Eilandsverordening Havenfaciliteiten Saba 2005

Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Intitulé

Eilandsverordening Havenfaciliteiten Saba 2005

HOOFDSTUK 1

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze Eilandsverordening wordt verstaan onder:

  • a.

    het Eilandgebied: het Eilandgebied Saba;

  • b.

    de Eilandsraad: de Eilandsraad van het Eilandgebied Saba;

  • c.

    het Bestuurscollege: het Bestuurscollege van het Eilandgebied Saba;

  • d.

    havens: de havens, baaien en reden, alsmede de daarbij inbegrepen en bijbehorende gronden van het Eilandgebied Saba, zoals aangegeven op de bij deze verordening behorende en als zodanig gewaarmerkte tekening;

  • e.

    ton: bruto-register-ton, zijnde een inhouds maat van 2.83 kubieke m3;

  • f.

    vaartuig: middel van vervoer op-, in- of onder water;

  • g.

    schepen: alle vaartuigen, hoe dan ook genaamd en van welke aard dan ook:

  • h.

    stoom en/of motorschepen: vaartuigen, welke uitsluitend- of hoofdzakelijk worden voortbewogen door één of meer machines;

  • i.

    vissersboten: vaartuigen, uitsluitend- of hoofdzakelijk ingericht voor de uitoefening van de beroepsvisserij, met een inhoud van maximaal 100 ton, welke toebehoren aan in het hevolkingsregister van het Eilandgebied Saba ingeschreven personen;

  • j.

    vissersschepen: vaartuigen, uitsluitend- of hoofdzakelijk ingericht voor de uitoefening van de beroepsvisserij;

  • k.

    zeilschepen: vaartuigen, welke als zodanig getuigd, uitsluitend- of hoofdzakelijk door windkracht en met gebruikmaking van één of meer zeilen worden voortbewogen;

  • l.

    toeristenschepen/ferries: vaartuigen, welke uitsluitend- of hoofdzakelijk met winstoogmerk zijn ingericht voor het aanvoeren en/of medenemen (tegen betaling) van passagiers;

  • m.

    jachten: vaartuigen, welke uitsluitend- of hoofdzakelijk zijn ingericht als pleziervaartuig ten behoeve van de eigenaar, diens vertegenwoordiger(s) of diens gebruiker(s);

  • n.

    sportvaartuigen: vaartuigen, welke uitsluitend- of hoofdzakelijk zijn ingericht en worden gebruikt voor de beoefening van één of meer sporten, zoals sportvissen, duiken en snorkelen;

  • o.

    staatsvaartuigen: vaartuigen, uitsluitend gebruikt ten behoeve van militaire-, douane-, politie-, diplomatieke- en/of andere officiële diensten, waaronder eilandelijke diensten;

  • p.

    bunkerende schepen: vaartuigen, welke een haven uitsluitend aandoen om brandstof in te nemen of te lossen en na de inname dan wel lossen van brandstof niet langer dan vijf uren langszij blijven liggen, terwijl niet meer dan vijf passagiers aangebracht of meegenomen worden en niet meer dan twee ton goederen gelost of geladen worden. Proviandering blijft hierbij buiten beschouwing;

  • q.

    lichters: lichters, dokken, drijvende werktuigen en dergelijke vaartuigen, welke niet- dan met behulp van één of meer andere vaartuigen kunnen worden verplaatst;

  • r.

    kapitein: de gezagvoerder of schipper van een vaartuig;

  • s.

    havenmeester: de door het Bestuurscollege van het Eilandgebied Saba als zodanig aangestelde ambtenaar of diens plaatsvervangers(s);

  • t.

    dingy: klein vaartuig of schip welke exclusief wordt gebruikt als bijboot voor een groter vaartuig of schip. Voor de berekening van de te betalen vergoedingen volgens de genoemde verordening wordt 1 (één) dingy per vaartuig, schip, boot, vaartuig, of jacht vrijgesteld van betaling van welke vergoeding dan ook;

  • u.

    motorrijtuigen: auto’s of voertuigen, welke bedoeld zijn om volledig aangedreven te worden door mechanische aandrijving, welke binnen dan wel buiten het voertuig is aangebracht;

  • v.

    trailers: voertuigen, aangedreven door motorrijtuigen of bedoeld om als zodanig voortbewogen te worden.

