Brandbeveiligingsverordening Stadskanaal 2010

Geldend van 03-05-2012 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-04-2012

Intitulé

Brandbeveiligingsverordening Stadskanaal 2010

De raad van de gemeente Stadskanaal;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van d.d. 1 oktober 2010, R 6798;

gelet op artikel 3 lid 2 Wet veiligheidsregio's;

besluit:

vast te stellen de navolgende "Brandbeveiligingsverordening Stadskanaal 2010".

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    een inrichting:

  • een voor mensen toegankelijke ruimtelijk begrensde plaats voor zover die geen bouwwerk is;

  • b.

    bouwwerk:

  • elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.

Artikel 2 Verbodsbepaling

  • 1.

    Het is verboden zonder of in afwijking van een door het college verleende gebruiksvergunning een inrichting in gebruik te hebben of te houden, voor zover daarin:

    • a.

      meer dan vijftig personen tegelijk aanwezig zullen zijn of,

    • b.

      aan meer dan tien personen bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft, of

    • c.

      aan meer dan tien personen jonger dan twaalf jaar, of aan meer dan tien lichamelijk of geestelijk gehandicapte personen dagverblijf zal worden verschaft.

  • 2.

    Het college kan aan de gebruiksvergunning voorwaarden verbinden met inachtneming van het gestelde in de artikelen 4 en 5.

  • 3.

    Het college kan aan de gebruiksvergunning nieuwe voorwaarden verbinden en gestelde voorwaarden wijzigen of intrekken, indien het belang, waarvoor de gebruiksvergunning is verleend, dit vereist op grond van een verandering van inzichten of verandering van de omstandigheden gelegen buiten de inrichting, opgetreden na het verlenen van de gebruiksvergunning.

  • 4.

    Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing.

Artikel 3 Weigeringgronden

Het college weigert een gebruiksvergunning, indien de in de aanvraag vermelde wijze van gebruik van de inrichting niet brandveilig is en door het stellen van voorschriften ook niet kan worden bereikt.

Artikel 4 Gebruikeisen

De eisen gesteld aan het brandveilig gebruik van bouwwerken in de artikelen 1.16, 1.17 en 6.5 en in de afdelingen 6.5, 6.6, 7.1 en 7.2 van het Bouwbesluit 2012 (Stb. 2011, 416 en 676) zijn van overeenkomstige toepassing op vergunningplichtige en niet vergunningplichtige inrichtingen.

Artikel 5 Brandveiligheidsvoorzieningen

De eisen gesteld aan het brandveilig gebruik van bouwwerken in de afdelingen 6.7 en 6.8 van het Bouwbesluit 2012 (Stb. 2011, 416 en 676) zijn, met uitzondering van de artikelen 6.28, 6.29 en 6.39, van overeenkomstige toepassing op vergunningplichtige en niet vergunningplichtige inrichtingen.

Artikel 6 Melden van brand en broei

Ieder die brand of broei ontdekt of deze vermoedt, is verplicht dit onmiddellijk aan de brandweer te melden.

Artikel 7 Bossen, heidevelden, venen

De eigenaar van een aaneengesloten of vrijwel aaneengesloten opstand die voor meer dan de helft bestaat uit naaldhout, een heideveld, een veen of een ander erf of terrein, voor zover niet bedoeld in artikel 8, tweede lid, onder b van de Woningwet, en dat met brandbare gewassen is begroeid, is verplicht de voorschriften op te volgen, die het college geeft tot het voorkomen van brand en het beperken van de gevolgen van brand.

Artikel 8 Overgangsrecht

  • 1.

    Vergunningen die zijn verleend onder werking van de Brandbeveiligingsverordening van 1988 en de Brandbeveiligingsverordening, vastgesteld op 30 november 1998, en die van kracht zijn op het moment van inwerkingtreding van deze verordening, worden aangemerkt als vergunning krachtens deze verordening.

  • 2.

    Indien vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de Brandbeveiligingsverordening van 1998 is ingediend waarop nog niet is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

  • 3.

    Op bezwaarschriften, gericht tegen een beschikking op een aanvraag om vergunning krachtens de Brandbeveiligingsverordening van 1998, wordt beslist met toepassing van deze verordening.

Artikel 9 Intrekking oude verordening

De Brandbeveiligingsverordening, vastgesteld op 30 november 1998 wordt ingetrokken.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking één dag na de dag van bekendmaking en werkt terug tot 1 oktober 2010.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Brandbeveiligingsverordening Stadskanaal 2010.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 18 oktober 2010.
De raad
de raadsgriffier, de voorzitter,