Regeling vervallen per 03-08-2018

Nadere regels voor het vergunningvrij gebruiken van een een openbare plaats of een gedeelte daarvan anders dan de publieke functie daarvan

Geldend van 17-05-2012 t/m 02-08-2018

Intitulé

Nadere regels voor het vergunningvrij gebruiken van een een openbare plaats of een gedeelte daarvan anders dan de publieke functie daarvan

Burgemeester en wethouders van Zutphen,

Overwegende dat,

het op grond van artikel 2:10, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening Zutphen 2012 verboden is zonder voorafgaande vergunning van het college een openbare plaats of een gedeelte daarvan anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie daarvan;

het college op grond van artikel 2:10, derde lid, onder c, categorieën van voorwerpen kan aanwijzen waarvoor het verbod in het eerste lid niet geldt;

dat het wenselijk is van deze bevoegdheid gebruik te maken om de administratieve lasten voor burgers en bedrijven te verlagen;

dat het college op grond van artikel 2:10, zesde lid, nadere regels voor de aangewezen categorieën vast stelt;

gelet op artikel 2:10 van de Algemene Plaatselijke Verordening Zutphen 2012

BESLUITEN

  • 1.

    Vast te stellen de nadere regels voor het vergunningvrij gebruiken van een een openbare plaats of een gedeelte daarvan anders dan de publieke functie daarvan.

  • 2.

    In te trekken artikel 15 van de Nadere regels ter beoordeling van aanvragen ex artikel 2 van de Verordening Stads- en Landschapsschoon 2006, aanvragen ex artikel 2.1.5.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening Zutphen 2005 en ingevolge de Bouwverordening.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • 1.

    Uitstalling: een los voorwerp geplaatst voor een pand op een openbare plaats, dat een onmiskenbare relatie heeft met de bedrijfsactiviteiten van de in dat pand gevestigde onderneming, waaronder tevens wordt verstaan:

    • a.

      voorwerpen en stoffen die behoren tot het assortiment van een winkel

    • b.

      uitstallingsmaterialen;

    • c.

      kleine speelattracties;

    • d.

      reclame-uitingen geplaatst voor een pand op de openbare plaats, die een onmiskenbare relatie hebben met de bedrijfsactiviteiten van de in dat pand gevestigde onderneming.

  • 2.

    Bouwobjecten: Materiaal ten dienste van bouw-, sloop- en onderhoudswerkzaamheden of van de daarbij betrokken personen, zoals steigers, puinbakken, containers, keetcontainers, verhuisliften, pompinstallaties, eco-toiletten, stenen, cement, zand en tegels.

  • 3.

    Openbare plaats: een voor het publiek toegankelijke plaats, waaronder begrepen de weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994.

  • 4.

    Beschermd stadsgezicht: het gebied dat bij ministeriële beschikking van 16 december 1986 op grond van de Monumentenwet 1988 als zodanig is aangewezen, met inachtneming van wijzigingen in de aanwijzing sindsdien.

Artikel 2 Vergunningsvrije voorwerpen

Als categorieën van voorwerpen, als bedoeld in het derde lid, onderdeel c, van artikel 2:10 Algemene Plaatselijke Verordening Zutphen 2012 worden aangewezen:

de voorwerpen of stoffen, die noodzakelijkerwijze kortstondig op de weg gebracht worden in verband met het laden en lossen ervan, mits degene die werkzaamheden verricht of doet verrichten ervoor zorgt dat onmiddellijk na het beëindigen daarvan, in elk geval voor zonsondergang, de voorwerpen of stoffen van de openbare plaats of gedeelte daarvan verwijderd zijn en de openbare plaats of gedeelte daarvan gereinigd is.

Artikel 3 Algemene regels

  • 1. Er is altijd een vrije en onbelemmerde doorgang van minimaal 4 meter breed met een vrij doorrijhoogte van 4,20 meter aanwezig ten behoeve van hulpdiensten;

  • 2. Er is altijd een vrije doorgang van tenminste 1 meter breed gewaarborgd voor voetgangers en mensen met een fysieke beperking.

  • 3. Brandkranen en andere bluswaterwinplaatsen moeten voldoende worden vrijgehouden voor blusvoertuigen en wel zodanig dat hiervan onbelemmerd gebruik kan worden gemaakt.

  • 4. Rond brandkranen, geboorde putten en andere waterwinplaatsen (met uitzondering van open water) moet een werkruimte met een straal van minimaal 2 meter beschikbaar zijn.

