Preventie- en handhavingsplan alcohol Zoeterwoude 2015-2016

Geldend van 25-12-2014 t/m heden

Intitulé

Preventie- en handhavingsplan alcohol Zoeterwoude 2015-2016

Preventie - en handhavingsplan alcohol

 

Zoeterwoude 2015-2016

Hoofdstuk 1 INLEIDING

Paragraaf 1.2 Aanleiding

Per 1 januari 2014 zijn gemeenten de belangrijkste uitvoerders van de Drank- en Horecawet (DHW) geworden. Zowel op juridisch-, handhavings-, als educatief vlak is de gemeente de regisseur van het Nederlands alcoholbeleid. De Drank- en Horecawet is een bijzondere wet omdat een van de voornaamste doelen is dat ze onze jeugd beschermt tegen de schadelijke effecten die alcohol kan hebben op de gezondheid en de veiligheid. En elk kind heeft het recht om op een gezonde en veilige manier op te groeien.

In artikel 43a van de Drank- en Horecawet is opgenomen dat de gemeenten een Preventie- en handhavingsplan alcohol moeten hebben. In de toekomst moet deze gelijk met de vaststelling van de lokale nota gezondheidsbeleid, bedoeld in artikel 13, tweede lid, van de Wet Publieke Gezondheid worden vastgesteld. Het plan kan tussentijds worden gewijzigd. Daar onze huidige nota lokaal gezondheidsbeleid tot en met 2016 gaat, zal dit preventie- en handhavingsplan voor de periodie 2015 en 2016 gelden. Daarna zal het parallel lopen met de duur van de volgende nota’s lokaal gezondheidsbeleid.

Naast alcohol vallen tabak en drugs ook onder de genotmiddelen die problemen kunnen veroorzaken. Daarnaast dienen we ook alert te zijn op verslavingsgedrag zoals gokken of overmatig/verkeerd gebruik van sociale media. Gebaseerd op de epidemiologische gegevens van de RDOG HM en/of naar aanleiding van de actualiteit zal waar nodig/nuttig ook hierop worden ingehaakt.

Paragraaf 1.2 Visie

In onze regionale beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid Holland Noord: kiezen voor alcohol en jongeren (juni 2012) wordt ervoor gekozen de meeste aandacht te richten op overmatig alcoholgebruik bij de doelgroep jeugd en jongeren. Jongeren, in vergelijking met ouderen of volwassenen, ondervinden de meeste gezondheidsschade door (overmatig) alcoholgebruik, omdat zij geestelijk en lichamelijk nog in ontwikkeling zijn. Door alcoholgebruik op jonge leeftijd kan hersengroei belemmerd worden en hersenen kunnen zelfs ernstige schade oplopen. Deze schade is het grootst bij jongeren onder de 16 jaar, maar ook de schade door (overmatig) alcoholgebruik bij jongeren tussen de 16 en 23 jaar is aanzienlijk groter dan schade bij volwassenen. Wij volgen daarom de regelgeving van de landelijke overheid in de Drank- en Horecawet, dat de jongeren in Zoeterwoude tot 18 jaar geen alcohol mogen drinken. Daarna adviseren wij te drinken volgens de drinknorm, oftewel volwassen mannen maximaal 2 glazen alcohol per dag, vrouwen en senioren 55+ maximaal 1 glas per dag.

Te veel alcoholgebruik is schadelijk voor de gezondheid en het welzijn van jongeren, maar ook voor die van volwassenen (19 tot en met 64 jaar) en ouderen (65 +). Wij maken ons daarom niet alleen zorgen over het alcoholgebruik van onze jongeren, maar ook over die van deze doelgroepen. Wij zullen ons in dit locale actieplan dan ook richten op alle inwoners.

De verantwoordelijkheid voor het alcoholgebruik ligt primair bij de burger zelf. Als gemeente kunnen we vanuit het gezondheidsbeleid door het ondernemen van activiteiten op het gebied van voorlichting, vroegsignalering, regelgeving en handhaving de burgers ondersteunen bij het nemen van deze verantwoordelijkheid.

Paragraaf 1.3 Probleemanalyse en doelstelling

De schadelijke gevolgen van alcoholgebruik zijn talrijk en afhankelijk van hoe vaak en hoe veel alcohol er wordt gedronken. In het algemeen worden 2 maten gebruikt om iets te zeggen over het alcoholgebruik. De eerste is overmatig alcoholgebruik, dat wil zeggen gemiddeld minstens 21 glazen per week voor mannen en 14 glazen per week voor vrouwen. Dit zegt iets over het continue drinkpatroon in het dagelijks leven. Overmatig alcoholgebruik verhoogt het risico op chronische gezondheidsschade die zich op lange termijn openbaart, zoals kanker, en hart en vaatziekten. Een ander gevolg van overmatig alcoholgebruik is dat mensen er afhankelijk van worden. Dit vergroot de kans op psychische stoornissen. Overmatig drinken is vaak sociaal geaccepteerd, omdat er niet altijd sprake is van direct zichtbare nadelige gevolgen. Een andere maat voor alcoholgebruik is zwaar (of excessief) drinken. Dit betekent, dat er regelmatig bij één enkele gelegenheid veel alcohol wordt gedronken. Een zware drinker drinkt minimaal één keer per week minstens 4 glazen (vrouwen) of 6 glazen (mannen). Deze drinkers lopen een hoger risico op bijvoorbeeld hersenschade, alcoholvergiftiging en/of (verkeers) ongevallen.

Indien er sprake is van verslavingsverschijnselen dan spreken we van alcoholafhankelijkheid (zie bijlage 1).

