Regeling vervallen per 01-01-2019

Verordening inrichting antidiscrimi-natievoorziening Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen gemeente Marum 2011

Geldend van 01-07-2011 t/m 31-12-2018

Intitulé

Verordening inrichting antidiscrimi-natievoorziening Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen gemeente Marum 2011

Nr. 13

De raad van de gemeente Marum;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 mei 2011, nr. 11.05.13.;

gelet op artikel 1 en artikel 2, lid 2 en 3 van de Wet gemeentelijke antidisciminatievoorzieningen;

besluit vast te stellen de volgende:

VERORDENING INRICHTING ANTIDISCRIMI-NATIE VOORZIENING WET GEMEENTELIJKE ANTIDISCRIMINATIEVOORZIENINGEN GEMEENTE MARUM 2011

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1.

    Wet: de Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen.

  • 2.

    Besluit: het Besluit gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen.

  • 3.

    De antidiscriminatievoorziening: antidiscriminatievoorziening als bedoeld in artikel 1 van de Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen.

  • 4.

    Klacht: klacht bedoeld in artikel 2, lid 1, onder a, van de Wet.

  • 5.

    Klachtbehandelaar: klachtbehandelaar als bedoeld in artikel 1, onder d van het Besluit.

  • 6.

    Klager: Klager als bedoeld in artikel 1, onder e van het Besluit.

  • 7.

    Ingezetene: ingezetene als bedoeld in artikel 2 van de Gemeentewet.

Artikel 2 Zorgplicht college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders biedt de ingezetenen toegang tot een antidiscriminatie-voorziening.

Artikel 3 Inrichting antidiscriminatievoorziening

Bij de inrichting van de antidiscriminatievoorziening worden in ieder geval de deskundigheid van klachtbehandelaars en de toegankelijkheid van de voorziening gewaarborgd.

  • 1.

    De antidiscriminatievoorziening draagt er zorg voor dat de klachtbehandelaars voldoen aan de voor klachtenbehandeling vereiste deskundigheid en biedt de klachtbehandelaars de mogelijkheid hun deskundigheid te onderhouden en verder te ontwikkelen.

  • 2.

    De klager heeft in ieder geval de mogelijkheid om een klacht te melden:

    • per post;

    • per e-mail;

    • telefonisch;

    • op een door de gemeente beschikbaar gestelde locatie als bedoeld in artikel 5 van deze verordening.

Artikel 3a Onafhankelijkheid klachtenbehandelaar

  • 1.

    De klachtenbehandelaar is niet ondergeschikt aan het college van burgemeester en wethouders.

  • 2.

    De klachtenbehandelaar neemt geen instructies aan van leden aan de gemeenteraad, van leden van het college van burgemeester en wethouders of van ambtenaren van de gemeente.

  • 3.

    De klachtenbehandelaar vervult zijn taak zonder vooringenomenheid.

  • 4.

    De klachtenbehandelaar verwijst de klager door naar een andere klachtenbehandelaar wanneer er sprake is van een persoonlijk belang van de eerstgenoemde klachtenbehandelaar bij de ingediende klacht.

Artikel 4 Protocol klachtenbehandeling

Het protocol voor de behandeling van klachten als bedoeld in artikel 6 van het Besluit regelt in ieder geval:

  • a.

    de afdoeningstermijn van klachten;

  • b.

    de wijze van afdoening van klachten;

  • c.

    de registratie van klachten.

Artikel 5 Laagdrempeligheid antidiscriminatievoorziening

  • 1.

    Ingezetenen worden in de gelegenheid gesteld een klacht in hun directe leefomgeving te melden.

  • 2.

    Een melding over een klacht kan door inwoners van de gemeente Marum worden gedaan bij het Lokaal Loket van de gemeente Marum of bij "'t Marheem" te Marum.

  • 3.

    Het college draagt zorg voor de deskundigheid van de klachtenbehandelaars die deze meldingen op adequate manier opnemen en behandelen.

