Regeling vervallen per 13-02-2021

Besluit van de directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid van 22 maart 2017 houdende de verlening van ondermandaat, volmacht en machtiging aan ambtenaren van Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (Ondermandaatbesluit directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid 2017)

Geldend van 01-10-2017 t/m 28-03-2018

Intitulé

Besluit van de directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid van 22 maart 2017 houdende de verlening van ondermandaat, volmacht en machtiging aan ambtenaren van Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (Ondermandaatbesluit directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid 2017)

Ondermandaatbesluit directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid 2017

Besluit van de directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid van 22 maart 2017 houdende de verlening van ondermandaat, volmacht en machtiging aan ambtenaren van Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (Ondermandaatbesluit directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid 2017)

De directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid,

Gelet op

- afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

- de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid;

- de mandaatregeling van het dagelijks bestuur en de voorzitter aan de directeur Omgevingsdienst ZHZ van 23 juni 2016;

- het Mandaatbesluit uitvoering Wet openbaarheid van bestuur Omgevingsdienst ZHZ van 11 maart 2013, zoals gewijzigd bij besluit van 22 september 2016;

- de mandaatbesluiten van de colleges van de gemeenten Alblasserdam, Binnenmaas, Cromstrijen,Dordrecht, Giessenlanden, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Hendrik-Ido-Ambacht, Korendijk, Leerdam, Molenwaard, Oud-Beijerland, Papendrecht, Sliedrecht, Strijen, Zederik en Zwijndrecht;

- de mandaatbesluiten van de burgemeesters van de gemeenten Alblasserdam en Dordrecht;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst;

b. directeur: de directeur van de Omgevingsdienst als bedoeld in de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid Holland Zuid, tevens secretaris van het bestuur van de Omgevingsdienst;

c. medewerkers: functionarissen werkzaam bij de Omgevingsdienst, niet zijnde unitmanager of adjunct-directeur. Hieronder worden verstaan zij die zijn aangesteld krachtens publiekrecht, zij met wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is aangegaan en zij die op basis van een overeenkomst van opdracht bij de Omgevingsdienst werkzaam zijn;

d. offertetaken: adviesdiensten als bedoeld in de Bijdrageverordening Omgevingsdienst ZHZ;

e. Omgevingsdienst: het openbaar lichaam Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid, bedoeld in artikel 2van de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid Holland Zuid;

f. organisatieregeling: de Regeling ambtelijke organisatie Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid;

g. regeling: de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid;

h. unitmanagers: de unitmanagers als bedoeld in artikel 2, vierde lid, van de organisatieregeling.

Artikel 2. Ondermandaat

1. Aan de unitmanagers wordt in ondermandaat opgedragen de bevoegdheid tot:

a. het verrichten van alle rechtshandelingen en feitelijke handelingen die noodzakelijk zijn ter uitvoering van de taken waarmee de unit is belast, daaronder in ieder geval begrepen het voorbereiden, het nemen en het doen uitvoeren van besluiten als bedoeld in artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht.

b. het afdoen en ondertekenen van correspondentie, niet zijnde een besluit als bedoeld in artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht, waarbij sprake is van:

- een ontwerpbesluit in het kader van vergunningverlening, ontheffingverlening of het afgeven van enig andere beschikking;

- het vragen van advies op basis van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur;

- het beoordelen van milieujaarverslagen als bedoeld in titel 12.3 van de Wet milieubeheer;

- een reactie op een ingekomen monitoringsrapportage inzake bodem of een reactie op een ingekomen melding op grond van het Besluit uniforme saneringen;

- een vooraankondiging of hoorbrief voorafgaand aan het opleggen van een bestuurlijke sanctie alsmede het voornemen een gedoogbeschikking af te geven;

- het toezenden van een verweerschrift bij bezwaar, beroep of voorlopige voorziening;

- toepassing van artikel 8:51b van de Awb inzake het doen van een mededeling of het bestuursorgaan gebruik maakt van de gelegenheid een gebrek te herstellen of te laten herstellen. 

c. het aangaan van financiële verplichtingen met betrekking tot de taken van de unit tot een hoogte van € 25.000,- en passend binnen de kaders van de begroting;

d. het geven van een opdracht aan de interne marktplaatsmanager voor de inhuur van externe medewerkers (flexibele schil) tot ten hoogste 700 uur;  

e. het invullen van vacatures conform het door de directeur vastgestelde formatieplan, waarbij te allen tijde een voorafgaande toets plaatsvindt door een medewerker P&O; 

f. het uitoefenen van de bevoegdheden voortvloeiend uit de CAR-UWO en uit overige op het personeel van de Omgevingsdienst van toepassing zijnde regelingen ten aanzien van de onder hen ressorterende functionarissen, zoals vermeld in de bijlage bij dit besluit. 