Natuurlijk is niet elke vorm van alcohol gebruik schadelijk. Het is wel een genotmiddel waar een sterke gewoontevorming een risico is. Het aantal glazen dat zonder bezwaar voor de gezondheid kan worden gedronken staat aangegeven in bijlage 2. Daarbij is het van groot belang om scherp te houden wat de reden is van alcoholgebruik. Als dit wordt genomen om problemen te ontvluchten en het dagelijks functioneren daarbij in het gedrang komt als er geen alcohol wordt gedronken, dan is het aan te raden om helemaal niet te drinken.

Alcoholgebruik in regio Hollands Midden

Uit gegevens verzameld door de GGD Hollands Midden blijkt dat bijna 20 % van de volwassenen en ouderen overmatig of zwaar drinkt. Zie tabel 1.

Tabel 1 Drinkgedragin % van volwassenen en ouderen naar leeftijd in 2012

leeftijd

Overmatig drinken

Zwaar drinken

Hollands Midden

Zoeterwoude

Hollands Midden

Zoeterwoude

19-<65 jr

9

6

12

10

65+

10

12

6

6

Een meerderheid van de overmatige alcoholdrinkers is zich ervan bewust dat hij/zij teveel drinkt. Bijna de helft van de overmatige drinkers geeft ook aan dat ze hier iets aan zou moeten doen. Opvallend hierbij is dat met name jonge volwassenen die overmatig drinken minder vaak bereid zijn hier iets aan te doen. De meeste genoemde belemmeringen om het drinkpatroon te veranderen zijn ”ik vind alcoholische dranken te lekker om te laten staan” en “ik vind het moeilijk om mijn drinkpatroon te veranderen.”

Bij jongeren onder de 18 jaar is naast het alcoholgebruik ook informatie (2013) verzameld over binge drinken (de afgelopen maand tenminste één keer bij één gelegenheid vijf of meer glazen alcohol drinken), omdat binge-drinken de grootste risico’s geeft op alcoholvergiftiging, hersenbeschadiging en verstoring van de openbare orde.

Tabel 2. Alcoholgebruik in % van 11t/m 17 jarigen in 2013

Hollands Midden

Zoeterwoude

Ooit gedronken

43

51

Recent gedronken *

33

42

Recent binge drinken *

22

29

Gem. aantal glazen per week

5,3

4,9

*. Met recent wordt afgelopen maand bedoeld

N.B. Bij meting van deze gegevens was de recente verhoging van de leeftijdsgrens naar 18 jaar van de verkoop en gebruik van alcohol nog niet van kracht.

59% van de ouders in Zoeterwoude heeft een positieve houding ten opzichte van alcoholgebruik tegenover 56 % in de regio Hollands Midden.

95% van de ouders met een kind onder de 14 jaar verbood het drinken van alcohol volgens het onderzoek van de GGD HM in 2012 . Dit percentage daalt naar 16 % onder ouders van een kind dat 16/17 jaar is. Ouders die zelf overmatig veel alcohol drinken zijn duidelijk minder streng op dit gebied. De laatste jaren is te zien dat ouders met kinderen onder de 15 jaar strenger zijn geworden wat betreft het drinken van alcohol door hun kind.

Tabel 3. Ouders verbieden kinderen te drinken naar leeftijd van de kinderen in % in 2013

Leeftijd

drinkverbodHollands

Midden

< 14 jr

95

14 t/m15 jr

78

16 t/m17 jr

16

Verdelen we het alcoholgebruik naar leeftijd dan komt het volgende beeld naar voren.

Tabel 4. Leeftijd en alcoholgebruik jongeren in % in 2013

11 t/m 13jr.

14 t/m 15 jr.

16 t/m 17 jr.

Ooit gedronken

17

59

**

Recent gedronken

10

43

**

Recent binge drinken

6

29

**

**, aantal respondenten minder dan 90, waardoor de gegevens niet representatief zijn

Enquête Zoeterwoudse jeugd

Volgens de Enquête Zoeterwoudse Jeugd van de JAR uit 2012 drinken vrijwel alle jongeren in de leeftijdscategorie 12 en 13 nooit. De jongeren van 14 t/m 17 jaar drinken heel uiteenlopend. Sommigen drinken zelden of nooit (35%) en anderen (10%) drinken wekelijks of zelfs meerdere keren per week. De jongeren in de categorie 18 t/m 20 jaar drinken bijna allemaal. De meerderheid drinkt minstens een paar keer per maand. De jongeren die alcohol drinken geven aan dat ze dit vooral doen omdat ze het lekker vinden en vanwege de gezelligheid.

Landelijke trend

Positief nieuws is dat er de laatste jaren over het algeheel steeds minder wordt gedronken.In de periode 2000 - 2011 is het aantal liters pure alcohol dat per hoofd van de bevolking wordt gedronken gedaald van 8,2 liter naar 7,5 liter per jaar (bron: Trimbos instituut). Het aandeel bier is gedaald van 4,1 liter naar 3,6 liter, het aandeel gedistilleerd van 1,7 liter naar 1,2 liter, maar het aandeel van wijn is juist weer iets gestegen van 2,3 liter naar 2,8 liter.

Ouderen zijn echter meer gaan drinken. Voor de achterliggende oorzaak van het drinken van ouderen wordt als verklaring gegeven dat voor het overgrote deel eenzaamheid een rol speelt. Daarnaast speelt gewoontevorming ook een grote rol, omdat rond veel activiteiten alcohol drinken onderdeel uitmaakt van de gezelligheidscultuur.

