Regeling vervallen per 01-01-2021

Verordening bestuurscommissie openbaar basisonderwijs gemeente Vianen

Geldend van 01-01-1999 t/m 31-12-2020

Intitulé

Verordening bestuurscommissie openbaar basisonderwijs gemeente Vianen

De raad der gemeente Vianen;

op voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

overwegende, dat het gewenst is het bestuur van de openbare basisscholen over te dragen aan een bestuurscommissie;

gelet op artikel 82 e.v. Gemeentewet;

gezien het advies van de medezeggenschapsraden van de openbare basisscholen De Gaard en De Wiekslag;

besluit:

vast te stellen de "Verordening, regelende de instelling, taak, bevoegdheden, samenstelling en werkwijze van de bestuurscommissie openbaar basisonderwijs, alsmede de verhouding van de bestuurscommissie ten opzichte van de raad en het college van burgemeester en wethouders".

Paragraaf 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1. Begripsbepalingen.

In deze verordening wordt verstaan onder:

de raad: de gemeenteraad van Vianen;

het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vianen;

de commissie: de bestuurscommissie ex artikel 82 Gemeentewet voor het bestuur en beheer van de scholen De Gaard en De Wiekslag;

de scholen: de scholen De Gaard en De Wiekslag, als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het basisonderwijs.

Artikel 2. Doelstelling en belangen.

  • 1. De commissie heeft ten doel het doen behartigen van onderwijs aan de scholen.

  • 2. De belangen die de commissie behartigt liggen op het terrein van onderwijs.

Artikel 3. Grondslag.

Het onderwijs wordt verzorgd op openbare grondslag conform de terzake geldende wettelijke bepalingen.

Paragraaf 2. INRICHTING EN SAMENSTELLING

Artikel 4. Taken.

De commissie heeft tot taak:

  • a.

    het doen vervullen van alle taken die samenhangen met de verzorging van het onderwijs aan de scholen die onder haar gezag vallen;

  • b.

    het samenwerken met andere publiekrechtelijke lichamen en privaatrechtelijke rechtspersonen, die een soortgelijk doel nastreven;

  • c.

    het samenwerken met de gemeente op het terrein van het onderwijs en overige daarvoor in aanmerking komende beleidsterreinen.

Artikel 5. Bevoegdheden.

Ter vervulling van haar taak, oefent de commissie alle bevoegdheden uit, die bij of krachtens de wet aan het bevoegd gezag van de scholen zijn toegekend, voor zover daar in deze verordening niet van is afgeweken.

Artikel 6. Samenstelling.

  • 1. De commissie bestaat uit tenminste 5 en ten hoogste 7 leden, dit ter beoordeling van de commissie.

  • 2. De raad benoemt:

    • a.

      maximaal 2 leden op voordracht van de medezeggenschapsraad van De Gaard;

    • b.

      maximaal 2 leden op voordracht van de medezeggenschapsraad van De Wiekslag;

    • c.

      maximaal 3 leden op voordracht van de commissie, geworven door middel van een open sollicitatieprocedure.

  • 3. De commissie stelt een profielschets op waaraan de leden van de commissie moeten voldoen.

  • 4. Personen in dienst van de commissie kunnen geen lid van de commissie zijn.

  • 5. De leden van de commissie onderschrijven de doelstellingen van het openbaar onderwijs.

  • 6. Op de leden van de commissie zijn artikel 15 Gemeentewet 'Onverenigbare betrekkingen', artikel 28 Gemeentewet ´Verboden handelingen´ en artikel 3 Wet medezeggenschap onderwijs 'Incompatibiliteit' van overeenkomstige toepassing.

  • 7. De vergaderingen van de commissie kunnen worden bijgewoond door de schooldirectie. Deze heeft in de vergaderingen een adviserende stem.

Artikel 7. Zittingsperiode.

  • 1. De benoeming van de leden in de commissies geschiedt voor een periode van vier jaar.

  • 2. Om de twee jaar treedt een aantal van de leden af volgens een door de commissie op te stellen rooster van aftreden.

