Instructie voor de concerncontroller Meierijstad

Geldend van 22-02-2020 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 12-02-2020

Intitulé

Instructie voor de concerncontroller Meierijstad

Het college van burgemeester en wethouders van Meierijstad;

Overwegende dat het wenselijk is ten behoeve van de uitoefening van de functie van concerncontroller regels te stellen;

gelet op de artikelen 212, 213 en 213a van de Gemeentewet;

B E S L U I T

 

vast te stellen de onderhavige “Instructie voor de concerncontroller Meierijstad”

Artikel 1 De plaats van de concerncontroller in de organisatie

De concerncontroller is onafhankelijk in zijn/haar adviserende en toetsende taak.

De concerncontroller heeft een functionele relatie met het bestuur, de gemeentesecretaris/algemeen directeur en de overige directieleden.

De concern controller wordt actief betrokken als adviseur bij risicovolle, complexe en strategische beleids-en bedrijfsvoeringsdossiers.

Artikel 2 Vervanging van de concerncontroller

In geval van afwezigheid van de concerncontroller is de gemeentesecretaris verantwoordelijk voor een adequate vervanging.

Artikel 3 Doelstellingen van de concerncontroller

De concerncontroller stelt zich bij de uitoefening van zijn taken ten doel:

  • a.

    advisering en ondersteuning van de directie bij de beoordeling over doelmatigheid, doeltreffendheid en rechtmatigheid van de organisatie;

  • b.

    een kritische sparringpartner te zijn naar de directie, in de wijze waarop de directie invulling geeft aan zijn systeemverantwoordelijkheid en zich houdt aan de vastgestelde (bestuurlijke) kaders;

  • c.

    bevordering, toetsing en signaleren, gericht op het versterken van systeem van ‘checks and balances’ in de organisatie en de sturing op de doelstellingen én het grip krijgen op de uitvoering daarvan;

  • d.

    de zorg voor het inzichtelijk maken en beheersen van risico’s.

Artikel 4 Taken en bevoegdheden van de concerncontroller

De concerncontroller heeft de volgende taken en bevoegdheden:

  • a.

    advisering van het college van Burgemeester en Wethouders, de gemeentesecretaris en de directie over relevante bestuurlijke beleids- en uitvoeringsvoornemens (collegevoorstellen) vanuit het perspectief van het vroegtijdig signaleren van risico’s in de (voorgenomen) uitvoering van beleid of bedrijfsvoering middels toetsing hiervan op:

    • a.

      conformiteit met politiek-bestuurlijk vastgestelde kaders en richtlijnen;

    • b.

      conformiteit met organisatie- en beleidsdoelstellingen;

    • c.

      conformiteit met budget- en begrotingsafspraken;

    • d.

      bedrijfsvoeringconsequenties;

  • b.

    gevraagd en ongevraagd adviseren van de directie over de ontwikkeling, implementatie en toepassing van alle gemeentelijke kaders en richtlijnen, waaronder ook het gebruik van modellen, standaards en instrumenten (cyclisch/niet cyclisch), inzake de bedrijfsvoering, alsmede op het terrein van beleidscontrol;

  • c.

    gevraagd en ongevraagd adviseren van de directie over het toezien op de doelmatigheid, kwaliteit, doeltreffendheid en rechtmatigheid van beleid en bedrijf waaronder de toepassing van control instrumenten zoals audits, controle onderzoeken, risicoanalyses, outcome monitors, beleidsevaluaties, e.d.;

  • d.

    advisering over risicovolle, complexe en strategische beleids- en bedrijfsvoerings-dossiers.

  • e.

    het (laten) verrichten van onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van de organisatie of delen daarvan; de organisatie is gehouden hieraan medewerking te verlenen.

  • f.

    Het functioneel aansturen van de AO/IC medewerker; in het verlengde van de bevoegdheden van de concerncontroller is ook de AO/IC medewerker onafhankelijk in zijn/haar toetsende taak en hij/zij kan alle, voor de uitvoering van de werkzaamheden benodigde stukken inzien.

  • g.

    inlichtingen vragen aan het management van de organisatie in verband met de uitoefening van zijn taken; de organisatie is gehouden hieraan medewerking te verlenen.

  • h.

    aanwijzingen geven aan de organisatie op grond van zijn taken.

  • i.

    bij een blijvend verschil van mening met de gemeentesecretaris c.q. de directie bij zwaarwegende aangelegenheden en/of de uitvoering van zijn taken, het college hierover, met medeweten van de gemeentesecretaris, informeren en adviseren.

Artikel 5 Aanstelling en functioneren concerncontroller

  • a.

    De benoeming en het ontslag van de concerncontroller wordt door de gemeentesecretaris voorgelegd aan het college;

Artikel 6 Tegenstrijdigheid van opvattingen

In de gevallen waarin deze instructie niet voorziet beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze instructie treedt in werking op 12 februari 2020.

 

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 11 februari 2020.

HET COLLEGE VAN MEIERIJSTAD,

De secretaris,

Drs. M.G.C. Wilms –Wils RA

De burgemeester,

ir. C.H.C. van Rooij