Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR46670
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR46670/1
Nota Standplaatsenbeleid 2008
Geldend van 06-06-2008 t/m heden
Intitulé
Nota Standplaatsenbeleid 2008Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst
Nota Standplaatsenbeleid 2008
1. Inleiding
Met het standplaatsenbeleid wil het gemeentebestuur de verkoop van goederen op een
bepaalde plek in de gemeente regelen. Het gaat dan bijvoorbeeld om de kraam van de
kaasboer of de verkoop van Vietnamese loempia’s.
In verband met deregulering van de APV en het relevante beleid wordt het
standplaatsenbeleid herzien. De criteria voor het standplaatsenbeleid zijn te vinden in de
toepasselijke regelgeving zoals de APV.
2. Juridisch Kader
Op het innemen van standplaatsen is onder andere de volgende voorschriften van
toepassing:
Op grond van artikel 5.3.2 lid 6 van de APV 2007 kan de standplaatsvergunning worden
geweigerd:
- -
in het belang van de openbare orde;
- -
in het belang van het voorkomen of beperken van overlast;
- -
in het belang van de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving;
- -
in het belang van de verkeersvrijheid of -veiligheid;
- -
wanneer als gevolg van bijzondere omstandigheden in de gemeente of in een deel
der gemeente redelijkerwijs te verwachten is dat door het verlenen van de
vergunning een redelijk verzorgingsniveau voor de consument ter plaatse in
gevaar komt;
- -
gelet op de ruimtelijke omstandigheden ter plaatse;
- -
gelet op de grootte en/of het uiterlijk van de verkoopinrichting.
Naast de toepasselijke jurisprudentie zijn ook de overige publiekrechtelijke bepalingen
van toepassing:
- -
de Grondwet;
- -
de Wet op de Ruimtelijke Ordening;
- -
de Winkeltijdenwet;
- -
de Warenwet;
- -
de wet Milieubeheer;
- -
de Zondagswet;
- -
de Vreemdelingenwet;
- -
de relevante provinciale bepalingen;
- -
het relevante Bestemmingsplan.
3. Beleid standplaatsen
Soorten standplaatsen
Onder de werkingssfeer van artikel 5.3.2 van de APV valt een diversiteit aan
standplaatsen.
Genoemd kunnen worden:
1.de vaste standplaats: op een aangewezen locatie die op alle werkdagen kan
worden bezet door verschillende vergunninghouders gedurende minimaal een
dagdeel en maximaal 3 dagen per week;
2.de zes weken standplaats: op een aangewezen locatie die gedurende een periode
van maximaal zes weken aaneengesloten kan worden bezet door dezelfde
vergunninghouder, met een verlengingsmogelijkheid van maximaal nogmaals zes
weken;
3.de vijf dagen standplaats: op een willekeurige locatie die gedurende maximaal vijf
dagen per jaar door een vergunninghouder kan worden bezet. Het maximum van 5
dagen per jaar geldt per persoon.
4.de maatschappelijke standplaats. Op een aangewezen locatie voor
dienstverlening waarmee een maatschappelijk belang wordt gediend. Zoals een
informatiebus van een zorgverzekeraar.
Ad 1 De vaste standplaats
Door het college zijn in diverse wijken locaties aangewezen, waar een standplaats kan
worden ingenomen door verschillende vergunninghouders. Een overzicht is opgenomen
in dit beleid. De tekeningen zijn bijgevoegd.
Overige voorschriften vaste standplaats:
- a.
de vergunning is voor onbepaalde tijd;
- b.
de vergunning is niet overdraagbaar.
Ad 2. De zes weken standplaats
Door het college zijn locaties aangewezen, waar gedurende zes weken een standplaats
kan worden ingenomen. Een overzicht is opgenomen in het beleid. De tekeningen zijn
bijgevoegd.
Overige voorschriften vergunning zes wekenstandplaats:
a.de vergunning is voor maximaal zes weken per kalenderjaar met een verlenging van
maximaal zes weken;
b.de vergunning is niet overdraagbaar.
Ad 3. De vijf dagen standplaats
Het gemeentebestuur wil dat op elke willekeurige plek gedurende 5 dagen door een
persoon een standplaats kan worden ingenomen. Deze standplaats dient wel te voldoen
aan de relevante voorschriften van de APV en bovengenoemde voorschriften van
paragraaf 2.
Gelet op de bijzondere situatie op het Sint Jorisplein is er een locatie aangewezen waar
één of meer vijf dagen standplaatsen gesitueerd kunnen worden. Dit gebied is bepaald
met inachtneming van de betrokken belangen zoals doorstroming van het verkeer,
veiligheid en bereikbaarheid voor hulpdiensten en zichtlijnen. Een aanvraag voor een vijf
dagen standplaats op het Sint Jorisplein op een andere locatie dan aangegeven op de bij
deze beleidsnotitie horende tekening zal om die reden afgewezen worden tenzij zeer
bijzondere omstandigheden aanleiding geven tot afwijking.
Overige voorschriften vergunning vijf dagen standplaats:
- a.
looptijd van maximaal 5 dagen per jaar;
- b.
de vergunning is niet overdraagbaar.
Ad 4 Standplaats met maatschappelijk belang
Overige voorschriften standplaats met maatschappelijk belang
- a.
de looptijd is voor bepaalde tijd;
- b.
de vergunning is niet overdraagbaar.
Overzicht standplaatsen en vergunningen
Zie bijgevoegde tekeningen. Deze maken deel uit van de beleidsnota.