HOOFDSTUK 2

Artikel 2 Liggelden/wharfage

  • 1. Voor het liggen, meren en/of ankeren in havens en/of daarin aanwezige voorzieningen, zoals pieren, meerstoelen en boeien, door vaartuigen is liggeld/wharfage verschuldigd overeenkomstig het in hoofdstuk 2 bepaalde.

  • 2. Met de in lid 1 bedoelde vaartuigen worden gelijkgesteld die vaartuigen, die in de havens langzij enig vaartuig liggen.

Artikel 3 Vrijstelling van betaling van liggelden/wharfage

Vrijgesteld van de betaling van liggelden/wharfage als bedoeld in hoofdstuk 2 zijn:

Toeristenschepen/ferries, staatsvaartuigen, vissersboten en sportvaartuigen.

Artikel 4 Liggelden/wharfage

Liggelden/wharfage voor het gebruik maken van vastliggen aan de pier(en) bedraagt voor:

1.Vaartuigen:

Naf. 3,00 per voet (Naf. 9,00 per meter) voor de eerste 24 uur;

Naf. 4,00 per voet (Naf. 12,00 per meter) voor de tweede en de daaropvolgende(n) 24 uur (of een deel daarvan).

2.Liggelden/wharfage voor vaartuigen die de havens aandoen uitsluitend met het doel een reparatie te ondergaan:

Naf. 100,00 voor de eerste 48 uur;

Naf. 100,00 voor elke additionele 24 uur (of een deel daarvan).

Artikel 5 Havengelden

Havengelden worden geheven voor het gebruik maken van de territoriale wateren van het Eilandgebied Saba.

1.Havengelden voor stoom- en/of motorschepen en vissersschepen:

0 – 150 ton Naf. 25,00 voor de eerste 24 uur (Naf. 35,00 voor elke additionele 24 uur of een deel daarvan);

151 – 300 ton Naf. 50,00 voor de eerste 24 uur (Naf. 70,00 voor elke additionele 24uur of een deel daarvan);

301 - 500 ton Naf. 75,00 voor de eerste 24 uur (Naf. 100,00 voor elke additionele 24uur of een deel daarvan);

501 - 1000 ton Naf. 150,00 per 24 uur;

1001 ton en hoger Naf. 250,00 per 24 uur.

2.Havengelden voor zeilschepen:

0 – 100 ton Naf. 15,00 per 24 uur;

101 ton en hoger Naf. 25,00 per 24 uur.

3.Havengelden voor jachten en sportvaartuigen:

0 – 150 ton Naf. 100,00 per 24 uur;

151 ton en hoger Naf. 150,00 per 24 uur.

4.Havengelden voor lichters en bunkerende schepen:

0 – 1000 ton Naf. 300,00 per 24 uur;

1001 ton en hoger Naf. 400,00 per 24 uur.

5.Havengelden welke maandelijks verschuldigd zijn voor schepen welke toebehoren aan in het sabaanse bevolkingsregister ingeschreven personen.

Jachten/zeilschepen/dingy:

0 – 25 voet (0 – 7,5 meter) Naf. 20,00 per maand;

groter dan 26 voet (> dan 7,5 meter) Naf. 30,00 per maand.

Vissersboten:

0 – 25 voet (0 – 7,5 meter) Naf. 50,00 per maand;

groter dan 26 voet )(> dan 7,5 meter) Naf. 100,00 per maand.

Sportvaartuigen:

0 – 25 voet (0 – 7,5 meter) Naf. 250,00 per maand;

groter dan 26 voet) (> dan 7,5 meter) Naf. 350,00 per maand.

HOOFDSTUK 3

Artikel 6 Vertrekvergoeding

De vertrekvergoeding dient te worden betaald bij vertrek door alle schepen met betalende passagiers. Bemanningsleden van deze schepen zijn uitgezonderd van de betaling van deze vergoeding.

De vergoeding is Naf. 9,00 of USD 5,00 per vertrekkende passagier.

