Regeling vervallen per 01-01-2021

Verordening op de gemeentelijke ereblijken

Geldend van 01-11-1993 t/m 31-12-2020

Intitulé

Verordening op de gemeentelijke ereblijken

De raad van de gemeente Leerdam;

overwegende, dat het wenselijk is om opnieuw te voorzien in een regeling voor het instellen en toekennen van gemeentelijke onderscheidingen;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 september 1993, nr. V.1993-146;

gelet op het bepaalde in de artikelen 168 en 169 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende

VERORDENING REGELENDE DE INSTELLING EN HET TOEKENNEN VAN GEMEENTELIJKE EREBLIJKEN

Algemeen

Artikel 1. Ereblijken

Als gemeentelijke ereblijken worden ingesteld:

  • a.

    de erepenning van verdienste;

  • b.

    het ereburgerschap;

  • c.

    het predikaat ‘stedelijk’.

Artikel 2. Registratie

Burgemeester en wethouders dragen er zorg voor, dat van iedere toekenning van een gemeentelijk ereblijk aantekening wordt gehouden in een register gemeentelijke ereblijken.

Artikel 3. Rechten of plichten

Aan het toekennen van de in deze verordening genoemde ereblijken zijn, behoudens het bepaalde in de artikelen 7, 12 en 18 geen rechten of plichten verbonden.

De erepenning van verdienste

Artikel 4.

  • 1.

    Aan natuurlijke of rechtspersonen, welke zich jegens de gemeente Leerdam of de daarvan deel uitmakende gemeenschappen, dan wel anderszins op bijzondere wijze verdienstelijk hebben gemaakt, kan als blijk van waardering en erkentelijkheid een erepenning van verdienste van de gemeente Leerdam worden toegekend.

  • 2.

    Rechtspersonen dienen, behoudens zeer bijzondere gevallen, tenminste 40 jaar te bestaan.

Artikel 5

Het toekomen van de erepenning van verdienste geschiedt door burgemeester en wethouders. Vooraf horen burgemeester en wethouders de terzake bevoegde raadscommissie in een besloten vergadering.

Artikel 6

  • 1.

    Burgemeester en wethouders bepalen op welke wijze aan de erepenning van verdienste vorm wordt gegeven in de zin van materiaalkeuze, uiterlijke vormgeving, inscripties e.d.

  • 2.

    Bij iedere toekenning van de erepenning van verdienste wordt een oorkonde uitgereikt, waarin onder meer de redenen, die tot het toekennen van dit ereblijk hebben geleid, zijn vermeld.

Artikel 7

  • 1.

    De erepenning van verdienste wordt toegekend aan hen die te goeder naam en faam bekend staan en van onbesproken gedragen zijn.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen de erepenning van verdienste, na raadpleging van de terzake bevoegde raadscommissie in een besloten zitting, terugvorderen in het geval de natuurlijke of rechtspersoon, aan wie een dergelijk ereblijk is toegekend, door omstandigheden aan zichzelf te wijten onnodig in opspraak komt of de goede naam en faam schade berokkent. De betrokkenen dient in dat geval dit ereblijk onverwijld terug te zenden aan burgemeester en wethouders.

Het ereburgerschap

Artikel 8

In zeer bijzondere gevallen kan aan natuurlijke personen, die zich door hun grote en algemeen erkende en als regel langdurige verdiensten jegens de gemeenschap Leerdam of van de daarvan deel uitmakende gemeenschappen hebben onderscheiden, als blijk van waardering en erkentelijkheid het ereburgerschap van de gemeente Leerdam worden toegekend.

Artikel 9

  • 1.

    Het toekennen van het ereburgerschap geschiedt door de gemeenteraad in een besloten vergadering op voorstel van burgemeester en wethouders.

  • 2.

    Het daartoe strekkende besluit vermeldt de verdiensten, welke tot het toekennen van het ereburgerschap aanleiding hebben gegeven.

Artikel 10

  • 1.

    Het ereburgerschap wordt als regel alleen bij een jubileum of bij een bijzondere gebeurtenis verleend.

  • 2.

    Degene aan wie het ereburgerschap wordt toegekend moet te goeder naam en faam bekend staan en dienst van onbesproken gedrag te zijn.

Artikel 11

  • 1.

    Burgemeester en wethouders bepalen op welke wijze aan het toekennen van het ereburgerschap in de vorm van het uitreiken van een passend aandenken mede gestalte wordt gegeven.

  • 2.

    Bij iedere toekenning van het ereburgerschap wordt aan de belanghebbende een oorkonde uitgereikt, waarin onder meer naam en voornamen, geboortedatum en –plaats en de redenen, welke tot het toekennen van dit ereblijk hebben geleid, zijn vermeld.

Artikel 12

  • 1.

    De gemeenteraad kan op voordracht van burgemeester en wethouders de ereburger(es) in een besloten vergadering van dit ereblijk vervallen verklaren, wanneer de ereburger(es) door omstandigheden aan zichzelf te wijten in opspraak komt, dan wel zijn/haar goede naam en faam schade berokkent.

  • 2.

    De belanghebbende wordt van dit besluit schriftelijk en gemotiveerd in kennis gesteld.

  • 3.

    De belanghebbende dient in dat geval het uitgereikte aandenken onverwijld terug te zenden aan burgemeester en wethouders.

Het predikaat ‘stedelijk’

Artikel 13

Aan verenigingen of instellingen, welke zich op bijzondere wijze jegens de gemeente Leerdam of daarvan deel uitmakende gemeenschappen op enigerlei gebied verdienstelijk hebben gemaakt kan het predikaat ‘stedelijk’ worden toegekend.

Artikel 14

  • 1.

    De gemeenteraad besluit tot het toekennen van het predikaat ‘stedelijk’ op voordracht van burgemeester en wethouders in een besloten vergadering.

  • 2.

    Het besluit tot toekenning vermeldt de redenen, welke tot het toekennen van dit ereblijk aanleiding hebben gegeven.

Artikel 15

  • 1.

    Het predikaat ‘stedelijk’ kan alleen worden toegekend aan verenigingen of instellingen, wanneer deze tenminste 100 jaar bestaan, behouden in zeer bijzondere gevallen.

  • 2.

    De vereniging of instelling moet wat betreft aard, omvang en soliditeit in aanzien zijn en dient tussen soortgelijke gemeentelijke, regionale of landelijke verenigingen een algemeen erkende plaats innemen.

  • 3.

    Zowel de vereniging of instelling als bestuursleden daarvan moeten te goeder naam en faam bekend zijn.

  • 4.

    Het predikaat ‘stedelijk’ wordt als regel alleen bij een jubileum of bij een bijzondere gebeurtenis verleend.

Artikel 16

  • 1.

    De vereniging of instelling ontvangt bij de toekenning van het predikaat stedelijk een passend aandenken, door burgemeester en wethouders nader te bepalen.

  • 2.

    Bij iedere toekenning van het predikaat stedelijk wordt een oorkonde uitgereikt, waarin onder meer de redenen, die tot het toekennen van dit ereblijk aanleiding hebben gegeven, worden vermeld.

Artikel 17

De belanghebbende vereniging of instelling heeft het recht op briefpapier of gedrukte stukken van dit ereblijk in woord en / of beeld melding te maken.

Slotbepaling

Artikel 18

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening op de gemeentelijke ereblijken.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 november 1993.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 7 oktober 1993.
De secretaris, De voorzitter,