Verordening Binnengemeentelijke Democratie 2011

Geldend van 13-01-2011 t/m heden

Intitulé

Verordening Binnengemeentelijke Democratie 2011

Verordening Binnengemeentelijke Democratie

De raad van de gemeente Oss;

gezien het voorstel van de Stuurgroep gemeentelijke herindeling Oss--Lith van 23 november 2010;

besluit:

vast te stellen de Verordening Binnengemeentelijke Democratie 2011, luidende als volgt

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • 1. Binnengemeentelijke democratie: de bestuursvorm van de gemeente Oss waarin de burgers degelegenheid hebben om zelf en met elkaar invulling te geven aan en zorg te dragen voor hun ruimtelijke en sociale omgeving, waarbij wettelijke kaders naast gemeentelijk beleid de grenzen aangeven;

  • 2. Wijk- en dorpsgericht werken: het interne gemeentelijke werkproces dat gericht is op vragen vanuit wijk of dorp als ook op plannen en programma’s voor die gebieden, om vanuit die invalshoek gemeentelijk beleid op integrale wijze uit te voeren;

  • 3. Burgerparticipatie: het beleid om de burger zoveel mogelijk te betrekken bij besluitvormingsprocessen van het gemeentebestuur.

Hoofdstuk I Instelling

Artikel 2 Verdeling van de gemeente Oss in territoriale werkgebieden *

Het grondgebied van de gemeente Oss wordt ingedeeld in tien territoriale werkgebieden conform de bijgevoegde kaart. Binnen elk van deze gebieden wordt een wijkraad/dorpsraad ingesteld die functioneert als commissie van advies zoals nader in deze verordening is aangegeven.

De betreffende gebieden zijn:

– Berghem;

– Megen, Haren en Marcheren;

– Oss Noord West;

– Oss Centrum/Krinkelhoek/ Mettegeupel

– Oss Zuid

– Ruwaard

– Schadewijk

– Ravenstein, omvattende de kernen Ravenstein, Demen, Deursen - Dennenburg, Dieden, Huisseling en Neerlangel;

- Herpen, omvattende de kernen Herpen, Keent, Koolwijk, Neerloon en Overlangel;

- Lith omvattende de kernen Lith, Oijen, Maren-Kessel, Lithoijen, Teefelen en ‘t Wild

Artikel 3 Instelling wijkraden/dorpsraden

  • 1. De wijkraden/dorpsraden als bedoeld in artikel 3 van deze verordening zijn commissies van advies aan het college van burgemeester en wethouders zoals bedoeld onder artikel 82 e.v. van de Gemeentewet.

  • 2. De wijkraden/dorpsraden bestaan elk uit 7 leden.

Artikel 4 Samenstelling

  • 1. De leden van de wijkraden/dorpsraden worden benoemd door burgemeester en wethouders.

  • 2. Bij de benoeming gaat het college van burgemeester en wethouders uit van de resultaten van een door de dorpsraad/wijkraad ingestelde voordrachtscommissie welke met een voordracht komt.

  • 3. De voordrachtscommissie wordt benoemd door de zittende dorpsraad/wijkraad. In deze commissie mogen geen leden van de dorpsraad/wijkraad zitting nemen die onderdeel gaan worden van de nieuwe dorpsraad of wijkraad.

  • 4. De zittingsperiode van de leden is gelijk aan de zittingsperiode van de gemeenteraad. In tussentijdse vacatures wordt voorzien door hernieuwde voordracht van een door de dorpsraad/wijkraad in te stellen commissie

  • 5. Met betrekking tot het functioneren van de wijkraad/dorpsraad geld een gedragscode waaraan ieder lid zich dient te houden.

Artikel 5 Benoembaarheid

Lid van de wijkraden/dorpsraden kunnen zijn de inwoners van de werkgebieden van de wijkraden/dorpsraden, die kiesgerechtigd zijn voor de gemeenteraad. Niet tot lid benoembaar zijn leden van het college van burgemeester en wethouders, leden van de gemeenteraad, leden van de gemeentelijke raadscommissies, alsmede ambtenaren door of vanwege het gemeentebestuur aangesteld.

Artikel 6 Voorzitter

De voorzitter en plaatsvervangend voorzitter wordt door de leden van de wijkraad/dorpsraad uit zijn midden aangewezen.

Artikel 7 Aanwezigheid burgemeester en wethouders en bestuurlijke aandachtsfunctie

1.Elk werkgebied van een wijkraad/dorpsraad heeft een lid van het college van burgemeester en wethouders als aandachtsbestuurder. De betreffende bestuurder heeft in het bijzondere tot taak aandacht te geven aan de belangen van de wijk c.q. de dorpen en de zaken zoals die door de wijkraad/dorpsraad specifiek worden aangedragen.

2.Elk lid van het college van burgemeester en wethouders kan door een wijkraad/dorpsraad worden uitgenodigd een vergadering bij te wonen voor het geven van toelichting.

Artikel 8 Wijkcoördinator

Een door het college aan te stellen ambtenaar, de wijkcoördinator, ondersteunt de wijkraad of dorpsraad. Zijn taak wordt vastgelegd in een instructie.

Hoofdstuk 3 Taken en Bevoegdheden.

Artikel 9 Wijkplan

  • 1. Door het college van burgemeester en wethouders wordt in nauw overleg met de wijkraad/dorpsraad een meerjarig wijkplan opgesteld, waarin de belangrijkste voornemens met betrekking tot het werkgebied van de wijkraad/dorpsraad zijn aangegeven. Het wijkplan wordt niet vastgesteld dan nadat de wijkraad/dorpsraad in de gelegenheid is gesteld advies te verlenen. Het advies is niet bindend. Afwijkingen van het advies worden niet vastgesteld dan na overleg met de wijkraad/dorpsraad.

  • 2. Aan de hand van het wijkplan stellen burgemeester en wethouders een uitvoeringsplan vast. In het uitvoeringsplan worden ook budgetten opgenomen die door de wijkraad/dorpsraad kunnen worden aangewend voor leefbaarheid, veiligheid en sociaal culturele activiteiten.

  • 3. Het wijkplan/dorpsplan en bijbehorende uitvoeringsplan zijn bepalend voor de activiteiten in het werkgebied van de wijk- of dorpsraad.

Artikel 10 Taakomschrijving

  • 1. Het doel van het werk van wijk- en dorpsraden is het bewaken, in stand houden en zonodig verbeteren van de kwaliteit van het woon- en leefklimaat in de wijk of het dorp.

  • 2. De wijkraad/dorpsraad houdt zich, gevraagd en ongevraagd, actief bezig met alle zaken die het eigen territoriale gebied specifiek aangaan. Het gaat daarbij om zaken van leefbaarheid, veiligheid, sociaal cultureel welzijn en beheer en inrichting van de openbare ruimte. De wijkraden/dorpsraden worden in ieder geval betrokken bij de eerste planvorming rondom de zaken, zoals hier genoemd.

  • 3. De wijkraad/dorpsraad heeft naast een signalerende en adviserende functie (over het woon- en leefklimaat in zijn directe specifieke werkgebied) ook uitdrukkelijk een intermediaire rol (tussen het bestuursorgaan en de wijk/het dorp) en een verwijzende functie (voor bewoners/belanghebbenden in zijn werkgebied).

Artikel 11 Bevoegdheden

  • 1. De wijkraad/dorpsraad is bevoegd:

    • a.

      het college en de onder het college werkzame diensten en functionarissen gevraagd en ongevraagd van advies te dienen over de zaken die het territoriale gebied specifiek aangaan. Het advies is niet bindend.

    • b.

      besluiten te nemen binnen de door het college in het uitvoeringsplan, zoals bedoeld in artikel 8 van deze verordening, aangegeven randvoorwaarden en budgetten.

  • 2. In verband met deze bevoegdheden zorgt het college dat de wijkraden/dorpsraden tijdig over de nodige informatie beschikt.

  • 3. De in dit artikel vermelde adviesbevoegdheden kunnen door de wijkraad/dorpsraad ook worden uitgeoefend naar andere instanties, die voor het algemeen belang werkzaam zijn in dit gebied en die te kennen hebben gegeven te participeren in het wijkgericht werken van de gemeente Oss.