  • 3. Het lid dat in een tussentijdse vacature is benoemd, treedt af op het tijdstip waarop diens voorganger had moeten aftreden.

  • 4. Het lidmaatschap van de commissie eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      door het verstrijken van de termijn waarvoor het lid is benoemd;

    • c.

      ontslag door de raad als bedoeld in artikel 21;

    • d.

      vervallenverklaring van het lidmaatschap op grond van het in deze verordening bepaalde omtrent de toepassing van de artikelen 15 en 28 Gemeentewet en 3 Wet medezeggenschap onderwijs.

  • 5. In een vacature wordt zo spoedig mogelijk voorzien overeenkomstig hetgeen in deze verordening is bepaald omtrent benoeming.

  • 6. Behoudens het geval, dat toepassing is gegeven aan het bepaalde in deze verordening over de vervallenverklaring van het lidmaatschap, blijven de leden hun functie vervullen totdat hun opvolgers zijn benoemd.

  • 7. Herbenoeming van de leden voor een aaneengesloten zittingsperiode van de commissie is slechts eenmaal mogelijk.

Paragraaf 3. WERKWIJZE

Artikel 8. Frequentie.

  • 1. De commissie wijst uit haar midden een voorzitter, secretaris en penningmeester aan.

  • 2. De commissie vergadert tenminste zesmaal per jaar en voorts zo dikwijls als de voorzitter dan wel tenminste twee leden van de commissie nodig oordeelt.

  • 3. De voorzitter draagt er zorg voor dat de oproepingen, spoedeisende gevallen uitgezonderd, tenminste tien dagen voor de dag der vergadering aan de leden worden toegezonden.

  • 4. Elk lid van de commissie is bevoegd om in een naar zijn oordeel spoedeisend geval ter vergadering voor te stellen een onderwerp aan de agenda toe te voegen.

  • 5. De commissie beslist, of en zo ja, in hoeverre aan een voorstel als bedoeld in het derde lid gevolg wordt gegeven.

  • 6. Van de vergaderingen worden notulen gemaakt die in de volgende vergadering aan de goedkeuring van de commissie worden onderworpen.

Artikel 10. Quorum.

  • 1. De vergadering vindt geen doorgang indien een kwartier na het aangekondigde tijdstip van de vergadering niet tenminste de helft van het aantal leden aanwezig is.

  • 2. In geval een vergadering op grond van het bepaalde in het eerste lid geen doorgang kan vinden, is de voorzitter bevoegd om in afwijking van het bepaalde in het vorige artikel een nieuwe vergadering te beleggen.

  • 3. Indien wegens onvoltalligheid op grond van het bepaalde in het tweede lid een nieuwe vergadering is belegd, beraadslagen en besluiten de aanwezige leden binnen veertien dagen over de onderwerpen, die voor de eerste vergadering aan de orde waren gesteld, ongeacht het aantal leden dat aanwezig is.

Artikel 11. Stemmen.

  • 1. De leden stemmen zonder last of ruggespraak.

  • 2. Alle besluiten worden genomen bij meerderheid van stemmen van de leden, die aan de stemming hebben deelgenomen.

  • 3. Over personen wordt schriftelijk gestemd, over zaken mondeling.

  • 4. Bij het staken van stemmen wordt het nemen van een besluit tot een volgende vergadering uitgesteld, waarin de beraadslagingen kunnen worden heropend. Indien bij herstemming de stemmen staken, wordt bij herstemming over zaken het voorstel geacht niet te zijn aangenomen. Bij het staken van de stemming bij herstemming over personen, beslist het lot. Bij het staken van de stemming bij herstemming over één persoon, wordt het voorstel niet geacht te zijn aangenomen.

Artikel 12. Openbaarheid van vergaderingen.

  • 1. De vergaderingen van de commissie zijn openbaar.

  • 2. Wanneer tenminste één lid het vordert of de voorzitter het nodig acht, worden de deuren van de vergadering gesloten. De commissie beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden vergaderd.