Openbare orde en veiligheid

Landelijk wordt zowel door politie als door het ministerie van justitie aangegeven dat alcoholmisbruik sterk gerelateerd is aan o.a. (huiselijk) geweld en/of overlast in de openbare ruimte. Bij de gemeente Zoeterwoude komen weinig meldingen van overlast en verstoring van de openbare orde door alcoholgebruik binnen. Een zorg blijft wel het Jongerencentrum Utopia. Jongeren zijn bij het verlaten van het jongerencentrum na afloop van een discoavond vaak luidruchtig en zorgen dan voor geluidsoverlast en vernielingen op weg naar huis. Dit hoeft niet te komen door teveel alcoholgebruik in het jongerencentrum. Overlast gedragingen in het algemeen kunnen hier ook de oorzaak van zijn.

Alcoholgerelateerde opnames ziekenhuis

Tijdens de op 3 oktober 2014 door STAP georganiseerde conferentie Alcohol, Gezondheid en Beleid werden de meest recente gegevens over de relatie tussen ongevallen en alcoholgebruik gepresenteerd. Uit registratie van ongevallen op de eerste hulp afdeling van ziekenhuizen blijkt dat 19% van de opnames bij de eerste hulp alcoholgerelateerd is.

Elk glas alcohol draagt bij aan risico op ontstaan van kanker

In Nederland krijgen ongeveer 100.000 mensen per jaar te horen dat ze kanker hebben. Eén van de oorzaken van het ontstaan van kanker is het gebruik van alcohol. Alcoholgebruik kan kanker veroorzaken aan mond, keel, strottenhoofd, slokdarm, dikke darm en lever. Bij vrouwen kan alcoholgebruik bovendien leiden tot borstkanker. 1 op de 10 gevallen van kanker bij Europese mannen en 1op de 33 bij vrouwen wordt veroorzaakt door alcohol.Het aantal doden in Nederland door kanker als gevolg van alcoholgebruik wordt geschat op 1.500 tot 2.500 per jaar. Wereldwijd betreft het naar schatting 337.000 mensen (WHO, 2014).

Het risico op kanker wordt met ieder glas alcohol verhoogd. Onderzoek wijst uit dat er geen absolute veilige ondergrens is voor alcoholgebruik in relatie tot kanker. Ieder glas alcohol verhoogt feitelijk de kans op het ontstaan van kanker. Deze kennis is o.a. belangrijk voor vrouwen vanwege de kans op het ontstaan van borstkanker als gevolg van alcoholgebruik. Borstkanker is de meest voorkomende vorm van kanker onder vrouwen met ruim 14.000 nieuwe diagnoses per jaar. Als er geen alcohol meer zou worden gedronken zouden enkele honderden nieuwe borstkankergevallen per jaar voorkomen kunnen worden.

Conclusie

Uit deze analyse blijkt dat alcoholmisbruik erg schadelijk is voor de gezondheid en het percentage inwoners dat onverantwoord alcohol drinkt hoog is. De gemeente maakt zich hier zorgen over. Onze doelstelling met dit actieplan is burgers bewust te maken van verantwoord alcoholgebruik en daardoor het drinkgedrag burgers te verbeteren.

DOELSTELLING:

  • a.

    Burgers van Zoeterwoude zijn zich bewust van de schadelijke effecten van overmatig en excessief drinken op de gezondheid. Ze weten wat de drinknorm voor verantwoord alcoholgebruik is. Ze kennen het drinkadvies van de kankerstichting.

  • b.

    95% van de ouders van jongeren onder de 16 jaar verbiedt hen alcohol te drinken. In het plan voor 2017 en volgende jaren verbiedt ook 30% van de ouders van jongeren van 16-17 jaar deze jongeren alcohol te drinken.

  • c.

    Jongeren die van de basisschool af komen moeten niet alleen de gevaren van verslavingen kennen maar ook nee kunnen zeggen tegen alcohol en drugs.

  • d.

    Het percentage overmatige en excessieve drinkers onder volwassenen en ouderen moet gedaald zijn met 2 %.

  • e.

    Professionals in de jeugd- en ouderenzorg en overige mensen die een sleutelpositie innemen kunnen problemen met alcoholgebruik bij mensen signaleren en bespreekbaar maken. Ze zijn daarnaast op de hoogte van oplossingen en verwijsmogelijkheden.

  • f.

    Over de inzet van regelgeving vanuit de Drank- en Horecawet, handhaving en sanctionering bij overtredingen van deze wet is met de burgers en organisaties gecommuniceerd. Deze inzet is weliswaar vooralsnog beperkt maar helder en duidelijk voor de alcoholverstrekker en de alcoholgebruiker.

Paragraaf 1.4 Werkwijze

Dit preventie- en handhavingsplan alcohol is als volgt tot stand gekomen.

Allereerst is tijdens een korte literatuurstudie van

  • a.

    de kerncijfers van de GGD

  • b.

    beleidsnota’s, websites,

  • c.

    jongerenenquete JAR

  • d.

    verslagen van eerdere bijeenkomsten met verenigingen en burgers ten behoeve van de nota alcoholmatigingsbeleid 2009 - 2013

inzicht verkregen in de huidige problematiek. Daarna zijn de doelstellingen voor 2015 en 2016 bepaald en het alcoholmatigingsbeleid 2009 - 2013 geëvalueerd. Vervolgens is, uitgaande van de 4 pijlers publiek draagvlak, vroegsignalering, regelgeving en handhaving, in overleg met onder andere GGD, Brijder en CJG, een aantal actiepunten geformuleerd. Hiermee denkt de gemeente de geformuleerde doelstelingen voor 2015 en 2016 te bereiken.

