Regeling vervallen per 01-01-2024

Procedureverordening tegemoetkoming in (plan)schade gemeente Veere 2013

Geldend van 08-02-2013 t/m 31-12-2023

Intitulé

Procedureverordening tegemoetkoming in (plan)schade gemeente Veere 2013

De raad van de gemeente Veere;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

Gelet op Hoofdstuk 6 Wet ruimtelijke ordening (Wro)

Besluit vast te stellen de:

Procedureverordening tegemoetkoming in schade gemeente Veere 2013

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

De regeling verstaat onder:

a. aanvraag: een verzoek van een belanghebbende om een besluit te nemen (artikel 1:3 Awb);

b. aanvrager: degene die een aanvraag om tegemoetkoming in de schade als bedoeld in artikel 6.1 Wro indient;

c. aanvraagformulier: een aanvraag om tegemoetkoming in schade wordt bij het bestuursorgaan ingediend met gebruikmaking van een door de raad vastgesteld formulier behorende bij deze verordening;

d. adviseur: een persoon of commissie, die geen deel uitmaakt van of werkzaam is onder verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan waaraan wordt geadviseerd, en die belast is met de advisering over de op de aanvraag te nemen beschikking. Deze adviseur wordt door het college van burgemeester en wethouders bij besluit aangewezen;

e. adviescommissie: schadebeoordelingscommissie als bedoeld in artikel 7 lid 5 van deze verordening;

f. Awb: Algemene wet bestuursrecht;

g. besluit: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling (artikel 1:3 Awb);

h. bestuursorgaan: het college van burgemeester en wethouders (aangesloten bij hoofdstuk 6 Wro);

i. Bro: Besluit ruimtelijke ordening;

j. college: het college van burgemeester en wethouders;

k. drempelbedrag: zie artikel 3 van deze verordening;

l. gemeente: gemeente Veere;

m. in behandeling nemen aanvraag: om een aanvraag in behandeling te kunnen nemen dient deze volledig te zijn aangeleverd en het drempelbedrag dient betaald te zijn;

n. planologische maatregel: oorzaak als bedoeld in artikel 6.1 lid 2 Wro;

o. procedure: het opstarten van het verdere verloop van de procedure nadat de aanvraag verder in behandeling genomen kan worden;

p. raad: gemeenteraad Veere;

q. schade: (plan)schade als bedoeld in artikel 6.1 lid 1 Wro;

r. tegemoetkoming in schade: zie schade;

s. wet: Wet ruimtelijke ordening (Wro);

t. WRO: Wet op de Ruimtelijke Ordening.

Artikel 2 Aanvraag tegemoetkoming in schade

  • 1 Een aanvraag tegemoetkoming in schade kan alleen aangevraagd worden bij een oorzaak als bedoeld in artikel 6.1 lid 2 van de wet;

  • 2 De raad stelt een aanvraagformulier tegemoetkoming in schade vast, welke behoort bij deze verordening. Alleen door het indienen van dit aanvraagformulier bij het bestuursorgaan kan tegemoetkoming in schade bij de gemeente aangevraagd worden;

  • 3 In het aanvraagformulier moet in ieder geval de mogelijkheid zijn om de vereisten conform artikel 6.1 lid 3 van de wet in aan te geven;

  • 4 Vanaf het moment dat het aanvraagformulier met bijbehorende bijlagen is ontvangen vangt de termijn aan;

  • 5 Van de ontvangst van het formulier wordt binnen drie weken na binnenkomst een ontvangstbevestiging gezonden;

  • 6 Indien het aanvraagformulier niet compleet is aangeleverd wordt door het bestuursorgaan een termijn van vier weken geboden te worden om alsnog het aanvraagformulier aan te vullen;

  • 7 Het bestuursorgaan stelt eventuele andere betrokken bestuursorganen en aan de belanghebbenden als bedoeld in artikel 6.4a lid 2 en 3 van de wet schriftelijk in kennis van de ontvangst van een aanvraag;

  • 8 Een aanvraag om tegemoetkoming in schade moet worden ingediend binnen de in artikel 6.1 lid 4 en 5 van de wet genoemde termijn.

Artikel 3 Drempelbedrag

  • 1 Conform artikel 6.4 van de wet is een recht (betaling) verplicht voor het in behandeling nemen van de aanvraag, het zogenoemde drempelbedrag;

  • 2 Na ontvangst van het aanvraagformulier zal door het bestuursorgaan een factuur verzonden worden voor het voldoen van het drempelbedrag;

  • 3 Het drempelbedrag is conform artikel 6.4 lid 3 van de wet vastgesteld voor de gemeente op € 325,- per aanvraag om schade;

  • 4 Het drempelbedrag dient binnen vier weken na de dag van verzending van de factuur betaald te zijn op de rekening van de gemeente;

  • 5 Indien een aanvraag wordt ingetrokken voordat er conform artikel 7 lid 2 offertes zijn opgevraagd kan om restitutie van het drempelbedrag worden verzocht. Daar het drempelbedrag bedoeld is om te dienen als kosten voor het in behandeling nemen van de aanvraag wordt dit na het opvragen van de offertes conform artikel 7 lid 2 niet meer terugbetaald.

Artikel 4 Besluit tot afwijzing van de aanvraag wegens kennelijke niet-ontvankelijkheid of kennelijke ongegrondheid

  • 1 Indien niet binnen de in artikel 2 lid 6 genoemde termijn de aanvraag is aangevuld, dan verklaart het bestuursorgaan de aanvrager niet-ontvankelijk, tenzij redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de aanvrager in verzuim is geweest;

  • 2 Indien het drempelbedrag niet binnen de in artikel 3 lid 4 genoemde termijn is betaald, dan verklaart het bestuursorgaan de aanvrager niet-ontvankelijk, tenzij redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de aanvrager in verzuim is geweest;

  • 3 Het bestuursorgaan wijst de aanvraag binnen zes weken na ontvangst van de aanvraag af indien sprake is van kennelijke niet-ontvankelijkheid of kennelijke ongegrondheid van de aanvraag;

  • 4 Tegen het besluit genomen door het bestuursorgaan in lid 1 t/m 4 staat conform artikel 1:5 Awb bezwaar en beroep open.