Artikel 6 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2010 onder gelijktijdige intrekking van de gelijknamige verordening zoals die door de raad is vastgesteld op 14 april 2010.

Artikel 7 Citeertitel

Deze verordening kan aangehaald worden als: Verordening Inrichting Antidiscriminatievoorziening Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen gemeente Marum 2011.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare
vergadering van 25 mei 2011,
, voorzitter.
, griffier.

Voorstel.pdf

Verordening.pdf

ALGEMENE TOELICHTING

Artikel 1

van de wet draagt het college van burgemeester en wethouders op om ingezetenen toegang te bieden tot een antidiscriminatievoorziening. Zie ook de toelichting bij artikel 2 van deze verordening.

Artikel 2,

lid 2, van de wet bevat de opdracht dat de gemeenteraad “met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens deze wet bij verordening regels vast omtrent de inrichting van de antidiscriminatievoorziening , bedoeld in artikel 1, en de uitvoering van de taak, bedoeld in lid 1, onder a.” De wet is als bijlage toegevoegd aan deze verordening.

De wet is nader ingevuld in een Algemene Maatregel van Bestuur vastgesteld op 16 september 2009, het Besluit gemeentelijke antidiscriminatievoorziening. Het besluit is als bijlage toegevoegd aan deze verordening.

Nu veel van de nadere invulling die de wet behoeft is geregeld in het besluit, kan deze verordening beknopt blijven.

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 1

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 2

Zoals in het algemene deel van deze toelichting al aangegeven, is deze zorgplicht opgenomen in artikel 1 van de wet. In wetstechnische zin is het dan ook niet noodzakelijk om deze hier te herhalen. Er is voor gekozen om dat wel te doen, nu deze zorgplicht zozeer de kern van deze regelgeving uitmaakt, dat het opnemen ervan sterk bijdraagt aan de begrijpelijkheid van deze verordening.

Artikel 3

De antidiscriminatievoorziening kent twee meldpunten. Het eerste meldpunt is het Lokaal Loket van de gemeente Marum. Het Lokaal Loket beschikt over sociaal en juridisch geschoolde consulenten, waardoor zij voldoen aan de voor klachtenbehandeling vereiste deskundigheid. De gemeente biedt de mogelijkheid om deze deskundigheid te onderhouden en verder te ontwikkelen. Het landelijke expertisebureau van Art.1 kan de opleidingen en cursussen verzorgen.

Voor klagers die klachten willen melden op een van de gemeente onafhankelijk meldpunt kunnen zich melden bij "'t Marheem" te Marum. Zowel de directeur als de ouderenwerker zijn sociaal en juridisch voldoende geschoold om te voldoen aan de voor klachtenbehandeling vereiste deskundigheid. Ook zij worden in staat gesteld om deze deskundigheid te onderhouden en verder te ontwikkelen. Het landelijke expertisebureau van Art.1 kan de opleidingen en cursussen verzorgen.

De gemeente draagt er zorg voor dat de burger zich zowel fysiek als niet-fysiek kan melden.

De mogelijkheid om zich fysiek op locatie te kunnen melden betekent tevens dat een burger redelijkerwijs op de hoogte kan zijn waar hij of zij terecht kan om te melden. De gemeente draagt zorg voor de aanwezigheid van twee locaties. Voor wat betreft het Lokaal Loket kan daarbij gebruik worden gemaakt van de bestaande balie (zie ook de toelichting bij artikel 5).

Bij niet-fysiek wordt verstaan dat de mogelijkheid bestaat voor de burger via telefoon, brief of email om de klacht te melden of in te dienen.

Ook hier geldt dat op de gemeente een zorgplicht rust om ervoor zorg te dragen dat burgers kennis kunnen nemen van deze mogelijkheden.

