschriften en of de verantwoording en administratie in overeenstemming is met de werkelijkheid.

  • d.

    deelverantwoording

    een in opdracht van de raad ten behoeve van de verslaglegging opgestelde afzonderlijke verantwoording van een deel van de gemeentelijke activiteiten, welke verantwoording onderdeel uit maakt van het rapport over de jaarrekening.

  • e.

    goedkeuringstolerantie

    het bedrag dat de som van de fouten in de jaarrekening of onzekerheden in de controle aangeeft , die in een jaarrekening maximaal mogen voorkomen, zonder dat de bruikbaarheid van de jaarrekening voor de oordeelsvorming door de gebruikers wordt beïnvloed.

  • f.

    rapporteringstolerantie

    een bedrag dat gelijk is aan of lager is dan de bedragen voortvloeiend uit de goedkeuringstolerantie. Bij overschrijding van dit bedrag vindt rapportering plaats in het verslag van bevindingen.

  • f.

    verslag van bevindingen

    verslag van die fouten in de jaarrekening en onzekerheden in de controle die geen invloed hebben op het afgeven van de accountantsverklaring, maar die wel zodanig van bestuurlijk belang zijn dat deze aan de raad moeten worden gerapporteerd.

Artikel 2. Opdrachtverlening accountantscontrole

  • 1. De accountantscontrole op de administratie wordt opgedragen aan een door de raad aangewezen registeraccountant.

  • 2. Het college bereidt in overleg met de raad de aanbesteding van de accountantscontrole voor

  • 3. De raad stelt voor de aanbesteding van de accountantscontrole het programma van eisen vast. In het programma van eisen worden voor de jaarlijkse accountantscontrole opgenomen:

    • a.

      de toe te passen goedkeurings- en rapportagetoleranties bij de controle van de jaarrekening;

    • b.

      de apart te controleren deelverantwoordingen en de daarbij toe te passen goedkeurings- en rapporteringstoleranties;

    • c.

      de inrichtingseisen voor het verslag van bevindingen;

    • d.

      de eventueel aanvullende uit te voeren tussentijdse controles;

    • e.

      de frequentie en inrichtingseisen van de aanvullende tussentijdse rapportering;

      en voor ieder afzonderlijk te controleren begrotingsjaar:

    • f.

      de posten van de jaarrekening en deelverantwoordingen met de toe te passen rapporteringstoleranties, waaraan de accountant bij zijn controle specifiek aandacht dient te besteden;

    • g.

      de gemeentelijke producten en/of organisatieonderdelen met de toe te passen rapporteringstoleranties, waaraan de accountant bij zijn controle specifiek aandacht dient te besteden.

  • 4. In afwijking van het gestelde in lid 3, letters f en g kan de raad in het programma van eisen opnemen, dat de raad jaarlijks voorafgaand aan de accountantscontrole in overleg met de accountant vaststelt de posten van de jaarrekening, de posten van de deelverantwoordingen, de gemeentelijke producten en de gemeentelijke organisatieonderdelen, waaraan de accountant bij zijn controle specifiek aandacht dient te besteden en welke rapporteringstoleranties hij daarbij dient te hanteren.

Artikel 3. Accountantscontrole

  • 1. In de controle worden betrokken het jaarverslag met jaarrekening zoals bedoeld in artikel 197 van de gemeentewet en alle daaraan ten grondslag liggende verantwoordingen.

  • 2. De accountant toetst de kwaliteit van de administratie en het handelen van de organisatie op het waarborgen van de rechtmatigheid en bevorderen van de doelmatigheid.

  • 3. Object van controle is ook de beoordeling van de betrouwbaarheid en van de toereikendheid van de in het kader van lid 1 en 2 van dit artikel aan de raad te verstrekken informatie.

  • 4. De controle strekt zich ook uit over het beheer van vermogenswaarden.

  • 5. De accountant verricht tevens werkzaamheden met betrekking tot de controle van de (financiële) administratie, zo dikwijls als hij dit nodig oordeelt, doch tenminste éénmaal per halfjaar.

Artikel 4. Informatieverstrekking door college

  • 1. Het college is verantwoordelijk voor de samenstelling van de jaarrekening conform de geldende interne- en externe wet- en regelgeving en overlegt deze aan de accountant voor controle.

  • 2. Het college draagt er zorg voor dat alle aan de jaarrekening ten grondslag liggende stukken voor de accountant ter inzage liggen en goed toegankelijk zijn.

  • 3. Het college overlegt de gecontroleerde jaarrekening samen met de accountantsverklaring en het verslag van bevindingen aan de raad.