Artikel 5 Beslissing bestuursorgaan

  • 1 Het bestuursorgaan stelt de aanvrager, eventuele andere betrokken bestuursorganen en eventuele belanghebbenden als bedoeld in artikel 6.4a lid 2 en 3 van de wet schriftelijk in kennis van hun besluit;

  • 2 Voor het nemen van een besluit zal het bestuursorgaan advies vragen aan één of meerdere adviseurs, zie verder artikel 6;

  • 3 Voor het nemen van een besluit heeft het bestuursorgaan een redelijke termijn conform artikel 4:13 Awb na ontvangst van het advies;

  • 4 Het bestuursorgaan kan de termijn genoemd in lid 3 conform artikel 4:14 Awb, echter maximaal met vier weken verlengen. Van deze verlenging van de termijn worden de aanvrager, eventuele andere betrokken bestuursorganen en eventuele belanghebbenden als bedoeld in artikel 6.4a lid 2 en 3 van de wet schriftelijk in kennis gesteld;

  • 5 Tegen het besluit genomen door het bestuursorgaan staat conform artikel 1:5 Awb bezwaar en beroep open.

     

Artikel 6 Opdrachtverstrekking

  • 1 Binnen twaalf weken na het verstrijken van de termijnen als bedoeld in lid 2 t/m 4 verstrekt het bestuursorgaan aan één of meerdere adviseurs gezamenlijk, opdracht om ter zake van een aanvraag advies uit te brengen, tenzij toepassing wordt gegeven aan lid 2 t/m 3 of aan artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • 2 Het bestuursorgaan is bevoegd de aanvraag binnen vier weken na ontvangst, onderscheidenlijk binnen acht weken nadat de termijn verstreken is gedurende welke de aanvrager de aanvraag kon aanvullen, af te wijzen, indien de aanvraag kennelijk ongegrond is;

  • 3 Een besluit om een onvolledige aanvraag niet, onderscheidenlijk niet verder in behandeling te nemen, wordt aan de aanvrager bekendgemaakt binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag, onderscheidenlijk binnen acht weken nadat de termijn is verstreken gedurende welke de aanvrager de aanvraag kon aanvullen;

  • 4 Het bestuursorgaan kan de laatste in het lid 3 genoemde termijn eenmaal met ten hoogste vier weken verlengen;

  • 5 De termijn genoemd in lid 1 kan langer zijn indien er budget verzocht moet worden aan de raad voor het laten uitbrengen van een advies door één of meerdere adviseurs gezamenlijk. De aanvrager wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld. Daarbij rekening houdend met een zo kort mogelijke termijn (niet meer dan noodzakelijk).

Artikel 7 Adviseur of adviescommissie

  • 1 Voor de advisering over de op de aanvraag te nemen beschikking wordt door het bestuursorgaan een adviseur aangewezen die beschikt over voldoende deskundigheid inzake advisering op het gebied van (plan)schade;

  • 2 Voor het bepalen van een adviseur zal door het bestuursorgaan bij minimaal 3 onafhankelijke adviseurs een offerte opgevraagd worden;

  • 3 Indien het college, na advies te hebben ingewonnen van de in lid 1 bedoelde adviseur, van oordeel is dat de aanvraag betrekking heeft op (plan)schade vanwege inkomensderving en er, gezien de complexiteit, aard en omvang van de aanvraag, behoefte bestaat aan extra deskundigheid wordt door het bestuursorgaan een tweede adviseur aangewezen die deskundig is op het gebied van accountancy of van financieel economische bedrijfsvoering;

  • 4 Indien het bestuursorgaan, na advies te hebben ingewonnen van de in lid 1 bedoelde adviseur, van oordeel is dat de aanvraag betrekking heeft op (plan)schade vanwege waardevermindering van een onroerende zaak en er, gezien de complexiteit, aard en omvang van de aanvraag, behoefte bestaat aan extra deskundigheid wordt door het bestuursorgaan een tweede adviseur aangewezen die deskundig is ter zake van de waardering van onroerende zaken en van waardevermindering daarvan als gevolg van een planologische verslechtering;

  • 5 Indien naar het oordeel van het bestuursorgaan lid 3 en 4 van toepassing zijn, worden zowel de in lid 3 en4 bedoelde adviseurs aangewezen;

  • 6 Bij aanwijzing van meerdere adviseurs vormen deze een adviescommissie, waarvan de in lid 1 bedoelde adviseur voorzitter is;

  • 7 De adviescommissie wijst uit haar midden een rapporteur aan;

  • 8 Het college kan afwijken van lid 2 indien er sprake is van een project waarbij aangesloten kan worden op een reeds eerder gegeven advies. Het college zal dan een aanvullende offerte opvragen bij degene die reeds een advies heeft gegeven.

     

Artikel 8 Deskundigheid en onafhankelijkheid

  • 1 Voordat een persoon als adviseur wordt aangewezen, kan het bestuursorgaan verlangen dat deze aantoont op grond van opleiding en ervaring deskundig te zijn met betrekking tot de in artikel 7 lid 1, 3 of 4 bedoelde aspecten waarop deze persoon de aanvraag moet beoordelen;

  • 2 Een adviseur mag niet werkzaam zijn onder verantwoordelijk van de raad. Eveneens mag een adviseur niet betrokken zijn bij de planologische maatregel waarop de aanvraag betrekking heeft.

     

Artikel 9 Betrokkenheid aanvrager en andere belanghebbenden bij aanwijzing adviseur of adviescommissie

  • 1 Voordat het college de opdracht tot advisering zoals bedoeld in artikel 6 verstrekt, stelt het bestuursorgaan de aanvrager, eventuele andere betrokken bestuursorganen, alsmede de belanghebbenden als bedoeld in artikel 6.4a lid 2 en 3 van de wet schriftelijk op de hoogte van de aanwijzing van:

    a. een adviseur als bedoeld in artikel 7 lid 1 of;

    b. meerdere adviseurs als bedoeld in artikel 7 lid 6;

  • 2 De aanvrager, eventuele andere betrokken bestuursorganen, alsmede de belanghebbenden als bedoeld in artikel 6.4a lid 2 en 3 van de wet kunnen binnen twee weken na de mededeling als bedoeld in lid 1 schriftelijk en voldoende gemotiveerd een verzoek tot wraking van één of meerdere adviseurs bij het college indienen;

  • 3 Het college beslist binnen twee weken na het verstrijken van de in lid 2 bedoelde termijn over een ingediend verzoek tot wraking van één of meerdere adviseurs.

