Regeling vervallen per 01-10-2010

Verordening brandveiligheid en hulpverlening

Geldend van 05-02-2002 t/m 30-09-2010

Intitulé

Verordening brandveiligheid en hulpverlening

Geconsolideerde tekst van de regelingOnderwerp:Verordening Brandveiligheid en Hulpverlening2002De Raad der gemeente Zederik;gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 8 januari 2002;gelet op het advies van de commissie Bestuur en Cultuur (I) d.d. 7 januari 2002;gelet op artikel 1, tweede lid en artikel 12 van de Brandweerwet 1985, artikel 8, tweede lid van deWoningwet, artikel 8.11, derde lid en 8.40 van de Wet Milieubeheer en artikel 149 van deGemeentewet;b e s l u i t :vervallen te verklaren de Verordening betreffende de organisatie, het beheer en de taak van degemeentelijke brandweer d.d. 24 november 1986 en|vast te stellen de Verordening Brandveiligheid en Hulpverlening 2002

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    Veiligheidsketen: De taken en werkzaamheden van de brandweer die zijn gericht op debrandweerzorg en rampenbestrijding, waarbij de volgende fasen worden onderscheiden: proactie,preventie, preparatie, repressie en nazorga. Pro-actie: is het structureel voorkomen van onveiligheid, onder andere door vanuit veiligheidsoptiek invloed uit te oefenen op het maken van ruimtelijke plannen;b. Preventie: is het voorkomen van directe oorzaken van onveiligheid en het beperken van de gevolgen ervan door het doorvoeren van preventieve maatregelen in een bepaald gebied, onder andere door aan vergunningen voorwaarden te verbinden met het oog op veiligheid;c. Preparatie: is het daadwerkelijk voorbereiden op de bestrijding van mogelijke en rampenplannen;d. Repressie: is het bestrijden van onveiligheid en het verlenen van hulp in acute noodsituaties door de daadwerkelijke inzet van hulpverleningsdiensten;e. Nazorg: is alles wat nodig is om zo snel mogelijk terug te keren naar de normale verhoudingen, onder andere door de opvang van slachtoffers en hulp bij de afwikkeling van schadeclaims;

  • 2.

    Regionaal organisatieplan: het periodiek door het regio-bestuur Zuid-Holland Zuid vast testellen plan waarin de organisatie van de brandweerzorg in de regio Zuid-Holland Zuid isvastgelegd;

  • 3.

    Gemeentelijk brandweerbeleidsplan: het periodiek door de raad vast te stellen plan waarin deorganisatie van het gemeentelijk brandweerkorps alsmede op hen van toepassing zijnd beleiden doelstellingen worden vastgelegd;

  • 4.

    Gemeentelijk werkplan: het jaarlijks door het college van burgemeester en wethouders vast testellen plan waarin opgenomen de door de gemeentelijke brandweer in een jaar te verrichtenactiviteiten op basis van het beleidsplan;

  • 5.

    Regionale Brandweer Zuid-Holland Zuid: de tak van dienst van het openbaar lichaam alsbedoeld in artikel 1 lid 1 van de gemeenschappelijke regeling Regio Zuid-Holland Zuidwaaraan de gemeente deelneemt.

Artikel 2 Gemeentelijke brandweer

  • 1. Burgemeester en wethouders beschikken over een gemeentelijke brandweer. 

  • 2. De Gemeentelijke Brandweer is onderdeel van de Stafafdeling Secretaris. 

Artikel 3 Taken gemeentelijke brandweer

  • 1. De taken van de gemeentelijke brandweer bestaan, behoudens de in artikel 5 aan deRegionale Brandweer Zuid-Holland Zuid opgedragen taken, uit de feitelijke uitvoering van detaken van de veiligheidsketen in de eigen gemeente, een en ander overeenkomstig deuitwerking in het ingevolge artikel 4 van deze verordening vast te stellen gemeentelijkbeleidsplan en in overeenstemming met het regionaal organisatieplan. 