Artikel 3a

Teneinde te voorkomen dat de klachtenbehandelaar door de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders of door bovengeschikte ambtenaren beïnvloed kunnen worden, zijn in dit artikel bepalingen opgenomen die de onafhankelijkheid van de klachtenbehandelaar moeten waarborgen. Eveneens is een bepaling opgenomen die voorkomt dat een klachtenbehandelaar een klacht behandelt waarbij de klachtenbehandelaar een persoonlijk belang bij de klacht heeft.

Voor klagers die desalniettemin van mening zijn dat de klachtenbehandelaars van de gemeente onvoldoende onafhankelijk zijn van de gemeente (bijvoorbeeld in geval van klachten tegen de gemeente zelf), bestaat de mogelijkheid een klacht in te dienen bij een onafhankelijk meldpunt.

Artikel 4

Met deze bepaling wordt invulling gegeven aan artikel 6 van het Besluit dat luidt: “De anti-discriminatievoorziening heeft een protocol voor de behandeling van klachten”. Daarbij is gekozen voor een minimale invulling om gemeenten en alle ruimte te geven voor maatwerk. Het protocol is bijgevoegd.

Artikel 5

De wet vermeldt dat de antidiscriminatievoorziening zich in de leefomgeving van burgers moet bevinden. De memorie van toelichting geeft aan dat het gemeenten vrij staat om daar op een praktische wijze invulling aan te geven. Het college van de gemeente Marum heeft op 12 augustus 2008 besloten om de antidiscriminatievoorziening onder te brengen bij het Lokaal Loket van de gemeente Marum. De raad heeft 14 april 2010 besloten deze lijn te volgen. Thans wordt ook

"'t Marheem" als meldpunt aangewezen.

Vereisten voor de meldpunten zijn:

  • Een loket gefaciliteerd door de gemeente dan wel een gemeenteloket waar klager een klacht kan melden, luisterend oor kan vinden en professioneel kan worden geholpen bij het behandelen van de klacht.

  • Loketmedewerker dient inzicht te hebben in de materie.

Artikel 6

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 7

Dit artikel behoeft geen toelichting.

PROTOCOL VAN DE ANTIDISCRIMINATIEVOORZIENING VAN DE GEMEENTE MARUM

Artikel 6 van het Besluit gemeentelijke antidisciminatievoorzieningen schrijft voor dat de antidiscriminatievoorziening van de gemeente dient te beschikken over een protocol voor de behandeling van klachten.

1. Afdoeningstermijn

Een klacht dient binnen een redelijke termijn afgehandeld te worden. Nadat een klacht is ingediend, zal ook de wederpartij gehoord moeten worden dan wel in de gelegenheid gesteld moeten worden zijn of haar visie over de klacht te geven. Gelet hierop kan een afdoeningstermijn van acht weken als een redelijke termijn beschouwd worden voor niet complexe klachten. Bij complexere klachten kan deze termijn met vier weken worden verlengd.

2. Wijze van afdoening van klachten

Een klacht is geen doel maar een middel. Evenmin is een repressieve afhandeling van de klacht het doel. De insteek in dan ook middels bemiddeling een oplossing te vinden die voor beide partijen acceptabel is. Mocht dat niet mogelijk zijn en de klager zijn klacht door wil zetten, dan wordt verwezen naar de rechtsbijstandsverzekering van de klager of het Juridische Loket (het vroegere Bureau voor Rechtshulp). Voor eventuele eigen bijdragen kan binnen de mogelijkheden van de WWB een beroep gedaan worden op bijzondere bijstand.

3. Registratie van klachten

Er wordt door de gemeenten een register bijgehouden waarin de klachten worden geregistreerd. Geregistreerd worden tenminste de gegevens die op grond van artikel 3 van de Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen verplicht zijn voor de jaarlijkse verslaglegging aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en zoals de vermeld staan in artikel 13 van het Besluit gemeentelijke antidicriminatievoorzieningen.

4. Klachten over de klachtenbehandelaar

Klachten over de klachtenbehandelaar kunnen ingediend worden bij de onafhankelijke commissie Algemene Wet Bestuursrecht.