2. Aan de medewerkers wordt in ondermandaat opgedragen de bevoegdheid tot het verrichten van feitelijke handelingen die noodzakelijk zijn ter uitvoering van de taken waarmee de unit is belast, daaronder begrepen het afdoen en ondertekenen van correspondentie niet zijnde besluiten als bedoeld in artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht en niet zijnde correspondentie als genoemd in het eerste lid, onder b, van dit artikel;

Artikel 3. Volmacht en machtiging

Voor de toepassing van dit besluit wordt met ondermandaat gelijkgesteld de verlening van:

a. volmacht om namens de omgevingsdienst privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten;

b. machtiging om namens de omgevingsdienst handelingen te verrichten die een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

Artikel 4. Kaders ondermandaat

1. De uitoefening van bevoegdheden in ondermandaat, verleend bij of krachtens dit besluit, geschiedt met inachtneming van de ter zake geldende instructies per geval of in algemene zin. 

2. De uitoefening van bevoegdheden in ondermandaat, verleend bij of krachtens dit besluit, geschiedt met inachtneming van de door het algemeen bestuur van de Omgevingsdienst vastgestelde begroting en het meerjaren beheersplan en voor zover in die begroting voor de betreffende rechtshandeling financiële middelen zijn opgenomen en deze niet zijn uitgeput. 

Artikel 5. Informatieplicht

1. Degene aan wie bij dit besluit ondermandaat is verleend verschaft de directeur gevraagd of ongevraagd informatie over de uitvoering van de aan hem opgedragen taken. 

2. Degene aan wie bij dit besluit ondermandaat is verleend informeert de directeur bij zwaarwegende omstandigheden en gebeurtenissen die betrekking hebben op de gemandateerde bevoegdheden. 

Artikel 6. Ondertekening

De ondertekening van een besluit of een brief luidt als volgt:

Bij toepassing van artikel 2, eerste lid:

(Het college van) burgemeester en wethouders van < naam gemeente > / de burgemeester van < naam gemeente > / het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid

namens deze(n),

Gevolgd door de handtekening, naam en functie van de functionaris (manager) en aanduiding van de unit of gevolgd door een ondertekening door middel van naam-functie (manager)-unitaanduiding en een automatisch gegenereerde disclaimer.

Bij toepassing van artikel 2, tweede lid:

(Het college van) burgemeester en wethouders van < naam gemeente > / de burgemeester van < naam gemeente > / het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid

namens deze(n),

Gevolgd door de handtekening, naam en functie van de functionaris en naam van de unit waar de functionaris werkzaam is, of gevolgd door een ondertekening door middel van naam-functie-unitaanduiding en een automatisch gegenereerde disclaimer.

Artikel 7. Slotbepalingen

1. Het Ondermandaatbesluit van de directeur Omgevingsdienst ZHZ 2013 van 17 december 2015 (publicatieblad Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid van 23 december 2015, nr. 435) wordt ingetrokken met ingang van de dag waarop dit besluit in werking treedt.

2. Dit besluit wordt bekendgemaakt in het publicatieblad van de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid en treedt in werking op 1 april 2017.

3. Dit besluit wordt aangehaald als: Ondermandaatbesluit directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid 2017.

Aldus vastgesteld op 22 maart 2017.

De directeur van de Omgevingdienst Zuid-Holland Zuid,

Mr. R. Visser

Bijlage behorende bij artikel 2, eerste lid onder f

1. De unitmanagers zijn bevoegd de in artikel 2, eerste lid onder f, genoemde bevoegdheden uit te oefenen, met uitzondering van besluiten inzake aanstelling en ontslag. 

