Marktverordening Oost Gelre

Geldend van 16-06-2020 t/m heden

Intitulé

Marktverordening Oost Gelre

De raad van de gemeente Oost Gelre,

Gezien het voorstel van het college van de gemeente Oost Gelre van 21 april 2020,

gelet op de artikel 149 van de Gemeentewet,

gezien het advies van de Marktcommissie,

BESLUIT:

Marktverordening gemeente Oost Gelre

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Toepassingsgebied

Deze verordening is van toepassing op de door het college ingestelde warenmarkten die op gezette tijden worden gehouden.

Artikel 2 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    college: het college van burgemeester en wethouders;

  • b.

    markt: de door het college ingestelde warenmarkt;

  • c.

    standplaats: de ruimte die voor de duur van de markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

  • d.

    vaste standplaats: de standplaats die voor maximaal tien jaren ter beschikking is gesteld aan een vergunninghouder;

  • e.

    dagplaats: de standplaats die per marktdag beschikbaar wordt gesteld aan een vergunninghouder, omdat deze niet als vaste standplaats is toegewezen, dan wel ingenomen;

  • f.

    standwerken: de activiteit waarbij de vergunninghouder publiek om zich heen verzamelt en dat publiek door een aansprekende uiteenzetting probeert over te halen tot de aankoop van een artikel;

  • g.

    standwerkersplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld om te standwerken;

  • h.

    vergunninghouder: degene aan wie door het college een vergunning is verleend voor het innemen van een standplaats;

  • i.

    marktmeester: de persoon, die als zodanig is aangewezen door het college.

Artikel 3 Nadere regels over inrichting van de markt

  • 1.

    Het college kan nadere regels vaststellen waarin wordt geregeld: een aanduiding van de dag, tijd, plaats en opstelling van de warenmarkten;

  • 2.

    het maximum aantal vaste standplaatsvergunningen dat voor een of meer branches of artikelgroepen of combinaties daarvan kan worden afgegeven;

  • 3.

    de vermelding en eventuele uitwerking van de wijze waarop nieuwe vaste standplaatsvergunningen worden verstrekt.

Hoofdstuk 2 Vaste standplaatsvergunningen

Artikel 4 Vergunningen

  • 1.

    Het is verboden een vaste standplaats op een markt in te nemen zonder vergunning van het college.

  • 2.

    Een vaste standplaatsvergunning geldt voor maximaal tien jaren.

  • 3.

    Het college kan voorschriften verbinden aan de vergunning.

  • 4.

    Een vergunning kan enkel worden verleend aan een handelingsbekwame natuurlijke persoon die gerechtigd is in Nederland arbeid te verrichten en die nog geen vaste standplaats heeft voor de betrokken markt.

  • 5.

    Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (lex silencio positivo) is niet van toepassing.

Artikel 5 Vrijgekomen standplaats; plaatsverbetering volgens anciënniteitslijst

  • 1.

    Het college houdt een lijst bij van de houders van een vaste standplaatsvergunning, met vermelding van de datum waarop de betrokkenen voor het eerst een vaste standplaatsvergunning werd verleend en met vermelding van de branche waartoe zij behoren of de artikelen die zij verhandelen (anciënniteitslijst).

  • 2.

    Als een standplaats vrijkomt die werd ingenomen door de houder van een vaste standplaats

  • 3.

    vergunning, kan deze op aanvraag worden toegewezen aan de hoogstgeplaatste aanvrager op de anciënniteitslijst in volgorde van de datum waarop hem voor het eerst een vaste standplaats

  • 4.

    vergunning werd verleend. Als de plaats bestemd is voor een specifieke branche of artikelgroep, komt alleen iemand in aanmerking die aan dat vereiste voldoet.

Artikel 6 Loting

  • 1.

    Het college maakt bekend dat voor de markt een of meer vaste standplaatsvergunningen kunnen worden verleend, voor welke branche of artikelgroep dit geldt en binnen welke termijn gegadigden daarvoor een aanvraag kunnen indienen.

  • 2.

    De bekendmaking geschiedt door openbare kennisgeving in het lokaal huis- aan huisblad en op de gemeentelijke website.

  • 3.

    Het college beoordeelt of de aanvragen voldoen aan de volgende criteria:

    • a.

      Het assortiment van de gegadigde is een gewenste toevoeging aan het marktassortiment;

    • b.

      De uitstraling van de uitstalling past binnen de bestaande warenmarkt.

  • 4.

    Het college vraagt voor de beoordeling van de aanvragen om advies van de marktmeester.

  • 5.

    Indien er meerder aanvragen voldoen aan de criteria uit lid 3 dan wordt vergund door middel van loting. Gaat het om een bepaalde branche of artikelgroep, dan wordt per branche of artikelgroep geloot. De in aanmerking komende gegadigden worden uitgenodigd bij de loting aanwezig te zijn.

Artikel 7 Overschrijven vaste standplaatsvergunning

  • 1.