  • 4. Het college kan met elke wijkraad/dorpsraad afzonderlijk specifieke taken en bevoegdheden overeenkomen.

Hoofdstuk 4 Functioneren wijkraden/dorpsraden

Artikel 12 Vergaderreglement

De wijkraden/dorpsraden vergaderen zo dikwijls als zij dit nodig achten. Minimaalvier vergaderingen per jaar staan in het teken van overleg met de bewoners. Ten behoeve van hun eigen vergaderingen stellen zij een reglement van orde vast dat moet worden goedgekeurd door burgemeester en wethouders.

Artikel 13 Vergoedingen

De leden van de wijkraden/dorpsraden ontvangen een vrijwilligersvergoeding , gelijk zoals die jaarlijks wordt vastgesteld door het Ministerie van Binnenlandse Zaken voor commissieleden -niet raadsleden en wel tot een maximum van tien bijgewoonde vergaderingen.

Iedere wijk- en dorpsraad ontvangt een vast bedrag per jaar dat hij naar eigen inzicht kan gebruiken voor zijn werkzaamheden(=organisatiekosten) en voor maatregelen ten behoeve van het bevorderen van de leefbaarheid in zijn werkgebied (=voor activiteiten of aankopen die passen in het uitvoeringsplan). Ten behoeve van maatregelen ter verbetering van zijn functioneren ontvangt de wijkraad/dorpsraad een vast bedrag per jaar.

Artikel 14 Inspraak.

Burgemeester en wethouders winnen het advies in van de wijkraad/dorpsraad over inspraakprocedures die tot het specifieke werkgebied van de wijkraad/dorpsraad behoren.

Artikel 15 Openbaarheid

De vergaderingen van de wijkraad/dorpsdraad zijn openbaar. Voor het houden van besloten

vergaderingen zijn de regels van de Gemeentewet van toepassing.

Hoofdstuk 5 Overige bepalingen

Artikel 16 Jaarverslag

Jaarlijks, vóór een maart van elk jaar stellen de wijkraden/dorpsraden een jaarverslag vast waarin in ieder geval zijn opgenomen:

  • a.

    een overzicht van de activiteiten;

  • b.

    een verantwoording van de besteding van de financiële middelen,

  • c.

    de wijze waarop de achterban (de inwoners van de wijk) is betrokken bij het werk van de wijkraad/dorpsraad.

Artikel 17 Vernietiging

Burgemeester en wethouders kunnen een besluit van de dorpsraad vernietigen indien dit besluit naar het oordeel van burgemeester en wethouders strijdt met het algemeen belang. Van deze bevoegdheid wordt geen gebruik gemaakt dan na overleg met de dorpsraad/wijkraad en gedegen schriftelijke motivatie.

Artikel 18 Evaluatie

Een jaar voor het einde van elke raadsperiode stelt het college van burgemeester en wethouders een evaluatie vast van het functioneren van de wijk /en dorpsraden.

Artikel 19 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening Binnengemeentelijke Democratie 2011”.

Artikel 20 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na de dag van de bekendmaking.

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 3 januari 2011.

De gemeenteraad voornoemd,

De griffier, De voorzitter,

Drs. P.H.A. van den Akker H.W.M. Klitsie

Gepubliceerd Oss Actueel 12 januari 2011

In werking getreden 13 januari 2011

Bijlage: Artikelsgewijze toelichting

De van * voorziene artikelen zijn in de bijlage apart toegelicht.

Toelichting Verordening Binnengemeentelijke democratie.

Artikel 1 Begripsomschrijving

Algemeen

Binnengemeentelijke democratie is een van de speerpunten van het gemeentelijke beleid.

