Beleidsregels Landelijke toegankelijkheid en regiobinding maatschappelijke opvang gemeente Leeuwarden 2014

Geldend van 16-01-2014 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels Landelijke toegankelijkheid en regiobinding maatschappelijke opvang

Aanmelding en onderzoek

  • 1.

    De gemeente zorgt er voor dat iedere dak- en thuisloze zich kan aanmelden voor maatschappelijke opvang.

  • 2.

    Na de aanmelding wordt zo spoedig mogelijk een onderzoek uitgevoerd om te bepalen in welke centrumgemeente de maatschappelijke opvang van de cliënt het beste kan plaatsvinden. Dat is de centrumgemeente of regio waar de kans op een succesvol traject voor de cliënt het grootst is.

  • 3.

    Om vast te stellen waar een cliënt het beste maatschappelijke opvang kan krijgen, gelden de volgende beoordelingscriteria:

    • a.

      De gemeente/regio waar de kans op een succesvol traject voor de cliënt het grootst is. Om dit te kunnen bepalen, wordt gekeken naar de volgende feiten en omstandigheden:

  • * de cliënt heeft gedurende drie jaar voorafgaand aan het moment van aanmelding minimaal twee jaar aantoonbaar zijn of haar hoofdverblijf in de centrumgemeente of regio gehad. Dit moet blijken uit inschrijving in de gemeentelijke basisadministratie of het bekend en geregistreerd zijn bij zorginstellingen;

  • * de aanwezigheid van een positief sociaal netwerk (familie en vrienden);

  • * bekendheid bij de zorginstellingen of MO-instellingen;

  • * bekendheid bij de politie;

  • * geboorteplaats;

  • * redenen om de cliënt uit zijn oude sociale netwerk te halen.

    • b.

      De voorkeur van de cliënt: gegronde redenen om tegemoet te komen aan de wens van de cliënt om in een bepaalde gemeente/regio te worden opgevangen.

Overdracht van cliënten

  • 4.

    Als uit het onderzoek volgt dat de maatschappelijke opvang het beste in een andere centrumgemeente kan plaatsvinden, neemt de gemeente (of een instelling in opdracht van de gemeente) contact op met die andere centrumgemeente voor het organiseren van een (warme) overdracht van de cliënt. Gedurende de periode dat de cliënt in afwachting is van overdracht, kan de gemeente zo nodig onderdak en ondersteuning bieden.

  • 5.

    Bij de overdracht van een cliënt worden afspraken gemaakt over: de datum van overdracht, de instelling die de cliënt opneemt, de wijze van vervoer en eventuele reisbegeleiding en de overdracht van de persoonlijke gegevens.

 

Vangnetregeling

  • 6.

    Als de cliënt niet in een andere centrumgemeente tot de maatschappelijke opvang wordt toegelaten, wordt hij (indien capaciteit beschikbaar is) toegelaten tot de maatschappelijke opvang in de gemeente.

 

Vertrouwenspersoon

  • 7.

    De cliënt mag zich laten bijstaan door een vertrouwenspersoon. De gemeente draagt zorg voor goede en voldoende voorlichting over de rechten en plichten, zowel mondeling als schriftelijk.

Slotbepaling

  • 8.

    Deze beleidsregel kan worden aangehaald als “Beleidregel landelijke toegankelijkheid en regiobinding maatschappelijke opvang gemeente Leeuwarden 2014”.

  • 9.

    Deze beleidsregel treedt in werking 1 dag na publicatie onder gelijktijdige vervallenverklaring van de beleidsregels landelijke toegankelijkheid en regiobinding maatschappelijke opvang, vastgestel op 13 december 2011.