Artikel 7 Gebruikersvergoeding voor de havenfaciliteiten

Voor het gebruik of doen gebruiken van faciliteiten, aanwezig in de haven(s), is een vergoeding verschuldigd, overeenkomstig het in de artikelen 7 t/m 11 bepaalde.

De gebruikersvergoeding is Naf. 0,00 per maand per eigenaar of aandeelhouder van bedrijven welke zaken doen op de haventerrein(en) of de scheepsagent van elk schip welke Saba op zijn minst drie maal per maand aandoet.

Artikel 8 Vrijstelling van de gebruikersvergoeding

Vrijgesteld van de betaling van de gebruikersvergoeding van artikel 7 zijn de staatsvaartuigen.

Artikel 9 Gebruikersvergoeding voor de havenpier

De gebruikersvergoeding voor het vervoer van lading en/of pallets over de pieren en/of werven bedraagt het volgende:

Motorrijtuigen: Naf. 300,00 per stuk;

Schepen: Naf. 300,00 per stuk;

Zwaar materieel/motoren/generators: Naf. 400,00 per stuk;

Motorrijwielen: Naf. 100,00 per stuk;

Pallet Cement/Bouwblokken: Naf. 2,00 per pallet;

Zand/Grind: Naf. 10,00 per 1000 kg/ton geïmporteerd en Naf. 2,00 geëxporteerd;

Staal: Naf. 10,00 per 1000 kg/ton;

Vee: Naf. 10,00 per stuk.

Artikel 10 Gebruikersvergoeding voor containers, vorklifts, pallets, kabelhaspels en olie/brandstofdrums

Voor de opslag in de haven(s) van containers, truck trailers en opleggers, met of zonder lading, wordt de vergoeding als volgt vastgesteld:

0 – 20 voet (0-6 meter) Naf. 10,00 per 24 uur;

langer dan 21 voet (>6 meter) Naf. 15,00 per 24 uur.

Voor de opslag in de haven(s) van pallets, kabelhaspels en olie/brandstofdrums, met of zonder lading, wordt de vergoeding als volgt vastgesteld:

Pallets, kabelhaspels en olie/brandstofdrums: Naf. 5,00 per 24 uur na 24 uur (de eerste 24 uur zijn vrijgesteld).

Voor het gebruik van de vorklift: Naf. 5,00 per lift.

Artikel 11 Gebruikersvergoeding voor bootoplegger(s)

Boottrailer opslag op de haventerrein(en) of op de bootopslagterrein(en);

Naf. 5,00 per voet ² (Naf. 15,00 per meter²) per jaar (of een gedeelte van het jaar).

Artikel 12 Gebruikersvergoeding voor visschuur

Voor het gebruik maken van de de visschuren in de haven wordt de vergoeding als volgt vastgesteld:

Visschuur: Naf. 150,00 per maand

HOOFDSTUK 4

Artikel 13 Scheepsregistratie

Scheepsregistratie: Voor de scheepsregistratie van boten welke voornamelijk actief zijn in de territoriale wateren van Saba. De scheepsregistratie is geldig voor een periode van vijf jaren.

Zeilschepen/jachten/dingy: Naf. 6,00 per voet (Naf. 18,00 per meter)

Vissersboten/sportvaartuigen: Naf. 10,00 per voet (Naf. 30,00 per meter) Overige schepen: Naf. 10,00 per voet (Naf. 30,00 per meter)

Bootkeuring: Voor de jaarlijkse inspectie van de op Saba geregistreerde schepen.

Zeilschepen/jachten/dingy: Naf. 100.00

Vissersboten/sportvaartuigen: Naf. 200.00

Artikel 14 Visvergunningen

Ten bate van het Eilandgebied Saba worden voor de hierna uit te geven jaarlijkse visserijvergunningen, gebaseerd op de Visserijverordening Saba 1996, retributies geheven naar de volgende grondslagen en tarieven:

No.

Omschrijving van de vergunning

Naf.