2. De volgende bevoegdheden inzake personele aangelegenheden mogen door de direct leidinggevende, zijnde een unitmanager of de directeur, worden uitgeoefend via het systeem ADP:

Nr. | Bevoegdheid | Wettelijke grondslag | Bijzondere voorwaarden / toelichting |

1 | Aanbieden en verlengen stageplaats | 1:2:a Car-Uwo |

2 | Aanbieden en verlengen werkervaringsplaats | 1:2:b Car-Uwo

3 | Aanstelling tijdelijk / vast van directeuren | 2:1 en 2:4 Car - Uwo | niet van toepassing

4 | Aanstelling tijdelijk / vast van leidinggevenden en medewerkers | 2:1 en 2:14 Car-Uwo | toepassing alleen door de directeur

5 | Toekennen waarnemingstoelage | 3:10 Car-Uwo

6 | Toekennen van een overwerkvergoeding en het bepalen van de uitzonderingen daarop | 3:18 Car-Uwo

7 | Toekennen van een functioneringstoelage | 3:8 Car-Uwo

8 | Toekennen gratificatie | 3:20 Car-Uwo

9 | Toekennen van een garantietoelage | 3:15 Car-Uwo

10 | Toekennen vergoeding BHV, EHBO en interventieteam | 3:17 Car-Uwo

11 | Verlenen van vakantie | 6:1:1 Car-Uwo

12 | Verlenen van buitengewoon verlof, langdurend zorgverlof, vakbondsverlof, kortdurend zorgverlof, ouderschapsverlof, zwangerschaps- en bevallingsverlof, adoptie- en pleegverlof en onbetaald verlof | 6:4 t/m 6:12 Car-Uwo | conform de Wet arbeid en zorg

13 | Ontslag op verzoek of wegens ouderdomspensioen en uit een tijdelijke aanstelling of tijdelijke urenuitbreiding | 8:1, 8:2 en 8:12 Car-Uwo | toepassing alleen door de directeur

14 | Vaststellen reis- en verblijfskosten | 3:21 Car-Uwo

15 | Vergoeden van schade, schadevergoeding aan kleding | 15:1:23 Car-Uwo

16 | Verplichten tot het volgen van een opleiding of verlenen van verlof voor het volgen van een opleiding | 15:1:25 en 15:1:26 Car-Uwo

17 | Toekennen van een bijzondere beloning | 3:20 Car-Uwo

18 | Opstellen van een persoonlijk ontwikkelingsplan | 17:1:1 Car-Uwo

3. De volgende bevoegdheden inzake personele aangelegenheden worden niet via het systeem ADP uitgeoefend:

- ontslag vanwege gedeeltelijke / volledige arbeidsongeschiktheid (8:4 resp 8:5 Car-Uwo);

- ontslag vanwege onbekwaamheid/ongeschiktheid (8:6 Car-Uwo);

- ontslag op overige gronden (8:7 Car-Uwo);

- ontslag van ambtenaar na terugkeer uit publiekrechtelijke functie indien geen terugkeer mogelijk is in (oude) functie (8:9 Car-Uwo);

- ontslag tussentijds uit tijdelijke aanstelling (8:12:1 Car-Uwo);

- ontslag overige gronden (8:8 Car-Uwo), incl. ontslagvergoeding < 25.000,=;

- ontslag op eigen verzoek (8:1 Car-Uwo), incl. ontslagvergoeding > 25.000,=;

- ontslag vanwege reorganisatie (8:3 Car-Uwo);

- ontslag op overige gronden (8:8 Car-Uwo), incl. ontslagvergoeding > 25.000,=;

- aanhouden ontslagverzoek als strafontslag wordt overwogen (8:13 Car-Uwo);

- overlijden (3:23 en 3:25 Car-Uwo);

- strafontslag (8:13 Car-Uwo);

- toepassen hardheidsclausule (diverse artikelen van de Car-Uwo);

- weigeren van nevenwerkzaamheden (15:1e Car-Uwo);

- opleggen van disciplinaire straffen (H 16 Car-Uwo);

- weigeren vermindering formele arbeidsduur (2:7 Car-Uwo);

- verlaging salarisschaal (3:5 Car-Uwo);

- schorsing in het belang van de dienst (8:15:1 en 8:15:2 Car-Uwo);

- verbod betreden arbeidsterrein (16:1:1 en 16:1:2 Car-Uwo);

- verplaatsingskosten (H 18 Car-Uwo);

- aangaan van een vaststellingsovereenkomst bij beëindiging aanstelling (H 8 Car-Uwo);

- intrekken vakantieverlof (6:2:5 Car-Uwo);

- opleggen verhuisplicht (15:1:17 Car-Uwo).