  • 3. De commissie stelt voor haar vergaderingen een reglement van orde vast.

Artikel 13. Geheimhouding van stukken.

  • 1. De commissie kan omtrent het in de vergadering behandelde en omtrent de inhoud van de stukken met toepassing van artikel 93 Gemeentewet, die aan haar zijn of worden voorgelegd, geheimhouding opleggen.

  • 2. De ingevolge van het hieraan voorafgaande lid opgelegde geheimhouding wordt zowel door degenen die bij de behandeling tegenwoordig waren alsmede door hen, die op andere wijze van het behandelde en van de stukken kennis nemen, in acht genomen, totdat de commissie de geheimhouding opheft.

  • 3. De voorzitter kan omtrent de inhoud van stukken in het voorafgaande lid, voorlopige geheimhouding opleggen. De verplichting tot voorlopige geheimhouding vervalt, indien zij niet in de eerstvolgende vergadering, waarin meer dan de helft van de zittende leden tegenwoordig is, door de commissie wordt bekrachtigd.

  • 4. Het einde van het lidmaatschap van de commissie heft de geheimhoudingsplicht niet op.

Paragraaf 4. DAGELIJKS BESTUUR

Artikel 14. Samenstelling.

  • 1. Het dagelijks bestuur bestaat uit de voorzitter, secretaris en penningmeester.

  • 2. Ieder lid van het dagelijks bestuur wijst een ander lid van de commissie als plaatsvervanger aan.

  • 3. De leden van het dagelijks bestuur en hun plaatsvervangers worden door de commissie benoemd.

  • 4. De voorzitter en secretaris tekenen alle stukken die van de commissie uitgaan.

  • 5. Het dagelijks bestuur stelt voor zijn vergaderingen een reglement van orde vast.

Artikel 15. Werkwijze.

  • 1. Het dagelijks bestuur vergadert zo dikwijls de voorzitter van de commissie dit nodig oordeelt of indien één van beide andere leden dit verzoekt.

  • 2. De vergaderingen van het dagelijks bestuur zijn niet openbaar.

  • 3. Het dagelijks bestuur kan slechts bij voltalligheid besluiten nemen.

  • 4. Besluiten kunnen alleen worden genomen bij meerderheid van stemmen.

  • 5. Bij het staken van de stemming beslist de stem van de voorzitter.

Artikel 16. Taak.

Tot de taak van het dagelijks bestuur behoort:

  • -

    het toezicht op de dagelijkse leiding van de school;

  • -

    de voorbereiding van vergaderingen van de commissie;

  • -

    de uitvoering van besluiten van de commissie;

  • -

    alle andere taken door de commissie aan het dagelijks bestuur opgedragen.

Artikel 17. Verantwoording.

De leden van het dagelijks bestuur zijn afzonderlijk en tezamen voor het door hen gevoerde bestuur informatie en verantwoording verschuldigd aan de commissie en geven de commissie met betrekking tot het gevoerde bestuur alle verlangde inlichtingen.

Artikel 18. Ontslag.

Een lid van het dagelijks bestuur kan door de commissie worden ontslagen indien dit lid het vertrouwen van de commissie niet meer geniet.

Paragraaf 5. VERHOUDING TOT HET GEMEENTEBESTUUR

Artikel 19. Informatie.

  • 1. De commissie en het dagelijks bestuur verschaffen de raad en het college alle gevraagde informatie.

  • 2. Het college en raad doet de commissie gevraagd en ongevraagd alle informatie toekomen die nodig is voor een goed functioneren.

Artikel 20. Verantwoording.

  • 1. De commissie en het dagelijks bestuur zijn verantwoording verschuldigd aan de raad. De commissie verstrekt hiertoe desgevraagd alle gewenste inlichtingen.

  • 2. De commissie verzorgt jaarlijks een verslag omtrent haar werkzaamheden ten behoeve van de raad. Dit jaarverslag wordt gelijktijdig met de financiële stukken uitgebracht.