Hoofddoelstelling is de afstand tussen burger en gemeente te verkleinen, de betrokkenheid van de burgers bij de woon- en leefomgeving te versterken en zoveel mogelijk te komen tot een geïntegreerde aanpak. Door een tijdig overleg met de wijkraad/dorpsraad moet er een draagvlak ontstaan voor een gezamenlijke aanpak: enerzijds door een integrale aanpak van de problemen, anderzijds voor de zo belangrijke laagdrempelige communicatie met de wijk en de overige actoren. Binnen de gemeente Oss heeft deze vorm van werken gestalte gekregen via de dorpsraden en de wijkbeheeroverleggen. Deze vormen hebben hun eigen geschiedenis en ontwikkeling doorgemaakt. De dorpsraden zijn ontstaan uit de voormalige gemeenten Berghem en Megen, die in 1994 bij Oss zijn gevoegd. De wijkbeheerorganen (wbo’s) zijn ontstaan vanuit de wijkgerichte aanpak zoals die ook vanaf 1992 in deze gemeente vorm heeft gekregen.

De evaluatie van 2002 heeft ertoe geleid dat voor alle dorpen en wijken uitgegaan wordt

van één structuur waarin geen principieel onderscheid meer bestaat tussen de aanpak in stadswijken en dorpen. Gekozen is voor één organisatie en één regeling, die toepasbaar is voor alle dorpen en wijken met dien verstande dat een specifieke invulling per wijk en/of dorp mogelijk is. De afgelopen jaren is gebleken dat over bepaalde begrippen onvoldoende duidelijkheid bestond. Dit leidde tot veel ongemak, ontevredenheid, misverstand en ondoelmatigheid. Het is daarom van die begrippen een omschrijving te geven. Hierna volgen vier begripsomschrijvingen.

Met ingang van 1 januari 2011 is ook Lith toegevoegd als gebied, waarvoor een dorpsraad wordt ingesteld. In overleg met de gemeenteraad van de voormalige gemeente Lith en vertegenwoordiger uit de verschillende kernen is gekozen voor één dorpsraad voor het gebied van de voormalige gemeente Lith.

Desgewenst kunnen kernraden worden ingesteld voor de kernen, die als een vorm van particulier initiatief een gesprekspartner vormen voor de dorpsraden.

Binnengemeentelijke democratie.

Algemeen geformuleerd kan binnengemeentelijke democratie omschreven worden als de situatie waarin burgers de gelegenheid hebben om zelf en met elkaar invulling te geven aan en zorg te dragen voor hun ruimtelijke en sociale omgeving, waarbij wettelijke kaders naast gemeentelijk beleid de grenzen aangeven. In Oss kunnen de burgers op velerlei wijze hun invloed uitoefenen op het gemeentelijk besluitvormingsproces. De vele bestaande mogelijkheden tezamen met de mate waarin daarvan gebruik wordt gemaakt bepaalt de democratie binnen onze gemeente; de binnengemeentelijke democratie.

Het werk van de wijk-/dorpsraden

Het werk van wijk-/dorpsraden in Oss staat voor een manier van communiceren tussen gemeente (= i.c. het college van b&w ) en burgers om de betrokkenheid bij de directe woon- en leefomgeving te bevorderen en in gezamenlijkheid integrale plannen op te stellen en te verwezenlijken teneinde het woon-/leefklimaat te verbeteren.

Wijk- en dorpsgericht werken

Met ‘wijk- en dorpsgericht werken’ wordt geduid op het interne, gemeentelijke (werk-)proces. De

gemeentelijke organisatie moet bij haar functioneren erop gericht zijn de vragen vanuit wijk of dorp als ook plannen en programma’s voor die gebieden, vanuit die invalshoek op integrale wijze aan te pakken. Het gaat dus om een manier van werken binnen de gemeentelijke organisatie; het is in eerste instantie een interne aangelegenheid.

Wijkgericht werken, werken met de wijk/het dorp in het brandpunt van de aandacht, is weliswaar in eerste instantie de opdracht voor het gemeentelijk apparaat, deze manier van werken kan zeker ook van nut zijn voor andere organisaties die in dat gebied een belang hebben en waar samenwerking voordeel oplevert. Te denken valt vooral aan woningbouwcorporaties, politie en sociaal-culturele instellingen. In ieder geval moet van gemeentezijde op samenwerking worden aangedrongen om werkelijk tot een integrale aanpak te komen.

Het wijk/dorpsgericht werken vergt niet zozeer een ingreep in de structuur van de organisatie als wel een andere benadering; een andere werkwijze. Het vereist vooral een gedragsverandering en dit zowel binnen het gemeentelijk apparaat als bij de externe partners.