Hoofdstuk 2 TERUGBLIK ALCOHOLMATIGINGSBELEID 2009-2013

In de nota alcoholmatigingsbeleid 2008-2013 gaan we er vanuit dat alcoholgebruik het beste kan worden tegengegaan door het te bezien vanuit de omgeving waarin het ontstaat. Alcoholgebruik is immers niet alleen een persoonlijke keuze. In sterke mate wordt men beïnvloed door zijn of haar omgeving, in fysieke zin (prijs van alcohol, productaanbod, verkoopregels) en in sociaal opzicht (normen, tradities en sociaal netwerk). Het is de omgeving van de drinker waarop de gemeente haar interventies het best kan richten. Het lokale beleid volgt hiervoor het landelijk beleid en gaat uit van de 4 pijlers: publiek draagvlak, vroegsignalering, regelgeving, en handhaving.

De doelstellingen van ons beleid waren:

  • 1.

    Tegengaan van alcoholgebruik door jongeren onder de 16 jaar;

  • 2.

    Voorkomen van schadelijk alcoholgebruik door uitgaanders en terugdringen van overlast in de openbare ruimte;

  • 3.

    Vroegtijdig signaleren van schadelijk alcoholgebruik bij (jong) volwassenen en in geval van verslaving verwijzen naar verslavingszorg.

In deze beleidsnota werd ook al aangegeven dat een verandering van perspectief noodzakelijk is. Primair dient te worden uitgegaan van de jongere die drinkt, diens ouders, de eigen verantwoordelijkheid en het critisch bezien van de omgeving waarin de jongeren participeren en niet alleen van het reguleren van het aanbod.

De actiepunten die naar aanleiding van de eerder genoemde pijlers zijn opgesteld zijn voor een deel uitgevoerd of in uitvoering, zoals de voorlichting, enquête onder jongeren waarom men drinkt, stimuleren alcoholpreventie op basisscholen, versterken contact en samenwerking met Brijder en GGD, en de inzet van handhaving. Het afsluiten van horecaconvenanten met zowel de commerciële als niet-commerciële verstrekkers van alcohol is niet doorgegaan. In plaats daarvan zijn de sluitingstijden van commerciële horecagelegenheden verruimd, zodat de bezoekers verspreid de horecagelegenheden verlaten en minder overlast veroorzaken. Voor de paracommercie zijn begin 2014 ter uitvoering van artikel 2:34b van de Algemene plaatselijke verordening de Beleidsregels Paracommercie Zoeterwoude 2014 vastgesteld (zie bijlage 3). Actiepunten die nog lopen zijn weer opgenomen in dit preventie- en handhavingsplan voor 2015 - 2016.

Hoofdstuk 3 ALCOHOLBELEID 2015-2016

Het lokale alcoholbeleid voor 2015 – 2016 is erop gericht ertoe bij te dragen dat inwoners van Zoeterwoude zich bewust worden van de schade die overmatig en zwaar (excessief) alcoholgebruik zowel op de korte en op de lange termijn voor hun gezondheid kan betekenen en welke wegen er bewandeld kunnen worden om iets aan een eventueel probleem te doen. We stimuleren dat jongeren tot 18 jaar geen alcohol (kunnen) drinken. In onze communicatie dragen wij onze zorg over de gezondheid van onze burgers uit. Wij zullen dit ook vanuit de handhaving onderstrepen. De verantwoordelijkheid voor het alcoholgebruik blijft echter in eerste instantie een zaak van de burgers zelf. Dit neemt niet weg dat kwetsbare groepen kunnen rekenen op de steun vanuit de gemeente zelf of door intermediaire organisaties die bekend zijn met deze doelgroep.

Voor een effectief alcoholbeleid maken we gebruik van de 4 pijlers, publiek draagvlak, vroegsignalering, regelgeving en handhaving.

Paragraaf 3.1 Publiek draagvlak

Om het beleid succesvol uit te kunnen voeren is publiek draagvlak nodig . Daarvoor is voorlichting en informatie nodig, die mensen op de hoogte stelt van de consequenties van overmatig/excessief alcoholgebruik. In de praktijk blijkt immers dat heel veel mensen zich daarvan niet bewust zijn. Via de volgende acties wordt het draagvlak vergroot.

Campagne NIX16

De Rijksoverheid is naar aanleiding van de wetswijziging, waarin de leeftijdsgrens voor alcohol en tabak gewijzigd is van 16 naar 18 jaar, twee campagnes gestart. De eerste betreft een campagne om de norm te versterken dat het normaal is dat je voor je 18e niet rookt en drinkt, met als slogan NIX18. Daarnaast informeert de rijksoverheid het algemeen publiek door middel van folders in supermarkten en berichtgeving in huis aan huisbladen over de wetswijziging. Dit is een sterk instrument. Wij hebben hier lokaal voor 2015 en 2016 niets aan toe te voegen, maar zullen de ontwikkelingen in deze campage blijven volgen. Zonodig zullen we onze eigen activiteiten in het plan voor 2017 en volgende jaren hierop aanpassen.

Wel stimuleren we dat relevante partijen (horeca, sportkantines, Utopia, scouting, buurthuizen, detailhandel) actief aanhaken bij de landelijke informatiecampagne NIX18.

Actiepunt 3.1.1.

Stimuleren dat relevante partijen, horeca, sportkantines, Utopia, scouting, buurthuizen, detailhandel) JAR actief aanhaken bij de landelijke informatie

campagne NIX18.

Voorlichting en weerbaarheidstrainingen op de basisscholen

Het veranderen van een sociale norm slaagt het best als deze door velen wordt gedragen en uitgedragen. Naast het waar nodig bijdragen aan de uitvoering van de campagnes van het rijk, gaan we via het CJG in gesprek met de scholen en de ouders. Goede voorlichting en weerbare leerlingen geeft de scholier en zijn/haar ouders de gelegenheid eigen verantwoordelijkheid te nemen en verantwoorde keuzes te maken met betrekking tot alcoholgebruik en andere gezondheidsthema’s. In dit verband vinden wij de organisatie van voorlichting en weerbaarheidstrainingen op de basisschool van wezenlijk belang. Jongeren die van de basisschool af komen moeten niet alleen de risico’s van verslavingen kennen maar ook nee kunnen zeggen tegen alcohol en drugs.

Belangrijk is ook dat ouders wanneer hun kinderen naar de middelbare school gaan afspraken met hun kinderen maken over alcoholgebruik. De boodschap hierbij is dat drinken < 18 jaar niet mag en dat er vanaf 18 jaar matig wordt gedronken. Liefst het drinkgedrag zoveel mogelijk uitstellen, maar als het mag dan aan regels binden.

Voor dit actiepunt is € 1750 per jaar beschikbaar ten laste van jeugdbeleid.

Actiepunt 3.1.2

CJG gaat in gesprek met scholen en ouders over de noodzaak van preventie van alcoholgebruik en het bevorderen van de weerbaarheid bij jongeren . Hierbij werkt het CJG nauw samen met de GGD die voorlichtingen uitvoert voor ouders en adviseert bij het inrichten van schoolbeleid.

Voorlichting barvrijwilligers

Barvrijwilligers en leidinggevenden in de sport, horeca, buurthuizen, Utopia en scouting hebben invloed op het gedrag van jongeren. Jongeren zijn via deze voorzieningen goed te bereiken met de preventieboodschap.Deze dienen voldoende te worden voorgelicht over de risico’s van alcoholgebruik en de mogelijkheden van alcoholpreventie. Het CJG gaat zich hiermee in samenwerking met GGD en Brijder (specialist in verslavingszorg) bezighouden.

Actiepunt 3.1.3

CJG gaat in samenwerking met GGD en Brijder voorlichting geven aan barvrijwilligers en leidinggevenden in de sport, horeca, buurthuizen, Utopia en scouting.

Voorlichting ouderen

Boven de 55 jaar stijgt alcoholafhankelijkheid veel sneller dan voor jongeren. Gewoontedrinken is hiervoor een belangrijke oorzaak. Alcohol drinken wordt voor deze groep ook wisselend benaderd. Zo zou matig drinken hart- en vaatziekten doen afnemen en beschermend werken voor diabetes en bepaalde dementievormen. Negatieve gezondheidseffecten van alcohol en/of verslaving op oudere leeftijd zijn echter fors. Ouderen verdragen alcohol slechter omdat het vochtgehalte daalt en het vetpercentage toeneemt, lever en nieren minder efficiënt werken en de weerstand afneemt. Hierdoor lijdt eenzelfde hoeveelheid alcohol bij ouderen dikwijls tot hogere bloedspiegels, lagere tolerantie en snellere dronkenschap. Hoge bloeddruk, maag/darmproblemen, incontinentie, moeheid, depressie, slapeloosheid, desoriëntatie, vergeetachtigheid of evenwichtsstoornissen (dus vallen) zijn andere klachten van te veel alcoholgebruik. De juiste informatie verspreiden en gedragsverandering bij gewoontedrinken bewerkstelligen is de uitdaging waarbij wij hiervoor staan. De GGD en Brijder kunnen bij het geven van voorlichting een belangrijke rol spelen.

Actiepunt 3.1.4

De GGD en/of Brijder verzorgen, op vraag, voorlichtingen over alcoholgebruik bij bijeenkomsten van de KBO, bejaarde n sociëteit, de buren, herdershof, Zonnebloem WMO-raad/ SAR etc.

Communicatieplan

De visie die we uit willen dragen en de activiteiten die we gaan organiseren stellen hoge eisen aan de manier waarop een en ander gecommuniceerd wordt. Voor dit doel zal in samenwerking met de netwerkorganisaties zoals het onderwijs, de hulpverlening, maatschappelijk werk, verloskundigen, buurthuis, JGT, JAR , WMO raad/SAR de middenstand en de horeca, vrijwilligersorganisaties en politie een communicatieplan worden opgesteld. Onze intentie is daarbij primair met de burger in gesprek te gaan boven het verspreiden/uitdelen van folders die in de la of prullenbak verdwijnen.

Actiepunt 3.1.5.

In samenwerki ng m et netwerkorganisaties wordt, geïnitieerd vanuit het gemeentelijk beleidsveld volksgezondheid, een communicatieplan opgesteld, waarbij iede r aangeeft wat hij/zij kan doen.

Paragraaf 3.2 Vroegsignalering

Door middel van vroegsignalering kunnen alcoholproblemen al in een eerste stadium worden ontdekt. Hierdoor zijn het beperken van ernstige alcoholschade en de kans op herstel op lange termijn het grootst. De schadebeperking kan betrekking hebben op de drinker zelf, maar ook op de omgeving van de drinker, zoals het gezin of het ongeboren kind. Het in een vroeg stadium aanbieden van hulp aan personen met alcoholproblemen heeft maximaal effect, tegen de laagste kosten, omdat dure hulpverlening wordt voorkomen. In de praktijk blijkt dat een juiste inzet van vroegsignalering niet eenvoudig is. Door deskundigheidsbevordering kan de kennis en de benodigde attitude hiervoor worden opgehoogd.

Training bespreekbaar maken alcoholprobleem

Voortijdig signaleren, bespreekbaar maken en begeleiding/hulp inzetten zijn zeer belangrijk. Organisaties zoals het 0-100 team, CJG/JGT, de huisarts, welzijnsorganisaties of familie kunnen hierin een goede bijdrage leveren.