    Wenst de houder van een vaste standplaatsvergunning niet langer zelf gebruik te maken van de vergunning of is hij overleden of onder curatele gesteld, dan kan het college op aanvraag van de vergunninghouder, zijn erven of zijn curator de vergunning overschrijven op naam van zijn echtgenoot, geregistreerde partner of andere persoon met wie hij duurzaam samenwoonde, of zijn meerderjarig kind voor de duur van de resterende looptijd van de vergunning.

  • 2.

    Kan deze weg niet gevolgd worden dan kan de vergunning op aanvraag van de vergunninghouder, zijn erven of zijn curator worden overgeschreven op een medewerker van de vergunninghouder of de mede-eigenaar van diens bedrijf als deze ten minste drie jaren in loondienst heeft gewerkt bij de vergunninghouder of heeft gefunctioneerd als mede-eigenaar, voor de duur van de resterende looptijd van de vergunning.

  • 3.

    In geval van overlijden of ondercuratelestelling van de vergunninghouder wordt de aanvraag tot overschrijving binnen twee maanden nadien ingediend.

  • 4.

    Degene op wiens naam de vaste standplaatsvergunning wordt overgeschreven moet voldoen aan artikel 4 van deze verordening.

  • 5.

    Als de nieuwe vergunninghouder reeds over een vaste standplaatsvergunning voor de betrokken markt beschikt, wordt deze ingetrokken.

  • 6.

    Het college is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken van het bepaalde in dit artikel.

Artikel 8 Intrekking vaste standplaatsvergunning

  • 1.

    Het college trekt een vaste standplaatsvergunning in:

    • a.

      op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder;

    • b.

      twee maanden na diens overlijden of ondercuratelestelling, tenzij een aanvraag tot overschrijving is ingediend overeenkomstig artikel 7.

  • 2.

    Het college kan een vaste standplaatsvergunning intrekken indien de vergunninghouder of diens vervanger dan wel een persoon die hem bijstaat:

    • a.

      bij de aanvraag onjuiste dan wel onvolledige gegevens heeft verstrekt;

    • b.

      zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog of een bij of krachtens deze verordening gestelde bepaling heeft overtreden;

    • c.

      als de vaste standplaats bij herhaling zonder kennisgeving en/of zonder opgaaf van een legitieme reden niet is ingenomen; of

    • d.

      niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet dat wordt geheven op grond van artikel 229 n de Gemeentewet.

Artikel 9 Innemen van de standplaats en vervanging

  • 1.

    De vergunninghouder neemt de hem toegewezen standplaats persoonlijk in.

  • 2.

    Het in het eerste lid bepaalde is niet van toepassing indien de vergunninghouder zich laat vervangen door een op de vergunning vermelde vervanger.

  • 3.

    De vergunninghouder die wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheid diens vaste standplaats niet in kan nemen, meldt dit zo spoedig mogelijk schriftelijk bij het college. Hierbij wordt de reden, eventueel de verwachte duur van de afwezigheid van de vergunninghouder en eventueel de naam van de beoogde vervanger doorgegeven.

  • 4.

    Plotselinge verhindering wordt mondeling of telefonisch aan de marktmeester gemeld, gevolgd door een schriftelijke bevestiging daarvan aan het college.

  • 5.

    De vervanger treedt op namens de vergunninghouder. De rechten – behalve die tot vervanging– en verplichtingen die bij of krachtens deze verordening gelden voor de vergunninghouder, zijn van overeenkomstige toepassing op de vervanger.

Hoofdstuk 3 Dagplaatsen en standwerkersplaatsen

Artikel 10 Dag- en standwerkersplaats

  • 1.

    In afwijking van artikel 4, eerste lid, kan het college, indien de vaste standplaats niet wordt ingenomen, toestaan dat een dag- of standwerkersplaats wordt ingenomen door een op de dag zelf aangemelde gegadigde. Het is verboden om zonder toestemming van het college een dag of standwerkersplaats in te nemen.

  • 2.

    Een dag- of standwerkersplaats geldt voor één dag en voor de toegewezen standplaats.

  • 3.

    Een dag- of standwerkersplaats kan worden ingenomen voor het uitoefenen van markthandel op de markt op plaatsen die niet zullen worden ingenomen door de houder van een vaste standplaatsvergunning of zijn vervanger omdat voor de plaats geen vergunning geldt, de vergunning is vervallen of omdat de vergunninghouder of zijn vervanger niet in staat of bereid is de plaats in te nemen.

  • 4.

    Voor een dag- of standwerkersplaats komen in aanmerking degenen die daarvoor op de marktdag vóór de aanvang van de markt bij de marktmeester een verzoek hebben ingediend, die voldoen aan een eventueel van toepassing zijnde branche- of artikelgroepvereiste en die niet zijn uitgesloten omdat zij gedurende een of meer van de voorafgaande vier marktdagen:

    • a.

      zich op de markt schuldig hebben gemaakt aan wangedrag of bedrog of een bij of krachtens deze verordening gestelde bepaling hebben overtreden, of

    • b.

      niet tijdig het verschuldigde marktgeld hebben voldaan dat wordt geheven op de grondslag van artikel 229 van de Gemeentewet.