Burgerparticipatie.

Het gaat er hier om de burger zoveel mogelijk te betrekken bij besluitvormingsprocessen van het

gemeentebestuur. Dit betekent dat er een goede informatie uitwisseling mogelijk moet zijn; dat er communicatie plaats vindt tussen ‘de gemeente’ en haar burgers. Dit vraagt om een open en positieve grondhouding; het vereist wederzijds vertrouwen.

De burgers hebben tal van mogelijkheden om hun mening te geven c.q. invloed uit te oefenen op

besluitvorming van hun gemeentebestuur, van de onderscheiden bestuursorganen

(Gemeenteraad, college van burgemeester en wethouders, burgemeester ). Hieronder uiteraard begrepen de formele inspraak op grond van de Wet Ruimtelijke Ordening en de Algemene Wet Bestuursrecht; het recht om gebruik te maken van het spreekrecht in vergaderingen van raadsadviescommissies en gemeenteraad naar aanleiding van een agendapunt; het Burgerinitiatief (= mogelijkheden voor belanghebbenden vanaf 12 jaar om met 50 medestanders een onderwerp op de raadsagenda te plaatsen); het referendum; de Jeugdraad ( voor jongeren tussen 12 en 23 jaar ) en verschillende interactieve processen (zoals bijvoorbeeld Toekomstvisie Oss 2020 ; Waterplan; plan voor Toerisme en Recreatie; Parkeerbeleidsplan; beleid op onderdelen van de Wet Werk en Bijstand ).

Deze opsomming geeft aan dat er vele uiteenlopende wettelijke mogelijkheden bestaan het democratisch proces te beïnvloeden, met andere woorden er staat de burger een rijk geschakeerd instrumentarium ter beschikking om van de democratische rechten binnen de gemeente Oss gebruik te maken.

Hoofdstuk 1 Instelling

Artikel 2

Indeling in werkgebieden

In het kader van het gebieds - wijkgericht werken verstaan we onder een gebied: een deel van Oss dat een zodanige schaal heeft dat de samenhangende uitvoering van plannen, beheer en onderhoud efficiënt kan plaatsvinden. Oss is ingedeeld in drie gebieden. Elk gebied bestaat uit , een of meerdere buurten, wijken of dorpen, waarbinnen een wijkraad of dorpsraad wordt ingesteld. Bij de wijkindeling speelt ook de sociaal culturele samenhang een rol. Uitgaande daarvan wordt gekomen tot negen wijken, waarbinnen een wijkraad c.q. dorpsraad wordt gevormd. Onder “wijk” wordt ook verstaan: dorp of dorpen die het werkgebied vormen van een dorpsraad. Met ingang van 1-1-2011 zal de voormalige gemeente Lith haar eigen dorpsraad kennen, waarmee het totaal op 10 wijk en dorpsraden komt

Artikel 3

Commissies

De wijk- en dorpsraden zijn adviescommissies aan het college. Als zodanig krijgen zij in de gemeentelijke organisatie een plaats in de bestuurskolom. Elk lid van het college krijgt een of meer wijken/dorpen toegewezen , waardoor de belangen van de wijk/dorp ook op bestuurlijk niveau kunnen worden behartigd. Ambtelijk krijgen de wijk- en dorpsraden te maken met drie organisatieonderdelen:

Dienst Stadsbeleid: hier wordt het beleid gevormd ten aanzien van wijk- en dorpsgericht werken. In het bijzonder is deze sector belast met de opstelling van de wijkplannen, waarin de belangrijkste voornemens ten aanzien van wijk of dorp zijn opgenomen. De afdeling wijkzaken maakt onderdeel uit van de dienst stadsbeleid.

Dienst Gemeentebedrijven: in deze organisatie ressorteren de gebiedsbeheerders, die ambtelijk verantwoordelijk zijn voor het beheer van de openbare ruimte (BOR). Deze gebiedsbeheerders zijn de primaire overlegpartners van de wijk- en dorpsraden voorzover het betreft het beheer van de openbare ruimte. Ook ressorteert onder deze dienst het Toezicht Openbare Ruimte die fungeert als oor en oog van de wijk en daardoor een belangrijke signaalfunctie heeft. Binnen deze disciplines vindt ook onderling overleg plaats teneinde de wijk- en dorpsraden adequaat te kunnen bedienen.