In de jeugdzorg laten we Brijder (specialist in de verslavingszorg) professionals en overige sleutelfiguren trainingen geven hoe alcoholproblematiek te signaleren, bespreekbaar te maken en hoe daarna verder te handelen.

De GGD heeft in samenwerking met andere partijen een training met DVD ontwikkeld waarbij mensen worden getraind hoe signalen van nietpluis gevoel bij ouderen kunnen worden opgepakt. Wij gaan betrokken professionals en andere sleutelpersonen deze training aanbieden. Door deze training leert men naast het signaleren van niet pluisgevoel met betrekking tot onverantwoord alcoholgebruik ook signalen over eenzaamheid, depressie, dementie, en ouderenmishandeling opvangen. Tevens wordt tijdens de training aandacht besteed aan de vervolgstappen na signalering van een probleem.

Actiepunt 3.2.1.

Training en aanbieden aan betrokken professionals en andere sleutelpersonen in de jeugd- en ouderenzorg, waarin aandacht wordt besteed aan het signaleren en bespreekbaar maken van alcoholproblematiek .De vervolgstappen komen hierbij ook aan de orde.

Activiteit voor barvrijwilligers en bezoekers

De bar in de sport, horeca, paracommercie en scouting is veelal een plek om alcohol te drinken. Zolang dit op verantwoorde manier gebeurt is dat prima. Daarom stimuleren we dat verenigingen jaarlijks een activiteit organiseren voor hun barvrijwilligers en bezoekers rondom het thema alcoholmatiging. Hiervoor kan bij de gemeente een stimuleringsbijdrage worden verkregen, zeker als dit door meerdere organisaties gezamenlijk wordt aangevraagd. Te denken valt bijvoorbeeld aan de cursus Instructie Verantwoord Alcohol schenken (IVA) of sociale Hygiëne.

Voor de stimuleringsbijdrage in de sport wordt € 1.000 begroot, waarvan de helft ten laste komt van de begrotingspost sportstimulering en de andere helft ten laste van de begrotingspost preventieve gezondheidszorg. Voor de stimuleringsbijdrage buiten de sprot wordt € 500 begroot.

Actiepunt 3.2.2

Stimuleringsbijdrage geven voor activiteiten rondom het thema alcoholmatiging.

Welzijn op recept

Eenzaamheid is ook regelmatig oorzaak van alcoholmisbruik bij ouderen. Onder ander daarom zijn we in overleg met de huisartsen voor de ontwikkeling van het concept Welzijn op recept. Hierbij krijgen ouderen in plaats van een recept voor medicijnen, een recept voor activiteiten e.d. Als de eenzaamheid minder wordt kan dit weer effecten hebben op het alcoholgebruik.

Actiepunt3.2.3

In overleg met huisartsen en o.a. Zie ktekostenverzekering vorm geven aan het Welzijn op recept concept.

Leeropdracht alcohol

Als jongeren tot 18 jaar door de politie worden aangehouden wegens overlast en het beschadigen van de eigendommen van derden, komen ze onder bepaalde voorwaarden in aanmerking voor een Haltstraf. Is er bij de overtreding sprake van alcoholgebruik dan is hieraan ook een leeropdracht alcohol van Brijder gekoppeld. Hierbij worden ook de ouders van de jongeren betrokken. In dit traject wordt veel aandacht geschonken aan het bewust worden van de consequenties van overmatig alcoholgebruik. Jongeren gaan hierover met hun ouders in gesprek en ouders worden ondersteund bij eventuele opvoedproblematiek. Wij vinden deze leeropdracht zeer waardevol en stimuleren het gebruik van dit instrument. In overleg met Brijder kunnen ook jongeren die niet door de politie zijn aangehouden of aangemeld deelnemen aan dit traject. Dit is een experiment, omdat zonder straf de stok achter de deur ontbreekt en jongeren dan wellicht niet gemotiveerd genoeg zijn om het leertraject te volbrengen. De kosten zijn € 250 per traject en zullen bij aanmelding via het JGT door de gemeente gedragen worden, indien ouders niet in staat zijn dit bedrag te betalen.

Voor dit actiepunt is € 1.000 begroot ten laste van de begrotingspost openbare orde en veiligheid.

Actiepunt 3.2.4

De leeropdracht alcohol van Brijder, op voordracht van het JGT aanbieden aan jongeren met alcoholproblemen.

Zorgmeldpunt

Zoals al eerder vermeld is er een causaal verband tussen alcoholmisbruik en overlast. In dit verband verzoeken we al enige tijd mensen vormen van overlast door alcoholgebruik te melden bij de politie. Burgers kunnen dit een zwaar middel vinden. Daarom richten wij een gemeentelijk zorgmeldpunt op waar burgers hun zorgen over het alcoholgebruik van mensen kunnen melden. Als gemeente kunnen we dan maatregelen treffen en de nodige hulp (voor zowel alcoholgebruiker als de melder) regelen. Dit zorgmeldpunt wordt in het 0-100 team ondergebracht.

Actiepunt 3.2.5

Zorgmeldpunt organiseren bij 0-100 team.

Paragraaf 3.3 Regelgeving

Het instrument regelgeving is vooral inzetbaar om de beschikbaarheid van alcohol voor bepaalde doelgroepen te beperken. Zowel de Drank-en Horecawet als de gemeentewet bieden regels en beleidsruimte in deze.

