Beleidskader Toegangsovereenkomst Wls

Geldend van 05-09-2017 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 06-07-2017

Intitulé

Beleidskader Toegangsovereenkomst Wls

Beleidskader

Artikel 1

Naast het openbaar personenvervoer kunnen de volgende vormen van vervoer worden toegelaten: besloten personenvervoer en goederenvervoer.

Artikel 2

De procedure voor het bepalen en vaststellen van de capaciteitsverdeling is:

  • 1.

    De capaciteit die benodigd is om volledig uitvoering te kunnen geven aan de concessie op basis van art. 20 lid 2 Wp 2000 heeft voorrang boven de overige toe te delen capaciteit.

  • 2.

    Indien er meerdere vervoerders zijn in de zin van het eerste lid bieden de vervoerders gezamenlijk een voorstel aan de beheerder aan voor de capaciteitsverdeling benodigd voor uitvoering van de concessies.

  • 3.

    Indien de vervoerders niet tot overeenstemming komen ten aanzien van de verdeling van de capaciteit als onder eerste en tweede lid bedoeld, stelt de beheerder, de vervoerders gehoord en met instemming van de MRDH, deze vast, in afweging van een ieders belangen. Daarbij wordt prioriteit gegeven aan vervoersverbindingen (lijnen) met een hoger aantal te vervoeren reizigers per uur.

  • 4.

    Na verdeling van de capaciteit ten behoeve van de uitvoering van de concessies verdeelt de beheerder de overige capaciteit onder de overige aanvragers, met inachtneming van een ieders belangen.

  • 5.

    Bovenstaande regels worden ook gevolgd in het geval van bijsturing door de verkeersleiding in geval van incidenten en calamiteiten. Met dien verstande dat in de geest van de dienstregeling wordt gehandeld en met het oog op het zo snel mogelijk kunnen herstellen van de dienstregeling.

Artikel 3

De toegangsovereenkomst dient bepalingen te bevatten die waarborgen dat de capaciteits-verdeling genoeg tijd geeft voor het kwalitatief goed kunnen onderhouden van de spoorinfrastructuur, rekening houdend met de verplichtingen die voortvloeien uit de Concessie Rail.

Artikel 4

Voor het gebruik van de spoorweginfrastructuur tussen Schiedam en Vlaardingen door goederen vervoerders, mag de beheerder een vergoeding vragen die maximaal gelijk is aan het door ProRail gehanteerd tarief per gereden treinpadkilometer.

Artikel 5

De toegangsovereenkomst heeft vooralsnog een looptijd van 1 jaar. Eind tweede kwartaal 2018 zal de beheerder een evaluatie opstellen van de werking van de toegangsovereenkomsten in relatie tot dit beleidskader, waarna in de 2e helft van 2018 mogelijke aanpassingen aan dit beleidskader kunnen worden voorgesteld.

Artikel 6

Dit beleidskader kan worden aangehaald als Beleidskader Toegangsovereenkomst 2017, treed in werking op de dag na ondertekening en vervangt het Beleidskader Toegangsovereenkomst welk is vastgesteld op 16 november 2015.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van de bestuurscommissie Vervoersautoriteit van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag van 5 juli 2017.

A.L. Gleijm,

secretaris

P.J. Langenberg,

voorzitter

Toelichting

Op grond van artikel 30 van de Wet Lokaalspoor (Wls) dient de MRDH een beleids¬kader vast te stellen met toewijzingscriteria, dat de beheerder in acht dient te nemen bij verdeling van de vervoercapaciteit, waarbij voorrang wordt gegeven aan de capaciteit die redelijkerwijs benodigd is voor de uitvoering van de concessie, bedoeld in artikel 20, tweede lid, van de Wet personenvervoer 2000 (Wp 2000).

In de memorie van toelichting wordt vermeld dat de MRDH daarin moet opnemen welke vormen van vervoer, na het openbaar personen¬vervoer op grond van de concessie in de zin van Wp 2000, in aanmerking komen voor toegang tot het lokaal spoor. Vervolgens moet een uitspraak worden gedaan over de verdeling van de restcapaciteit die voor de overige vormen van vervoer resteert. Daarbij kan volgens de toelichting gedacht worden aan besloten personenvervoer of goederenvervoer.

De bestuurscommissie vervoersautoriteit van de MRDH heeft in haar vergadering van 16 november 2015 een beleidskader vastgesteld. In het kader van de evaluatie Wls en de ervaringen met het opstellen van toegangsovereenkomsten met goederenvervoerders zijn de artikelen 4 t/m 6 opgenomen als aanvulling op eerder vastgestelde beleidskader.

Om ervaringen met dit aangepaste beleidskader op te doen is de datum voor evaluatie in artikel 5 opgenomen.