Artikel 10 Werkwijze adviseur of adviescommissie

  • 1 Het bestuursorgaan stelt aan de adviseur of de adviescommissie alle op de aanvraag betrekking hebbende informatie, alsmede de voor de beoordeling daarvan naar het oordeel van de adviseur of van de adviescommissie noodzakelijke bescheiden ter beschikking;

  • 2 Het bestuursorgaan wijst uit de ambtelijke organisatie één of meer personen aan die de adviseur of de adviescommissie bij de uitvoering van de adviesopdracht bijstaat;

  • 3 De adviseur of de voorzitter van de adviescommissie organiseert één of meerdere hoorzittingen, waar de aanvrager(s) en de in lid 2 bedoelde ambtelijke vertegenwoordiger(s) in de gelegenheid worden gesteld de aanvraag toe te lichten, onderscheidenlijk de voor de advisering over de aanvraag relevante informatie te verschaffen, dan wel een standpunt van het bestuursorgaan over de aanvraag aan de adviseur of de adviescommissie kenbaar te maken. Eventuele andere betrokken bestuursorganen, alsmede de belanghebbenden als bedoeld in artikel 6.4a lid 2 en 3 van de wet worden eveneens in de gelegenheid gesteld hun standpunt kenbaar te maken;

  • 4 De adviseur of de voorzitter van de adviescommissie bepaalt het tijdstip waarop de adviseur of de adviescommissie de situatie ter plaatse zal bezichtigen en nodigt de aanvrager voor de plaatsopneming uit;

  • 5 Ten behoeve van een taxatie van een bij de aanvraag betrokken onroerende zaak, wordt door de adviseur of de voorzitter van de adviescommissie met de aanvrager een afspraak gemaakt;

  • 6 Van de in lid 3 bedoelde hoorzitting en van de in lid 4 bedoelde bezichtiging wordt door, dan wel onder verantwoordelijkheid van, de adviseur of de voorzitter van de adviescommissie een verslag gemaakt, dat onderdeel vormt van het uit te brengen advies;

  • 7 Alvorens een advies uit te brengen zendt de adviseur of de adviescommissie binnen zestien weken na de dagtekening van de opdracht tot advisering een concept daarvan aan de gemeente, aan de aanvrager, aan eventuele andere betrokken bestuursorganen en aan de belanghebbenden als bedoeld in artikel 6.4a lid 2 en 3 van de wet.

  • 8 De adviseur of de voorzitter van de adviescommissie kan de termijn van lid 7 onder opgaaf van redenen met een daarbij aan te geven termijn met ten hoogste vier weken verlengen. De verlenging van de termijn dient schriftelijk aan alle betrokken partijen te worden medegedeeld;

  • 9 De aanvrager, eventuele andere betrokken bestuursorganen alsmede de belanghebbenden als bedoeld in artikel 6.4a lid 2 en 3 van de wet worden in de gelegenheid gesteld om binnen vier weken na de toezending van het concept advies schriftelijk hierop te reageren;

  • 10 In het geval tijdig reacties zijn ingediend, brengt de adviseur of de adviescommissie binnen vier weken na het verstrijken van de in lid 9 bedoelde termijn een advies uit aan het bestuursorgaan, waarbij de betreffende reacties zijn betrokken;

  • 11 In het geval geen of niet tijdig reacties zijn ingediend, brengt de adviseur of de adviescommissie binnen twee weken na het verstrijken van de in lid 9 bedoelde termijn een advies uit aan het bestuursorgaan.

Artikel 11 Uitbetaling tegemoetkoming in schade

  • 1 Nadat door het bestuursorgaan een besluit is genomen op de aanvraag, artikel 5 van deze verordening, vindt – bij wijze van voorschot- uitbetaling plaats van de vastgestelde tegemoetkoming in (plan)schade;

  • 2 De uitbetaling van de tegemoetkoming in schade zal op de door de aanvrager aangegeven rekening plaatsvinden vermeld in het aanvraagformulier;

  • 3 Bij de uitbetaling van de tegemoetkoming in (plan)schade zal tevens de wettelijke rente worden betaald berekend tot de dag van uitbetaling. Deze zal tegelijkertijd worden uitbetaald met de tegemoetkoming in (plan)schade;

  • 4 Wanneer er sprake is van een tegemoetkoming in (plan)schade zal het reeds betaalde drempelbedrag, conform artikel 3 van deze verordening, worden terugbetaald aan de aanvrager (artikel 6.4 lid 4 van de wet);

  • 5 Wanneer het besluit vernietigd wordt bij bezwaar en/of beroep en in het nieuwe besluit geconcludeerd wordt dat er geen sprake is van tegemoetkoming in schade zal alle tot op dat moment betaalde bedragen aan de aanvrager inzake de tegemoetkoming in schade terugbetaald moeten worden (tegemoetkoming in schade, wettelijke rente en het drempelbedrag) aan de gemeente.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1 Op een aanvraag ingediend vóór 1 september 2005 in het geval dat de planologische maatregel onherroepelijk is geworden vóór 1 september 2005 is de WRO van vóór 1 september 2005 van toepassing;

  • 2 Op een aanvraag ingediend op of ná 1 september 2005 maar vóór 1 juli 2008 in het geval de planologische maatregel onherroepelijk is geworden vóór 1 september 2005 is de WRO nog van toepassing (maar is geen verjaringstermijn van toepassing);

  • 3 De Wro en Bro (op grond van artikel 9.1.18 lid 1 invoeringswet Wro) zijn van toepassing op aanvragen ingediend op of ná 1 juli 2008, waarbij het schadeveroorzakend besluit op of ná 1 september 2005 onherroepelijk is geworden;

  • 4 Tot 1 september 2010 geldt artikel 6.2 lid 2 Wro (2% drempel) niet voor aanvragen om tegemoetkoming in schade die is ontstaan voor 1 juli 2008;

  • 5 Op een aanvraag ingediend op of ná 1 juli 2008 maar vóór 1 september 2010 in het geval de planologische maatregel van kracht is geworden op of ná 1 juli 2008, is de Wro onverkort van toepassing;

  • 6 Na 1 september 2010 is het nieuwe recht van toepassing op alle verzoeken die vanaf die datum zijn binnengekomen;

  • 7 De “Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade gemeente Veere 2008” is nog van toepassing op aanvragen tegemoetkoming in schade ingediend voor 1 januari 2011;

  • 8 De “Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade gemeente Veere 2011” is nog van toepassing op aanvragen tegemoetkoming in schade ingediend na 1 januari 2011 en voor inwerkingtreding van deze verordening;

  • 9 De “Procedureverordening tegemoetkoming in schade gemeente Veere 2012” is nog van toepassing op aanvragen tegemoetkoming in schade ingediend na 21 maart 2012 en voor inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 13 Slotbepalingen

  • 1 Deze verordening treedt in werking zes weken na publicatie van het besluit van de raad;

  • 2 Deze verordening heeft als officiële naam "Procedureverordening tegemoetkoming in (plan)schade gemeente Veere 2013";

  • 3 Deze verordening heeft als citeertitel “Procedureverordening tegemoetkoming in schade gemeente Veere 2013”.

     

Aanvraagformulier tegemoetkoming in schade behorende bij 1

Aanvraagformulier tegemoetkoming in schade

De Wet ruimtelijke ordening (Wro) geeft in hoofdstuk 6 aan dat burgers onder bepaalde voorwaarden en beperkingen een tegemoetkoming in schade als gevolg van ruimtelijke besluiten kunnen aanvragen.

Een aanvraag om een tegemoetkoming in schade op basis van deze afdeling van de Wro moet worden ingediend bij het college van burgemeester en wethouders met gebruikmaking van dit formulier. Dit formulier is door de gemeenteraad vastgesteld en behoort tot de “Procedureverordening tegemoetkoming in schade gemeente Veere 2013”. De aanvrager krijgt na ontvangst van het aanvraagformulier een ontvangstbevestiging.

Voor het in behandeling nemen van de aanvraag is de aanvrager een wettelijk recht verschuldigd van € 325,-. Voor het voldoen van het drempelbedrag wordt een factuur toegezonden. Het drempelbedrag moet binnen vier weken na de dag van verzending van de factuur overgemaakt zijn op de rekening van de gemeente.

Voor overige zaken rondom de procedure verwijzen wij u naar de “Procedureverordening tegemoetkoming in schade gemeente Veere 2013”.

Aanvrager

Voorletters…………………………………………………Tussenvoegsel(s)……………………………………………….

Achternaam……………….………………………………………………………..…………………………………………………

Geslacht Ο Man Ο Vrouw

(post)Adres..………….……………………….………………………………..……………………………………………………

Postcode + woonplaats……………………………………………………………………….…………………………………

Telefoon (waarop u overdag bereikbaar bent)…………………………………………………….……………….

Emailadres..………….……………………….………………………………..…………………………………………………….

Bankrekeningnummer (eventueel met IBAN)…………………………………….…………………………………

Burgerservicenummer (BSN)…………………………………………………………………………………………………

In zijn hoedanigheid van eigenaar / (ver)huurder / vruchtgebruiker / (erf)pachter

(doorhalen wat niet van toepassing is)

Eventuele mede-eigenaar

Voorletters…………………………………………………Tussenvoegsel(s)……………………………………………….

Achternaam……………….………………………………………………………..……………………………………………….

Geslacht Ο Man Ο Vrouw

(post)Adres..………….……………………….………………………………..…………………………………………………….

Postcode + woonplaats……………………………………………………………………….……………………………….

Telefoon (waarop u overdag bereikbaar bent)…………………………………………………….……………….

Emailadres..………….……………………….………………………………..…………………………………………………….

Bankrekeningnummer (eventueel met IBAN)…………………………………….…………………………………

Burgerservicenummer (BSN)…………………………………………………………………………………………………

Eventuele gemachtigde:

Naam en voorletters.……………………………………………………………………………………………………………

Adres……………………….………………………………………………………..………………………………………………….

Postcode en woonplaats……………………………………………………………………….………………………………

Telefoon……………………………………………………………………………………….……………………………………….

Emailadres..………….……………………….………………………………..…………………………………………………….

Gegevens onroerend goed waarvoor u een tegemoetkoming claimt

Adres……………………….………………………………………………………..………………………………………………….

Kadastrale aanduiding: sectie ………………………………………………………………………….

nummer(s) ……………………………................................

Welk planologisch besluit is volgens u de oorzaak van schade? (aankruisen wat van toepassing is)

О een bepaling van een bestemmingsplan of inpassingsplan, niet zijnde een bepaling als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, of van een beheersverordening als bedoeld in artikel 3.38;

О een bepaling van een planwijziging of een planuitwerking, onderscheidenlijk een nadere eis als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, b en d;

О een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

О de aanhouding van een besluit omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning ingevolge artikel 3.3, eerste lid, of 3.4 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

О een bepaling van een provinciale verordening als bedoeld in artikel 4.1, derde lid, of van een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 4.3, derde lid, voor zover die bepaling een weigeringsgrond bevat als bedoeld in artikel 2.10, eerste lid, onder c, of 2.11, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

О een bepaling van een exploitatieplan als bedoeld in artikel 6.12, eerste lid, voor zover die bepaling een weigeringsgrond bevat als bedoeld in artikel 2.10, eerste lid, onder f, artikel 2.11, derde lid, of 2.12, eerste lid, onder b, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

О een koninklijk besluit als bedoeld in artikel 10.4.

Op welk gebied heeft het planologisch besluit c.q. maatregel betrekking?

………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Wat is de aard van de schade? Bestaat de schade volgens u uit waarde-vermindering van uw eigendom of uit inkomensderving?

………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Motiveer hieronder uw aanvraag om tegemoetkoming in de schade?

………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Bij gestelde waardevermindering van eigendom: Geef een omschrijving van de onroerende zaak waarvan u zakelijk gerechtigde of huurder bent?

………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Onderbouw en specificeer het bedrag van de schade, dat naar uw oordeel dient te worden vergoed dan wel waarin u een tegemoetkoming in schade wenst?

………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Bij gestelde waardevermindering van eigendom: Op welke datum heeft u het eigendom van de onroerende zaak of een ander zakelijk recht daarop verworven? Graag ook kopie eigendoms¬bewijs of eventueel contract van economische overdracht meesturen.

………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Heeft u maatregelen getroffen om de schade te voorkomen of te beperken? Zo ja, welke maatregelen heeft u getroffen?

………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Bij gestelde inkomensderving: gelieve nadere informatie te geven

………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Omschrijf, indien u geen vergoeding in geld wenst, op welke wijze aan de schade tegemoet dient te worden gekomen

………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Ruimte voor aanvullingen en toelichting

………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Ondergetekende(n) verklaart/verklaren:

• Dat bovenstaande gegevens en de overige hierbij gevoegde bescheiden zonder enig voorbehoud en naar waarheid zijn ingevuld;

• Ermee bekend te zijn dat de procedureregels zijn opgenomen in de “Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in schade gemeente Veere 2013” en dat het college van burgemeester en wethouders bevoegd orgaan is.

Naam: ………………………………………………………………………………………………………………………………….

Plaats: ………………………………………………………………………………………………………………………………….

Datum: ……- …… - …………

Handtekening van de aanvrager:

 

Handtekening van eventuele mede-eigenaar:

 

Handtekening van eventuele gemachtigde:

 

Gelieve het ingevulde formulier met eventuele bijlage(n) op te sturen naar:

Burgemeester en Wethouders van Veere

Postbus 1000

4357 ZZ DOMBURG

 

Overeenkomst inzake tegemoetkoming in schade 2

De ondergetekenden,

1. De gemeente Veere, te dezen ingevolge het bepaalde in artikel 171 Gemeentewet vertegenwoordigd door haar burgemeester drs. R.J. van der Zwaag, handelend ter uitvoering van een besluit van burgemeester en wethouders d.d. 17 februari 2009 hierna te noemen “de Gemeente”;

2. De heer/mevrouw [naam], [adres], [postcode] te [plaats], hierna te noemen “initiatiefnemer”.

In aanmerking nemende:

a. dat de initiatiefnemer bij de gemeente Veere een verzoek heeft ingediend om een planologische maatregel te nemen ten aanzien van bestemmingsplan ’[naam bestemmingsplan]’, ten behoeve van het [wat wil men realiseren waarvoor de gemeente medewerking gaat verlenen] op het perceel [adres] te [plaats], kadastraal bekend als [dorp], sectie ?, nummer ???;

b. dat het verzoek in strijd is met het geldende bestemmingsplan ‘[naam bestemmingsplan]’;

c. dat er pas besloten kan worden tot een planologische maatregel als daarbij sprake is van een goede ruimtelijke ordening;

d. dat uit eerste, globaal, onderzoek niet is gebleken van doorslaggevende planologische beletselen om mee te werken aan het gemelde verzoek;

e. dat er evenwel uit de planologische maatregel zoals deze door de initiatiefnemer wordt verzocht, schade kan voortvloeien op grond van hoofdstuk 6 Wet ruimtelijke ordening (verder: Wro) om welke reden er bij de gemeente gerede twijfel bestaat over de vereiste economische uitvoerbaarheid van deze planologische maatregel;

f. dat de gemeente Veere bereid is de planologische maatregel zoals deze door de initiatiefnemer is verzocht, verder in procedure te brengen, onder voorwaarde dat de initiatiefnemer zich ten behoeve van de economische uitvoerbaarheid van deze planologische maatregel bereid verklaart de daaruit voortvloeiende voor tegemoetkoming in aanmerking komende schade volledig aan de gemeente Veere te compenseren.

Komen overeen als volgt:

Artikel 1 Begrippen

In deze overeenkomst wordt onder de navolgende begrippen verstaan:

a. Aanvraag: een aanvraag om een tegemoetkoming in schade;

b. Bro: Besluit ruimtelijke ordening

c. Planologische maatregel: een besluit als bedoeld in artikel 6.1 lid 2 Wro;

d. Procedureverordening: ‘Procedureverordening tegemoetkoming in schade gemeente Veere’ op het moment van indienen van de aanvraag;

e. Tegemoetkoming in schade: schade als bedoeld in artikel 6.1 t/m artikel 6.3 Wro;

f. Verzoek: het verzoek om een planologische maatregel;

g. Wro: Wet ruimtelijke ordening.

Artikel 2 In procedure brengen

De gemeente zal de planologische maatregel zoals deze door de initiatiefnemer is verzocht en waarbij uit eerste, globaal, onderzoek niet is gebleken van doorslaggevende planologische beletselen om mee te werken aan het gemelde verzoek en wordt vormgegeven in procedure brengen na ondertekening van deze overeenkomst door de initiatiefnemer en de Gemeente.

Artikel 3 Publiekrechtelijke bevoegdheden

Deze overeenkomst laat de uitoefening van alle publiekrechtelijke bevoegdheden door de gemeente volledig onverlet. Dit houdt in, dat er van de zijde van de gemeente geen sprake van toerekenbaar tekortkomen in de nakoming zal zijn, indien het handelen naar deze verantwoordelijkheid eist, dat de gemeente publiekrechtelijke rechtshandelingen verricht, zoals het aanbrengen van wijzigingen in de door de initiatiefnemer gevraagde planlogische maatregel of het alsnog weigeren deze maatregel te treffen. De gemeente is dan ook jegens de initiatiefnemer op generlei wijze aansprakelijk voor de gevolgen hiervan.

Artikel 4 Compenseren tegemoetkoming in schade

De initiatiefnemer verbindt zich om aan de gemeente het totale bedrag te compenseren van de tegemoetkoming in schade als bedoeld in artikel 6.1 Wro, inclusief de kosten bedoeld in artikel 6.5 Wro, die onherroepelijk voor tegemoetkoming door de gemeente in aanmerking komt en die voortvloeit uit de planologische maatregel zoals deze naar aanleiding van het door de initiatiefnemer ingediende verzoek door de gemeente wordt vastgesteld, respectievelijk verleend en in werking treedt.

Artikel 5 Compenseren kosten in behandeling nemen aanvraag

De initiatiefnemer verbindt zich om aan de gemeente het totale bedrag te compenseren voor de behandeling (het in behandeling nemen) van de aanvragen om tegemoetkoming in schade. Het bedrag voor het behandelen van de aanvragen zal afhankelijk zijn van de kosten die gemaakt moeten worden voor het verkrijgen van een advies van één of meerdere adviseurs conform de Procedureverordening (artikel 6.1.3.2 Bro). De initiatiefnemer betaald deze kosten ongeacht of er een tegemoetkoming in schade voortvloeit uit de planologische maatregel. Deze kosten worden schriftelijk aan initiatiefnemer medegedeeld.

Artikel 6 Ontvangst aanvraag

De gemeente zal de initiatiefnemer bij de behandeling van de aanvraag betrekken op de wijze zoals voorgeschreven in de vastgestelde Procedureverordening op het moment van indienen van de aanvraag.

Artikel 7 Behandelen aanvraag

De gemeente zal de aanvragen om tegemoetkoming in schade behandelen conform de vastgestelde Procedureverordening op het moment van indienen van de aanvraag.

Artikel 8 Bekendmaking kosten

Op grond van de Procedureverordening zal de gemeente zo spoedig mogelijk na iedere aparte toekenning van een tegemoetkoming in schade die voortvloeit uit de planologische maatregel zoals deze naar aanleiding van het door de initiatiefnemer ingediende verzoek door de gemeente wordt vastgesteld, respectievelijk verleend en in werking treedt, het bedrag van de toegekende tegemoetkoming in schade en kosten zoals vermeld in artikel 5 schriftelijk aan de initiatiefnemer meedelen. Andere kosten dan vermeld in artikel 5 worden schriftelijk aan initiatiefnemer medegedeeld.

Artikel 9 Verzuim

1. Als één van de partijen in verzuim is met de nakoming van haar verplichtingen uit deze overeenkomst, is de andere partij gerechtigd deze overeenkomst voor het niet reeds uitgevoerde gedeelte eenzijdig en zonder rechterlijke tussenkomst met een aangetekend schrijven aan de wederpartij te ontbinden;

2. Een partij is in verzuim doordat nakoming van haar desbetreffende verplichting na een schriftelijke aanmaning, waarbij hem een redelijke termijn voor de nakoming wordt gesteld, binnen de bedoelde termijn is uitgebleven, behalve voor zover voor de vertraging gerechtvaardigde redenen zijn aan te voeren, de vertraging haar niet kan worden toegerekend of nakoming reeds blijvend onmogelijk is;

3. Het verzuim als bedoeld in het eerste lid treedt zonder ingebrekestelling in:

a. Wanneer een voor de voldoening bepaalde termijn verstrijkt zonder dat de verbintenis is nagekomen, tenzij blijkt dat de termijn een andere strekking heeft;

b. Wanneer de verbintenis voortvloeit uit onrechtmatige daad of strekt tot schadevergoeding wegens een tekortkoming in de nakoming van een verbintenis en de verbintenis niet terstond wordt nagekomen;

c. Wanneer de gemeente uit de mededeling van de exploitant moet afleiden dat deze in de nakoming van de verbintenis zal tekort schieten;

4. Indien de initiatiefnemer in verzuim is met een krachtens deze overeenkomst verschuldigde betaling is hij, in afwijking van lid 3, aan de gemeente over het bedrag van de betaling waarvan hij te laat is een rente verschuldigd, berekend naar een percentage dat gelijk is aan 2% boven de wettelijke rente, ingevolge artikel 6:119 van het Burgerlijk Wetboek, op dat tijdstip;

5. Het in de vorige leden bepaalde laat onverlet het recht van de andere partij om van de wanpresterende partij nakoming van haar verplichtingen uit deze overeenkomst te vorderen, en het recht van de andere partij op en de gehoudenheid van de wanpresterende partij tot vergoeding van alle ten gevolge van de wanprestatie aan de andere partij opkomende kosten, schaden en interesten.

Artikel 10 Ontbinding en verval overeenkomst

1. Onverminderd het bepaalde in artikel 9 lid 1 wordt deze overeenkomst niet ontbonden dan nadat door partijen is geconstateerd dat aan alle wederzijdse verplichtingen is voldaan c.q. de nakoming hiervan onherroepelijk is zeker gesteld;

2. Deze overeenkomst vervalt zodra onherroepelijk vast komt te staan dat de planologische maatregel zoals die door de initiatiefnemer is verzocht, niet wordt vastgesteld of wordt vernietigd, respectievelijk niet wordt verleend.

Artikel 11 Overdracht aan derden

Het is de initiatiefnemer zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente niet toegestaan rechten en verplichtingen uit deze overeenkomst over te dragen aan derden. De gemeente is bevoegd aan een mogelijk te geven toestemming nadere voorwaarden te verbinden.

Artikel 12 Betaling kosten

1. De initiatiefnemer is het bedrag van de tegemoetkoming in schade en de overige kosten die conform artikel 4 en artikel 5 ten laste voor de initiatiefnemer zijn verschuldigd aan de gemeente binnen 30 dagen na de schriftelijke mededeling als bedoeld in artikel 8 van deze overeenkomst

2. Alle uit deze overeenkomst voor de initiatiefnemer voortvloeiende betalingen aan de gemeente moeten worden verricht door storting of overschrijving op rekeningnummer 285074571 van de Bank voor Nederlandse gemeenten te ‘s Gravenhage onder vermelding van ‘tegemoetkoming in schade project [naam]’;

3. Initiatiefnemer zal zich daarbij op geen enkele vorm van compensatie kunnen beroepen.

Artikel 14 Geschillen

1. Op deze overeenkomst is Nederlands Recht van toepassing;

2. Alle geschillen die naar aanleiding van of in verband met deze overeenkomst of van overeenkomsten ter uitvoering van deze overeenkomst tussen de partijen of hun rechtverkrijgenden mochten ontstaan, van welke aard en omvang die ook mogen zijn, daaronder begrepen die welke slechts door één der partijen als zodanig worden aangemerkt zullen worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te Middelburg tenzij partijen ter zake van die geschillen arbitrage overeenkomen;

3. Partijen zullen overigens altijd eerst trachten in onderling overleg het geschil in der minne te regelen.

Aldus overeengekomen en in tweevoud opgemaakt en ondertekend te Domburg, d.d. [datum]

Namens de gemeente Veere,

De burgemeester,                                      initiatiefnemer,

 

………. …                                                   ……..

(drs. R.J. van der Zwaag)                           ([naam])

Overeenkomst inzake tegemoetkoming in schade met vooruitbetaling 3

De ondergetekenden,

3. De gemeente Veere, te dezen ingevolge het bepaalde in artikel 171 Gemeentewet vertegenwoordigd door haar burgemeester drs. R.J. van der Zwaag, handelend ter uitvoering van een besluit van burgemeester en wethouders d.d. 17 februari 2009 hierna te noemen “de gemeente”;

4. De heer/mevrouw [naam], [adres], [postcode] te [plaats], hierna te noemen “initiatiefnemer”.

In aanmerking nemende:

g. dat de initiatiefnemer bij de gemeente Veere een verzoek heeft ingediend om een planologische maatregel te nemen ten aanzien van bestemmingsplan ’[naam bestemmingsplan]’, ten behoeve van het [wat wil men realiseren waarvoor de gemeente medewerking gaat verlenen] op het perceel [adres] te [plaats], kadastraal bekend als [dorp], sectie ?, nummer ???;

h. dat het verzoek in strijd is met het geldende bestemmingsplan ‘[naam bestemmingsplan]’;

i. dat er pas besloten kan worden tot een planologische maatregel als daarbij sprake is van een goede ruimtelijke ordening;

j. dat uit eerste, globaal, onderzoek niet is gebleken van doorslaggevende planologische beletselen om mee te werken aan het gemelde verzoek;

k. dat er evenwel uit de planologische maatregel zoals deze door de initiatiefnemer wordt verzocht, schade kan voortvloeien op grond van hoofdstuk 6 Wet ruimtelijke ordening (verder: Wro) om welke reden er bij de gemeente gerede twijfel bestaat over de vereiste economische uitvoerbaarheid van deze planologische maatregel;

l. dat de gemeente Veere bereid is de planologische maatregel zoals deze door de initiatiefnemer is verzocht, verder in procedure te brengen, onder voorwaarde dat de initiatiefnemer zich ten behoeve van de economische uitvoerbaarheid van deze planologische maatregel bereid verklaart de daaruit voortvloeiende voor tegemoetkoming in aanmerking komende schade volledig aan de gemeente Veere te compenseren.

Komen overeen als volgt:

Artikel 1 Begrippen

In deze overeenkomst wordt onder de navolgende begrippen verstaan:

h. Aanvraag: een aanvraag om een tegemoetkoming in schade;

i. Bro: Besluit ruimtelijke ordening

j. Planologische maatregel: een besluit als bedoeld in artikel 6.1 lid 2 Wro;

k. Procedureverordening: ‘Procedureverordening tegemoetkoming in schade gemeente Veere’ op het moment van indienen van de aanvraag;

l. Tegemoetkoming in schade: schade als bedoeld in artikel 6.1 t/m artikel 6.3 Wro;

m. Verzoek: het verzoek om een planologische maatregel;

n. Wro: Wet ruimtelijke ordening.

Artikel 2 In procedure brengen

De gemeente zal de planologische maatregel zoals deze door de initiatiefnemer is verzocht en waarbij uit eerste, globaal, onderzoek niet is gebleken van doorslaggevende planologische beletselen om mee te werken aan het gemelde verzoek en wordt vormgegeven in procedure brengen na ondertekening van deze overeenkomst door de initiatiefnemer en de gemeente.

Artikel 3 Publiekrechtelijke bevoegdheden

Deze overeenkomst laat de uitoefening van alle publiekrechtelijke bevoegdheden door de gemeente volledig onverlet. Dit houdt in, dat er van de zijde van de gemeente geen sprake van toerekenbaar tekortkomen in de nakoming zal zijn, indien het handelen naar deze verantwoordelijkheid eist, dat de gemeente publiekrechtelijke rechtshandelingen verricht, zoals het aanbrengen van wijzigingen in de door de initiatiefnemer gevraagde planlogische maatregel of het alsnog weigeren deze maatregel te treffen. De gemeente is dan ook jegens de initiatiefnemer op generlei wijze aansprakelijk voor de gevolgen hiervan.

Artikel 4 Compenseren tegemoetkoming in schade

De initiatiefnemer verbindt zich om aan de gemeente het totale bedrag te compenseren van de tegemoetkoming in schade als bedoeld in artikel 6.1 Wro, inclusief de kosten bedoeld in artikel 6.5 Wro, die onherroepelijk voor tegemoetkoming door de gemeente in aanmerking komt en die voortvloeit uit de planologische maatregel zoals deze naar aanleiding van het door de initiatiefnemer ingediende verzoek door de gemeente wordt vastgesteld, respectievelijk verleend en in werking treedt.

Artikel 5 Compenseren kosten in behandeling nemen aanvraag

De initiatiefnemer verbindt zich om aan de gemeente het totale bedrag te compenseren voor de behandeling (het in behandeling nemen) van de aanvragen om tegemoetkoming in schade. Het bedrag voor het behandelen van de aanvragen zal afhankelijk zijn van de kosten die gemaakt moeten worden voor het verkrijgen van een advies van één of meerdere adviseurs conform de Procedureverordening (artikel 6.1.3.2 Bro). De initiatiefnemer betaald deze kosten ongeacht of er een tegemoetkoming in schade voortvloeit uit de planologische maatregel. Deze kosten worden schriftelijk aan initiatiefnemer medegedeeld.

Artikel 6 Vooruitbetaling bedrag risicoanalyse

Deze overeenkomst wordt aangegaan onder de opschortende voorwaarde dat initiatiefnemer binnen vier weken na ondertekening van deze overeenkomst het totale in de risicoanalyse genoemde bedrag van mogelijke (plan)schade, berekend naar contante waarde, € ….,.. als vooruitbetaling aan de gemeente zal overmaken door storting op rekeningnummer 285074571 van de Bank voor Nederlandse gemeenten te ‘s Gravenhage onder vermelding van ‘tegemoetkoming in schade project [naam]’.

Artikel 7 Vrijwillige vooruitbetaling

Het is initiatiefnemer toegestaan om ondanks het gestelde in artikel 6 vrijwillig een vooruitbetaling te laten plaatsvinden indien de risicoanalyse aangeeft dat er geen ‘schade’ ontstaat door de planologische maatregel. Dit bedrag wordt dan in overleg met de gemeente vastgesteld, namelijk € …., . De gemeente kan dit echter niet eisen van initiatiefnemer indien de risicoanalyse aangeeft dat er geen ‘schade’ ontstaat door de planologische maatregel.

Artikel 8 Ontvangst aanvraag

De gemeente zal de initiatiefnemer bij de behandeling van de aanvraag betrekken op de wijze zoals voorgeschreven in de vastgestelde Procedureverordening op het moment van indienen van de aanvraag.

Artikel 9 Behandelen aanvraag

De gemeente zal de aanvragen om tegemoetkoming in schade behandelen conform de vastgestelde Procedureverordening op het moment van indienen van de aanvraag.