In dit verband zijn er op 8 januari 2014 beleidsregels vastgesteld voor de paracommerciële alcoholverstrekkers (Zie bijlage 3). Deze beleidsregels regelen niet alleen de oneerlijke concurrentie, maar hebben ook aandacht voor een alcoholmatigingsbeleid. Het effect van deze beleidsregels wordt in ieder geval in 2016 geëvalueerd. Afhankelijk daarvan zal er zonodig extra aandacht voor regelgeving komen in de volgende beleidsnota.

Actiepunt 3.3.1

In 2016 de afspraken met paracommerciële alcoholverstrekkers evalueren.

Met de commerciële alcoholverstrekkers zijn afspraken gemaakt rond de sluitingstijden. Deze staan in de APV. Door de weeks mag men tot 24.00u open zijn en in het weekend tot 3.00u. Deze afspraken zullen in ieder geval in 2016 geëvalueerd worden.

Actiepunt 3.3.2

In 2016 de afspraken met de commerciële alcoholverstrekkers evalueren.

Paragraaf 3.4 Handhaving

Wetten en regels dienen gehandhaafd te worden. Anders heeft het stellen van regels geen zin. Handhaving blijkt ook een effectieve manier van preventie te zijn. In het uitvoeringsprogramma handhaving 2014 wordt voor controlewerkzaamheden van horecaverstrekkers 30 uur van de gemeente Leiden ingehuurd. Hiervoor worden Gemeentelijke Opsporingsambtenaren (GOA’s) ingezet. De toezichthouders treden uit veiligheidsoverwegingen in tweetallen op. Dit betekent dat gedurende 15 uren toezichtactiviteiten verricht zullen worden. Eventueel kan een daartoe opgeleide GOA binnen de beschikbare toezichturen boetes opleggen. Voor het overige zijn in 2014 geen gemeentelijke uren beschikbaar voor sanctionering. Vooralsnog wordt ervan uitgegaan dat dit geen problemen hoeft op te leveren, omdat eventuele overtredingen in de toezichtfase kunnen worden opgelost. De ontwikkelingen in 2014 zullen echter op de voet worden gevolgd, en als na afloop van dit jaar blijkt dat hier toch uren voor benodigd zijn, zal hieraan in het uitvoeringsprogramma 2015 aandacht geschonken worden. Mocht sanctionerend optreden om dringende redenen noodzakelijk zijn, dan zullen op het moment waarop die noodzaak ontstaat, de prioriteiten van verschillende werkzaamheden binnen handhaving opnieuw bepaald worden, en zal een keuze gemaakt worden, waarbij eventuele andere werkzaamheden komen te vervallen.

Verder is het aan de politie mensen aan te spreken op hun gedrag en boetes uit te delen.

Actiepunt 3.4.1.

Jaarlijks evalue ren inzet toezichthouders

Mystery shoppers

Een mystery shopper is een jongere onder de 18 jaar die, op basis van een protocol, alcohol probeert te kopen. Uit ervaring van andere gemeenten blijkt dat de inzet van mystery shoppers veel resultaat oplevert, omdat alcoholverstrekkers nooit weten wanneer en of een klant een onderzoeker is die komt controleren of de Drank en Horecawet wordt nageleeft. Wij gaan onderzoeken in hoeverre het voor Zoeterwoude mogelijk/wenselijk is dit instrument in te zetten.

Actiepunt 3.4.2

Onderzoek doen naar de mogelijkheid mystery shoppers in te zetten bij de controle op naleving van de regels van de Drank- en Horecawet .

Hoofdstuk 4 FINANCIEN

Voor de uitvoering van het alcoholbeleid wordt in eerste instantie gebruik gemaakt van de beschikbare inzet vanuit de regionale beleidsvisie en de daaraan gekoppelde activiteitenplannen. Deze inzet wordt bekostigd vanuit de Doeluitkering Ambulante Verslavingszorg.

De kosten voor de gemeente worden daarnaast begroot op € 5.750 per jaar, waarvan weerbaarheidstraining € 1.750 ten laste van jeugdbeleid

Stimuleringsbijdrage in de sport € 500 ten laste van sportstimulering

Leeropdracht alcohol € 1.000 ten laste van openbare orde en veiligheid

Stimuleringsbijdrage buiten de sport € 500 ten laste van preventieve gezondheidszorg. Overige activiteiten € 2.000 ten laste van preventieve gezondheidszorg.

Bijlage 1. Verslavingsverschijnselen bij alcoholafhankelijkheid

Alcoholafhankelijkheid

  • ·

    Geestelijke en/of lichamelijke afhankelijkheid van alcohol.

  • ·

    Belangrijkste kenmerk van alcoholafhankelijkheid is het niet meer kunnen functioneren zonder alcohol. Er is geen vrijheid meer om al dan niet te drinken. Het MOET. Daarom spreekt men in dit verband soms ook over 'verslaving'.

  • ·

    Typisch voor een persoon met alcoholafhankelijkheid is dat hij of zij nog slechts gedeeltelijk of totaal geen plezier meer ervaart bij het drinken van alcohol. Soms wordt het begin van het drinken nog als plezierig ervaren, maar daarna komt men in een verdovende roes terecht.

  • ·

    Bij een gedeelte van de mensen die afhankelijk zijn van alcohol komt ook lichamelijke afhankelijkheid voor. In dat geval treden er ontwenningsverschijnselen op. Je voelt je gedwongen om te drinken om niet ziek te worden. Sommige mensen met alcoholafhankelijkheid krijgen echter nooit of slechts in beperkte mate last van ontwenningsverschijnselen.

  • ·

    Alcoholafhankelijkheid heeft in het algemeen volgende kenmerken:

    • 1.

      Alcoholtolerantie. Steeds meer moeten drinken om hetzelfde effect te bereiken.