  • 2. Andere dan de onder 1 genoemde werkzaamheden, voor zover deze niet te maken hebbenmet het wegnemen van onmiddellijk gevaar voor mens en dier, te weten de zogenaamdedienstverlening, kunnen worden verricht overeenkomstig een vastgestelde tarievenlijst 

Artikel 4 Beleidsplan brandveiligheid en hulpverlening

  • 1. Burgemeester en wethouders leggen de gemeenteraad eenmaal per 4 jaar een gemeentelijkbeleidsplan ter vaststelling voor waarin is beschreven op welke wijze aan de inhoud van inartikel 3 omschreven taken van de veiligheidsketen uitvoering zal worden gegeven. Hetgemeentelijk beleidsplan omvat in elk geval een omschrijving van de taken en debedrijfsvoering van de gemeentelijke brandweer, de beschikbare financiële en personelemiddelen, de voertuigen, het materieel, de huisvesting en een meerjaren opleidings- enoefenplan.

  • 2. De uitwerking van het gemeentelijk beleidsplan vindt plaats in een jaarlijks door het collegevan burgemeester en wethouders vast te stellen gemeentelijk werkplan

Artikel 5 Regionale taken

Naast de in artikel 3, tweede lid, van de Brandweerwet 1985 en de in artikel 6 van degemeenschappelijke regeling regio Zuid-Holland Zuid opgedragen taken zijn aan de RegionaleBrandweer Zuid-Holland Zuid opgedragen de taken van de veiligheidsketen die niet ingevolgeartikel 3 van deze verordening zijn opgedragen aan de gemeentelijke brandweer, een en anderovereenkomstig de uitwerking in het regionaal organisatieplan

Artikel 6 Personeel

Burgemeester en wethouders dragen zorg voor een adequate personeelsvoorziening tenbehoeve van de gemeentelijke brandweer. Deze zorg komt tot uitdrukking in een personeelsplan,waarin de minimale vereisten met betrekking tot het brandweerpersoneel staan vermeld; een enander overeenkomstig de uitgangspunten in het regionaal organisatieplan.

Artikel 7 Opleiding en oefening

Burgemeester en wethouders dragen zorg voor de opleiding en oefening van hetbrandweerpersoneel die voor de taakuitoefening noodzakelijk zijn, een en ander overeenkomstigde uitgangspunten in het regionaal organisatieplan

Artikel 8 Ambtsinstructie commandant

De commandant heeft de algemene leiding en het bevel over de brandweer, overeenkomstig devoor hem door burgemeester en wethouders vastgestelde ambtsinstructie.

Artikel 9 Materieel

  • 1. Burgemeester en wethouders dragen zorg voor het zoveel mogelijk in overeenstemmingbrengen en houden van het materieel van de gemeentelijke brandweer met de eisen die zijnvastgelegd in het organisatieplan van de regio Zuid-Holland Zuid, zoals dat door dedeelnemende gemeenten is vastgesteld. 

  • 2. Burgemeester en wethouders bepalen de plaats en de wijze waarop het materieel en deoverige goederen van de gemeentelijke brandweer worden ondergebracht overeenkomstigde uitgangspunten die zijn vastgelegd in het regionaal organisatieplan voornoemd.

Artikel 10 Bluswatervoorziening

Burgemeester en wethouders dragen zorg voor zodanige bluswatervoorzieningen en debereikbaarheid daarvan, dat de brandbestrijding te allen tijde zoveel mogelijk gewaarborgd is.

Artikel 11 Advisering regionale brandweer

  • 1. Het gemeentelijk beleidsplan wordt, voorafgaand aan besluitvorming door de raad, teradvisering voorgelegd aan de commandant van de regionale brandweer.

  • 2. Een tussentijdse aanpassing van de taken van de gemeentelijke brandweer en/of depersonele en/of materiële sterkte van de gemeentelijke brandweer, die van invloed kunnenzijn op het regionaal beleid, wordt ter advisering voorgelegd aan de commandant van deregionale brandweer. 

  • 3. In de repressieve functie "Officier van dienst" is voorzien in de Piketdienstregeling Officiervan Dienst regio Zuid-Holland Zuid, nader uitgewerkt en vastgelegd in eenintergemeentelijke overeenkomst. Burgemeester en wethouders gaan niet over tot wijzigingvan de Piketdienstregeling Officier van Dienst regio Zuid-Holland Zuid dan nadat decommandant van de regionale brandweer terzake heeft geadviseerd. 

  • 4. De commandant van de regionale brandweer zal voorzien in het gevraagde advies binneneen termijn van vier weken.

Artikel 12 Citeertitel en in werking treden

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als: "Verordening brandveiligheid enhulpverlening". 

  • 2. Deze verordening treedt in werking op de achtste dag na vaststelling door de Raad.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergade-ring van de raad van de gemeente Zederik,gehouden op 28 januari 2002,De secretaris,                        De voorzitter,