  • 5. Voorwerpen mogen niet worden geplaatst of geplaatst worden gehouden, indien deze een belemmering vormen voor aan, onder, op of boven de openbare plaats of een gedeelte daarvan te verrichten (onderhouds)werkzaamheden, evenementen, markten, kermissen, andere festiviteiten en/of gebeurtenissen van algemeen belang.

  • 6. Het is niet toegestaan voorwerpen te plaatsen of geplaatst te houden op vergunninghoudersparkeerplaatsen, betaalde parkeerplaatsen en gehandicaptenparkeerplaatsen.

  • 7. Beschadiging en/of vervuiling van gemeentelijke eigendommen die is ontstaan als gevolg van het object zal door de gemeente voor rekening van de initiatiefnemer worden hersteld.

  • 8. Door of namens het bestuursorgaan gegeven aanwijzingen in het kader van het algemeen belang, de openbare orde of veiligheid dienen strikt te worden opgevolgd. Deze aanwijzingen kunnen onder andere betrekking hebben op het geheel of gedeeltelijk verplaatsen dan wel verwijderen van de geplaatste objecten zonder dat de initiatiefnemer aanspraak kan maken op schadevergoeding.

Artikel 4 Bijzondere regels voor het plaatsen van uitstallingen

Het is toegestaan uitstallingen te plaatsen mits voldaan wordt aan de algemene regels van artikel 3 en aan de volgende bijzondere regels:

  • 1.

    De uitstalling mag uitsluitend aanwezig zijn ter hoogte van de eigen onderneming op de voor voetgangers bestemde delen van de openbare plaats of gedeelte daarvan tot 1,5 meter uit de gevel.

  • 2.

    In het winkelgebied ’t Rondje geldt dat uitstallingen tot maximaal 1,2 meter uit de gevel mogen staan. De natuurstenen stroken zijn hiervoor maatgevend.

  • 3.

    In een deel van de Laarstraat (noordzijde tussen huisnummer 11 en 51) en de Nieuwstad (tussenOverwelving en Basseroord) geldt dat uitstallingen tot maximaal 4,0 meter uit de gevel mogen staan.De op de bij dit besluit behorende tekening aangegeven lijn is hierbij maatgevend.

  • 4.

    De uitstalling is enkel aanwezig op de openbare plaats of gedeelte daarvan op tijden dat de in dat pand gevestigde onderneming voor het publiek geopend is.

  • 5.

    Binnen het beschermd stadsgezicht mogen uitstallingen niet meer dan 1 m2 per 5 meter gevelbreedte beslaan.

  • 6.

    Voor het uitstallen van bloemen, groente en fruit en fietsen kan het college vergunning verlenen voor het plaatsen van uitstallingen in afwijking van het bepaalde in dit artikel.

  • 7.

    Indien de ondernemer een vergunning heeft voor het plaatsen van het terras, mogen uitstallingen in afwijking van het bepaalde in het eerste en tweede lid, worden geplaatst, voor zover het terras daadwerkelijk in gebruik is en voor zover de uitstalling binnen de afmetingen van het terras wordt geplaatst.

Artikel 5 Bijzondere regels voor het plaatsen van bouwobjecten

Het is toegestaan bouwobjecten te plaatsen mits voldaan wordt aan de algemene regels van artikel 3 en aan de volgende bijzondere regels:

  • 1.

    De ingebruikname van de openbare plaats of een gedeelte daarvan is niet langer dan 2 weken.

  • 2.

    Containers en steigers dienen voorzien te zijn van rood-wit gestreepte retro-reflecterende markering.

  • 3.

    Containers, puinbakken e.d. dienen na werktijd zodanig te worden afgesloten, dat de inhoud door o.a. vandalisme niet tot ontbranding kan worden gebracht.

  • 4.

    Onder steigers dient een afdekzeil te worden geplaatst.

  • 5.

    Zand, aarde, of grind mag alleen in zakken worden geplaatst en niet los.

  • 6.

    De openbare plaats dient na afloop van de plaatsingsperiode in de oorspronkelijke staat te worden achtergelaten, dat wil zeggen: vrij van vuil, beschadigingen en verzakkingen of andere onregelmatigheden.

Artikel 6 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag van bekendmaking.

Artikel 7 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit vergunningvrije voorwerpen op openbare plaatsen.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van
De burgemeester, de secretaris,