Commerciële visvergunning

1

Commerciële visvergunning: voor alle boten welke in de territoriale wateren van Saba vissen (12 mijls zone) en in de economische visserijzone

250,00

Recreatieve visvergunning

2

Recreatieve visvergunning: voor alle boten welke vissen in de territoriale wateren (12 mijls zone) van Saba

50,00

Artikel 15 Verwijderingsvergoeding

The Harbor Master is bevoegd om lading en/of pakketten en/of ongebruikte/achtergelaten pallets en/of ongebruikte/achterlaten (ver)pakkingsmateriaal van de haventerrein(en) te verwijderen. De verwijderingsvergoeding is Naf. 50,00 per geval.

Hoofdstuk 5

Artikel 16 Wie dient gelden en vergoedingen te voldoen?

Alle gelden en vergoedingen, als vermeld in deze verordening, zijn verschuldigd door de op het Eilandgebied aanwezige c.q. gevestigde vertegenwoordigers van scheepvaartmaatschappijen en bij gebreke daarvan de desbetreffende kapiteins, vervoerders, eigenaren, huurders or gebruikers.

Artikel 17 Betalingsregels

  • 1. De betaling van liggelden/havengelden c.q. gebruikersvergoedingen geschiedt voor het vertrek van het vaartuig c.q. direct na afloop van het gebruik ten kantore van de havenmeester, dan wel aan een daartoe door het Bestuurscollege aangewezen ambtenaar. Het nalaten hiervan kan als gevolg hebben dat de verschuldigde gelden verhoogd worden met een 100% boete.

  • 2. Van elke betaling wordt terstond een ontvangstbewijs afgegeven, dat op eerste aanvraag moet worden getoond aan de ambtenaar c.q. ambtenaren belast met de uitvoering van deze verordening.

  • 3. Indien mocht blijken dat ten onrechte geen- of minder geld- of vergoeding is betaald, wordt het niet-betaalde, doch wel verschuldigde, met een viervoud verhoogd.

  • 4. Artikel 15.3 wordt alleen dan niet uitgevoerd indien het niet- of te weinig betaalde de schuldenaar niet verwijtbaar is.

Artikel 18 Verplichte gegevensverstrekking

De in artikel 15 bedoelde personen en instaties zijn ten alle tijden verplicht de met de uitvoering van deze verordening belaste ambtenaar c.q. ambtenaren alle gegevens te verstrekken, die nodig geacht worden voor een juiste berekening van de liggelden/havengelden c.q. gebruikersvergoedingen.

Artikel 19 Procedure verzoek tot ontheffing van bepaling(en) verordening

Indien strikte toepassing van deze verordening zou leiden tot een kennelijke onredelijkheid, is het Bestuurscollege bevoegd, bij gemotiveerd besluit en slechts op schriftelijk verzoek van de belanghebbende, ontheffing te verlenen van één of meer bepalingen van deze verordening.

Artikel 20 Procedure tot het stellen van nadere regelen

  • 1. Het Bestuurscollege is bevoegd bij Eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van de bepalingen van deze verordening, nadere regelen te stellen.

  • 2. Een besluit, als bedoeld in het eerste lid, verbindt niet, dan nadat dit is medegedeeld aan de Eilandsraad en behoorlijk is afgekondigd.

HOOFDSTUK 6

Artikel 21 Bestuursdwang

  • 1. Onder bestuursdwang wordt verstaan: het door feitelijk handelen door of vanwege het bestuurscollege optreden tegen hetgeen in strijd met deze verordening wordt gedaan, gehouden of nagelaten.

  • 2. Dit artikel is niet van toepassing indien wordt opgetreden ter onmiddelijke handhaving van de openbare orde.

  • 3. Een beslissing tot bestuursdwang wordt op schrift gesteld. De schriftelijke beslissing is een beschikking.

  • 4. De beschikking vermeldt welk voorschrift is of wordt overtreden.

  • 5. De bekendmaking geschiedt aan de overtreder, aan de rechthebbenden op het gebruik van de zaak ten aanzien waarvan bestuursdwang zal worden toegepast en de aanvrager.

  • 6. In de beschikking wordt een termijn gesteld waarbinnen de belanghebbenden de tenuitvoerlegging kunnen voorkomen door zelf maatregelen te treffen. Het bestuurscollege omschrijft de te nemen maatregelen.

  • 7. Geen termijn behoeft te worden gegund, indien de vereiste spoed zich daartegen verzet.