  • 5.

    De dag- of standwerkersplaats wordt door het college toegekend aan de in aanmerking komende gegadigde op volgorde van ontvangst van de verzoeken. Gegadigden die een artikel(soort) wensen te verkopen dat nog niet op de markt verkrijgbaar is, hebben daarbij voorrang.

  • 6.

    Een dag- of standwerkersplaats kan niet worden overgedragen. De standplaatshouder kan zich niet laten vervangen.

Hoofdstuk 4 Algemene bepalingen voor vergunninghouders

Artikel 11 Bijstand

De houder van een vaste standplaatsvergunning of de standplaatshouder met een dagplaats kan zich doen bijstaan door een of meer andere personen.

Artikel 12 Legitimatieplicht

Degene die een standplaats wenst in te nemen of inneemt op de markt is op eerste verzoek van de marktmeester, zijn vervanger of een andere toezichthouder verplicht zich te legitimeren en aan te tonen dat hij daartoe gerechtigd is.

Artikel 13 Markttijden in acht nemen

  • 1.

    Het is een vergunninghouder verboden meer dan 2,5 uur voor de aanvang en meer dan 2 uur na afloop van de markt ruimte in te nemen of te doen innemen op het marktterrein met een voertuig, met goederen of anderszins, of goederen aan- of af te voeren of te laten aan- of afvoeren.

  • 2.

    Een vergunninghouder neemt zijn standplaats in tot de sluitingstijd van de markt, behoudens een op aanvraag door het college verleende ontheffing. Aan een ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden.

Artikel 14 Markt schoonhouden

  • 1.

    Een vergunninghouder zamelt zelf tijdens het gebruik van de standplaats zijn afval, verpakkingsmaterialen en dergelijke in en slaat dat op een voor marktbezoekers niet zichtbare wijze.

  • 2.

    Een vergunninghouder maakt, voordat hij het markterrein verlaat, zijn standplaats en de onmiddellijke omgeving daarvan schoon en zorgt zelf voor de afvoer van zijn marktafval.

Hoofdstuk 5 Handhaving

Artikel 15 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door het college aangewezen marktmeester en de overige door hen aangewezen toezichthouders.

Artikel 16 Onmiddellijke verwijdering

Het college kan een vergunninghouder of iemand die hem bijstaat of vervangt gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen als deze zich op de markt schuldig heeft gemaakt aan wangedrag of bedrog of een bij of krachtens deze verordening gestelde bepaling overtreedt of heeft overtreden.

Artikel 17 Strafbepaling

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste drie maanden.

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

Artikel 18 Intrekking oude verordening en overgangsbepalingen

  • 1.

    De Marktverordening Groenlo 2005 wordt ingetrokken met ingang van de dag waarop deze verordening in werking treedt.

  • 2.

    Een krachtens de Marktverordening Groenlo 2005 verleende vergunning of ontheffing geldt als vergunning of ontheffing verleend krachtens deze verordening, totdat zij zijn ingetrokken.

  • 3.

    Het Branchebesluit en Branchepatroon Groenlo en Lichtenvoorde 2005 wordt aangemerkt als een nadere regeling op grond van artikel 3 van deze verordening.

  • 4.

    Het Besluit instellen weekmarkten en nadere regels ten behoeve van de warenmarkten in Groenlo en Lichtenvoorde 2005 wordt aangemerkt als een nadere regeling op grond van artikel 3 van deze verordening.

  • 5.

    Vergunninghouders aan wie op grond van de Marktverordening Groenlo 2005 een vergunning voor onbepaalde tijd is verleend, behouden hun vergunning voor onbepaalde tijd totdat de vergunning op grond van artikel 8 wordt ingetrokken.

  • 6.

    Vergunningen verleend voor onbepaalde tijd kunnen op grond van artikel 7 worden overgedragen met dien verstande dat bij overdracht, in afwijking van artikel 7, eerste en tweede lid laatste zinsnede, de vergunning in de duur wordt beperkt tot de in artikel 4, tweede lid, bepaalde maximale periode.

  • 7.

    Aanvragen om vergunning of ontheffing die zijn ingediend onder de Marktverordening Groenlo 2005 maar waarop nog niet is beschikt bij het in werking treden van deze verordening, worden afgehandeld overeenkomstig deze verordening.

Artikel 19 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Marktverordening gemeente Oost Gelre.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op de dag nadat het op de voorgeschreven wijze bekend is gemaakt.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van 9 juni 2020.

De raad van de gemeente Oost Gelre,

De raadsgriffier,

J. Vinke

De voorzitter,

A.H. Bronsvoort