Hoofdstuk 2 Samenstelling.

Artikel 4

Samenstelling

De wijkraden/dorpsraden kunnen zich in dezen desgewenst laten adviseren door een in te stellen commissie, wijkstichtingen of andere organen. Het hanteren van één of meerdere profielschets(en) maakt het mogelijk een wijkraad/dorpsraad samen te stellen die kwaliteiten in zich verenigt die nodig geacht worden.

De leden van een wijkraad/dorpsraad moeten de dan geldende gedragscode onderschrijven. Het gaat om een gedragscode vergelijkbaar met die voor raads- en commissieleden van toepassing is. Indien een lid zich niet aan deze gedragscode houdt kan ontheffing uit de functie leiden.

Artikel 6 en 7

Voorzitter en aandachtsbestuurder.

Bij de start van de dorpsraden was de burgemeester voorzitter. In de huidige situatie is dit om praktische redenen niet meer haalbaar. Gekozen is voor de functie van aandachtsbestuurder, die op verzoek de wijkraad/dorpsraad de vergaderingen bijwoont en in het bijzonder de belangen van de wijkraad/dorpsraad behartigt.

Het houdt kort weergegeven in:

– wederzijdse informatie-uitwisseling tussen de bestuurder en de wijkraad/dorpsraad;

– bijzondere aandacht van de bestuurder voor de belangen van de wijk en waar nodig deze onder de aandacht brengen van de bestuurlijke en ambtelijke organisaties van de gemeente.

Het kiezen van een voorzitter van een wijkraad/dorpsraad uit zijn midden betekent dat deze

ook onafhankelijker en zelfstandiger kan opereren, hetgeen meer past in een dualistisch bestel.

Artikel 8

Taakomschrijving (wijkcoördinator)

De wijkcoördinator fungeert als eerste aanspreekpunt voor de wijkraad/dorpsraad namens de gemeente.

Hij structureert het overleg met de betrokken partners zoals:

– de gemeentelijke diensten, zoals de dienst Stadsbeleid, die verantwoordelijk is voor het beleid;

– de gebiedsbeheerder, die verantwoordelijk is voor het beheer openbare ruimte ;

– de andere partners in het wijkbeheer, zoals politie, opbouwwerk en bouwvereniging

Artikel 9

Wijkplan.

Uitgangspunt voor de plannen in een wijk/dorp is het wijkplan, een meerjarig plan, waarin de belangrijkste voornemens met betrekking tot de wijk zijn aangegeven. Dit plan, dat in nauw overleg en met inbreng van de wijkraad/dorpsraad tot stand komt, is de basis voor een jaarlijks uitvoeringsplan. In dit uitvoeringsplan kunnen ook budgetten worden opgenomen die de wijkraad/dorpsraad naar eigen inzicht kan besteden, buiten die voor de reguliere werkzaamheden. Uitgangspunt is dat het college, via de wijkcoördinator , zorg draagt voor de uitvoering van de besluiten van de wijkraad/dorpsraad.

Het wijkplan/dorpsplan en bijbehorende uitvoeringsplan zijn bepalend voor de activiteiten in het werkgebied van de wijkraad/dorpsraad. Zij worden als bepalend aangemerkt, omdat het de bedoeling is dat de wijkraad/dorpsraad zich bij zijn werkzaamheden vooral richt op het bevorderen van de totstandkoming van het plan en op noodzakelijke activiteiten in haar specifieke werkgebied die binnen het kader van die plannen vallen.

Artikel 10

Taakomschrijving

De taakomschrijving is bewust kort gehouden. Over het algemeen hebben de thema’s voor de wijkraad/dorpsraad betrekking op leefbaarheid, veiligheid, sociaal cultureel welzijn en beheer en inrichting van de openbare ruimte. De taakomschrijving is wel beperkt tot zaken die de wijk specifiek aangaan. Dat kunnen ook zijn zaken van algemeen beleid, voorzover die in deelplannen naar het betreffende gebied vertaald worden. Een voorbeeld is het wegenbeheersplan. Het algemeen beleid is een centrale zaak , over de uitwerking naar dorpen/wijken mag de dorpsraad/wijkraad zich uitspreken.