  • 8. Indien de situatie dermate spoedeisend is dat het bestuursorgaan de beslissing tot toepassing van bestuursdwang niet tevoren op schrift kan stellen, zorgt het alsnog zo spoedig mogelijk voor de opschriftstelling en bekendmaking.

Artikel 22 Kosten bestuursdwang

  • 1. De overtreder is de kosten van de toepassing van bestuursdwang verschuldigd, tenzij de kosten redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoren te komen.

  • 2. De beschikking vermeldt dat de toepassing van de bestuursdwang geschiedt op kosten van de overtreder.

  • 3. Indien de kosten geheel of gedeeltelijk niet ten laste van de overtreder zullen worden gebracht, wordt zulks in de beschikking vermeld.

  • 4. Onder de kosten van bestuursdwang worden ook de kosten begrepen die ter voorbereiding van de bestuursdwang zijn gemaakt nadat de termijn bedoeld in artikel 21 lid 6 is verstreken.

  • 5. De kosten zijn ook verschuldigd indien de bestuursdwang door opheffing van de onwettige situatie niet of niet volledig is uitgevoerd.

Artikel 23 Invordering kosten bestuursdwang

  • 1. Het bestuurscollege kan bij dwangbevel de ingevolge artikel 22 verschuldigde kosten invorderen, verhoogd met de kosten van de invordering zelf.

  • 2. Het dwangbevel wordt op kosten van de overtreder bij deurwaarders-exploot betekend en ten uitvoer gelegd op de wijze zoals in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van de Nederlandse Antillen ten aanzien van vonnissen en authentieke akten voorgeschreven.

  • 3. Binnen dertig dagen na dagtekening staat verzet tegen het dwangbevel open door dagvaarding van het Eilandgebied.

  • 4. Het verzet schorst de tenuitvoerlegging.

Artikel 24 Opleggen van een dwangsom

  • 1. Een bestuursorgaan dat bevoegd is bestuursdwang toe te passen kan in plaats daarvan de overtreder een last onder dwangsom opleggen.

  • 2. Een last onder dwangsom strekt ertoe de overtreding ongedaan te maken of verdere overtreding dan wel een herhaling van de overtreding te voorkomen.

  • 3. Het bestuurscollege stelt de dwangsom vast hetzij op een bedrag ineens, hetzij op een bedrag per tijdseenheid, waarin de last niet is uitgevoerd, dan wel per overtreding van de last. Het bestuurscollege stelt tevens een bedrag vast waarboven geen dwangsom meer wordt verbeurd. Het vastgestelde bedrag staat in redelijke verhouding tot de zwaarte van het geschonden belang en de beoogde werking van de dwangsomoplegging.

  • 4. In de beschikking tot oplegging van een last onder dwangsom die strekt tot het ongedaan maken van een overtreding of het voorkomen van verdere overtreding wordt een termijn gesteld gedurende welke de overtreder de last kan uitvoeren zonder dat een dwangsom wordt verbeurd.

  • 5. Verbeurde dwangsommen komen toe aan het Eilandgebied. Het bestuurscollege kan bij dwangbevel het verschuldigde bedrag, verhoogd met de invorderingskosten, invorderen. Artikel 23 is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 25 Opschorting, opheffing en vermindering van de dwangsom

  • 1. Het bestuurscollege kan op verzoek van de overtreder de last onder dwangsom opheffen, de looptijd ervan opschorten voor een bepaalde termijn of de dwangsom verminderen ingeval van blijvende of tijdelijke gehele of gedeeltelijke onmogelijkheid voor de overtreder om aan zijn verplichting te voldoen.

  • 2. Het bestuurscollege kan op verzoek van de overtreder de last opheffen indien de beschikking een jaar van kracht is geweest zonder dat de dwangsom is verbeurd.

Artikel 26 Verjaring

De bevoegdheid tot invordering van verbeurde bedragen verjaart door verloop van zes maanden na de dag waarop zij zijn verbeurd.

Artikel 27 Inwerkingtreding verordening

Deze verordening kan worden aangehaald als "Eilandsverordening Havenfaciliteiten Saba 2005" en treedt in werking op de dag, volgende op de dag van afkondiging.