  • 4. Alle informatie, die na afgifte van de accountantsverklaring en voordat de jaarrekening door de raad is goedgekeurd beschikbaar komt en die van invloed is op het beeld dat de jaarrekening geeft, wordt terstond door het college aan de raad en de accountant gemeld.

Artikel 5. Inrichting accountantscontrole

  • 1. De accountant bepaalt binnen het kader van de opdrachtverlening de wijze waarop de accountantscontrole wordt ingericht, alsmede de aard en de omvang van de daarbij behorende werkzaamheden.

  • 2. De accountant bepaalt binnen het kader van de opdrachtverlening de frequentie van de uit te voeren controles. De accountant kan de controlewerkzaamheden zonder voorafgaande kennisgeving uitvoeren.

Artikel 6. Toegang tot informatie

  • 1. De accountant heeft bij de uitvoering van zijn werkzaamheden de bevoegdheid alle gegevens en inlichtingen te vragen welke hij voor zijn oordeelsvorming nodig acht. De betreffende functionarissen zijn verplicht bedoelde gegevens te verstrekken.

  • 2. Voor zover dit voor het onderzoek noodzakelijk is, is de accountant bevoegd tot het opnemen van alle kassen en voorraden en het inzien van alle boeken, registraties, brieven en overige bescheiden. De accountant heeft daartoe toegang tot de ruimten waarin deze zich bevinden.

  • 3. De accountant baseert zijn oordeel mede op grond van de door de interne controlefunctionarissen verrichte werkzaamheden en uitgebrachte rapportages.

Artikel 7. Overige controles en opdrachten

  • 1. Het college kan de door de raad benoemde accountant opdracht geven tot het uitvoeren van specifieke werkzaamheden met betrekking tot de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid voor zover de onafhankelijkheid van de accountant daarmee niet in het geding komt.

  • 2. Het college draagt de zorg voor de verantwoording aan derden (Het Rijk, Belastingdienst, ABP, Sociale verzekeringsbank, CBS, e.d.) en neemt hierbij de gestelde rechtmatigheidseisen in acht. Indien een deel van deze vereisten moet worden uitgevoerd door een accountant, is het college bevoegd hiervoor de opdracht verlenen aan de in artikel 1 onder a bedoelde accountant , mits dit niet in strijd is met het belang van de gemeente. In het laatste geval is het college bevoegd aan een andere dan de door de raad benoemde accountant de opdracht te verlenen.

Artikel 8. Rapportering

  • 1. Indien de accountant bij een controle afwijkingen constateert die leiden tot het niet afgeven van een goedkeurende verklaring, meldt hij deze terstond schriftelijk aan het college.

  • 2. Het college treft zodanig aanvullende maatregelen welke leiden tot het alsnog afgeven van een goedkeurende verklaring als bedoel in lid 1.

  • 3. Indien de aanvullende maatregelen zoals bedoeld in lid 2 niet leiden tot het alsnog afgeven van een goedkeurende verklaring meldt het college dit terstond aan de raad onder overlegging van het door de accountant overlegde rapport.

  • 4. In aanvulling op het in de wet voorgeschreven verslag van bevindingen brengt de accountant over de door hem uitgevoerde (deel)controles verslag uit over zijn bevindingen van niet van bestuurlijk belang aan de gemeentesecretaris, de controller en het hoofd financiën.

  • 5. In aanvulling op het in de wet voorgeschreven verslag van bevindingen brengt de accountant over de door hem uitgevoerde (deel)controles verslag uit over zijn bevindingen inzake de bedrijfsvoering aan het college.

  • 6. Voordat de accountantsverklaring en het verslag van bevindingen naar de raad wordt verzonden, worden gemeentesecretaris en controller in de gelegenheid gesteld om op deze stukken te reageren.

Artikel 9. Overgangsbepalingen

Tot en met de jaarrekening over het jaar 2003 blijven de bepalingen van de “Verordening op de controle van de administratie en het beheer van vermogenswaarden” van de gemeente Kampen van 27 februari 1997 van toepassing op de vaststelling van de jaarrekening.

Artikel 10. Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 27 november 2003.

  • 2. Onverminderd het bepaalde in artikel 26 wordt de “Verordening op de controle van de administratie en beheer van vermogenswaarden” van de gemeente Kampen ingetrokken met ingang van 27 november 2003.

Artikel 11. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Controleverordening gemeente Kampen”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad donderdag 27 november 2003

de burgemeester

mr. ing. J. Oosterhof

de griffier

mr. P. J. N. van de Geyn