Vaste standplaats:
- -
Bolnes winkelcentrum/ Amerstraat (2 plaatsen, 40 m2)
- -
Plein Oost/De Genestetstraat (1 plaats, 40 m2)
- -
Drievliet/ Vlietplein (1 plaats, 37 m2) Dit is een flexibele standplaats. Afhankelijk
waar ze aan het bouwen of graven zijn, wordt op aanwijzing van de opzichter een
standplaats aangewezen.
- -
Rijsoord/Vlasstraat (1 plaats, 40 m2)
- -
Slikkerveer/Dillenburgplein (1 plaats, 40 m2) Tijdelijk buiten gebruik voor 2 jaar.
De stroomkosten elektriciteitsaansluiting worden doorberekend door de gemeente.
- -
Centrum/Havenstraat trottoir t.o.v. Bas van der Heijden (1 plaats,15m2)
- -
Centrum/Baljuwstraat (1 plaats, 35 m2)
- -
Fast Ferry/Schans (1 tijdelijke standplaats,30m2)
- -
Bedrijventerrein Donkersloot-Zuid/Tinstraat (1 plaats, 40 m2)
Zes weken standplaats:
- -
Bolnes winkelcentrum/Amerstraat (1 plaats, 40 m2)
- -
Dillenburgplein (1 plaats, 40 m2) Stroomkosten elektriciteitsaansluiting worden
doorberekend door de gemeente.
-Ridderhof (1 plaats,52 m2)
5 dagen standplaats:
- -
op elke willekeurige plek
- -
Sint Jorisplein(1 plaats, 25 m2)
Standplaatsen op particulier terrein
Op grond van artikel 5.3.2 lid 3 van de APV is het de rechthebbende op een perceel
verboden toe te staan, dat daarop zonder vergunning van burgemeester en wethouders
een standplaats wordt ingenomen. Ook voor standplaatsen op particuliere grond gelden
dezelfde criteria als voor standplaatsen op grond die eigendom is van de gemeente.
Kosten standplaats
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een standplaats dient de
aanvrager altijd leges te betalen. Voor het gebruik van gemeentegrond dient ook
precariorechten te worden betaald.
Veiligheid Vergunningen en Handhaving
Handhaving
De handhaving en controle van de standplaatsvergunningen geschiedt primair door de
politie en de medewerkers van de afdeling Veiligheid, Vergunningen en Handhaving.
Voorschriften aan de standplaatsvergunning
Naast de algemene voorschriften van de standplaatsvergunning worden nog de volgende
voorschriften opgenomen in de standplaatsvergunning:
1.U dient deze vergunning op de standplaats aanwezig te hebben en op verzoek van de toezichthouders of
politie te laten zien. Indien u de vergunning niet kunt tonen, zullen zij u opdragen te vertrekken.
2.U dient de blindenroute vrij te houden en het winkelend publiek dient onbelemmerd doorgang te kunnen
vinden;
3.Kramen en uitstallingen dienen zodanig te zijn gestald dat doorgangen en vluchtroutes over de volle
breedte worden vrijgehouden.
- 4.
Er mogen geen vlaggen, kabels, leidingen of reclameborden worden bevestigd aan bomen en struiken.
- 5.
Indien dringende redenen daartoe aanleiding geven, kan de standplaats tijdelijk elders of voor een andere
periode worden toegewezen.
- 8.
Er mag niet geloosd worden door de vergunninghouder op de openbare weg, het riool of (brand-) putten.
- 9.
De vergunning is niet overdraagbaar.
- 10.
De afstand tussen een kraam en de achterliggende bebouwing dient ten hoogste 8 meter te bedragen.
- 11.
Tussen de achterzijde van de kraam en de achterliggende bebouwing dient een strook van ten minste 1
meter breed te worden vrijgehouden.
12.Aan de voorzijde van de kraam moet een rijbaan van tenminste 4 meter breed en 4,20 meter hoog
beschikbaar zijn voor hulpdiensten, gerekend vanaf de uitstalling of uitbouw van de kraam.
Indien van toepassing Bakken en Braden:
1.Drukhouders met vloeibaar gas moeten buiten het bereik van onbevoegden op een veilige en goed
geventileerde plaats worden opgesteld.
2.Een flessengasinstallatie moet voldoen aan de eisen en bepalingsmethoden voor huishoudelijke
gasleidinginstallaties vermeld in NEN 1078, uitgave 1999.
3.Een gasfles én afsluiter moeten zijn voorzien van een door de Lloyd’s Register - Stoomwezen erkend geldig
keurmerk.
- 4.
De waterinhoud van de gevulde en lege drukhouders gezamenlijk mag niet meer bedragen dan 110 liter.
- 5.
De verwarming of bakinstallatie moet door middel van een met deugdelijke slangenklemmen bevestigde en
goedgekeurde hogedrukslang aan de drukhouder zijn aangesloten. De hogedrukslang moet voldoen aan de
richtlijnen vermeld in NPR 3378-0, uitgave 1999.
6.Nabij de bakinstallatie moeten één of meer passende onbrandbare deksels aanwezig zijn om de
bakpan(nen) bij het in brand geraken van de inhoud te kunnen afdekken.
Bij de bakinstallatie moet een geschikt blusmiddel met een minimale inhoud van 2 kg, gebruiksgereed
beschikbaar, aanwezig zijn.
Aldus vastgesteld op 27 mei 2008.
Het college van burgemeester en wethouders,
De burgemeester de secretaris,
…………….. ………………
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl