Overzicht van beleidsregels muziekonderwijssubsidies instrumentale en vocale muziekorganisaties 2012

Het college van burgemeester en wethouders van Onderbanken,

overwegende de noodzaak tot het stellen van beleidsregels zoals bedoeld in artikel 2 van de Algemene subsidieverordening gemeente Onderbanken 2012

besluit

I ingaande 1 januari 2012 vast te stellen het volgende Overzicht van beleidsregels muziekonderwijssubsidies instrumentale en vocale muziekorganisaties

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen.

Artikel 1.

• 1.

  Onder lid wordt in deze beleidsregels verstaan: een lid dat volgens opgave van de organisatie zoals bedoeld in hoofdstuk 2, op 1 januari van het kalenderjaar jonger is dan 14 jaar, woonachtig is in de gemeente Onderbanken en de muziekopleiding volgt binnen de betreffende organisatie.

• 2.

  Onder kalenderjaar wordt in deze beleidsregels verstaan: het kalender jaar waarin de opleiding plaatsvindt.

Artikel 2.

• 1.

  Burgemeester en wethouders kunnen besluiten de opgave van de organisaties zoals bedoeld in artikel 1 lid 1 steekproefsgewijs te controleren.

• 2.

  Een organisatie werkt mee aan door burgemeester en wethouders in te stellen onderzoek in het kader van de zorg voor het subsidiebeleid zoals een onderzoek naar de doeltreffendheid en de effecten van de subsidie in de praktijk.

Hoofdstuk 2. Instrumentale en vocale muziekorganisaties.

Artikel 3.

• 1.

  Alleen instrumentale muziekorganisaties die regulier subsidie van de gemeente Onderbanken ontvangen, komen voor de subsidie voor muziekonderwijs in aanmerking.

• 2.

  Onder instrumentale muziekorganisaties worden in deze beleidsregels verstaan:

  • a.

    harmonie- en fanfarekorpsen;

  • b.

    drumbands, (tamboerkorpsen, tamboer- en pijperkorpsen c.q. fluitkorpsen en tamboerkorpsen met klaroenen, signaaltrompetten, jachthoorns of lyra’s) voorzover het zelfstandige organisaties betreft dan wel voor zover zij deel uitmaken van een onder a. genoemde organisatie.

• 3.

  Alleen vocale muziekorganisaties die regulier subsidie van de gemeente Onderbanken

  ontvangen, komen voor de subsidie voor muziekonderwijs in aanmerking.

• 4.

  Onder vocale muziekorganisaties worden in deze beleidsregels verstaan organisaties die zich

  het beoefenen van de zangkunst ten doel stellen. Vocale organisaties die direct of indirect zijn

  verbonden aan kerkgenootschappen en die zich overwegend of uitsluitend bezig houden met

  liturgische koorzang worden niet als vocale muziekorganisatie aangemerkt.

Hoofdstuk 3. Subsidieplafond.

Artikel 4.

• 1.

  De uit hoofde van deze beleidsregels te verstrekken subsidie voor het muziekonderwijs bedraagt per kalenderjaar maximaal het bedrag dat de raad in de gemeentebegroting van het betreffende kalenderjaar beschikbaar heeft gesteld voor muziekonderwijs.

• 2.

  De subsidie per lid bedraagt maximaal € 100 per kalenderjaar.

• 3.

  Indien het totaal bedrag van de subsidieaanvragen in een kalenderjaar het in lid 1 genoemde subsidieplafond overstijgt, wordt de subsidie per lid naar rato naar beneden bijgesteld.

Hoofdstuk 4 Procedure.

Artikel 5.

• 1.

  De instrumentale en vocale muziekorganisaties dienen de subsidie voor het muziekonderwijs van hun leden jaarlijks aan te vragen bij de gemeente Onderbanken.

• 2.

  De subsidieaanvraag dient uiterlijk op 1 februari van het kalenderjaar te worden ingediend.

• 3.

  Indien de subsidieaanvraag binnenkomt na 1 februari van het kalenderjaar kunnen burgemeester en wethouders besluiten de subsidie te weigeren.

• 4.

  Burgemeester en wethouders nemen uiterlijk 1 april van het kalenderjaar een besluit over de aanvraag en maken dit uiterlijk 1 mei bekend aan de aanvrager.

Hoofdstuk 5. Subsidievaststelling.

Artikel 6.

Burgemeester en wethouders stellen de subsidie direct vast.

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen.

Artikel 7.

Burgemeester en wethouders beslissen tevens in die gevallen waarin deze beleidsregels niet voorzien.

Artikel 8.

Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als Overzicht van beleidsregels muziekonderwijssubsidies instrumentale en vocale muziekorganisaties 2012.

Artikel 9.

Deze beleidsregels treden in werking op 1 januari 2012.

Aldus besloten in de vergadering van burgemeester en wethouders van 13 december 2011.

, burgemeester

, secretaris