Artikel 21. Schorsing en ontslag.

  • 1. De raad kan een lid van de commissie ontslaan, dat naar het oordeel van de commissie door handelen of nalaten in zeer ernstige mate afbreuk doet aan het functioneren van de commissie dan wel de belangen van de school direct of indirect schade berokkent of heeft berokkend, dan wel in strijd met het recht handelt of heeft gehandeld.

  • 2. In afwachting van de besluitvorming door de raad kan de commissie het lid schorsen.

  • 3. Alvorens de raad een dergelijk besluit neemt hoort een door de raad uit zijn midden aan te wijze delegatie het lid dat wordt ontslagen.

Artikel 22. Financiën.

  • 1. De commissie biedt jaarlijks vóór 1 februari een ontwerp van de begroting voor het jaar daaropvolgend met toelichting aan de raad aan.

  • 2. De commissie biedt jaarlijks vóór 1 februari een ontwerp van de rekening over het afgelopen jaar met een toelichting aan de raad aan.

  • 3. De ontwerpen dienen te voldoen aan de Comptabiliteitsvoorschriften.

  • 4. De door de commissie ingediende voorstellen worden ongewijzigd door de raad overgenomen, tenzij deze naar het oordeel van het college in strijd zijn met het recht, het algemeen of financieel belang van de gemeente.

  • 5. In het lopende begrotingsjaar worden geen middelen beschikbaar gesteld, behoudens die bij of krachtens de wet voor de scholen worden ontvangen.

Artikel 23. Wijziging of intrekking van de verordening.

  • 1. Deze verordening geldt voor onbepaalde tijd.

  • 2. De commissie kan een verzoek tot wijziging of intrekking van deze verordening indienen bij de gemeenteraad.

  • 3. Alvorens de raad deze verordening wijzigt of intrekt, stelt zij de commissie in de gelegenheid advies uit te brengen.

Artikel 24. Geschillen,

  • 1. Geschillen tussen de raad en de commissie over de uitvoering en toepassing van de verordening worden voorgelegd aan een geschillencommissie.

  • 2. De in het voorgaande 1id bedoelde geschillencommissie bestaat uit drie leden, waarvan:

    • a.

      1 lid aan te wijzen door de raad, niet zijnde een lid van de raad;

    • b.

      1 lid aan te wijzen door de commissie, niet zijnde een lid van de commissie;

    • c.

      1 lid aan te wijzen door de onder a. en b. bedoelde leden, die tevens als voorzitter fungeert.

  • 3. De geschillencommissie komt bijeen als een van de partijen daarom verzoekt.

  • 4. De geschillencommissie vergadert zo vaak zij dat nodig acht en hoort de partijen. De vergaderingen van de geschillencommissie zijn niet openbaar.

  • 5. De uitspraak van de geschillencommissie strekt tot:

    • a.

      onbevoegdheidverklaring van de geschillencommissie;

    • b.

      niet-ontvankelijkverklaring van één of meer partijen;

    • c.

      een voor partijen bindend advies.

  • 6. De geschillencommissie doet zo spoedig mogelijk uitspraak en brengt de uitspraak onverwijld ter kennis aan de partijen.

Artikel 25. Evaluatie.

Drie jaar na inwerkingtreding van deze verordening stelt de commissie een onderzoek door onafhankelijke derden in naar haar functioneren, en brengt hiervan de raad verslag uit. Dit verslag kan worden vergezeld van voorstellen tot wijziging van de verordening.

Artikel 26. Overgangs- en slotbepalingen.

  • 1. In alle zaken de commissie betreffende, waarin deze verordening niet voorziet, neemt de raad een beslissing, de commissie gehoord.

  • 2. De verordening treedt in werking op 1 januari 1999.

  • 3. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening bestuurscommissie openbaar basisonderwijs gemeente Vianen".

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad voornoemd in zijr/dpenbare vergadering van 25 juni 1998,

De secretaris

A.J.M. Kerstens

De voorzitter

mw. drs. D.A.M. Koreman