Artikel 10 Bekendmaking kosten

Op grond van de Procedureverordening zal de gemeente zo spoedig mogelijk na iedere aparte toekenning van een tegemoetkoming in schade die voortvloeit uit de planologische maatregel zoals deze naar aanleiding van het door de initiatiefnemer ingediende verzoek door de gemeente wordt vastgesteld, respectievelijk verleend en in werking treedt, het bedrag van de toegekende tegemoetkoming in schade en kosten zoals vermeld in artikel 5 schriftelijk aan de initiatiefnemer meedelen. Andere kosten dan vermeld in artikel 5 worden schriftelijk aan initiatiefnemer medegedeeld.

Artikel 11 Tekort op vooruitbetaald bedrag

Indien en zodra blijkt dat het vooruitbetaalde bedrag met inbegrip van de wettelijke rente daarop tekortschiet, zal de gemeente dit schriftelijk aan de initiatiefnemer meedelen, met de vraag het ontbrekende bedrag binnen vier weken aan de gemeente over te maken door storting op rekeningnummer 285074571 van de Bank voor Nederlandse gemeenten te ‘s Gravenhage onder vermelding van ‘tegemoetkoming in schade project [naam]’. De verzoeker verplicht zich aan een dergelijke vraag gevolg te geven.

Artikel 12 Terugbetaling vooruitbetaald bedrag

Wanneer de verjaringstermijn als bedoeld in artikel 6.1 lid 4 Wro ter zake van de planologische maatregel zoals deze naar aanleiding van het door de initiatiefnemer ingediende verzoek door de gemeente wordt vastgesteld, respectievelijk verleend en in werking treedt, is verstreken en bovendien onherroepelijk is beschikt op eventueel te dezer zake ingediende aanvragen om tegemoetkoming in schade, zal de gemeente een eventueel te veel vooruitbetaald bedrag binnen vier weken aan de initiatiefnemer restitueren, met vergoeding van de wettelijke rente.

Artikel 13 Verzuim

6. Als één van de partijen in verzuim is met de nakoming van haar verplichtingen uit deze overeenkomst, is de andere partij gerechtigd deze overeenkomst voor het niet reeds uitgevoerde gedeelte eenzijdig en zonder rechterlijke tussenkomst met een aangetekend schrijven aan de wederpartij te ontbinden;

7. Een partij is in verzuim doordat nakoming van haar desbetreffende verplichting na een schriftelijke aanmaning, waarbij hem een redelijke termijn voor de nakoming wordt gesteld, binnen de bedoelde termijn is uitgebleven, behalve voor zover voor de vertraging gerechtvaardigde redenen zijn aan te voeren, de vertraging haar niet kan worden toegerekend of nakoming reeds blijvend onmogelijk is;

8. Het verzuim als bedoeld in het eerste lid treedt zonder ingebrekestelling in:

a. Wanneer een voor de voldoening bepaalde termijn verstrijkt zonder dat de verbintenis is nagekomen, tenzij blijkt dat de termijn een andere strekking heeft;

b. Wanneer de verbintenis voortvloeit uit onrechtmatige daad of strekt tot schadevergoeding wegens een tekortkoming in de nakoming van een verbintenis en de verbintenis niet terstond wordt nagekomen;

c. Wanneer de gemeente uit de mededeling van de exploitant moet afleiden dat deze in de nakoming van de verbintenis zal tekort schieten;

9. Indien de initiatiefnemer in verzuim is met een krachtens deze overeenkomst verschuldigde betaling is hij, in afwijking van lid 3, aan de gemeente over het bedrag van de betaling waarvan hij te laat is een rente verschuldigd, berekend naar een percentage dat gelijk is aan 2% boven de wettelijke rente, ingevolge artikel 6:119 van het Burgerlijk Wetboek, op dat tijdstip;

10. Het in de vorige leden bepaalde laat onverlet het recht van de andere partij om van de wanpresterende partij nakoming van haar verplichtingen uit deze overeenkomst te vorderen, en het recht van de andere partij op en de gehoudenheid van de wanpresterende partij tot vergoeding van alle ten gevolge van de wanprestatie aan de andere partij opkomende kosten, schaden en interesten.

Artikel 14 Ontbinding en verval overeenkomst

3. Onverminderd het bepaalde in artikel 13 lid 1 wordt deze overeenkomst niet ontbonden dan nadat door partijen is geconstateerd dat aan alle wederzijdse verplichtingen is voldaan c.q. de nakoming hiervan onherroepelijk is zeker gesteld;

4. Deze overeenkomst vervalt zodra onherroepelijk vast komt te staan dat de planologische maatregel zoals die door de initiatiefnemer is verzocht, niet wordt vastgesteld of wordt vernietigd, respectievelijk niet wordt verleend.

Artikel 15 Overdracht aan derden

Het is de initiatiefnemer zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente niet toegestaan rechten en verplichtingen uit deze overeenkomst over te dragen aan derden. De gemeente is bevoegd aan een mogelijk te geven toestemming nadere voorwaarden te verbinden.

Artikel 16 Betaling kosten

4. De initiatiefnemer is het bedrag van de tegemoetkoming in schade en de overige kosten die conform artikel 4 en artikel 5 ten laste voor de initiatiefnemer zijn verschuldigd aan de gemeente binnen 30 dagen na de schriftelijke mededeling als bedoeld in artikel 8 van deze overeenkomst

5. Alle uit deze overeenkomst voor de initiatiefnemer voortvloeiende betalingen aan de gemeente moeten worden verricht door storting of overschrijving op rekeningnummer 285074571 van de Bank voor Nederlandse gemeenten te ‘s Gravenhage onder vermelding van ‘tegemoetkoming in schade project [naam]’;

6. Initiatiefnemer zal zich daarbij op geen enkele vorm van compensatie kunnen beroepen.

Artikel 17 Geschillen

4. Op deze overeenkomst is Nederlands Recht van toepassing;

5. Alle geschillen die naar aanleiding van of in verband met deze overeenkomst of van overeenkomsten ter uitvoering van deze overeenkomst tussen de partijen of hun rechtverkrijgenden mochten ontstaan, van welke aard en omvang die ook mogen zijn, daaronder begrepen die welke slechts door één der partijen als zodanig worden aangemerkt zullen worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te Middelburg tenzij partijen ter zake van die geschillen arbitrage overeenkomen;

6. Partijen zullen overigens altijd eerst trachten in onderling overleg het geschil in der minne te regelen.

Aldus overeengekomen en in tweevoud opgemaakt en ondertekend te Domburg, d.d. [datum]

Namens de gemeente Veere,

De burgemeester,                    initiatiefnemer,

 

……….                                    ………..

(drs. R.J. van der Zwaag)      ([naam])