Specifiek wordt aangegeven dat de wijkraad/dorpsraad steeds wordt betrokken bij de eerste planvorming van deze zaken, uiteraard alleen voorzover het hun werkgebied specifiek aangaat.

Bij deze werkzaamheden wordt de wijk-/dorpsraad geacht te handelen overeenkomstig de mening en gevoelens van de wijk-/dorpsbewoners; hun achterban. Het oogmerk bij dit werk is het woon- en leefklimaat in de wijk/het dorp te bewaken, in stand te houden en zonodig te verbeteren. Tevens wordt de wijkraad/dorpsraad geacht de betrokkenheid van burgers bij hun directe leefomgeving te vergroten, hun mening goed te vertolken en een merkbare rol te geven bij het totstandkomen van voorgenomen verbeteringen in zijn directe woon- en leefomgeving.

De wijkraad/dorpsraad wordt tevens geacht naast een signalerende en adviserende functie (over het woon- en leefklimaat in hun directe specifieke werkgebied) ook expliciet een intermediaire rol ( tussen het bestuursorgaan en de wijk/het dorp) en een verwijzende functie ( voor bewoners/belanghebbenden in hun werkgebied ) te vervullen. Deze rollen bevorderen de communicatie, begrip en betrokkenheid tussen alle van belang zijnde actoren.

Artikel 11

Bevoegdheden

De positie van de wijkraad/dorpsraad is hier in het algemeen adviserend en initiërend. In specifieke gevallen heeft de wijkraad/dorpsraad beslissende bevoegdheden. Onontbeerlijk voor een goed functionerende wijkraad/dorpsraad is een adequate tijdige informatie. Om die reden is informatieplicht als uitgangspunt opgenomen, waarbij aan de wijkraad/dorpsraad een even grote voorbereidingstermijn als de overige commissies moet worden gegund (10 dagen). Een apart lid is opgenomen over een adviserende bevoegdheid naar instanties die eveneens wijkge- bonden werken, zoals politie , bouwvereniging en opbouwwerk. De wijkraad/dorpsraad fungeert dan als klankbord naar die instanties. Het is de bedoeling dat deze instanties ook participeren in het gebieds- en wijkgericht werken van de gemeente. De bepaling dat het advies van de wijkraad/dorpsraad niet bindend is ( anders dan bij artikel 8 ), werd opgenomen omdat de besluitvormende bevoegdheid ligt bij het bestuursorgaan waaraan de wijk-/dorpsraad advies uitbrengt i.c. het college van burgemeester en wethouders. Het college geeft goed gemotiveerd aan waarom in voorkomende gevallen van een advies wordt afgeweken.

Hoofdstuk 4 Functioneren wijkraad/dorpsraad .

Artikel 13

Vergoedingen

De wijkraad/dorpsraad ontvangt jaarlijks een (werk-)budget ten behoeve van zijn functioneren

(organisatiekosten: secretaristaken; representatie; scholing ) en voor maatregelen ter verbetering van de leefbaarheid in de wijk/het dorp. Hierdoor wordt gestimuleerd dat hij initiatieven kan ontplooien. Daarnaast ontvangen de leden van de wijkraad/dorpsraad een vrijwilligersvergoeding.

Artikel 14

Inspraak

De bedoeling van dit artikel is dat de wijkraad/dorpsraad, nadat een voorgenomen besluit is genomen waarbij de wijkraad dorpsraad in eerste instantie bij is betrokken, zich kan uitspreken over de mate waarin inspraak noodzakelijk/ gewenst is. Overigens dient bedacht te worden dat de betrokkenheid van de wijkraad/dorpsraad nooit volledig in de plaats kan treden van de inspraak van de individuele burger. Wel kan inspraak in overleg met de wijkraad/dorpsraad op de meest gewenste maat worden vorm gegeven.

De overige artikelen spreken voor zich.