    • 2.

      Ontwenningsverschijnselen die kunnen variëren van persoon tot persoon. Beven, zweten, misselijkheid, onrust, angst, somberheid, verwardheid, 'beestjes zien', ...

    • 3.

      Om de ontwenningsverschijnselen op te vangen moet je steeds opnieuw drinken om minimaal te kunnen functioneren. Vandaar dikwijls ochtenddrinken.

    • 4.

      Controleverlies: meer en langer drinken dan de bedoeling was, ondanks herhaalde voornemens.

    • 5.

      Het veelvuldig drinken resulteert in frequente black outs en geheugenstoornissen

    • 6.

      Herhaalde mislukte pogingen om te stoppen.

    • 7.

      Voortdurend bezig zijn met alcohol. Er voortdurend aan denken, er voor zorgen dat er altijd een 'voorraad' is, steeds gelegenheden opzoeken waar gedronken wordt, enz...

    • 8.

      Toenemende verwaarlozing van andere activiteiten.

  • ·

    Om van alcoholafhankelijkheid te kunnen spreken hoeven niet alle kenmerken voor te komen. Meestal zijn er wel minstens drie van bovenstaande kenmerken aanwezig.

  • ·

    Bij alcoholafhankelijkheid of alcoholverslaving spreekt men soms over 'alcoholisme'.

Bijlage 2. Drinknorm en drinkadvies van Wereld Kanker Onderzoek Fonds

Voor velen van ons is het drinken van alcohol een onderdeel van het dagelijks leven.We drinken als we uitgaan met vrienden, bijeenkomsten met de familie, of als we thuiskomen na een drukke dag werken. We drinken om allerlei verschillende redenen. Zo heeft alcohol een opwekkende en ontspannende werking. Wat de reden ook is vaak drinken we meer dan we beseffen. En terwijl iedereen de effecten van alcohol op korte termijn kent, denkt bijna niemand aan de gezondseffecten op lange termijn.

Wat is alcohol ?

De scheikundige benaming voor alcohol is ethanol. Dit wordt gemaakt door suikers (uit vruchten of granen) te vergisten. Er zijn veel verschillende soorten alcoholhoudende dranken. Doorgaans onderscheiden we drie categorieen. bier, wijn en gedestilleerd.

Het alcoholpercentage geeft aan hoeveel eenheden alcohol er in een liter drank zitten. Een eenheid alcohol is 10 ml (8 gram) pure alcohol. Een liter wijn met een alcoholpercentage van 12 % bevat bijvoorbeeld 12 eenheden pure alcohol. Een fles van 750 ml bevat dus 9 eenheden alcohol. In een standaard glas wijn van 125 ml zitten dan 1,5 eenheden alcohol.

De lever heeft ongeveer een uur nodig om een eenheid alcohol af te breken.

Hoeveel is een glas?

Om eenvoudig te meten hoeveel alcohol u drinkt, rekenen we met glazen. Een glas alcoholische drank bevat ongeveer 10-15 gram alcohol. Een glas is ongeveer:

Een glas (250 ml) bier (5% alcohol)

Een klein glas (125 ml) wijn (12% alcohol)

Een glaasje (25 ml) gedistilleerd (40% alcohol) zoals cognac, jenever, whisky of wodka.

Dit is een handige richtlijn, maar vaak bevatten alcoholische dranken afwijkende hoeveelheden alcohol. De laatste jaren zijn zowel de gemiddelde grootte van een glas als ook het alcoholpercentage van de dranken toegenomen. Daarnaast zijn er steeds meer mixdrankjes op de markt die naar frisdrank smaken, maar veel alcohol kunnen bevatten. Het alcoholpercentage van deze mixdrankjes kan variëren volwassen mannen tot 55 jaar maximaal 2 glazen alcohol per dag.

Drinknorm,

De drinknorm voor verantwoord alcoholgebruik is:

volwassen vrouwen en senioren 55+ maximaal 1 glas per dag.

volwassen mannen tot 55 jaar maximaal 2 glazen alcohol per dag,

2 of 3 alcoholloze dagen per week.

Drinkadvies Stichting Wereld Kanker Onderzoek Fonds.

Het Wereld Kanker Onderzoek Fonds adviseert u in principe helemaal geen alcohol te drinken. Mocht u het toch niet kunnen laten!

  • 1.

    Kies voor het kleinste glas als u een drankje bestelt. Vermijd dubbele porties van dranken, ook al worden deze vaak aangeprijsd als voordelige aanbieding.

  • 2.

    Drink geen alcohol als u dorst heeft, want dan is de kans groter dat u meer drinkt dan normaal. Neem eerst een glas water of een andere alcoholvrije drank om uw dorst te lessen voordat u een alcoholisch drankje neemt.

  • 3.

    Wissel alcoholische en alcoholvrije drankjes af.

  • 4.

    Neem kleine slokjes zodat u langer over uw drankje doet.

  • 5.

    Leng alcoholische drankjes aan met water of frisdrank of kies voor alcoholische drankjes met een laag alcoholpercentage. Voeg bijvoorbeeld water toe aan uw witte wijn of rosé in plaats van de wijn puur te drinken.

  • 6.

    Probeer een aantal avonden per week alcoholvrij te houden. Kies bijvoorbeeld voor vers vruchtensap of koud water met een schijfje limoen of citroen.

  • 7.

    Vermijd drinken op lege maag. De alcohol wordt dan namelijk sneller in uw bloed opgenomen, waardoor u sneller dronken wordt.

  • 8.

    Zorg ervoor dat u tussen de drankjes door en aan het eind van de avond water drinkt om uitdroging te voorkomen.